We waren van te voren talloze malen gewaarschuwd: in Quebec moet je in het Frans converseren, de mensen daar willen absoluut geen Engels praten. In de praktijk bleek dat reuze mee te vallen. Aan de balie van ons hotel in de binnenstad van Quebec deed ik in mijn beste Frans het woord, maar toen de receptioniste door kreeg dat mijn mede-reizigers dat niet begrepen zei ze: “Shall I try it in English?”

Het was vermakelijk hoe ze probeerde Geert Waninge uit te spreken. Kejt Vennige…. maar we kwamen er prima uit samen. Toen we de volgende morgen vroegen hoe we de bus moesten nemen om in het centrum van de stad te komen riep ze: “No bus! Il faut marcher! You should walk, it’s beautiful!” En of ze gelijk had. We kregen een plattegrondje mee en verkenden de stad te voet; het was prima te doen.
Na Toronto en Kingston was dit de derde Canadese stad die we bezochten. Quebec is beslist een heel ander verhaal; het heeft nagenoeg geen hoogbouw en doet denken aan Parijs. Het is de enige stad in Canada met een stadsmuur en poorten en de geschiedenis gaat terug tot begin 1600.

Schoonzus Lammie en ik trakteerden onszelf op een stadswandeling door het oude stadsdeel. Onze gids sprak vloeiend Engels en was opgegroeid in Quebec. Trots vertelde ze over de oude kerken en de eeuwenoude geschiedenis van de stad. Als Nederlandse luister je dan met ‘gekleurde oren’: we vertelden haar maar niet dat de kerk in Roden uit de 13e eeuw stamt.

Op het hoogste punt van Quebec: uitzicht over St. Lawrence river

We waren drie kwartier later terug dan we met de mannen hadden afgesproken. De gids maakte zich daarover geen zorgen. Ze was nog niet klaar met haar verhaal. “They probably buy themselves a beer…..”
Mannen zijn kennelijk overal in de wereld hetzelfde.

We genoten van de stad. Terrasjes, mensen kijken, echte Franse uiensoep, boemelen met andere toeristen langs kleine winkeltjes en schilders en de mooie uitzichten over St. Lawrence river.
Verrassend was onze ontmoeting met Aldo, de ezel. Die stond in de achtertuin van de bisschop samen met Holly de geit; dat verwacht je niet in het centrum van een wereldstad achter de wereldberoemde Notre Dame kathedraal. Op internet vond ik een artikel over Aldo en Holly: ze gaan in juli verhuizen naar groenere weiden, dus wij horen bij de gelukkige toeristen die het illustere tweetal nog in de binnenstad hebben gezien. ( info: zie >>>)
Aldo hoort eigenlijk thuis in het vorige Canadablog, maar hij verdient een hoofdrol en een foto op deze website!