Afgelopen week had ik het met mijn collega’s over de serie Maud en Babs.
Rifka Lodeizen en Loes Luca spelen een dochter en een moeder die dementeert.
Het is een serie die de tongen los maakt.
Twee weken geleden had ik het er over met vrienden. “We vinden het confronterend en kijken niet meer. Mijn schoonmoeder dementeerde ook; het is moeilijk om naar te kijken. ”
Ook ik vind het herkenbaar.
Moeder Waninge heeft een hele lange weg afgelegd in haar dementie en die weg zijn we nog niet vergeten.
Net als de gebeurtenissen rond ome Wim en onze buurvrouw Zwanny.
Je ziet het allemaal weer voorbijkomen.
De ontkenning.
De ontreddering.
Het ophouden van de schijn.
Anderen de schuld geven.
Wegsturen van hulpverleners.
Mantelzorgers die met hun eigen werk en hun eigen gezin in de knoei komen.
Familieleden die het niet eens zijn over de behandeling.
De ruzies….
Wat ontzettend goed dat dit onderwerp aandacht krijgt.
Het helpt namelijk al zo veel als je als mantelzorger weet wat het ziektebeeld is.
Dat het ontkennen van de ziekte onderdeel is van de ziekte.
Dat er hulpverlenende instanties zijn, maar dat de patiënt dat helemaal niet ziet zitten.
De patiënt weet zeker: “Ik ben niet gek. En ik ga hier niet weg.”
Een klein stukje uit de MAX-gids over deze serie:
In Nederland verlenen zo’n 5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder mantelzorg aan ouders, een familielid of iemand in hun naaste omgeving.
Deze mantelzorgers vervullen hun taak met liefde.
Toch valt het beslist niet altijd mee om alle ballen in de lucht te houden als je mantelzorger bent – en al helemaal niet als je daarnaast een baan en een gezinsleven hebt.
In de serie zie je hoe Maud gemangeld wordt: ze heeft haar werk als verloskundige, is moeder in een gezin met pubers en ondertussen neemt ze de zorg voor haar moeder op zich.
In onze maatschappij worstelen duizenden mensen in soortgelijke situaties zich door een onafzienbare rij van moeilijkheden heen.
Wat leren we hiervan?
Praat er over.
Zoek hulp.
Blijf niet alleen maar wat aanklooien want dat schiet niet op.
Laat deskundigen de situatie beoordelen en stem de zorg af op wat de patiënt op dat moment nodig heeft.
Soms is een luisterend oor in eerste instantie al voldoende.
De eerste stap die je kunt zetten is een afspraak maken met de praktijkondersteuner van de huisarts van de patiënt: die kan je van advies voorzien en je doorverwijzen naar de goede instanties.
En onthoud: een mens is niet dement, een mens heeft dementie.
Geef een reactie