Wij hadden op de Donau-reis eigenlijk gerekend op een soort buffet, maar op de boot werd je in het restaurant aan een tafel ingedeeld.
Wij hadden zonder meer geluk met Gerrit & Betty en Gerrit & Henna bij wie wij aan tafel kwamen te zitten: het praatte gemakkelijk weg en en hadden samen veel plezier.
We kregen iedere dag een vier-gangen-menu, waarbij je bij het hoofdgerecht mocht kiezen uit vlees, vis of vegetarisch.
Halverwege de week werden de verhalen aan tafel steeds joliger. Gerrit vertelde bijvoorbeeld dat de inhoud van het emmertje van ‘het hoessie’ vroeger bij de prei in de tuin werd begraven. Je moest dan wel weten waar je dat de vorige keer had gedaan.
“Ja, dan kreeg je boodschap mee: tweede rij, vierde prei” vulde Gerard aan.
Henna bekeek argwanend wat er nog van de maaltijd op haar bord lag.
“Jongens, we zijn aan het eten…”
Op de etappe naar Hainburg konden we een bezoek brengen aan kasteel Eckartsau.
Even een klein stukje geschiedenis:
In 1914 werd Frans Ferdinand vermoord; hij was de troonopvolger van keizer Franz Jozef van Oostenrijk (die met Sisi was getrouwd).
Met die moord begon de 1e Wereldoorlog.
Toen de oude keizer uiteindelijk stierf in 1916 werd zijn achterneef Karel de nieuwe keizer en daarmee werd zijn vrouw Zita keizerin.
Karel en Zita zaten maar kort op de Oostenrijks/Hongaarse troon: net als in Rusland, waar de tsarenfamilie Romanov werd afgezet en vermoord, werd ook de keizerlijke familie uit Oostenrijk in die roerige tijd rondom de 1e wereldoorlog verdreven: niet vermoord maar verbannen.
Eckartsau ligt ongeveer 30 kilometer van Wenen en was het jachtslot/buitenverblijf van de keizerlijke familie.
Op de dag dat we daarheen zouden fietsen lag ik ziek in mijn cabine.
Darmklachten.
Geen wonder; het was warm en het eten was anders dan thuis, maar wat was ik flauw!
Karel en Zita hebben nadat Karel troonsafstand heeft gedaan in 1918 nog tot 1919 in Eckartsau gewoond en in het kasteel was nog veel hen te vinden; wat had ik dat graag willen zien! Mijn tafelgenoten vonden het ook sneu voor mij en stuurden mij onophoudelijk foto’s van het kasteel en de omgeving.
En foto’s van de foto’s die daar op de tafeltjes stonden. Zo kon ik op afstand toch nog een beetje meegenieten.
Toen we ’s avonds met elkaar aan het diner zaten hadden ze ook nog een handvol folders meegenomen, die ik voordat het eten op was allemaal al had gelezen.
De Prima Donna lag die middag op een aanlegplaats bij Hainburg; daar konden we nog wel even naar toe ondanks ondanks de darmproblemen.
We fietsten langs stadsmuren, onder een stadspoort door, door oude straatjes en we eindigden op een terrasje langs de Donau waar ik heel braaf een potje thee bestelde.
Het oude stadje was mooi, maar het blijft een troostprijs als je kasteel Eckartsau had kunnen zien…..
Toen we weer thuis waren heb ik Eckartsau toch kunnen bekijken: op hun website vond ik een virtuele tour!
Benieuwd naar andere blogs over deze reis?
Hierbij een link naar deel 1 onderaan dat blog vind je een overzicht van alle blogs in deze serie.
Geef een reactie