De zeeën van tijd die ik voor de bypassoperatie had heb ik voor zover mogelijk aangenaam doorgebracht.  Toen ik in het ziekenhuis werd opgenomen  was ik net begonnen met een nieuwe vorm van breien: continentaal breien op een rondbreinaald (9 maart).  Inmiddels heb ik het onder de knie.  De ‘Pairfect-sokken’ zijn af (14 maart)  en het volgende project vordert gestaag: een Zeeuwse visserskol (3 maart) voor mezelf van gemeleerd blauw garen.  Deze keer niet op 4 pennen, maar met een rondbreinaald.

Ook heb ik heel veel gelezen; tijdschriften, het Dagblad van het Noorden en na ‘de Amerikaanse prinses’ (23 maart) las ik het boek ‘Veenbrand’ van Karin Fossum. Een Noorse detectiveschrijfster die een hele serie heeft geschreven over de inspecteurs Sejer en Skarre.  Het boek nam me mee het leven in van Bonnie en haar zoontje Simon. Op de eerste pagina lees je dat de twee dood worden aangetroffen in een oude caravan.  Vervolgens springt het boek een half jaar terug in tijd en kom je er stukje bij beetje achter wat er gebeurd is. Twee verhaallijnen die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben komen aan het einde van het boek even verrassend als gruwelijk bij elkaar.  Zo mooi geschreven; ik werd er helemaal door gegrepen. Als de nachtzuster ’s avonds op de laatste ronde het kamerlicht uitknipte, deed ik mijn eigen bedlampje aan en las nog even verder. Het gaf mij een beetje het gevoel van vroeger: papa en mama gingen naar bed en daarna lag ik nog een poosje ‘stiekem’ te lezen……