Gistermorgen maakten we kennis met Frits, een nieuw lid van onze familie.
Frits is een heer op leeftijd die zijn laatste dagen slijt bij Carlijn en Wim in hun flatje in Groningen.

Zaterdagavond belde Carlijn.
“Even bijpraten?”
Gezellig. Werk, zussen, hoestmetpapa en we hebben ook een leuk nieuwtje: we hebben een kat.

Dat klinkt als ‘niks bijzonders’ maar in hun geval is dat wel zo.
Al vanaf dat Carlijn uit huis ging (sinds 2012) wil ze graag een kat, maar in haar kamer in Leeuwarden mocht ze geen huisdieren houden.
Wim had thuis altijd al katten en wilde ook graag zelf een kat.
Toen ze hun appartementje betrokken in Groningen waren hun eerste gezamenlijke huisdieren twee ratjes.
Maar een kat bleef hun gezamenlijke droom.
Maar tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren.
Met de wetten viel het reuze mee, maar praktische bezwaren waren er genoeg.
“ALS we al een kat nemen moet het een oude zijn, die al zindelijk is, die we niet meer hoeven op te voeden, die niet wegloopt, die de planten niet opvreet en die niet onophoudelijk blèrt zodat we geen oog dicht doen”.

Zulke katten zijn er niet veel.
Maar toen was daar opeens Frits.
Hij woonde bij een oude mevrouw die niet meer voor hem kon zorgen en die hem naar het asiel moest brengen. Daar zat het dier doodsbang in een hok naast twee blaffende honden; de medewerkers daar kon het niet aanzien en via een stagiare en Carlijn’s vriendin kwam Frits woensdag op proef bij Carlijn en Wim.
Het was heel spannend geweest maar het ging heel goed.

Het kind kent mij natuurlijk als geen ander en weet dat ik niet van katten houd.
En omdat ik niet van katten houd komen ze mij altijd kopjes geven en ongevraagd op mijn schoot zitten.
Brrr.
“Je kunt best komen kijken mama, want deze komt niet bij je.”

Gistermorgen gingen wij bij hen koffiedrinken in Groningen.
Frits is een schatje.
Na de eerste dagen is hij inmiddels aan hun huis gewend en hij bleef rustig op zijn plekje in de vensterbank liggen toen wij kwamen.
Gistermorgen legde hij voor het eerst zijn kopje op het kussen; in de dagen daarvoor had hij steeds nog waakzaam om zich heen gekeken.
Toen Carlijn hem even kroelde ging hij voor het eerst op z’n rug liggen en liet Carlijn heerlijk over z’n buik kriebelen.

Opgetogen was ze.
Kijk wat hij doet! Hij voelt zich thuis!

Je kunt zelf niks met katten hebben en toch genieten van wat zo’n beest bij anderen losmaakt. Ex-schoonzoon Erik transformeerde van stoere marktkraamopbouwer in een dierenvriend (met de stem een octaaf hoger) als hij communiceerde met zijn kat. Die kat praatte ook echt terug. Ik weet nog met hoeveel onverstand ik daar destijds bij stond te kijken.

Frits keek gistermorgen af en toe verbaasd de kring rond, snuffelde even aan mijn tas, liet zich door Gerard aanhalen en liet mij met rust.
Dat had hij goed bekeken.

Nog een verhaal lezen over Frits? Hierbij een link naar het blog ‘Kater’. Daarop vind je een leuk filmpje van Frits, verstopt in een keukenkastje.