Eind augustus kreeg ik van tandarts Martijn een aantal plastic bitjes mee en de boodschap: “Wij zien elkaar weer over 6 weken op 8 oktober.”
Toen we elkaar weer zagen gisteren was de eerste vraag “Hoe ging het?” Mijn antwoord was “Goed!”
Maar dat betekent niet dat het zonder slag of stoot ging.
De eerste paar dagen was het vervelend.
Het was een heel gefrot om die bitjes (die in het begin heel strak om je tanden zitten) van je gebit af te halen en er weer op te klikken.

Om de twee weken krijg je nieuwe bitjes. De eerste twee dagen voel je ze zitten; ze oefenen een constante druk uit op je tanden en kiezen,  die na die twee dagen in de nieuwe stand staan.
Dan zitten de bitjes gelijk ook wat losser, zodat het in-en uithalen gemakkelijker is.
De rest van die twee weken stabiliseert de stand van je gebit. Na twee weken begin je weer van voren af aan.
3 sessies van 2 weken heb ik nu gehad.  Bij het flossen van de week ontdekte ik dat er op sommige plekken al meer ruimte tussen de tanden zit, dus het heeft al effect.

Toen ik gistermiddag in de tandartsstoel ging liggen verwachtte ik niet dat er een behandeling zou plaatsvinden.
Martijn haalde de bitjes er uit; met mijn opengesperde mond constateerde ik dat ik daar zelf  al veel handiger in was.
Hij was tevreden en zei dat de bitjes los zaten en dat ‘het er goed uitzag’.
“Dan gaan we nu even wat meer ruimte creëren.”
Ik vroeg hem hoe hij dat ging doen en hij zei: “Strippen.”
Toen moest mijn mond al weer open en wist ik nog niks.
Strippen?
Het voelde als boren en vijlen; ik voelde er niets van, maar echt fijn voelde het ook niet.
Na de behandeling vroeg ik waarom dit nodig was.
“Sommige kiezen en tanden staan erg scheef. Dat is omdat ze in het verleden te weinig ruimte kregen, dus groeiden ze de kant op waar wel ruimte was.
Nu duwen we ze recht in de rij, maar daar is geen ruimte genoeg, vandaar dat we af en toe wat kiezen en tanden ‘bijvijlen’, zodat ze straks mooi recht naast elkaar staan.”
Hij liet me zien waar hij het mee gedaan had: een klein boortje en een vijltje dat op een figuurzaagje leek.
Klinkt allemaal veel gevaarlijker dan het in werkelijkheid was.

Toen werden de nieuwe bitjes er weer op geklikt, tenminste, dat was de bedoeling.
Het lukte maar niet om het onderste bitje over het ‘klikmoment’ heen te krijgen, daar was wel even wat kracht voor nodig.
Toen de verlossende klik na wat gedoe toch klonk was er opluchting alom.
Deze zit dus eerst weer even heel strak.
Ik red me er wel mee; immer mit der Ruhe.
Nog 54 weken te gaan.

Benieuwd naar het hele orthodontietraject?
Hierbij een link naar deel 1, onderaan dat blog vind je een overzicht van alle gepubliceerde delen.