Met alle positieve punten met betrekking tot zingen nog in m’n hoofd (zie blog gisteren) wandelde ik gisteravond weer naar de cantorij-repetitie.
In deze periode voor Pasen hebben we het er maar druk mee: we werken mee aan de vieringen op Witte donderdag, Goede vrijdag en Paasmorgen. Dat betekent heel veel liederen, een stuk of vijf repetities en hard werken. De meeste liederen hebhuiswerkben we al eens gezongen. Maar dat betekent niet dat we ze zo weer zingen. In bedekte termen probeerde cantrix ons duidelijk te maken dat we thuis ook iets zouden kunnen doen.
Ik zag  denkbeeldige tekstballonnetjes boven sommige hoofden. “Huiswerk!?!”

Gisteravond zongen we alle muziek voor de Witte donderdag. Mooie muziek. Alleen het tafelgebed biedt niet veel uitdaging. Eén-stemmig en weinig variatie. Wat cantrix de opmerking ontlokte: “We hebben wel eens een  moeilijker tafelgebed gezongen.” Waarop iemand zei: “Ja. En mooier.”

Eén lied ging heel beroerd. Lacherig zongen we het uit, het was echt niet om aan te horen. Cantrix liep ñaar het keyboard, sloeg het akkoord aan en riep opgewekt: ” We zijn wel op toon gebleven!”
Na een uur zingen was het om half negen pauze. Koffie. Dat is ook altijd een zeer genoeglijk deel van de cantorij-avond, dat eigenlijk altijd langer duurt dan de vijftien minuten die er voor staan.
Meestal staat onze cantrix dit oogluikend toe, maar vanavond kregen we vooraf de boodschap mee: “Een kwartier, hè!”

Dat is gelukt.  Het tweede kopje werd in recordtempo naar binnen gewerkt en we hebben het hele repertoire voor 24 maart doorgezongen.
Ondertussen had ik nog grote pret met de mensen om mij heen bij het pakken van een begintoon…….toen we zouden inzetten lukte dat even niet.
Het woord ‘klieren’ viel in dit verband. Mea culpa.
Met een collega-alt wandelde ik terug naar huis.
We waren het roerend eens: zingen  is goed voor je hart, je longen én je humeur!