Zaterdagavond 19.10 uur.
Telefoon: Frea.
“Mam, wat fijn dat je nog thuis bent! Wil jij mijn zwarte pumps meenemen? Die staan nog bij jullie boven in de kast.”
Tuurlijk.

De dikke sportschoenen passen  natuurlijk ook niet onder dat leuke zwarte jurkje.
En al helemaal niet bij het Requiem van Fauré; dat stond gisteravond op haar programma en ook op dat van mij.
Een paar weken geleden vertelde ze enthousiast dat ze ging meedoen aan een scratch voor oud-Bragi-leden. Bragi is de Groninger studentenmuziekverening (koor én orkest), waar Frea in haar studententijd lid van is geweest;  hierbij een link naar hun website.
Zaterdag overdag gingen ze samen de hele dag Fauré oefenen/repeteren en’s avonds hadden ze uitvoering. En publiek was van harte welkom.
Frea stuurde halverwege dag een foto in de gezinsapp: ze zongen het woord ‘calamitatis’, wat bij haar Asterix en Obelix-gevoelens opriep.
Harriët begreep het direct: “Calamitatis? Die altijd chaos veroorzaakt en ruzie maakt?”
“Het is Calamitatis, de ruzie-druïde” appt Frea.
Gezinsonzin-lol.
Om 19.45 uur stond ik met een meneer uit Amersfoort te kletsen over het verschil tussen Groningen en Amersfoort toen Frea haar schoenen alvast even kwam halen.
“Onmiskenbaar uw dochter!”

Het was al even geleden dat ik bij een uitvoering van een klassiek stuk was geweest.
Ik had al kippenvel toen het nog niet eens was begonnen, want ik genoot al van de entourage; de monumentale oude kerk, het gedrentel van de koor- en orkestleden, zoveel jonge mensen actief in de klassieke muziek: mannen in rokkustuum, vrouwen allemaal in het zwart.
Voor het stuk van Fauré aan zong het groot-koor van Bragi twee stukken die niet nader werden benoemd. Het bijzondere was dat ze dat deden in een ander gedeelte van de kerk dan waar het publiek zat. Dat gaf een mysterieus effect; ‘ergens’ hoorden we prachtige, a-capella koormuziek, maar het koor zelf was niet te zien.

Daarna stelde iedereen zich op en konden we gaan luisteren naar het Requiem.
Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik het stuk in de afgelopen week al een keer of vijf had beluisterd via Spotify, want het was jaren geleden dat ik het voor het laatst had gehoord. Het risico  daarvan is  dat je dan een foutloze uitvoering hoort, terwijl een echte uitvoering, helemaal bij een scratch, nooit perfect is.

Maar de perfecte uitvoering op de oortjes weegt nooit op tegen een écht concert.
De sensatie van het begin van zo’n stuk met zoveel instrumenten.
Het zien van de concentratie op de gezichten van de muzikanten en de zangers.
Het ‘voelen’ van de muziek door je hele lichaam heen.
En ja: hier en daar hoor je wel eens wat. Net niet helemaal goed onder elkaar, inzetten niet precies gelijk, maar dat hoort er bij: ik heb geluisterd naar een prachtige uitvoering van het Requiem en ik heb gezien dat heel veel mensen, spelers, zangers én publiek, daar ontzettend van hebben genoten. En is dat niet de bedoeling van muziek?
Voor mij voelde het als een cadeau dat ik noot voor noot heb uitgepakt.
Kippenvel bij de sterke sopraan, tranen bij de mooie bariton.
En bewondering voor de  hoogte van de (overwegend splinterjonge) sopranen en tenoren.

Op de foto zie je het hele orkest met het koor daarachter.
Frea staat ergens op de altenrij onder het orgel.
Die sportschoenen hadden trouwens ook best gekund.
Zag niemand!