Er was één ding dat al heel lang op mijn verlanglijstje stond om eens te bezoeken: het hunebedcentrum in Borger. Natuurlijk, daar was ik vroeger wel eens geweest, maar het is een aantal jaren geleden helemaal op de schop geweest en grondig vernieuwd: een leuk uitje in onze vakantie in Westerbork.
Je kunt je afvragen of dat nog wel leuk is als je al zoveel van hunebedden weet, maar het was beslist de moeite waard. In de inleidende film die we zagen werd verteld over nieuwe inzichten die zijn ontstaan na vergelijkend onderzoek naar hunebedden in de rest van Noord Europa.
Dan moet ik me bedapperen om niet in de zaal te blijven zitten om de film nog een keer te zien…. maar er was veel meer te bekijken: wij gingen naar de volgende zaal waar we verschillende panorama’s konden bekijken die een indruk geven van het leven van de hunebedbouwers. We liepen langs vitrines met vondsten uit de de hunebedden en genoten van de interactieve ruimte waar we zelf aan de slag konden met het bouwen van een hunebed: digitaal en fysiek. Bij het digitale deel werden we geholpen door een jongetje; hij kon niet ouder zijn dan een jaar of 6, maar hij wist al precies hoe het allemaal moest met de pijltjes, de pictogrammen en het wisselen van de kadertjes. Oeroud voel je je dan 😉

Buiten was een oerpark gebouwd, waar we huizen konden bewonderen van de verschillende bevolkingsgroepen die voor de jaartelling in ons land woonden: de jagers/verzamelaars, de eerste bewoners van ‘vaste plekken’: dorpjes van 3 a 4 huizen uit de bronstijd en de ijzertijd.
Daar ontmoetten we een meisje dat bezig was om een trechterbekertje te maken: ze vertelde me hoe ze dat deed en ik kon vragen wat ik wilde. Erg leuk!

In het paviljoen met informatie over het Geopark De Hondsrug leerde ik iets over de oerrivier de Eridanos die ik nog niet kende. We stonden voor een vitrine met verkiezelde fossielen die door die pré-historische rivier in Noord Nederland terecht zijn gekomen. Die fossielen komen uit het Ordovicium en leefden 450 miljoen jaar geleden.  Meer weten? Hierbij een link naar een interessant artikel over het ontstaan van het Drentse landschap en de rivier: Het hondsruggebied.

Na een kop thee in het restaurant ‘de trechterbeker’ zochten we een paar hunebedden op die ik nog niet had gezien: de tweeling D21 & D22 en de drieling D23, D24 en D25 bij Bronneger.
Je ziet ze op de afbeeldingen hieronder.

Even verderop was een grafheuvel uit de ijzertijd. Bij de informatie die ik daarover las stond dat toen die grafheuvel in gebruik werd genomen, de voornoemde hunebedden daar al 1000 jaar stonden. Zo’n tekst geeft mij dan ineens een nieuw inzicht in de tijd: Onze Catharinakerk staat nu ongeveer 800 jaar op de Brink in Roden.
En dan heb je een uur geleden fossielen gezien die 450 miljoen jaar oud zijn.
Niet te bevatten.
Met recht een écht dagje oer!

Benieuwd naar de andere verhalen over ‘de kracht van oer’?
Hierbij een link naar deel 1, onder aan dat blog vind je een overzicht.