een alternatief voor 'de waan van de dag'

Maand: september 2016 Pagina 2 van 3

20 september: Strunen

Zaoterdagmiddag vreug ik an Gerard of e met mij met gung fietsen. “Ik moet eem hier en daor wat strunen.” legde ik uut. De dikste warmte was veurbij en ik wol een mooi bloemstuk maken. ’s Morgens haar ik al struund bij Het Goed. Een zilverkleurige schaol

zilverkleurige schaal.....

zilverkleurige schaal…..

met een mooi raandtie, wat kleine maandties en een langwarpige, plastic vorm haar ik op de kop tikt.

Ienmaol op fietse speurde ik de barms nao op bessies, neuties en aander spul um te gebruuken veur een mooi bloemstuk. De oogst was twee dikke bruune ‘riet-sigaren’, een stuk of wat stengels ‘pluumgras’, vogelkers, rozenbottels en nog wat klein spul.
Ik vuul mij altied wat ongemakkelijk bij het metnemen  van dingen uut de natuur. Het Drentse woord strunen (spreek uut

langwarpige, plastic vorm

langwarpige, plastic vorm

struun’n) betiekent ‘zoeken naar iets van zijn gading, snuffelen, vooral met de bedoeling iets te kapen….’ dat klinkt een beetie krimmeneel.
En ik deu het ok nog met veurbedachte raode, want ik haar een snuischere in de fietstasse. Ik sus mien geweten deur allent dingen met te nemen waor d’r hiel veul van is.
Om met een versregel uut oonze Nederlandse literatuur te spreken:

Leef je uut!

Leef je uut!

Aan een boom zo vol geladen, mist men één, twee pruimpjes niet.

Met een gerust hart knipte ik vervolgens uut oonze eigen tuun hortensia’s en kalanchoë.
Toen verzamelde ik alles op mien aanrecht en meuk van de oogst van mien struuntocht twee bloemstukken (zie bovenstaonde foto’s, op klikken veur een vergroting).
Gerard legde vast hoe dat in zien wark giet: ik leef mij eem hielemaol uut.

Reageren

19 september: Vredesweek

vredeGisteravond zongen we met de Catharina-cantorij in de vredesdienst in de Doopsgezinde Kerk in Roden.
Het voelt altijd een beetje unheimisch om met de cantorij, die zo verbonden is aan de PKN, in een andere gemeente te zingen. Andere kerkzaal, ander orgel, andere organist, het was even wennen.
De organist was Jelly Alkema, die kende ik nog van vroeger. Zij was dirigent van het Rodens Christelijk Gemengd Koor, waar ik vlak na onze verhuizing in 1989  bij ging zingen. (zie een eerder blog >>>).

Het orgel had een klein mankement: het kon niet zacht spelen. “Dit is het zachtst!” riep Jelly vanaf haar orgelkrukje, ze kwam er zelf amper bovenuit. Gelukkig stond er ook een piano, dus veel van wat we zongen werd begeleid op de piano. Het zingen ging goed. Ondanks de onwennigheid en het loeiende orgel stond onze cantrix heel rustig te dirigeren, onze rots in de branding. De rots stond gisteravond wel heel stevig; ze heeft een kleine blessure aan haar voet, dus geen ‘glazen muiltjes’, maar robuuste bergschoenen.

De vredesdienst van gisteravond was oecumenisch van karakter. Ds. Klaas van der Werf van de Doopsgezinde gemeente Roden begon zijn overdenking met het tonen van de jubileum-uitgave van de Vredeskrant, dit jaar de 50e editie. Het thema is deze keer ‘Vrede verbindt’. Hij triggerde mij met zijn verhaal over de Russische revolutie, waarbij de hele keizerlijke familie Romanov werd omgebracht (meer info zie >>>).
Hij sloot zijn verhaal af met de constatering dat een revolutie nooit vrede bewerkstelligt. Revolutie gaat altijd gepaard met agressie en machtsspelletjes, daarmee bereik je nooit een vreedzame situatie. Vrede verbindt, maar verbinding creëert vrede. Onze opdracht: verspreid vrede op je eigen vierkante meter. Breng verbinding tot stand en vermijd ruzie en agressie.

Het slotlied was een lied op de melodie van “Geef vrede, Heer, geef vrede”.licht
De tekst van dit lied is gemaakt door Coot van Doesburg, een bekende Nederlandse liedjesschrijver (o.a. Paul de Leeuw). Ze bracht in 2010 de bundel ‘Licht’ uit, met als ondertitel: 100 liedjes voor iedereen. (klik hier>>> voor een artikel uit Trouw over deze bundel).
Hierbij de tekst van het derde couplet:

Ja, in ons land is vrede, maar verder van ons bed
wordt ’t mensdom platgetreden, de ziel opzij gezet.
Leer ook die and’ren hopen op ooit een betere tijd,
om weer rechtop te lopen in echte leefbaarheid.

Wat mij betreft zingen we vaker liederen van haar hand. Ze laten, in tegenstelling tot sommige liederen uit het nieuwe liedboek, aan duidelijkheid niets te wensen over.

Na afloop zou ik snel naar huis, want Gerard wachtte met de koffie. En “Heel Holland bakt”.
Maar daar kwam natuurlijk niks van terecht, want het was weer veel te gezellig en ik sprak nog iemand uit mijn ‘zondagsschool-verleden’ die ik al jaren niet had gezien.
Gelukkig kunnen we tegenwoordig ‘uitgesteld’ televisie kijken!

Reageren

18 september: Gastblog. Hersenen die een eigen leven leiden.

Op 14 september kondigde ik het al aan: af en toe schrijft iemand een ‘gast-blog’.
Dochter Harriët kwam met dat idee en zij is dus ook de eerste:

Mijn hersenen hebben andere prioriteiten dan ik.
Tenminste, daar verdenk ik ze van. Ik heb van alles gedaan om ze te overtuigen dat ik gelijk heb, maar ze zijn koppig en houden voet bij stuk.
Mijn hersenen vinden het namelijk blijkbaar erg belangrijk dat alles wat ik dacht, wat mensen zeiden, waar we toen waren, wat iedereen daar van vond en hoe ik me toen voelde netjes opgeslagen zit zodat ik het waar en wanneer ik maar wil op kan roepen… gewoon voor het geval dat. Persoonlijk vind ik dit niet zo boeiend.
Persoonlijk wil ik veel liever indruk maken op feestjes met vergaarde kennis uit de boeken die ik lees. Dit interesseert mijn hersenen geen zak.

Die van mijn vriend Cees wel.
Hij heeft hersenen die het met hem eens zijn.

Hersenen van Cees: “We willen niet voor lul staan omdat we niet weten wanneer de eerste wereldoorlog ophield.”
Cees: “Ok. Ik ook niet.”
Hersenen van Cees: “Deal.”

Dus slaan ze elk willekeurig feitje trouw op en wel zo dat hij ze kan gebruiken als hij ze nodig heeft. hippoDat laatste is erg belangrijk, want het schijnt dat hersenen alle informatie opslaan die ze tegenkomen. Alle kleine details, alle onbenullige feitjes, alle ellenlange cijferreeksen die je ooit hebt gezien, ze schijnen opgeslagen te zijn in de hippocampus. Of ze makkelijk op te rakelen zijn is er vervolgens van afhankelijk of de hersenen de informatie labelen als ‘belangrijk’. Dit gebeurt bijvoorbeeld als ergens een grote emotionele waarde aan zit.

Ik moet hier niet te lang over nadenken. De kloof tussen mijn hersenen en mij zou alleen maar groter worden. Het zou escaleren en er zouden dingen gezegd worden die niet meer goed te praten zijn.

Dus hebben we een staakt het vuren. Ik probeer niet meer wanhopig feitjes te stampen en mijn hersenen doen waar ze goed in zijn: gesprekken, gedachtes en gevoelens opslaan.
Toch eigenlijk ook wel weer handig… kan ik in elk geval meedoen met mijn moeder’s Bert Visscher quotes.

Reageren

17 september: Pompoenen & kalebassen.

schutting ten prooi aan sier-kalebas-plant

schutting ten prooi aan sier-kalebas-plant

Al jaren riep ik dat ik graag een keer zelf pompoenen en/of kalebassen in de tuin wilde hebben, maar het kwam er nooit van. Volgens Gerard hadden we daar te weinig ruimte voor in onze tuin. Vorig jaar kocht ik zelf een pakje zaadjes en zaaide wat tegen de schutting aan. Niets kwam er van op. Gerard dacht dat de slakken alles hadden opgegeten. Volgens mij kwam hem dat ook wel goed uit, hij had het gewoon niet zo op pompoenen en kalebassen.

Dit jaar werd onze tuin wat groter. We kregen een zakje zaadjes van neef Cor en de helft van die zaadjes ging de grond in. Het pakje beloofde een mix aan sierkalebasjes.

Oogst 2: een emmer vol!

Oogst 2: een emmer vol!

Deze keer is het meer dan goed gelukt; de kalebasplanten overwoekeren planten en struiken die al in de tuin stonden, hun territorium beslaat ettelijke vierkante meters. De schutting is ook al ten prooi gevallen aan onze enthousiaste sierkalebassen-plant: de buren kunnen aan hun kant ook vruchten plukken. Twee weken geleden haalde Gerard de eerste oogst binnen en snoeide de plant wat terug. Gisteren haalde hij er weer wat af: een mooie emmer vol.

Nu het niet meer zo warm is heb ik wel weer zin om iets met deze oogst te gaan doen.
Als je op intkal-3ernet gaat zoeken kijk je je ogen uit: wat veel mogelijkheden.
Eén van de simpelste dingen heb ik vanmiddag al gedaan: een kaarsenhoudertje maken van zo’n pompoentje.
Je prikt met een mesje om een waxinelichtje heen in de bovenkant van de vrucht. Dan verbind je de prikjes met elkaar en snijdt er een ‘kapje’uit. Vervolgens hol je het vruchtje recht naar beneden uit, zo diep als twee waxinelichtjes. Eén lichtje doe je er op de kop in en de tweede zet je er bovenop. Dan heb je een iets steviger ondergrond.
Geen idee hoe lang dit stand houdt, in ieder geval wel een week denk ik.

Reageren

16 september: Aalscholver in de tuin

aaalscholver-1Gistermiddag riep de buurman vanachter de schutting; of Gerard er ook was.
Nee, die was niet thuis.
Buurman had een bijzondere vogel in zijn tuin zitten “een grote zwarte vogel, wel twee keer zo groot als een eend”.
Een aalscholver, dacht ik.
(lees hier >>> meer over de aalscholver)
Ik liep om de schutting heen en ontwaarde inderdaad een grote zwarte vogel.
Hij zat op een lantaarntje op een tafeltje naast hun huis.

aalscholver-2Hiernaast heb ik de aalscholver uit de foto gelicht; een omgeving waarin ik hem niet vaak zie.
Hij leeft in waterrijke gebieden, zo kun je Boskampbuurt eigenlijk niet noemen.
Ze leven voornamelijk van vis.
Op de visboer na die hier elke vrijdagmiddag roepend en toeterend langs komt is vis in dit gedeelte van Roden ook niet te vinden.
We kwamen tot de conclusie dat het beest waarschijnlijk een tik van een auto of iets dergelijks had gehad, waardoor het de kluts wat kwijt was. Even later hipte hij op een stoeltje en weer even later vloog hij weg. Hij wiekte majestueus door de Koerskamp en daarna hebben we hem niet meer gezien.

“Wat een avontuur, heééé!” zou Bert Visscher zeggen.
Dat heeft die aalscholver waarschijnlijk ook gedacht: “Wat komen die mensen dichtbij vandaag…..”

Reageren

15 september: Hoogersmilde blues.

Gisteravond zat ik rond kwart voor acht in de auto. Mijn moeder was opgenomen geweest in het ziekenhuis, maar mocht gelukkig al weer naar huis en ik had nog even bij haar koffie gedronken. Het was een prachtige, zwoele zomeravond en tegen zonsondergang zaten in Smilde nog wat groepjes mensen aan de kant van de vaart. Beetje vissen, beetje teuten. Dat zijn de momenten waarop ik speldenprikjes heimwee in mijn buik voel.

Aan de stille kant van die Drentse Hoofdvaart hebben Gerard en ik de eerste jaren van ons huwelijk gewoond. Daarvoor had ik er jaar in jaar uit langs gefietst naar de Mavo (Smilde) en de Havo (Assen).
Toen wij aan de vaart woonden genoten we van de charmes die zo’n kanaal voor je deur met zich meebrengt. ’s Zomers vissen. Soms in de winter schaatsen. Genieten van een ganzenfamilie in de vaartwal. Ik kan me nog herinneren dat ik er eens zat te vissen met een hengel zonder aas aan het haakje. Dat kwam omdat Gerard er niet bij was en stel je voor als ik dan wat ving! Ik durfde zelf de vis niet van de haak te halen. Maar zonder hengel alleen aan de vaart zitten was ook een beetje raar, daarom viste ik met een leeg haakje. “Wilt wat bieten?” “Ja heur….”

een slieve

een slieve

Gerard en ik  koesteren de herinnering aan Jan Knelis, een boer die een eindje verderop woonde. Hij fietste op een avond langs ons huis terwijl wij aan de vaartkant zaten. Hij stapte af en vroeg of wij zin hadden aan verse, koele karnemelk. Die had hij namelijk net opgehaald bij zijn broer vandaan. De melkbus stond achter op zijn pakjesdrager.
We kregen de verse karnemelk aangereikt in een ‘slieve’ die in de melkbus zat, we mochten hem zo aan de mond zetten. Lekkerder karnemelk heb ik nooit meer gehad.

Eenmaal in Roden was het ook wel weer over met de heimwee.
Op het beursterrein is men al druk bezig de Jaarbeurs op te bouwen.
Nog een dikke week: dan is weer de Rodermarktfeestweek!

Reageren

14 september: Sharing the joy.

Twee jaar heb ik deze website nu. In eerste instantie was het een experiment van een jaar. Kan ik het? Heb ik genoeg onderwerpen/schrijfstof? Lukt het me om regelmatig iets te bloggen? Alle vragen kunnen met ‘ja’ worden beantwoord.

“Waarom doe j ‘ dat eigenlijk! Kost ja hartstikke veul tied.” merkte laatst iemand op.
En inderdaad, het kost tijd. Maar een andere hobby kost ook tijd en het schrijven voor en bijhouden van het blog vind ik erg leuk om te doen.
Het laat me iedere dag wel even nadenken over wat waardevol was.
Waar moest ik om lachen? Wat raakte me? Waar genoot ik van?

Een paar maanden geleden was een Amerikaanse moeder ineens wereldberoemd door een aanstekelijk filmpje dat ze op YouTube had gezet. Ze verkneukelde zich over een masker dat ze had gekocht en ze ging helemaal uit haar dak van de lol. Het filmpje verspreidde zich razendsnel de wereld over. Naderhand werd haar gevraagd naar wat ze het leukste gevolg vond van wat haar was overkomen. Het antwoord was ontwapenend: niet alle cadeaus, niet alle media-aandacht, maar “sharing the joy”: het delen van het plezier.

Lezen, handwerken, muziek, bloemen, streektaal, geschiedenis, muziek.....

Lezen, handwerken, muziek, bloemen, streektaal, geschiedenis, muziek…..

Dat is ook een onderdeel van mijn motivatie. En het leuke is: het werkt! Mensen koken met de recepten die op het blog staan of gaan naar een tentoonstelling/museum dat werd genoemd.  Ze maken handwerkjes met de  uitgeschreven patronen, lezen een Drents verhaal voor op een bijeenkomst, maken met de kleinkinderen een herfstkrans die op het blog werd beschreven en genieten van de uiteenlopende muziekjes die voorbij komen.
Maar ik deel niet alleen plezier. Het leven bestaat tenslotte niet alleen maar uit plezier maken. De beschrijving van de kerkelijke vieringen bieden anderen troost en zetten mensen aan het denken.
Ziekte, rouw, verdriet: ook die onderwerpen komen af en toe aan bod.
Die emoties hebben ook hun waarde.

Na twee jaar is het voor mij geen vraag meer of ik nog doorga met het blog. Via de mondelinge reacties, mails en de statistieken weet ik dat veel mensen genieten van de dagelijkse waarde. IJs en weder dienende blijf ik dit nog wel even doen.
Groot voordeel van zo’n  blog: het schrijven van een tekst gaat mij inmiddels wel heel gemakkelijk af! Daar heeft mijn werkgever dus ook nog wat aan…..

Toch gaat er iets kleins veranderen. Dochter Harriët bracht mij op het idee om zo af en toe een gastblog te plaatsen, geschreven door iemand anders. Zij had nog wel een leuk idee.
Dus binnenkort lees je misschien wel over iets wat Gerard met de wereld wil delen. Of Carlijn of Frea. Maar het eerste gastblog komt van de hand van Harriët.
Binnenkort in dit theater.

Reageren

13 september: Disneyprinsessen & Raketten.

Tussen de middag zaten we met collega’s onder een grote parasol even lekker buiten; heerlijk, even met m’n breiwerkje en m’n broodje & karnemelk weg van het beeldscherm. broodtrommel

Eén van de mannelijke collega’s haalde z’n brood uit een trommeltje met drie Disneyprinsessen er op.
Een vrouwelijke collega kwam naast hem zitten, pakte het trommeltje op en vroeg:
“Wat is dit den nou, Jan….!”
Jan werd er niet heet of koud van. Het gezinslid van wie het trommeltje ooit was wil er waarschijnlijk niet meer mee gezien worden, want hij antwoordde:  “Ja, dizze was nog over. Dei laotn ze veur mie liggen. Kiek. Doornroosje…..”

Vanmiddag, zo’n beetje op het heetst van de dag, kwam een andere collega met een doos raketbinnenlopen. “Wie wil er een waterijsje?”
Iedereen. We kregen allemaal een raket. Een raket!
Het is altijd wonderlijk wat zoiets in  mijn hoofd teweegbrengt.
In gedachten zie ik de ligweide en het loket van zwembad ‘het Bosbad” in Hoogersmilde.
kwartjeEn ik voel het kwartje weer dat ik meekreeg van mijn moeder voor iets lekkers.
Een Ola Raket kostte een kwartje, maar een snoepketting (met van die bleke snoepjes met een gat aan een elastiekje) en een dropveter waren snoepkettingsamen ook 25 cent.
Ingewikkelde keuze’s voor een kind van 8.

De Disneyprinsessen deden me denken aan de tijd dat mijn kinderen nog klein waren, het raketijsje brengt me terug naar mijn eigen jeugd.
Sweet memories.

Reageren

12 september: Dik Trom & sprookjes.

Gistermiddag ging een grote wens van mij in vervulling: we zongen met twee cantorijen en een aantal ‘losse gemeenteleden’ (mijn Gerard ook!) in een viering. We werden omschreven als ‘groot gemeentekoor’! Het was dan ook een heel bijzondere gelegenheid voor dit samengestelde koor: de feestelijke intrededienst van onze nieuwe voorganger ds. Walter Meijles.

En feestelijk was het. Een bomvolle kerk, een inspirerende overdenking en fijne samenzang;

Ds. Walter Meijles

Ds. Walter Meijles

het orgel/pianospel van Erwin Wiersinga maakte het feest compleet.
We hoorden twee bekende gedeelten uit de bijbel: het gedeelte uit Jesaja (2:1-5) waarin wordt aangekondigd dat de zwaarden worden omgesmeed tot ploegscharen en het verhaal van de bruiloft te Kana zoals het wordt omschreven in Johannes 2 (zie >>> voor dit verhaal in de basisbijbel).  Onze nieuwe voorganger reeg verschillende gezichtspunten aaneen. De moeder van Jezus werd vergeleken met de ouders van Dik Trom, die ondanks de dingen die verkeerd gingen altijd al de waardevolle kanten van hun kind hadden gezien. ’t Is een bijzonder kind en dat is ‘ t ie!
We konden het verhaal ook bekijken als een sprookje zoals dat van oorsprong bedoeld is: een oud volksverhaal vol levenslessen waar we ook heden ten dage iets van kunnen leren.

regenboogornamentHet logo van onze gemeente had ook een prominente plaats in de preek: de drie gekleurde delen staan voor God de Vader, God de zoon en God de heilige geest en het lege stuk…..dat zijn wij; de kleurrijke gemeente die wij samen zijn. Voor de officiële uitleg van het regenboogornament klik hier >>>

Deze viering belooft wat voor de toekomst. Ook op zanggebied heeft deze dominee wat in zijn mars: hij zong solo het vijfde couplet van het lied ‘Wil je opstaan en mij volgen’ uit de Iona-bundel
Heer van liefde en van licht, vervul mij met uw geest
Laat mij zijn op u gericht en maak mij onbevreesd.
Opdat ‘k in uw voetspoor ga, uw ontferming achterna
En met lijf en ziel besta in U en Gij in mij.

Meestal duren zulke intrede-diensten erg lang door de eindeloze toespraken. Zo niet gistermiddag: twee sprekers die het niet te lang maakten. De voorzitter van onze kerkenraad vatte de inborst van de Noordelingen die Roden hoofdzakelijk bevolken als volgt samen: De Drent is te aardig om eerlijk te zijn, de Groninger is te eerlijk om aardig te zijn en de Fries heeft een extra breed bed zodat hij ’s nachts ook dwars kan liggen.
In de praktijk valt dat allemaal reuze mee hier in Roden. Wij wonen al meer dan 25 jaar in deze zeer aangename smeltkroes van streekculturen en ik heb er alle vertrouwen in dat deze West-Friese Walter zich er prima mee zal redden!

Voor een volledig verslag van de middag op onze PKN-website klik hier >>>.
Daar vind je ook een prachtig foto-verslag van Han Post.

Reageren

11 september: Met Gerard in de MG

PKN-gemeentelid Gerard heeft een MG. Dat is een bijzondere, oude auto.
(Meer weten: zie >>>) Het exemplaar van Gerard komt van oorsprong uit Engeland en is gebouwd in de jaren ’50 van de vorige eeuw.
Vanmiddag vroeg hij mijn Gerard of die even met hem mee wilde om de MG ergens vandaan te halen. Op de terugweg kwamen ze langs de Boskamp om de auto te laten zien. (klik op de foto voor een vergroting) . Of ik ook even meewilde voor een klein rondritje.

Gerard & Gerard in de MG

Gerard & Gerard in de MG

Maar dat was leuk! Zat ik zomaar met wapperende haren naast ‘de andere Gerard’ in zo’n prachtige old-timer! Onderweg merkte ik wat zo’n bijzondere wagen met omstanders doet: mensen zwaaien, groeten, roepen iets. Je hebt zelfs op je ouwe dag zomaar sjans in zo’n classic car! Wat een cadeautje……en we hadden al zo’n bijzonder middag gehad, want onze nieuwe dominee is bevestigd. Daarover morgen meer, wordt vervolgd!

Reageren

Pagina 2 van 3

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén