Eigenlijk hadden wij al lang vakantie van de cantorij moeten hebben; na Pinksteren stopt normaal gesproken het seizoen en zien we elkaar eind augustus weer.
Maar dit jaar zongen we een maand langer door, want pastor Astrid Mekes nam afscheid van onze gemeente op zondag 3 juli en de cantorij werd uitgenodigd om in die viering mee te doen.
Astrid had de inhoud van de viering zelf bepaald en had veel bekende liederen uitgezocht, die we als cantorij al vaak gezongen hadden.
Mochten we al denken: “MAKKIE!” dan hadden we buiten waard Karel gerekend. Die had Astrid het idee aan de hand gedaan dat wij een Franse versie van het Onze Vader konden zingen én een bewerking van Psalm 8 van Gaudimel.
Hierbij een link naar de uitvoering van dat stuk die tenor Jelle ons stuurde ‘om mee te oefenen’: Psalm 8
Daar hadden we onze handen vol aan, dus een makkie was het niet gistermorgen.

Na de energievretende familiedag (verslag zie gisteren) was 08.30 uur repeteren wel vroeg.
Het was bij het inzingen ook niet allemaal even zuiver; Karel adviseerde ons om onze oren naar elkaar te richten.
Een omfloerste manier om te zeggen: zelf niet zo hard zingen, naar het orgel en de andere stemmen luisteren.
De uitvoering van Psalm 8 van Goudimel ging in de viering gelukkig goed.
Daarna zongen we al die mooie, bekende liederen die Astrid had uitgezocht: ‘Licht dat ons aanstoot in morgen’, ‘De vreugde voert ons naar dit huis’ en ‘Zo vriendelijk en veilig als het licht’ om maar eens een paar te noemen.

We hoorden in deze viering verhalen over Jacob en over psalm 84, maar op mij maakte het kinderverhaal de meeste indruk.
Op internet vond ik een website waar het hele verhaal op staat, zie ‘Over de grote rivier‘, een troostend verhaal over afscheid nemen.
Het slotlied was ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’, in wisselzang gezongen met de gemeente en de cantorij.
Dat sloot naadloos aan bij de zegen die Astrid meekreeg toen ze uit het ambt werd ontheven:

God zal met je meegaan
als licht in je ogen
een lamp voor je voet
als hand op je hoofd
een arm om je schouder.
Als baken bij ontij
een verte die wenkt
als groet op je lippen
en hoop in je hart
als stem die je uitdaagt
een woord dat je de weg wijst.
Zo zegene u God, de vader, de zoon en de Heilige Geest.

Er was een mooi gedicht van Bea, er waren toespraken met mooie woorden, een fotopresentatie ’12 jaar Astrid’, koffie met gebak, fijne gesprekken met oude bekenden en een lekkere lunch.
Een volle zondagmorgen die tot na tweeën duurde.
’s Middags deden we even helemaal niks.