Op 14 september kondigde ik het al aan: af en toe schrijft iemand een ‘gast-blog’.
Dochter Harriët kwam met dat idee en zij is dus ook de eerste:

Mijn hersenen hebben andere prioriteiten dan ik.
Tenminste, daar verdenk ik ze van. Ik heb van alles gedaan om ze te overtuigen dat ik gelijk heb, maar ze zijn koppig en houden voet bij stuk.
Mijn hersenen vinden het namelijk blijkbaar erg belangrijk dat alles wat ik dacht, wat mensen zeiden, waar we toen waren, wat iedereen daar van vond en hoe ik me toen voelde netjes opgeslagen zit zodat ik het waar en wanneer ik maar wil op kan roepen… gewoon voor het geval dat. Persoonlijk vind ik dit niet zo boeiend.
Persoonlijk wil ik veel liever indruk maken op feestjes met vergaarde kennis uit de boeken die ik lees. Dit interesseert mijn hersenen geen zak.

Die van mijn vriend Cees wel.
Hij heeft hersenen die het met hem eens zijn.

Hersenen van Cees: “We willen niet voor lul staan omdat we niet weten wanneer de eerste wereldoorlog ophield.”
Cees: “Ok. Ik ook niet.”
Hersenen van Cees: “Deal.”

Dus slaan ze elk willekeurig feitje trouw op en wel zo dat hij ze kan gebruiken als hij ze nodig heeft. hippoDat laatste is erg belangrijk, want het schijnt dat hersenen alle informatie opslaan die ze tegenkomen. Alle kleine details, alle onbenullige feitjes, alle ellenlange cijferreeksen die je ooit hebt gezien, ze schijnen opgeslagen te zijn in de hippocampus. Of ze makkelijk op te rakelen zijn is er vervolgens van afhankelijk of de hersenen de informatie labelen als ‘belangrijk’. Dit gebeurt bijvoorbeeld als ergens een grote emotionele waarde aan zit.

Ik moet hier niet te lang over nadenken. De kloof tussen mijn hersenen en mij zou alleen maar groter worden. Het zou escaleren en er zouden dingen gezegd worden die niet meer goed te praten zijn.

Dus hebben we een staakt het vuren. Ik probeer niet meer wanhopig feitjes te stampen en mijn hersenen doen waar ze goed in zijn: gesprekken, gedachtes en gevoelens opslaan.
Toch eigenlijk ook wel weer handig… kan ik in elk geval meedoen met mijn moeder’s Bert Visscher quotes.