een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Kerk & gemeente Pagina 1 van 49

Kerkdiensten, bijeenkomsten van de PKN-gemeente Roden-Roderwolde

22 april: Vreugde, verwondering en verantwoordelijkheid.

Gistermorgen werd er een kindje gedoopt in de Catharinakerk.
Dat zijn altijd mooie diensten: trotse ouders, ontroerde grootouders, kerk vol familie en een schattige baby.
De doopouders hadden de liederen voor deze viering zelf uitgezocht en hadden van te voren aangegeven prijs te stellen op een eenvoudige, conventionele viering; toeters en bellen leiden alleen maar af van waar het om gaat in de kerk.

Aan het begin van de viering ging het over de doopjurk ‘die we aan het begin van ons leven bijna allemaal hebben gedragen’.
Die witte jurk staat, net als de bruidsjurk en het doodshemd, voor een nieuw begin.
Dominee Sybrand van Dijk had zijn eigen doopjurk meegenomen. Hij vertelde liefdevol over zijn moeder, die die jurk destijds zelf gemaakt had. “Kijk: hier paste ik toen nog in!”

In zijn overdenking benoemde de voorganger iets wat ik nog nooit zo geformuleerd in een doopdienst had gehoord, maar precies verwoordde wat ik beleefde na de geboorte van onze oudste dochter Frea.
‘Vreugde, verwondering en verantwoordelijkheid’.
Onbeschrijfelijk blij omdat al het spannende rondom de bevalling goed is gegaan, verwondering om een nieuw leven, een kind van ons samen maar ook: verantwoordelijkheid. We gingen met z’n tweeën naar het ziekenhuis en kwamen met z’n drieën terug.
‘Dit kindje blijft bij ons en daar moeten wij nu voor zorgen’ was een besef dat naast vreugde en verwondering in ons leven kwam.
Kan ik dat wel? Hoe weet ik wat ik moet doen? Doe ik het wel goed?
Het zette me zo aan het denken over die tijd, dat ik daarna een deel van de preek niet meekreeg.
Kan gebeuren.
Wat ik wel weer meekreeg is dat je als ouders het opvoeden van je kind perfect wilt doen, maar dat niemand dat lukt.
Het leven is nooit perfect. “Dit is het, dit ligt binnen mijn bereik en hier moet je het mee doen.”

Wat nam ik verder nog mee uit deze viering?
De oprechtheid van de jonge ouders die stralend met hun kleintje bij het doopvont stonden en het toevertrouwden aan God.
En ook: dat een viering heel goed zonder toeters en bellen kan.
We lazen over Jezus als de goede herder en we zongen daar een prachtig, oud lied bij met een tekst van Joost van den Vondel: ‘D’Almachtige is mijn Herder en Geleide.
Natuurlijk kwam bij dit thema ‘de Heer is mijn Herder’ ook voorbij, we zongen de Apostolische geloofsbelijdenis en het dankgebed werd afgesloten met het gezongen ‘het Onze Vader’ van Elly & Rikkert.
Even entre nous: Erwin Wiersinga kan fantastisch Bach spelen, maar Elly & Rikkert kostte vanmorgen wat moeite.
Het leven is nooit perfect.

Bij de afbeelding: op de avondmaalstafel ligt de papieren doopketting van onze gemeente. De naam van het laatste schakeltje is door de doopouders zelf op het kartonnen strookje gezet en aan de ketting geniet. Links de paaskaars, rechts de doopkaars die de ouders vanmorgen kregen uitgereikt.
Klik op de afbeelding voor een vergroting.

Reageren

15 april: Staakt het schuren.

Onze PKN-gemeente organiseert ieder jaar een ‘Preek van de leek’.
Niet bekend met dit fenomeen? Hierbij een link naar informatie over dit concept op de landelijke PKN-site.
Dit jaar verzorgde Rob Oudkerk deze viering: gistermorgen ging hij voor in de Catharinakerk in Roden.

Oudkerk is oud kamerlid, was wethouder voor de PvdA in de gemeente Amsterdam en voormalig huisarts.
De laatste tijd stond hij in de belangstelling door de tv-serie ‘De Joodse Raad.’
Die serie gaat over zijn grootvader David Cohen die voorzitter was van de Joodse Raad en zijn moeder Virrie Cohen die werkzaam was in de Joodse crèche en daar heel veel kinderen heeft kunnen redden van deportatie.
Als thema voor deze preek van de leek heeft Oudkerk ‘Vrijheid en Bevrijding’ gekozen. (Foto: Heleen Minderaa)

Wij waren niet in de gelegenheid om naar de kerk te gaan zondagmorgen, maar we hebben natuurlijk wel teruggekeken via Kerkomroep.
Aan het begin van de dienst benoemde Oudkerk de vele verschillende vormen van vrijheid en de mensen in de kerk werden in de gelegenheid gesteld om het met elkaar te hebben over de vraag: ‘Wat is vrijheid? Wat betekent vrijheid voor jou?’
Thuis aan de keukentafel dacht ik aan de Russen, die werden opgepakt omdat ze bloemen legden bij een monument bij de dood van Navalny.
En aan mijn moeders verhaal over haar 2e Wereldoorlog*
Onze generatie vindt vrijheid iets vanzelfsprekends, maar dat is het niet.

Het begrip ‘vrijheid en bevrijding’ werd gekoppeld aan ‘vergeving’.
Als je niet kunt vergeven, belemmert jou dat in het gevoel van bevrijding.
Verder trof me het beeld van het slachtofferschap.
“Niemand kan jou slachtoffer maken. Die keuze maak je zelf; welke rol speel je? De slachtoffer rol?
Daarbij gebruikte hij een prachtig voorbeeld: je kunt niet je hele leven in iemands schaduw blijven lopen en op het eind van je leven zeggen dat je geen zon hebt gezien.

Verder werd ik geraakt door wat hij zei over vrijheid van meningsuiting.
Zijn moeder was daar geen voorstander van; waarom moet je altijd maar roepen wat je vindt als je daarmee een ander krenkt?
Oudkerk was het daar vroeger niet mee eens, maar nu kijkt hij er toch anders naar.
Hij noemde ‘het onbelemmerd uiten van je mening’ een ziekte.
“Het mag schuren” wordt tegenwoordig vaak gezegd, maar moet dat ook?
Moet je hele bevolkingsgroepen wegzetten omdat jij iets vindt van hun huidskleur? Of hun religie?
Moet je mensen bewust kwetsen en beledigen omdat zij zich niet zo gedragen als jij?
Oudkerk vond dat het tijd was voor een ‘Staakt het schuren’.
Dat ben ik roerend met hem eens.

Ik was het niet met hem eens over de uitvoering van ‘Ne me quitte pas’.
Dan kies je toch niet voor Frank Lammers…..!
Deze viering terugkijken?
Dat kan op kerkomroep.

* Het verhaal van mijn moeder vind je in het blog ‘Hoe vrij ben je‘ uit 2022.

Benieuwd naar voorgaande ‘lekepreken’? Hierbij een overzicht met links naar blogs die ik daar destijds over schreef:
2021 Harm Dijkstra
2022 Anne Doornbos
2023 Daniël Rouwkema

Reageren

14 april: “Wat is dit groene pieletje dan?”

Gistermorgen had de werkgroep Groene Kerk een ‘Plantjesruilmarkt’ georganiseerd.
Je kon plantjes/stekjes meenemen uit je eigen tuin en materiaal van anderen weer mee naar huis nemen; daarbij kreeg je voorlichting over ‘Groen tuinieren’.
Gerard was al op tijd in onze tuin aan het steken: hij nam wat kattenstaarten mee, twee polletjes bieslook, twee polletjes lavas en nog iets waarvan ik naam niet weet.
Alle bakjes, doosjes en potjes die waren meegenomen werden op lange tafels gezet, zodat er enigszins overzicht was.
Het was niet altijd duidelijk wat er werd aangeboden, maar leve het internet: menigeen had de app Picture This op zijn telefoon.
Dat is een applicatie om planten te identificeren door middel van foto’s; alle mensen met groene vingers hebben zo’n app op hun telefoon geïnstalleerd.
“Wat is dit groene pieletje dan voor plant?”

Alpendistel

We zagen een stronkje met wat groene blaadjes.
“Wacht, ik maak even een foto”.
Foto werd geupload in DE APP.
“Het is een alpendistel. Kijk, zo ziet ie der uit.”
“O mooi! Die wil ik ook wel, die doet het altijd zo mooi in bloemstukjes.”
Maar er was maar één zo’n stronkje…..

Van het ruilmateriaal van Gerard haalden de lavas en de bieslook de uitstaltafel niet eens: dat werd gelijk overgepakt in een papieren tasje.
Iemand had zelf laurierbladen gedroogd en in kleine potjes gedaan, daar nam ik er één van mee.
Gerard nam venka mee en een framboosstekje.
Je kon van alles meenemen: struikjes, bloemen, maar ook groente en kruiden.

En zoals bijna altijd bij bijeenkomsten van de kerk: het was al weer snel gezellig. De plantjesruilmarkt is natuurlijk ook gewoon een ontmoetingsplaats. Er werden tips en adviezen uitgewisseld en ervaringen gedeeld. Maar ook even wat mooie plaatjes van een kleinkind bewonderd. En er werd tussendoor informatie ingewonnen over de drukploeg “Wat kost dat dan?”
En hoe is het met……
Ik hoorde…..
Kerkenwerk is mensenwerk.
De werkgroep Groene Kerk zet zich in voor een een duurzame en rechtvaardige samenleving, waarbij het accent ligt op bewustwording.
Deze plantjesruilmarkt is een mooi initiatief dat navolging verdient!

Reageren

5 april: Magische drug.

Dinsdagavond zat ik voor het eerst sinds ruim twee maanden op de achterste rij bij de cantorij.
Die middag had ik de derde sessie bij Betty gehad.
Deze keer ging het over het loslaten/vrij laten klinken van de stem.
Als je op je borst klopt en tegelijk je stem laat klinken, dan komt er een wiebel in je stem. Op het moment dat die wiebel ontstaat laat je je stem even los.
Dat is ook gelijk één van de opdrachten die ik deze week van haar kreeg: probeer eens uit wat er met je stem gebeurt tijdens die borstklopperij.  Andere opdrachten: hoge tonen en glijtonen zingen met ademsteun en probeer vrijuit te zingen: ontspan je schouders, open je mond en gebruik je armen door ze te spreiden.
Betty had ook een opdracht voor de eerste keer cantorij: ga daar ontspannen staan en zing alleen voor jezelf.
Neem je plek in het koor in, maar werk niet te hard; het hangt niet van jou af.

Mijn koor-collega’s waren blij dat ik er weer was en ik natuurlijk ook.
“Hoe ging het?” werd er bij de koffie gevraagd.
“Beroerd.”
Buurvrouw Ilse verwoordde het als volgt: “Je zingt de helft van de helft mee en soms daar weer de helft van….”
Vermoeide keel, adem in de war (over ademen moet je niet zo hoeven nadenken), pijn bij de hoge noten, het ging niet goed.
Maar daar had Betty ook al voor gewaarschuwd: als het niet gaat, niet meezingen.
Is het te hoog als je eenstemmig zingt? Zing dan ontspannen met de mannen mee.
Wordt je keel/strottenhoofd moe? Doet het pijn? Niet meezingen.
Het gaat nu even om jou en je stem en niet om het koor.

Betty zal gelijk hebben, maar ik vond het moeilijk.
Vond ik het niks? Nee hoor, ik heb bij sommige stukken behoorlijk mee kunnen zingen en daar komt bij: ook al zing ik niet alles mee, ik kijk wel mee op de bladmuziek, dus ik leer de noten en ik maak ook aantekeningen van de opmerkingen van Karel.
De zaterdagse column van René Diekstra in het Dagblad van het Noorden heb ik met grote instemming gelezen.
De eerste zin was: ‘Koorzang is de meest magische drug.’
Als je op de afbeelding hiernaast klikt, komt hij groter in beeld, dan kun je de column lezen.

Je snapt het al: sinds dinsdagavond ben ik weer aan de drugs.

Reageren

4 april: Op naar het 5e seizoen.

De laatste ‘Holy Stitch’-bijeenkomst van het seizoen al weer en ‘volle bak’: een hele tafel vol met bijna 20 ‘steeksters’.
Toen Geke als één van de laatsten binnenkwam en iedereen een goedemiddag wenste zei hoorde niemand haar: het was al weer een gebep&geklep van belang.
Pas bij de derde, zeer luide ‘goedemiddag’ kwam er reactie van de anderen….

Op tafel stond een grote mand: daar kon onze inbreng in voor het Rad van Fortuin dat het komende weekend zal draaien bij de talenten/activiteitenmarkt voor Moldavië.
Een pop met échte pijpenkrullen, een beertje, twee knikkerzakjes en een setje onderzetters zaten er al in. Benieuwd? Kom naar Op de Helte op 7 april: wie weet win je iets!

Zwanny had iets bijzonders mee: zij maakte fotolijstjes van plastic randjes van supermarktbakjes. Waar olijven in zitten. Of oude-kaas-salade.
Van zo’n bakje knipt ze ongeveer een halve centimeter af; vervolgens haakt ze dat helemaal vol met vasten. De volgende toer zijn gehaakte schulpjes: een groepje van 5 of 6 stokjes in dezelfde vaste en dan twee vasten op de ring overslaan.
Daarachter kun je dan een foto of een leuke afbeelding prikken/plakken.
Op de afbeelding zie je een rond exemplaar, maar je kunt het ook met een rechthoekige vorm doen.
Met gemêleerd garen krijg je dit effect.

Alie was met een project voor kerst bezig.
Het was een pakket, gekocht in de Wereldwinkel, dat ze vorig jaar al had gekregen.
Het is een ‘Windlicht-engel’; in het pakket zat vilt, een patroon , borduurgaren, knopen, kraaltjes, een glas en een snoertje led-lichtjes.
Op afbeelding zie je hoe ver Alie was.

Hierbij een link naar de website van Atelier Lindelicht daar kun je het pakket bestellen. Daar vind je ook een mooie foto van hoe de engel er uit komt te zien.

Het Holy Stitch seizoen 2023/2024 is met deze laatste middag afgesloten: de vierde jaargang al weer.
Op 6 oktober 2020 gingen we van start, maar met hindernissen: we zaten toen midden in het eerste corona-jaar.
Anderhalve meter van elkaar af aan 3 aparte tafels.
Schuchter kennismaken, want we kenden elkaar lang niet allemaal.
Als je dat afzet tegen de eerste alinea van dit blog mogen we constateren dat ons steekclubje goed loopt en voldoet aan de verwachtingen die we destijds koesterden.

We komen in september weer bij elkaar voor de eerste middag in het seizoen 2024/2025, maar in de zomer worden er misschien nog wel wat gezamenlijke activiteiten opgepakt. De eerste staat al gepland op 16 april: dan gaat er een groepje naar Veenhuizen om de expositie van Geke te bekijken in ‘Zunneschien’. De kunstenares gaat dan zelf ook mee om uitleg te geven bij haar schilderijen.
Meer weten?
Lees dan nog eens het vorige blog dat ik schreef over de bijeenkomst in maart: Verstopt.
Daarin lees je meer over die tentoonstelling die de titel ‘Doodgewoon’ meekreeg.

En wat staat er op dit moment op mijn pennen?
Babyslofjes in plaats van een kaartje; die breide ik in 2014 ook al met dezelfde reden.
Voor een afbeelding en een patroonbeschrijving hierbij een link naar het blog dat ik er toen over schreef.
Ook op het Instagram-account van deze website vind je een foto van wat ik aan het breien ben.

Reageren

29 maart: De achterste rij.

Waar ik zat kon ik de achterste rij niet eens zien.
De cantorij stond gisteravond in de Witte Donderdag-dienst in de Catharinakerk naast de preekstoel (waar we met het Carols-koor ook stonden). Voordeel: er is veel minder afstand met de gemeente; anders staan we namelijk altijd in het koor, veel verder weg. Nadeel: het koor is minder zichtbaar. Maar het gaat tenslotte bij de cantorij vooral om het hoorbaar zijn, dus wat mij betreft volgende keer weer.

Gistermiddag had ik in de mail al gezien dat er die avond een groot probleem was: cantor Karel was ziek!
Hij is niet alleen dirigent voor het koor, maar heeft ook een dragende rol in de liturgie, dus hij kon eigenlijk niet gemist worden.
Daar kwam bij dat voorganger Sybrand van Dijk ook nog niet helemaal fit was na een ziekte (beetje zweterig en wiebelig zoals hij zelf zei), dus de omstandigheden waren beslist niet optimaal. De koorleden die ik op hun weg naar de wc na het inzingen even vluchtig sprak waren er dan ook niet gerust op. Voor de dienst begon nam Sybrand het woord en stak de cantorijleden én zichzelf een hart onder de riem.
Hij memoreerde een optreden van de beroemde Maria Jaoa Pires die overgevlogen was om een zieke pianist te vervangen bij een pianoconcert van Mozart. Zij had zich voorbereid op het verkeerde stuk.* “Maar ze speelde het toch omdat ze het zó goed kende! Dat geldt ook voor ons vanavond: je hebt zo hard geoefend, de stukken zitten in je hoofd, maar vooral in je lijf. Het gaat lukken!”

Het ging goed.
Vast anders dan bij Karel, maar nu gaf tenor Jelle aan wanneer er gezongen moest worden en door wie.
Het eerste stuk was prachtig, met een zowaar een paar solo’s!

Witte donderdag.

Voorts ben ik van mening dat koorzang niet altijd perfect hoeft te zijn: de cantorij fungeert als ondersteuning bij de gemeentezang en dat was gisteravond beslist het geval, want de liederen en responsies waren veelal onbekend.
We vierden het Heilig Avondmaal. Dat vind ik in de Witte Donderdag-viering altijd indringender dan op een zondagmorgen.
Jammer dat het Ubi Caritas dat er bij gezongen werd veel te snel werd begeleid op de piano, zodat het meer op een meezing-schlager leek.
Daar had ik eigenlijk veel meer moeite mee dan met de af en toe onzekere cantorij.

Na afloop ontmoette ik een paar cantorijleden bij de kapstokken.
“Complimenten: goed gedaan ondanks het gemis van Karel.”
Het was heerlijk om elkaar even weer te zien.
Sinds half januari (toen ik ziek werd) heb ik al niet meer meegezongen en ik heb het koor en de repetities erg gemist.
Het heeft nu wel lang genoeg geduurd; aanstaande dinsdag sta ik weer op de achterste rij tussen Ilse en Klaas in.

* hierbij een link naar een YouTube-video van dat voor de pianiste verschrikkelijke moment en hoe ze het toch oppakt.

Reageren

24 maart: Is de koster iets vergeten?

……schriftlezing……

Af en toe vieren we met onze PKN-gemeente op zondagmorgen een ‘Ik-zie-jou-viering’: laagdrempelig en anders dan anders.
In het weekend om zo’n kerkdienst heen worden er activiteiten georganiseerd met kinderen/jongeren; gistermiddag werden in hal van Op de Helte enthousiast palmpaasstokken gemaakt.
Alles is anders bij ‘Ik zie jou’. De stoelen staan anders, we zingen andere muziek dan in gewone diensten, er is geen preek, de schriftlezing wordt gedaan uit een prentenboek en zelfs de gebeden worden niet op de traditionele manier gedaan.

Een van de onderdelen was de ‘Stille-week-quiz’ in de vorm van ‘Rrren jjje rrrot!’
Kinderen van nu kennen dat televisieprogramma uit de jaren ’70 natuurlijk niet, maar ze begrepen wel direct wat de bedoeling was.
Er werden meerkeuzevragen gesteld en er waren 3 ‘vakken’ waar de kinderen naar toe konden rennen, A, B en C.

Een voorbeeld:

Deze grote kaars heet ‘de paaskaars’. Waarom staat het verkeerde jaartal er op?
a. Omdat de kalender voor de kerkdiensten loopt van paasmorgen tot paasnacht en niet van 1 januari tot 31 december
b. Omdat de koster vergeten is de goede kaars neer te zetten. Die van 2024 staat nog in het hok.
c. Het is helemaal geen jaartal. Opgeteld is 2+2+3 het getal 7 en dat staat voor Jezus.

Tien vragen werden er zo gesteld en ondertussen leerden we van alles.
Waarom het ‘stille week’ is de komende week.
Waarom er een haantje op de versierde palmpasenstok zit.
Waarom Pasen niet op een vaste datum wordt gevierd.

Verder hoorden we naast het verhaal van de intocht van Jezus in Jeruzalem ook een verhaal over de witte neus van ezels: hoe komt dat eigenlijk?
Wil je het antwoord op al deze vragen weten? Je kunt de viering terugluisteren via Kerkomroep of het YouTubekanaal van onze PKN-gemeente.

De gebeden werden vanmorgen aanschouwelijk gemaakt.
We hadden allemaal een gekleurd strookje gekregen, waar we een gebedsintentie op konden zetten: wat wil je aan God vragen, of wat wil je zeggen?
Alle strookjes werden opgehaald; sommigen werden voorgelezen en ze werden allemaal opgehangen/vastgeniet aan een draadje en met dat draadje naar boven gehesen. Zo stegen onze gebeden letterlijk en figuurlijk op naar de hemel.
Hoe dat er uitzag zie je op de afbeelding hiernaast.

Fijne viering.
Preek niet gemist eigenlijk.

Reageren

4 maart: Tempel.

Eigenlijk hou ik niet zo van mannenkoren.
In mijn jeugd dweepte mijn vader met de Mastreechter Staar en ook op de Duitse televisie waar we destijds veel naar keken stond regelmatig een podium vol zingende mannen “O Du, mein Weeserland!”
Nee.

Gistermorgen werkte het Christelijk Mannenkoor Leek mee aan de viering in onze PKN-gemeente.
En warempel: ik vond het aangenaam.
Ze zongen mooie liederen die goed bij de rest van de viering pasten; verder was het repertoire afwisselend en fijn om naar te luisteren.
Bekend en onbekend.
Oud en nieuw.
Ze verrasten mij met het lied ‘Zoals ik ben’ dat ik ken in de uitvoering van Truus Simons; een lied dat in onze gemeente nooit gezongen wordt en dat bij mij ontroering teweeg bracht. Een gedateerde tekst, maar zo’n prachtige melodie en verbonden met talloze mooie herinneringen aan kerkdiensten van vroeger.
Dat gold eigenlijk ook voor het lied ’the Elephantsong’ dat we allemaal kennen in de uitvoering van Kamahl uit 1975: waar hoor je ze nog!

Een mannenkoor heeft een totaal andere klank dan een gemengd koor. Wat mij opviel was dat er heel veel stemmen waren uit de lagere regionen: bassen en baritons. Ik miste de hoge klank van met name de hoge tenoren; van Klaas, (cantorijbas) begreep ik tijdens de koffie dat daar gewoon niet zo veel van zijn. Wat hebben wij als cantorij dan een geluk met Jelle en Jan Willem, die van cantor Karel soms te horen krijgen ‘dat het wel iets zachter mag…” Koesteren die mannen. Voor je het weet ben je ze kwijt aan een mannenkoor!

Dominee Walter Meijles verraste ons gistermorgen met een preek over het lichaam als tempel van de ziel.
Alle vezels van ons lichaam bevatten een stukje God, daarmee is het heilig materiaal.
Ontheilig je lichaam/die tempel niet en zet je met alles wat je in je hebt in voor de goede zaak.
Met je hele handel en wandel.
Zorg er voor dat je wegblijft van tafels die door Jezus worden omgegooid als hij in woede ontsteekt  over wat we toch in Gods naam hebben gedaan met Gods wereld. Net als op het tempelplein, waarover Johannes ons gistermorgen vertelde.

In de 500 woorden die in dit blog tot mijn beschikking staan kan ik niet tot uitdrukking brengen wat deze viering bij mij heeft teweeggebracht.
Mijn advies is dan ook: luister deze kerkdienst terug via Kerkomroep of het YouTubekanaal van de kerk.
Laat je verrassen door de inspirerende overdenking van de predikant en beluister alle prachtige muziek die voor ons werd gezongen door de mannen uit Leek.
Op de afbeelding hiernaast zie je het mannenkoor.
Tijdens de dienst had ik al een foto gemaakt, maar dat was te ver weg en ik kreeg de pianiste er niet op.
Na afloop heb ik de mannen gevraagd of ze voor mij wilden poseren en dat leverde dit prachtige plaatje op!
Als je op de afbeelding klikt, krijg je een vergroting.

Reageren

20 februari: Voor ons allemaal!

Het was al even geleden dat ik op de Maandagavondclub was geweest; gisteren was ik om 19.30 uur  met mijn gitaar en een tas vol muziekinstrumentjes in De Deel.
(Even bijpraten: de Maandagavondclub is een gezellige club voor mensen met een verstandelijke beperking uit Roden, Leek en omgeving, 1982 opgericht door de Raad van Kerken. Af en toe word ik gevraagd om een avond met ‘gitaar & zang’ aanwezig te zijn.)
Dat het zo lang had geduurd had alles te maken met de corona-jaren.
Ik kreeg een kopje thee en een koekje, maar het koekje hoefde ik niet.
“Waar houd je dan van?”
“Bitterballen.”
Grote instemming bij de anderen.
Jaaaah, bitterballen, die lustten zij ook graag.
Toen was het ijs al weer gebroken en konden we beginnen.

Deze keer had ik bedacht dat we samen een koor gingen vormen en ik was de dirigent.
We gingen diep in- en uitademen en, heel officieel, inzingen.
Daarna begonnen we met ‘het Maandagavondclub-lied; ik vind het een hele eer dat ze dat nog steeds kennen en regelmatig zingen, want een aantal jaren geleden heb ik de tekst geschreven. De melodie is heel bekend: ‘ik trek mijn wandelschoenen aan….’.
Iedereen wordt er heel vrolijk van en na het ‘falderieieieie, falderaaaah….’ is het laatste woord de MAANDAGAVONDCLUB!
Titia heeft daar nog een zin aan toegevoegd die ze plechtig uitspreekt: ‘Voor ons allemaal!’
En zo is het.

We zongen een eenvoudige canon, we leerden het ‘do-re-mi-lied ‘Doos, waarop je ’n deksel doet’ uit ’the Sound of music’, we deden een paar klapspelletjes en gingen het namen-spel doen met muziekinstrumentjes.
Iedereen kreeg een instrumentje (triangel, tamboerijn, belletjes, stokjes, fietsbel enzo) en dan moest je je voorstellen met dat instrumentje.
Pie-ter is dan twee tikken met de tamboerijn. Se-bas-ti-aan moest zelfs 4x tikken met zijn jingle-bells.
Daarna gingen we met het hele koor de namen achterelkaar opnoemen en gebruikte degene van wie de naam werd genoemd zijn instrumentje.

Het klinkt als een fluitje van een cent, maar voor de aanwezigen van gisteravond vergde het opperste concentratie.
Titia zat de hele tijd gespannen met haar sambaballen in de aanslag te wachten tot haar naam werd gezongen en Sebastiaan glom van trots als hij 4x moest bellen bij zijn naam.
Nadine krijgt niet altijd alles mee.
Die zit te genieten van wat er allemaal gebeurt en klooit wat om met haar fietsbel en de castagnetten van Margreet.
Maar tijdens het klapspelletje waarbij we ‘In Holland staat een huis’  zongen, zat ze ineens rechtop en zong keihard HUIS!

Je zult je afvragen hoe het ging met die brakke stem van mij.
Nou, eigenlijk niet.
Maar wat was het leuk!
Zingen is namelijk veel meer dan alleen je stem gebruiken.
(De namen voor dit blog zijn gefingeerd ter bescherming van de deelnemers)

In het verleden was ik al vaker op de maandagavondclub; dit schreef ik er toen over:
februari 2019 Een leeuw? Niet? Een lion dan…
maart 2018 Hoeden met een liedje
november 2016 De maandagavondclub o.a. over het ‘Noach-spelletje’

Reageren

18 februari: Een tomte.

Vanmorgen waren Gerard en ik te gast in de Jacobskerk in Roderwolde.
Dat is op zich altijd een mooi fietstochtje, maar we werden wakker met het getik van stromende regen op de ramen.
Buienradar vertelde ons dat dat de hele dag zo zou blijven, dus de fiets bleef thuis.
Mijn vader placht te zeggen als het op een zondagmiddag zulk weer was: “Mooi weer om een erfenis te verdelen.” Dat waren de middagen waarop we eindeloos monopoly speelden.
Sjompige landerijen, modderige wegen en grote plassen langs de weg: het is altijd een mooie route naar Roderwolde, maar om deze tijd van het jaar moet je goed kijken wil je de schoonheid van Noord Drenthe zien.
Toen we uit de auto stapten keken we uit op ‘dominee’s toen’: daar stonden, ook zonder zon, de voorjaarsbloemen al te stralen met de belofte: de lente komt er aan, let maar op!

Twee keer per maand wordt in de Roderwolde een ‘gewone’ kerkdienst gehouden en één keer per maand verzorgen gemeenteleden van Roderwolde zelf , zoals we vanmorgen meemaakten, een ochtendgebed. Een korte, sobere viering met een schriftlezing, gebeden en het zingen van een aantal liederen.
Waar ik anders erg van het zingen geniet, is het nu door de problemen met mijn stem geen onverdeeld genoegen.
Maar gelukkig zongen we één lied waarvan ik de altpartij uit mijn hoofd ken, zo kon ik toch nog een bijdrage leveren aan de gemeentezang.

Na de viering dronken we met de aanwezigen nog een kop koffie in het jeugdgebouw en daar ontdekte ik in de vensterbank een gehaakt poppetje dat mij ontroerde: het was een tomte, een Scandinavische kabouter.
Het beeld trof me: een zingend kaboutermeisje met een muziekboekje in haar handen.
Het was een boekje van Frizzare, het opera-ensemble uit Roderwolde.
Ze zingt vol overgave.
Het deed me denken aan hoe onbekommerd ik vroeger zong en hoe ik nu dat eigenlijk niet meer goed durf, omdat ik bang ben dat het te hoog is of dat mijn stem breekt.
Als de gevolgen van de laatste griep (met alweer stemproblemen) achter de rug zijn ga ik op zoek naar een goede logopedist die me weer aan het zingen kan krijgen.
Wat zo’n kabouter kan moet ik toch ook weer kunnen?

Meer weten over de oude verhalen die horen bij de tomte?
Hierbij een link naar de website van Abe de  Verteller.

Reageren

Pagina 1 van 49

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén