Alpacasokken.
Die zou ik gaan breien voor Jon, die garen had gesponnen van een zak alpacawol. (meer weten? Lees dan Alpacasokken) .
Heb ik ook gedaan.
Maar of de sokken zo geslaagd zijn…?
Nee.

Volgens de matentabel zette ik 58 steken op voor pen 4.
Toen er één sok af was het geen sok.
Hij zat niet mooi gesloten om de voet; hij was veel te ruim.
Mijn schoonzusje lachte me gewoon hartelijk uit op een verjaardag en gelijk had ze: het ziet er niet uit.
Alpacasokken van door Jon gesponnen garen: goed idee, doen we niet.

Eerlijk gezegd breide het ook niet fijn.
Het garen was niet overal even dik, er zaten soms bobbels en krinkels in en het breien ermee ging wat moeizaam; als ik een paar toeren achter elkaar had gebreid kreeg ik zere vingers.
Kortom: ik was niet erg enthousiast over de alpacawol.
Jon daarentegen vond de sokken prachtig.
“Die ga ik gebruiken als huissloffen!”
Hij was zelf inmiddels al aan het weven met het garen en dat ging heel goed.

Ik denk dat als ik de sokken met grotere pennen had gebreid, dat het breien dan misschien wat soepeler was gegaan.
En als ik minder steken had opgezet dat de sok dan beter had gepast.
Maar dat ga ik maar niet meer uitproberen; afgelopen weekend ben ik begonnen aan een babyvestje voor in het kraampakket van een collega die net vader is geworden.
Pen 3.
Het garen bevat 75% wol en 25% polyamide.
Dit breien voelt weer zo fijn; gedachteloos brei ik weer soepeltjes toer na toer weg.

Sorry Jon.
Oh ja, en sorry Dick.
Die alpacasokken voor jou zitten er dus niet in……