In Ootmarsum is een schoolmuseum; dat hebben ze met een duur woord Educatorium genoemd, maar het woord schoolmuseum past beter wat je te zien krijgt.
Op de laatste dag van onze korte vakantie in Twente bezochten we dit museum: een feest voor de geest!
Gerard en ik zaten alle zes jaren van de basisschool bij elkaar in de klas.
Meer hierover lezen? Zie ‘Klas van de week >>> een blog daarover uit 2016.
In het museum maak je een reis door de tijd, waarbij onderwijs steeds het onderwerp is.
Je krijgt te zien hoe het onderwijs bij de monniken ooit begon en hoe het in de loop van de eeuwen veranderde. Voor kinderen uit de laagste sociale laag van de maatschappij en voor meisjes bijvoorbeeld was onderwijs in de 19e eeuw nog niet vanzelfsprekend.
In het museum zijn verschillende aspecten van het onderwijs apart belicht: er is een hele zaal waar alleen maar voorwerpen te zien zijn die met schrijven te maken hebben.
Lei, griffel, inktpotjes, ganzeveer, lettervoorbeelden, schrijfschriften en schrijfstijlen: Gerard en ik stonden bij de vitrines te zoeken naar onze eigen lesmethode-schriftjes en herkenden de bekende lijntjes: een smal gedeelte voor ‘de buik’ van de letters en een groter gedeelte voor de lussen en stelen. We zagen onszelf weer zitten met de tong uit de mond.
Er was een zaal met lesmateriaal van het vak geschiedenis, biologie en aardrijkskunde. Er lagen zelfs oude schoolstempels; dan kreeg je een afbeelding van een land in je schrift gestempeld en daar moest je dan zelf de steden, rivieren en gebergtes in tekenen/kleuren.
Over schoolstempels schreef ik in 2014 een blog met de titel Kleuren en schoolstempels >>>
Gerard ontdekte de kleine stempeltjes die je kreeg bij meester de Groot als je heel mooi had geschreven; bij drie stempeltjes mocht je met een gekleurde pen schrijven.
We zagen heel oude en heel nieuwe rekenmethodes en bij ieder schoolvak zag je ook de bijbehorende schoolplaten: een feest van herkenning.
We zagen o.a. ‘Het leven in sloot en plas’ en ‘de Noormannen voor Dorestad’. Er was zelfs een kamertje met voorbeelden van textiele werkvormen: brei-, haak- en borduurwerkjes, genaaide jurkjes, kruikenzakken en merklappen.
Als je altijd bij elkaar in de klas hebt gezeten is het bezoek aan dit museum een groot genoegen.
Als kers op de taart vond ik bij de uitgang wat oud kinderspeelgoed, waaronder een tol met een zweepje. Zou ik dat nog kunnen?
Ja man. Zwait’n dokter.
Ik kreeg zelfs applaus van de twee gastdames.
Meer weten over het schoolmuseum? Hierbij een link >>> naar hun website.
Geef een reactie