Mensen, wat heb ik nu door de Corona-crisis een tijd over.
Natuurlijk: voor Lentis ben ik gewoon thuis aan het werk en dan hebben we het over 16 uur in de week en natuurlijk kost het huishouden ook tijd.
Maar daar houdt het dan ook mee op!
Geen cantorij, geen overleggen, geen visites, geen kerkdingen, kortom: geen sociale verplichtingen. En wat heb ik dan veel sociale dingen, daar kom ik nu achter.
Veel tijd betekent voor mij onder anderen: lezen.
Heerlijk. Opgekruld op de bank met een boek.
Heel ouderwets een écht boek, dus niet digitaal.
En niet alleen het lezen op zich was ouderwets, het boek dat ik las viel ook in die categorie.
We hebben het over Sanne van Havelte en het boek heet ‘de Rozen van Hofwijck’.
Het is onderdeel van een romantische verhalen omnibus; drie boeken in één dus.
Ik zal eerlijk zijn: ik heb het bij één gehouden.
De eerste druk van dit boek verscheen in 1949.
70 jaar geleden.
Toen zag de wereld er heel anders uit.
Een korte inhoudsbeschrijving:
De oorlog is voorbij en heeft in het land diepe sporen achter gelaten en het leven krijgt weer langzaam aan zijn normale gang terug.
Op Hofwijck woont het gezin Van Heijningen; vader is klokkenmaker en dochter Annemarie helpt hem daarbij.
De Friese Doede Huizinga heeft in de oorlog een tijdje ondergedoken gezeten op Hofwijck, maar is later opgepakt en gevangen gezet in de Duits kamp. Hij kan na de bevrijding zijn draai niet vinden en zwerft rusteloos langs kennissen. Uiteindelijk gaat hij wonen in een keet op landgoed Hofwijck.
De goede afloop laat zich raden: Doede vindt ten langen leste rust en durft zijn leven met het leven van Annemieke te verbinden.
Het boek beschrijft een oorlogstrauma in een tijd dat men nog nooit van psychiatrische hulpverlening heeft gehoord. Het valt in de categorie romantische verhalen, maar dat is een miskleun van de bovenste plank: het is een zwaarmoedig boek en met de kennis van nu denk je al na vijftig bladzijden: “Ga hulp zoeken!”
Maar dat gebeurt natuurlijk niet.
Wat een geworstel van de hoofdpersonen met dat oorlogsverleden.
En je realiseert je tegelijkertijd: dat was voor iedereen in die tijd zo.
Er werd niet gepraat; nergens over.
Toen ik het uit had dacht ik: “Eén zo’n boek is wel even genoeg. Er liggen nog een paar andere boeken op me te wachten waar ik nu meer zin aan heb’.
Dit boek kreeg ik te leen omdat ik nog nooit een boek van Sanne van Havelte had gelezen, dat hoorde volgens mijn boekenvriendin net zo bij mijn opvoeding als Joop ter Heul.
Zeventig jaar is lang geleden.
In het boek worden onophoudelijk pijpen aangestoken, sigaretten opgestoken en uitgedrukt; men is voortdurend aan het roken.
Dat hoorde toen bij het dagelijkse leven.
Net als aan het roken zijn we nu ook niet meer gewend aan de toenmalige omgangsvormen en sociale toestanden.
Vervreemdend, dat ervoer ik bij dit boek.
Over zeventig jaar lezen mensen in boeken over de Coronacrisis in 2020.
Stel je voor….zouden ze zich er iets bij voor kunnen stellen?
louisa
De hele serie van Sanne van Havelte ligt hier op zolder. Ik denk een serie van twaalf. Jaren niet gelezen, maar ik kan ze nog niet weg doen. Als je ze allemaal wilt lezen, hier kun je ze lenen.