De vader van gastheer Dennis (zie blog gisteren) werkte vroeger in de regeringsgebouwen van Ottawa; Dennis kent daarom de stad op zijn duimpje. Hij was dus onze gids toen Judy en hij ons de stad lieten zien. Waar ik in de andere steden de hele tijd met een plattegrondje voor m’n neus liep en uitzocht waar we heen moesten, liep ik nu heel ontspannen achter Judy en Dennis aan. Wat heerlijk!
We begonnen met een bezoek aan het graf van de onbekende soldaat. Twee soldaten staan daar onafgebroken op wacht, om de paar uur afgewisseld door twee andere soldaten. Wij troffen het: er was net een “changing of the guards”; onder begeleiding van doedelzakmuziek (een deel van het Canadese leger is Schots) werd de wacht gewisseld.
Ondanks de warmte had ik kippenvel; wat een plechtig moment. De Canadezen zijn trots op hun soldaten die hun leven gaven voor de vrijheid van anderen. Ook die van ons in 1940-1945! Er stonden in de stad overal jonge gidsen die toeristen iets vertelden over het monument waar ze bij stonden. De jongeman die wij spraken vertelde dat zijn grootvader had gevochten in Nederland in de tweede wereldoorlog. Hij wist ons veel over die episode te vertellen, wist zelfs dat prinses Margriet in Ottawa is geboren en dat de kraamkamer in het ziekenhuis voor die gelegenheid tot Nederlands grondgebied werd verklaard.
Dwars door de stad stroomt Rideau-river. Prachtig waren de verhalen over hoe het in Canada is in de winter. Het wordt daar gemakkelijk min dertig. Bijna al het water bevriest dan, dus er ontstaan overal natuurlijke ijsbanen waar naar hartenlust op geschaatst wordt.
De drie grote parlementsgebouwen vormen het hart van de stad; we liepen er om heen en hadden een mooi uitzicht over de stad en de rivier, terwijl Dennis ons ondertussen honderduit vertelde over de stad en haar bijzonderheden.
‘Canada 150 jaar’ is een groot ding dit jaar. Overal hingen vlaggen, de steden werden versierd en men maakte zich op voor de festiviteiten rond 1 juli, zo ook Ottawa. We bezochten het ‘memorial’ (een soort gedenkteken) dat al was opgericht voor dit jubileum.
Voor ons Europeanen komt het wat koddig over, maar Canadezen zijn heel trots op alles
wat ouder is dan 1850. Er is heel veel aandacht voor wat er bewaard is gebleven van de eerste Franse en Engelse Kolonisten, maar er is hoegenaamd geen aandacht voor de eerste Noord Amerikaanse cultuur: die van de Indianen. Welgeteld één bordje heb ik daar als toerist over gelezen (klik op de foto hiernaast voor een vergroting, dan kun je de tekst lezen) en in Ottawa stond een grote totempaal.
Het is niet fraai wat de Europeanen in de loop van de eeuwen hebben aangericht in andere delen van de wereld.
We kunnen het niet meer terugdraaien.
Hooguit excuses aanbieden.
Ik hoop van harte dat er bij al die festiviteiten rond het jubileum daar ook aandacht voor is.
Geef een reactie