een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Handwerken Pagina 1 van 21

19 april: Inktvisjes en alpaca’s.

Vorige week donderdagmorgen had ik een aantal appjes van dochter Frea op mijn telefoon.
Die had ze de vorige avond gestuurd om 00.10 uur.
“Ik ging dat octopusje afmaken vanavond en aangezien het na twaalven is kun je nagaan hoe goed dat ging…..”
Even voor de goede orde: ze heeft die avond daarvoor geen inktvis geslacht; ze had er één gehaakt.
Een collega van haar ging met zwangerschapsverlof en Frea had bedacht dat ze een ‘octopus’ ging haken.

Leuk om te weten: die zwangere collega heeft een alpaca en had de wol daarvan aan Frea gegeven.
“Kunnen jullie hier iets mee?”
Altijd.
In 2022 schreef ik al eens dat ik sokken/sloffen had gebreid van alpaca-garen, gesponnen door Jon.
Inmiddels zijn we twee jaar verder en heeft Frea haar eigen spinnewiel.
Een paar weken geleden kreeg ik al appjes van haar: ze had alpacagaren gesponnen en met rode kleurstof gekleurd.
Ik vraag me dan gelijk af of dat wel kleurvast is.
“”Yes. Met azijn ingekookt, dan blijft het zitten.”
Zo leer je nog eens wat.

Frea ging voor die collega een octopus-knuffel haken van zelfgesponnen, zelfgekleurde alpacawol en stuurde mij een serie foto’s.
Die bekeek ik natuurlijk met ‘blog-‘ogen en ik vroeg haar of ik er over mocht schrijven.
Tuurlijk!
En of ze ook een beschrijving had van hoe ze het gemaakt had?
Ook nog.

Het komt allemaal op z’n Frea’s tot u.
Kijk en geniet.

 
“Ik wilde hem oogjes geven”
“Maar ja…”
“Dat beest heeft enge dingen meegemaakt als je hem zo ziet kijken”
“Wel leuke extra’s”
“Maar er toch maar weer afgehaald.”
“Dit is hem geworden!”
“Met een sleutelhangerversie voor collega G. ”

Frea heeft dit inktvisje zelf bedacht, dus ze heeft het niet van een patroon nagehaakt.
Haar haakbeschrijving is dus niet zoals je gewend bent uit de haakboekjes.

Magic cirkel beginnen met zes vasten daar in, dan heb je een klein rondje.
Steeds elke rij er zes  vasten bij meerderen (alles dubbel, 1 gewoon 1 dubbel, 2 gewoon 1 dubbel, etc. tot je 9 of 10 gewone hebt en dan een dubbele) Dan een paar keer in het rond tot je denkt nou kan ie wel dicht?
Dan steeds 6 minderen per rij (9 gewone 1 minderen, volgende rij 8 gewone 1 minderen) totdat je denkt nou moeten er pootjes op.
Die haak je dan als lossen in een sliertje, en dan weer terug, een of twee vasten(?) in het rondje en dan de tweede tentakel.
Als het er dan na 8 tentakels nog wat ielig uitziet kun je er nog een hele ronde bijlangs aan beide kanten van de tentakels. 

Het dichtmaken onderin is even kijken of je het rondje weer op kunt pakken onder de tentakels.
Dan ga je gewoon verder met minderen van zes per ronde (dus het rondje een meervoud van zes laten zijn, waarschijnlijk 30 o.i.d.) en dan dichtmaken.

HAHAHAHA!
Succes voor wie daar wat mee kan! 😉

Je moet een ervaren haakster zijn wil je deze beschrijving begrijpen, maar ik kom er zo wel uit.
Jij ook?
Ben benieuwd!

Reageren

4 april: Op naar het 5e seizoen.

De laatste ‘Holy Stitch’-bijeenkomst van het seizoen al weer en ‘volle bak’: een hele tafel vol met bijna 20 ‘steeksters’.
Toen Geke als één van de laatsten binnenkwam en iedereen een goedemiddag wenste zei hoorde niemand haar: het was al weer een gebep&geklep van belang.
Pas bij de derde, zeer luide ‘goedemiddag’ kwam er reactie van de anderen….

Op tafel stond een grote mand: daar kon onze inbreng in voor het Rad van Fortuin dat het komende weekend zal draaien bij de talenten/activiteitenmarkt voor Moldavië.
Een pop met échte pijpenkrullen, een beertje, twee knikkerzakjes en een setje onderzetters zaten er al in. Benieuwd? Kom naar Op de Helte op 7 april: wie weet win je iets!

Zwanny had iets bijzonders mee: zij maakte fotolijstjes van plastic randjes van supermarktbakjes. Waar olijven in zitten. Of oude-kaas-salade.
Van zo’n bakje knipt ze ongeveer een halve centimeter af; vervolgens haakt ze dat helemaal vol met vasten. De volgende toer zijn gehaakte schulpjes: een groepje van 5 of 6 stokjes in dezelfde vaste en dan twee vasten op de ring overslaan.
Daarachter kun je dan een foto of een leuke afbeelding prikken/plakken.
Op de afbeelding zie je een rond exemplaar, maar je kunt het ook met een rechthoekige vorm doen.
Met gemêleerd garen krijg je dit effect.

Alie was met een project voor kerst bezig.
Het was een pakket, gekocht in de Wereldwinkel, dat ze vorig jaar al had gekregen.
Het is een ‘Windlicht-engel’; in het pakket zat vilt, een patroon , borduurgaren, knopen, kraaltjes, een glas en een snoertje led-lichtjes.
Op afbeelding zie je hoe ver Alie was.

Hierbij een link naar de website van Atelier Lindelicht daar kun je het pakket bestellen. Daar vind je ook een mooie foto van hoe de engel er uit komt te zien.

Het Holy Stitch seizoen 2023/2024 is met deze laatste middag afgesloten: de vierde jaargang al weer.
Op 6 oktober 2020 gingen we van start, maar met hindernissen: we zaten toen midden in het eerste corona-jaar.
Anderhalve meter van elkaar af aan 3 aparte tafels.
Schuchter kennismaken, want we kenden elkaar lang niet allemaal.
Als je dat afzet tegen de eerste alinea van dit blog mogen we constateren dat ons steekclubje goed loopt en voldoet aan de verwachtingen die we destijds koesterden.

We komen in september weer bij elkaar voor de eerste middag in het seizoen 2024/2025, maar in de zomer worden er misschien nog wel wat gezamenlijke activiteiten opgepakt. De eerste staat al gepland op 16 april: dan gaat er een groepje naar Veenhuizen om de expositie van Geke te bekijken in ‘Zunneschien’. De kunstenares gaat dan zelf ook mee om uitleg te geven bij haar schilderijen.
Meer weten?
Lees dan nog eens het vorige blog dat ik schreef over de bijeenkomst in maart: Verstopt.
Daarin lees je meer over die tentoonstelling die de titel ‘Doodgewoon’ meekreeg.

En wat staat er op dit moment op mijn pennen?
Babyslofjes in plaats van een kaartje; die breide ik in 2014 ook al met dezelfde reden.
Voor een afbeelding en een patroonbeschrijving hierbij een link naar het blog dat ik er toen over schreef.
Ook op het Instagram-account van deze website vind je een foto van wat ik aan het breien ben.

Reageren

24 februari: Bij de oerwoudbroek.

Bij een groene ‘oerwoudbroek’ wilde ik een gilet breien. 
In het najaar nam ik de broek mee naar ‘Atelier 6a’ in Leek en zocht er een mooie kleur groen bij uit. 
Eigenlijk wilde ik iets breien met kabels, maar ik vind het altijd zo’n gedoe met die kabelnaald: daar kan ik niet rustig bij televisiekijken.
Een alternatief vond ik in ‘de valse kabelsteek’: geen hulpnaaldje, alleen verspringen met recht en averecht.
Hierbij een link naar een eenvoudige beschrijving op de website van Jessica Tromp. 
Ik kocht er een paar enorme houten knopen bij met bloemen er op. 

Eerst breide ik een proeflapje om te kijken hoeveel steken ik nodig had voor het achterpand en ik breide het gilet als een vest, maar dan zonder mouwen. Er is op dat gebied genoeg te vinden op internet. Op de plaats van mouwen breide ik met boordsteek een mooi kantje en langs de voorpanden, nek en schouders breide ik een boordje met aan één kant 5 knopen. 

Hij is al even klaar en ik heb hem ook al aangehad: links zie je het gilet gecombineerd met een ecru blouse met pofmouwen én de oerwoudbroek. 
Rechts een detailfoto van het boordje met de knopen.  

Reageren

11 januari: Handwerkdoos van Aafke.

Deze website zorgt er voor dat mensen aan mij denken als ze gaan opruimen.
Zo kreeg ik bijvoorbeeld een tijdje geleden een verhuisdoos met handwerkspullen van een echtpaar dat een nieuwe vloer kreeg daarom alle kasten moest uitpakken.

De man had gezegd: “Gooi maor vot die olle rommel.”
Nou ja zeg!
Ik was er blij mee.
Toen ik de doos kreeg was ik er even vluchtig doorheen gegaan, maar het was van alles wat (borduren, breien, haken en smyrna) dus ik moest het echt even uitzoeken allemaal.
Gistermiddag pakte ik de hele doos uit; die klus had ik bewaard voor deze nieuwjaarsvakantie.
Ik kwam echt van alles tegen; zo verrassend allemaal!

Een bloemlezing:

… geen bijbelse voorstellingen….

Er zat een grote kartonnen map in waar ‘De Bijbel’ op stond.
Wat zou daar dan in zitten? Bijbelse voorstellingen?
Het bleek een bewaarmap te zijn waar allerlei patronen in zaten van allerlei handwerkvormen, verzameld in de loop van de jaren: (zie afbeelding hiernaast) o.a. een Ariadne uit 1978. Zou dat blad nog bestaan vroeg ik me af? Even opzoeken; het heet nu Ariadne at Home (!) en het ziet er inmiddels heel anders uit. Hierbij een link naar hun hippe website.

In een plastic zak zat een half afgemaakt lopertje dat gemaakt was met de smyrna knooptechniek. De kleuren van hoe je het moet knopen zijn aangebracht op het stramien en er zit garen bij, op maat geknipt. Er zitten ook van die priknaalden bij, dus je kunt er in principe zo mee verder.
Maar ik ga dat niet doen, dus ik neem het mee naar de eerste bijeenkomst van Holy Stitch: misschien kan ik er iemand anders blij mee maken. 

Verder vond ik een A4-schrift dat heel dik aanvoelde.
Het bevatte haaksteken: uitgetypt én als voorbeeld gehaakt.
Fantastisch toch? Nu kun je alles opzoeken op internet, maar vroeger was dit een hele slimme manier om te onthouden wat je had gehaakt en hoe je het moest doen.

Ouderwets smokwerk

Ook leuk: een voorbeeldje van ouderwets smokwerk.
Smokken wordt gebruikt bij het maken van kleding: het is een techniek waarbij kleding geplooid/gerimpeld wordt en vervolgens met borduursteekjes wordt vastgezet.
De stof wordt hierdoor elastisch. Vroeger werd dit met de hand gedaan; tegenwoordig heb je van die supersonische naaimachines die dat allemaal voor je doen. Dan gaat het ook een stuk sneller…..

De hele doos heb ik uitgezocht, zelf wat gehouden, naaipatronen achteruitgelegd voor de dochters en de rest gaat mee naar de volgende bijeenkomst van Holy Stitch.
Als er dan nog wat overblijft breng ik het naar Het Goed.
Gooi maor vot die olle rommel? Tssss……

Reageren

4 januari: Chenile.

“Ja maar…. hier kan ik toch geen sokken van breien!?” zei ik

“Oh nee?” Bij mijn bureau op het werk stond een casemanager met een hele grote bol Chenile Fine.
Zij had een paar weken daarvoor gevraagd of ik voor haar een paar sokken wilde breien.
“Ja hoor” had ik gezegd “koop maar een bol garen en vertel me wat je schoenmaat is.”

Maar sokken breien van dit blauwe ’touw’ leek me een onmogelijke opgave.
Collega had daar een heel ander idee bij.
“Oh! Het leek me zo lekker zacht en warm…”

“Nou,  ik wil het wel proberen hoor. Maar je kunt ze dan niet dragen met schoenen aan,  daarvoor zijn ze veel te dik.”
We spraken af dat ik wat zou experimenteren en zou proberen om warme huissokken van de chenile te breien.

Je moest breien met pen 8, waarvan je er dan vier zonder knop moet hebben, maar die had ik niet.
Voor 4x 15 cent kocht ik die bij Het Goed en ik begon met een proeflapje. Het kwam er op uit dat ik 24 steken moest opzetten. 8 minder dan voor het kleinste kindersokje uit de matentabel. Die 24 steken verdeelde ik over 3 naalden en zo begon mijn ‘huissokken-avontuur’.
Het kwam goed, maar het breide niet echt fijn. Het breide voor geen meter eigenlijk.
Ik had het gevoel dat ik met stalpalen aan het breien was.
Zo klonk het ook als er ééntje per ongeluk op de grond viel: zo’n pen kletterde echt op onze plavuizen.

Met 24 steken brei je een grote hiel met 12 steken en minder je naar de kleine hiel tot 8 en zet je er daarna aan weerskanten weer 6 bij op.
Het ging wel lekker snel trouwens, ik had maar zo een paar klaar.
Toen had ik nog best veel chenile over, daar breide ik in overleg met de collega een warme col van.
Nu heeft ze zachte, warme, huissokken met een bijpassend dingetje om de hals.
En weet ze dat chenile geen sokkenwol is en dat het niet geschikt is om sokken van te breien.
Goed idee.
Doen we niet.

Reageren

17 december: Colsjaal

Weet je nog? Begin november schreef ik een ‘Grabbelton-blog’; één van de onderdelen was dit garen dat ik via internet had gekocht.
Op de website ‘Blij dat ik brei’ had ik een mooie colsjaal gevonden die ik wilde haken, maar dat patroon was uit 2012 en het garen dat was gebruikt was niet meer leverbaar. Op internet vond ik dit garen op de website van Hobbii; het heet Magic Sock Wool. De goede kleurencombinatie, de goede samenstelling (70% wol, 30% polyamide) en de goede dikte.

Inmiddels is de sjaal klaar.
Op de website ‘Blij dat ik brei  vind je een beschrijving van hoe Jeannette Jaffari-Schroevers de sjaal heeft gehaakt, maar ik heb het een beetje aan mijn eigen wensen aangepast.
In het kort komt het hier op neer:
ik haakte 20 granny squares van 5 toeren/rondjes die ik gelijk aan elkaar naaide; dan ontstaat er een lange slinger/reep.
De granny’s naaide ik met kleine steekjes aan elkaar (draad door de beide bovenste lusjes van de steken van de laatste toer van de granny’s) . Bij het aan elkaar naaien van de eerste en de laatste granny maakte ik er een slag in, een zodat je geen cirkel maar een möbius (een soort 8) krijgt.
Daarna ging ik langs de zijkant van de reep verder met granny stripes: steeds 3 stokjes in 1 gaatje; ik deed er geen losse tussen.
Omdat de granny’s in een möbius aan elkaar zijn genaaid, maak je een soort 8 en wordt de rij streepjes zowel aan de bovenkant als onderkant tegelijkertijd gehaakt. Je haakt dus 2 rondjes voor dat je weer bij het beginpunt bent aangekomen; ik heb de 2 bollen bijna opgemaakt. Tip van Jeannette: zorg dat je ca. 20 gram overhoudt voor je aan het schulprandje begint.

Het schulpje haakte ik door 9 stokjes in 1 “gat” te haken, in het volgende gat een vaste.
Als laatste haakte ik nog met halve vasten de hele sjaal rond.
Op de detailfoto hiernaast zie je hoe dat er uit ziet.

Reageren

12 oktober: Kussentjes op de barkruk.

Toen we ons huis hadden verbouwd in 2011 (nieuwe keuken en een woonkeukengedeelte met schuifdeuren naar de tuin) had ik een groot stuk extra aanrecht waar je aan kunt zitten.
Een soort huisbar. We kochten bij IKEA drie barkrukken en als iemand staat te koken en we hebben bezoek, dan zit het erg gezellig aan de bar in de keuken. Toen mijn moeder nog leefde zat ze graag bij mij ‘aan de bar’ te teuten.
Kopje koffie er bij, klep-klep-bep-bep.
Op die barkrukken liggen dus al jaren van die ronde, platte kussentjes, zwart in ons geval.
En op den duur worden ze lelijk.
Valig.
Met vlekken die er niet meer uitgaan.

Op internet vond ik een plaatje van een gehaakt, rond kussen overtrek.
Kon je kopen, maar ik wilde het zelf maken.
Het patroontje was nergens te vinden, dus ik vergrootte het plaatje een beetje en maakte een printje.
En dan is het vooral een kwestie van goed kijken welke steken zijn gebruikt en hoeveel stokjes/lossen/boogjes in het patroontje voorkomen.
Uitproberen. Prutsen. Tellen. Uithalen en opnieuw beginnen.
Gerard kan dan zo olijk zeggen: “Zo schiet het niet op, hé?” als ik weer een gedeelte moet uittrekken.
Maar dit is waar ik plezier aan beleef, vooral als het lukt.
En het lukte!

Inmiddels liggen er drie rode kussentjes op de stoelen; ze passen goed bij de andere rode accenten in onze keuken.
Wil je ook zo’n kussentje haken?
Hierbij een link naar een PDF met een patroonbeschrijving: 2023.09 Kussenovertrek rood
Lukt het jou ook?
Laat het me even weten.
Vinnikleuk.

Reageren

4 oktober: Afgeleid door de gezelligheid.

Gisteren was het weer de 1e dinsdag van de maand: Holy Stitch!
Op de tweede bijeenkomst van dit seizoen hadden we net als vorige maand een nieuwe deelnemer: Zwanny uit Nieuw Roden.
Het is inmiddels geen probleem om aansluiting te vinden bij onze groep; je hebt sowieso altijd je handwerkje mee om het over te hebben en dan babbel je al snel ook over andere onderwerpen.
Marijke had geen handwerkje mee, want wat ze onderhanden had “daar moet ik bij opletten en tellen en dat kan hier niet”.
Nee, dat klopt, je wordt nogal afgeleid door de gezelligheid.
Ze ging de kring rond om hier en daar inspiratie op te doen.
Zo zag ze bijvoorbeeld het borduurwerk dat volgens maakster Sjoukje drie Labradors voorstelde. Er werd nog even gediscussieerd met Alice  die vond dat het Golden retrievers waren, maar discussie werd gesmoord door Geke die droogjes opmerkte dat het in ieder geval honden waren.
Sijcolien trakteerde op lekkere chocolaadjes, want ze was oma geworden!
Alie had een ‘flubbertje’ aan haar haakwerk dat er niet hoorde en wilde daar graag advies over en twee dames ontdekten dat ze vroeger op de MAVO bij elkaar in de klas hadden gezeten.
Je snapt het al: de middag was maar zo om.

In het kader van ‘de stekerij’ deel ik vandaag een ideetje om kleine restjes katoen op te maken; misschien inspiratie voor Marijke?
Voor het omhaken van een buitenstoelkussen had ik te veel garen gekocht; drie bollen grijs hield ik over.
In mijn handwerkkast staat een klein, rieten koffertje met een heleboel kleine restjes katoen, waar je eigenlijk net niks meer mee kan.
Op de website Hilde Haakt vond ik een leuk idee: lichtgrijze onderzetters, met in het midden allemaal een ander kleurtje.
Zij bracht mij naar een patroon op de website van Karin aan de Haak.
Deze twee ideeën voegde ik samen en veranderde ik een beetje naar eigen inzicht: het rondje in het midden bestaat bij mij uit 20 stokjes.  Verder voegde er nog iets kleurigs aan toe: ik haakte om de onderzetters halve vasten in de kleur van het middelste rondje; die halve vasten haakte ik alleen in de bovenste lus van de onderliggende stokjes, dan krijg je een klein randje.

Ik haakte de onderzetters in twee tinten grijs, licht en donker en had genoeg restjes om zes verschillende contrasterende kleuren aan te brengen.
Koordje er om heen, strikje er in: mooi cadeautje.
Binnenkort gaat er weer een collega weg; ik doe er alvast een vrolijk inpakpapiertje omheen.

Reageren

27 augustus: Eindresultaat van ondergeschikt belang.

Gerard had na onze Donaureis nog een week vakantie; ik niet.
Maandag 21 werd ik weer op kantoor in Groningen verwacht.
Casa Grada was van woensdagmiddag 23 tot maandag 28 niet geboekt.
“Zullen wij dan…..?”
Woensdagavond na mijn werk vertrokken we naar Westerbork. Donderdagmorgen was voor mij het lastigste moment van de week.
We zaten met een kop koffie in de zon aan het water.
Gerard had z’n hengeltje uitgegooid en zei: “Nou,  werkze vandaag! ” en ik vertrok met mijn broodtrommeltje en beker karnemelk.
“Veel plezier,  geniet van je vakantiedag!”
Maar dat was maar één dag; meestal is het andersom; dan zwaai ik hem uit en heb ik vrij.

We hadden nog een paar heerlijke dagen.  Vrienden Bea en Hans kwamen nog een nachtje logeren en er kwam nog een dochter langs.
Zomer in Drenthe.
Zaterdagmorgen zat ik in de zon te borduren.
Na het klaverjasscorebloc-hoesje (zie: Klaverjas-omslag) ben ik begonnen aan een nieuw project: een geborduurde bank -organizer.
Ik heb een gebreid exemplaar op mijn bankleuning liggen,  die wordt dus in de toekomst vervangen door een geborduurde versie.
Weet je niet wat een bank-organizer is? Zie Wat brei je..?

Het begin is er. (klik op de afbeelding voor een vergroting) Ik gebruik twee kleuren: rood en grijs met zilver-accenten. Uit mijn oude handwerktijdschriften haalde ik wat voorbeeldjes en ik ben maar gewoon begonnen. Hoe het er uit komt te zien als het klaar is, weet ik nu nog niet: mijn leidraad is meestal voortschrijdend inzicht.
Het eindresultaat is ook eigenlijk van ondergeschikt belang. Borduren is ontspanning, rust in het hoofd,  genieten dus.
Al dan niet met een muziekje /podcast op de oortjes.
Dit weekend had ik er weer even tijd voor.

Reageren

12 augustus: “Wil jij het eens proberen?”

Aan het begin van dit jaar kreeg ik van PKN-gemeentelid Tineke een boekje; het heette ‘Shetland kant breien’ en het was geschreven door Elizabeth Lovick.
“Misschien dat het jou lukt om deze techniek onder de knie te krijgen…?” vroeg ze hoopvol.
Dat wou ik wel eens proberen.
Het duurde even voordat ik alle brei-projectjes die ik wilde doen af had, maar in juli ging ik er letterlijk voor zitten.

Ik zette 24 steken op met een restje katoen en begon met de eerste steken.
Dat was nog niet zo moeilijk. Ajour-steken kan ik immers al: een omslag en 2 recht samenbreien en één steek afhalen en overhalen en dan een omslag.
Maar dat was nog maar het begin.
Alle steken die ik daarna probeerde waren op zich niet moeilijk, maar waar ik tegenaan liep is dat je steeds moet tellen.
Zorgen dat de steken, omslagen en afhalingen op de goede plek zitten ten opzichte van de vorige naald,
Tellen.
Uithalen.
Nog weer tellen.
Ik probeerde ondertussen naar een televisieprogramma te kijken, maar het zweet stond op een gegeven moment in mijn handen.
En op mijn voorhoofd.
Het was maar goed dat het televisieprogramma geen detective was, want daar had ik met dit breiwerk in mijn handen geen draad eeeh…touw aan vast kunnen knopen.

Dan komt natuurlijk het moment waarop je denkt: “Waarom doe ik dit eigenlijk?” en stel ik mezelf vragen als ‘Geniet ik hier van?’ en ‘Is dit ontspanning voor mij?’
Op beide vragen was het antwoord: “Nee.”
Ophouden.
Dat advies gaf oud-collega Gineke vaak en hoewel ik haar advies niet altijd opvolgde was het nu wel de beste optie.
Niet meer doen.
Ik maakte een foto van mijn broddelwerk voor dit blog, zie afbeelding rechts; aanschouwt de puinhoop!

Er komt geen Shetland-kant-sjaal door mij gebreid.
En geen tafellopertje en geen omslagdoek.
En Tineke….. voor jou dus ook geen Shetland-kant-raamhanger.
Sorry.
De manager waar ik 10 jaar voor gewerkt heb zei in zulke situaties: “Je kunt niet overal goed in zijn.”

Wat ik wel goed kan zijn babyslofjes breien.
Die geef ik dan aan vrouwen die zwanger zijn in mijn omgeving in plaats van een kaartje.
“Gefeliciteerd met jullie zwangerschap!’
Vorige maand breide ik ze nog voor de pop van een 3-jarig achternichtje; het leverde me een prachtige foto op (via de app van neef Paul gekregen)  van het stralende peutertje met in haar armen haar baby mét sokjes: ‘Liss is superblij met de sokjes voor haar pop!”

Die sokjes/slofjes zijn niet moeilijk om te breien, daar kun je gewoon een detective bij kijken.
Ook zulke petieterige slofjes breien?
Hierbij een link naar het blog dat ik over deze slofjes schreef.
Daar vind je een breibeschrijving en het verhaal over een bok die ik ooit schoot.

Reageren

Pagina 1 van 21

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén