Vandaag zijn we teruggekomen van een vakantie van bijna drie weken; als dit blog wordt gepubliceerd hopen we weer in Roden te zijn.
Maandag 2 september vertrokken we in alle vroegte en na een overnachting in Zuid Duitsland kwamen we op dinsdag 3 september aan in hotel Villa Stella in Florence. Op vrijdag 6 september verkasten we naar een appartement in agriturismo Cignan Bianco boven Sienna en woensdag de 11e namen we onze intrek in een appartement in agriturismo La Tanna in de buurt van Pisa.
Het was al even geleden dat we zo lang achter elkaar op vakantie gingen. We hadden de fietsen achter op de auto mee en je begrijpt het al: we hebben weer van alles beleefd, want het was één groot avontuur.
Ondertussen las je wel iedere dag een blog, want die had ik voor drie weken vooruit klaargezet. Op onze vakantie in Italië heb ik al weer wat blogverhalen in de grondverf gezet; de komende tijd zul je dus af en toe iets lezen over de prachtige steden, de communicatie met Italianen die over het algemeen geen Engels spreken, de geschiedenis van Toscane, onze belevenissen in de supermarkt én op de fiets en natuurlijk de heerlijke ijsjes en de pizza’s!
Maar eerst: Rodermarkt. Toen we onze vakantie planden hadden we al wel bedacht dat we voor het Rodermarktweekend weer thuis wilden zijn. Als we vanavond thuis komen moeten we eigenlijk nog een heks in tuin zetten en sfeerverlichting er omheen ophangen. De Boskamp doet namelijk weer mee met de straatversiering voor de Rodermarkt en we hebben dit jaar ‘de Efteling’ als onderwerp. Ik had geopperd om onze heksenbezem met de heksenhoed in de tuin te zetten met een bordje erbij ‘De heks is thuis’ 😉, maar de organisatie kon aan mooie, gekleurde borden komen en zouden de heks voor ons reserveren. Ben je benieuwd of het gelukt is? Kom dan vooral even in onze straat kijken: het ziet er vast sprookjesachtig uit!
Janny
Oh, ik kijk nu al uit naar de Italiaanse belevenissen.
Tot voor een paar jaar hadden wij om de vijf jaar een feestweek in ons dorp compleet met verlichte straten. Helaas is er door gebrek aan genoeg enthousiaste straatbewoners een einde aan gekomen. Maar gelukkig zijn er nog dorpen in de omtrek waar we mee kunnen genieten.
Voor ons is Roden een tikkie te ver om even op en neer te rijden, maar misschien zien we wel iets van een heks hier voorbij komen als onderdeel van jouw dag verslag 🙂
Willem
Dat Italianen geen of nauwelijks Engels spreken hebben vrouw Helena en ik aan de lijve ondervonden. We hebben tweemaal een poging ondernomen om een lange vakantie in Italië door te brengen, maar beide keren werd ik ziek. En beide keren zodanig dat we de vakantie moesten afbreken. Bij de laatste keer kwam ik zelfs u=in het ziekenhuis terecht en tot mijn verbazing (en ook grote ergernis) was er zelfs geen arts die zich eraan waagde Engels of Duits te spreken; we zaten toen in Zuid-Tirol, wat van huis uit tocht Duitstalig is. Er moest een röntgenfoto gemaakt worden en als er een routine is die ik ken is het dat wel. Maar ik kreeg tot 4 keer toe instructie hoe me te gedragen in het Italiaans en elke keer op iets luidere toon. Maar na veel vijven en zessen werd de foto gemaakt en toen kwam het volgende probleem; de uitslag vertellen en weer was er niemans die een andere taal dan Italiaans sprak. Gelukkig zat Vrouw Helena daar nu wel bij en die heeft een enorm taalgevoel en heeft ook gauw door hoe een taal in elkaar steekt. Zij zat dus naar het discussiëren van de 5 !! artsen, waarvan er een kennelijk een beetje Engels sprak, te luisteren en vatte hyun discussie even samen. Ontzetting bij de artsen dat een vreemde wel hun gesprek had kunnen volgen, want haar samenvatting klopte precies. Zo kreeg ik op die gedenkwaardige dag in dast Italiaanse ziekenhuis de uitslag van hun onderzoeken in het Nederlands te horen van mijn eigen vrouw. Het idiote eraan vond ik nog wel dat die arts die wel een beetje Engels sprak niet de uitslag wilde vertellen, want hij bleek de geneesheer-directeur te zijn en als grote baas wilde hij zich niet met de details van zijn ‘ondergeschikten’ bemoeien. Dat had vrouw Helena ook uit de onderlinge gesprekken kunnen halen.
Twee dagen later , we waren al op de terugreis in Oostenrijk, kreeg ik nog een stevige bekeuring. Ik voelde me wel iets beter, maar leefde vooral nog op pijnstillers en aanverwants, en de Oostenrijkse agent begon tegen me te zaniken, maar mijn lontje was nog wel kort en op enig moment had ik er genoeg van en schold de man uit voor “Blöde Östereicher” Er zullen vast-en-zeker goedkopere beledigingen bestaan want het kostte me wel € 120, maar zelfs dat kon me niet schelen; ik had behoefte aan mijn medicijnen. Zo moeten verslaafden zich ook voelen heb ik later bedacht.