Er kan en mag weer van alles; zo langzamerhand laten we in Nederland de meeste coronaregels los. Eerlijk gezegd moet ik er nog wel aan wennen. Het mondkapje hoort nog in het standaard ‘heb-ik-alles-bij-me’-rijtje: portemonnee, sleutels, telefoon, mondkapje. Op mijn werk doen we nog voorzichtig en ik voel dat ik automatisch een stap achteruit doe als mensen te dichtbij komen. We geven geen handen en knuffelen nog niet.
Maar er is één bijeenkomst waar ik weer iedere week met veel plezier naar toe ga en dat is de cantorij-repetitie op dinsdagavond.
De eerste repetities nog in de kou vanwege de ventilatie, ook nog met flink wat ruimte tussen de stoelen, maar we zingen weer met het hele koor!
Wat heb ik het gemist en wat is het weer heerlijk om op mijn plekje op de achterste rij mijn altpartij mee te zingen. Dinsdagavond kreeg ik er gewoon even kippenvel van.
Aanstaande zondagavond werken we mee aan een vesper, die helemaal wordt gevuld met de vesperliturgie ‘Tussen licht en donker’ van Sytze de Vries en Dirk Zwart.
De muziek zit er goed in; dat zijn de fijnste repetities omdat je dan de noten niet meer hoeft in te studeren.
Dat instuderen was nog wel een gedoe.
Toen we de muziek kregen riep een groot aantal cantorijleden: “O, dat kennen we al! Dat hebben we al zo vaak gezongen…”
Maar ‘we’ staat in dit geval niet voor iedereen.
‘We’ staat voor de grefo’s, om de oude bloedgroepen nog maar eens te benoemen.
De hervo’s, die na het opheffen van de Catharinacantorij het koor kwamen versterken, hadden nog maar één deeltje van de liturgie gezongen.
Maar dat is allemaal verleden tijd; we zijn al jaren samen op weg, dus we zetten samen de schouders onder het instuderen.
Cantor Karel stuurde ons oefen-bestandjes zodat we thuis konden oefenen en dinsdagavond zetten we gezamenlijk, protestanten onder elkaar, de puntjes op de i.
In de pauze vroeg ik Karel of het nog gelukt was om een fluitiste te krijgen voor zondagavond.
Ja man! Jolanda de Lange, die we kennen van het combo dat de Taizé-vieringen begeleidt, gaat ons die avond begeleiden.
“Dat zijn zulke mooie partijen!” vertelde Karel enthousiast.
Hij speelde even wat voor en zat zelf enorm te genieten van hoe mooi hoe allemaal was “Luister hier maar eens naar!”
En nu zitten we ons allemaal te verheugen op zondagavond.
Naast de medewerking van fluitiste Jolanda speelt Erwin Wiersinga die avond op het orgel.
Het belooft een mooie vesperviering te worden.
In die vesperliturgie ‘Tussen licht en donker’ is ook een rol weggelegd voor de gemeente: we hopen dat er veel mensen met ons mee komen zingen.
Toen de repetitie was afgelopen liep ik samen met een bas naar de uitgang.
Hij vertrouwde me toe: “Wat een mooie muziek dit. Het deed me echt iets vanavond.”
Wij hopen dat de aanwezigen op zondagavond met datzelfde gevoel naar huis gaan.
Welkom!
Zondag 27 februari, 19.00 uur, Op de Helte, Touwslager, Roden.
Willem
Als die vesper in het Drents gedaan zou zijn, was dan de de titel “In ’t tweeduuster” geweest?
Vind ik een erg mooi Drents woord.287