Iedere dag maken we een ommetje; meestal in Roden, maar als we tijd hebben wil ik wel even ergens anders heen.
Verandering van spijs doet eten, niet waar?
Ooit had ik ergens gelezen dat je bij Marum het ‘Witte Nonnen-pad’ kon lopen; zondag de 20e maart gingen we op onderzoek uit.
Het begon bij de kerk, dus die gingen we eerst opzoeken. We vonden wel een gereformeerde kerk, maar geen 12e eeuws kerkje dat op de foto’s staat.
“We toetsen gewoon ‘Kerkstraat’ of ‘Kerkweg’ in op de TomTom, dan komen we er vanzelf wel”.
We vonden ‘Kerkpad’. “Dan zal het daar wel zijn” en we liepen het Kerkpad af.
In tegenstelling tot wat het spreekwoord zegt over kerken die je midden in het dorp moet laten staan stond deze kerk tussen het dorp en de snelweg in.
Dat pad leidde ons naar de rand van het dorp Marum; een stuk verderop zagen we de kerk inderdaad staan achter een grote zuivelfabriek.
Het was koud en winderig.
We liepen om de kerk heen en vonden een wegwijzertje naar het ‘Witte Nonnen-pad’; het wees naar de deur van een lijkhuisje dat tegen de zijbeuk van de kerk was gebouwd. (zie afbeelding. Lijkhuisje staat links van de toren).
Aarzelend openden we de deur. Wat we daar aantroffen was op z’n minst verrassend: er stond een lessenaar met een gastenboek en het was ingericht als een kloostercel. Er stonden middeleeuwse nonnenklompjes en je kon op een knopje drukken. Dan ging er een lichtje aan en begon er een gregoriaans koor te zingen.
Een stem heette ons welkom en vertelde dat ze een non was die tijdens de Tachtigjarige oorlog bij Marum/Trimunt in een klooster woonde.
Ze vertelde alles over de geschiedenis van het klooster In Tribus Montibus dat daar in de middeleeuwen heeft gestaan.
Dat het onder bewind stond van de abt van Aduard.
Dat het leven in het klooster zwaar was.
Dat het klooster door de aanhang van de watergeuzen en de prinse van Oranje was gesloopt, samen met het klooster in Aduard.
In het huisje was ook een houten doosje waar de beschrijving van de wandeling in zit, in meerdere talen zelfs.
Hebben wij de wandeling gedaan?
Nee.
Die was 15 kilometer en dat gaan wij niet op een koude, winderige zondagmiddag in maart doen.
Misschien gaan we dat wel helemaal niet doen, want 15 kilometer is best veel voor niet geoefende wandelaars.
Het ging mij vooral om het verhaal, want o, wat hou ik van dit soort dingen!
Als we de wandeling wel hadden gedaan, hadden we een brief gevonden die moeder-overste van het klooster had onderschept.
Een liefdesbrief van ‘onze’ witte non aan een Spaanse soldaat die in een ziekenzaal van het klooster werd verpleegd omdat hij gewond was in de oorlog.
De non was voor straf uit het klooster gezet en haar ziel dwaalt nog altijd in omgeving rond.
Misschien hadden we het ruisen van haar witte habijt nog wel gehoord….áls we die wandeling hadden gemaakt.
Heerlijk, zulke verhalen.
Benieuwd naar het Witte Nonnenpad?
Hierbij een link naar de website van de Stichting Groningen Kerken.
Sinet
Een hele bekende uitspraak die we geregeld delen 😉