In Florence hadden we in twee dagen al veel gezien,  maar de tijd ontbrak voor een uitstapje ‘wieth zze red route’ naar Fiesole, waar we een Romeins amfitheater konden bezichtigen.  Maar toen we aan het eind van de dag op de fiets naar Fiesole gingen om een hapje te eten vonden we zomaar bordjes naar Museo Archeologico di Fiesole.  Het was toen één minuut voor 7 en om 7 uur ging het museum dicht. En je kon er niks van zien: alles zat achter de muur en de poortjes van het museum. Jammer ja.

De volgende morgen zouden we vertrekken naar ons volgende logeeradres in de buurt  van Siena, maar die reis duurde maar anderhalf uur. En we moesten om 10.00 uur al uit ons hotel zijn.
Je kunt vast wel bedenken wat wij de rest van de ochtend hebben gedaan…..

Om 11.00 uur liep ik als een kind zo blij op de plek waar 2000 geleden de Romeinen woonden.
En daarvóór de Etrusken, zo oud is het al!
De antieke stad Faesulae werd in 283 voor Christus door de Romeinen veroverd.
We keken dus naar restanten van de Romeinse tijd, die destijds gebouwd waren op de fundamenten van de Etruskische stad.
Het amfitheater is niet helemaal bewaard gebleven: de bovenste rijen van de tribune ontbreken en van het podiumgebouw zie je alleen nog de fundamenten. Er stond nu een groot podium opgesteld, want in de zomermaanden wordt dit theater gewoon nog gebruikt voor opera-uivoeringen.

Verder waren er overblijfselen van een tempel, thermen,  een oude stadsmuur en delen van de stadsmuur uit 100 na Christus.  We kregen er een tablet bij met 9 ‘informatiepunten’ die ons met bewegende beelden meer vertelden over deze bijzondere plek. Bijvoorbeeld over de ouderdom van de plek, die dus 500 jaar voor Christus dus al een Etruskische nederzetting was.

Het doet iets met me, zo’n eeuwenoude plek.  Dat je loopt waar Romeinse sandalen hebben gelopen.  Dat je zit waar Romeinse theaterbezoekers hebben gezeten.  Dat je het poortje ziet waar de slaven doorliepen naar het gloeiend hete stookhok, waar met open vuur het water werd gekookt om de thermen te verwarmen.  In mijn fantasie zie ik de burgers socializen en handel drijven, want dit was ’the place to be’: zien en gezien worden was belangrijk.

Een cadeautje,  zo heb ik die morgen beleefd.
Een feest voor de geest.
Die geest vermaakte zich prima, maar het lijf had af en toe bedenkingen. Het was namelijk boven de 30 graden en het was klimmen en dalen rondom de het archeologische restanten: regelmatig moest ik even op een bankje in de schaduw uitrusten.
Rust om te genieten van de sensatie van ‘dat ik hier nu ben!’

Benieuwd naar andere blogs over deze reis?
Hierbij een link naar deel 1  onderaan dat blog vind je een overzicht van alle blogs in deze serie.