een alternatief voor 'de waan van de dag'

12 februari: Stront en regenwater.

In 2020 bood ik een activiteit aan in het jaarprogramma van de Taakgroep Vorming en Toerusting van onze PKN-gemeente.
Het heette ‘Streektaal in de kerk’ en het was de bedoeling dat we teksten en liederen in verschillende streektalen zouden bespreken.
In het voorjaar van 2020 viel de eerste lockdown ons op het dak: er werd helemaal niets meer georganiseerd, alleen de kerkdiensten waren on-line te volgen.
In de zomer van 2020 dachten we dat het ergste coronaleed wel geleden was, dus ik bood dezelfde activiteit aan in het voorjaar van 2021.
We weten allemaal hoe het verder ging: ook dat kon niet doorgaan.
‘Drie keer is scheepsrecht’ riep ik toen ik werd benaderd of ik de streektaalavond nog een keer wilde aanbieden.
Het werd woensdag 9 februari 2022.

We zitten in het staartje van de lockdown en het loopt nog niet storm: bij de kerkdiensten niet, maar ook bij de activiteiten niet.
Men is nog erg voorzichtig. Zinnen als “ik zoek het nog niet op” en “ik mijd groepsbijeenkomsten nog wel even” hoor ik nog vaak om me heen.
Het is fijn dat het nu eindelijk door kon gaan, maar er gaven zich maar 5 mensen op.
Voor mij geen reden om het af te blazen: ook met zeven gemeenteleden (Gerard kwam ook mee) kun je een goede avond hebben.

Van te voren had ik een programma en een tijdschema gemaakt.
In het eerste half uur liep het gelijk al uit: tijdens het voorstelrondje werd al heel veel informatie uitgewisseld en gepraat over verschillende streektalen.
We hadden die avond drie smaken: Gronings, Drents en Twents.
Eén van de dames gebruikte een uitdrukking die ik nog niet kende.
Ze vertelde dat haar man en zij altijd Gronings praatten, maar dat ze de kinderen in het Nederlands hadden opgevoed.
Soms deed één van haar jongens zijn best om Gronings te praten.
‘Ja, dei probairt wal ains wat, maor ’t is haalf stront, haalf regenwotter!’
Pardon?
Thuis zocht ik het op; het is een bestaande uitdrukking die wordt gebruikt als iemand Nederlands en dialect door elkaar praat.

Wat hadden we een genoeglijke avond.
Er werden stukjes tekst voorgelezen en er werden liederen gezongen.
We vertaalden zelf de overbekende verzen uit Mattheus 6 : “Weest dan niet bezorgd over wat u zult eten en drinken….”
Verder vertaalden we met elkaar een Taizé-lied: heel bijzonder om in je eigen streektaal zo’n lied te zingen!

Met de bevindingen van deze avond gaan we op 10 april een vesper vullen onder het thema: ‘Gods liefde kent geen einde en geen grenzen’.
Om die versper voor te bereiden komen we begin maart weer bij elkaar.
Zeven was goed.
Want waar twee of drie…….

Vorige

11 februari: Praat er niet overheen.

Volgende

13 febrewaori: Achter ’t vessebuussie.

  1. Willem

    Geweldige uitdrukking. De moeite waard om te onthouden. Zal deze eens voorleggen aan mijn (aangetrouwde) Groninges tante, geboren in de omgeving van Delfzijl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Type de getallen in cijfers in onderstaand vak * Time limit is exhausted. Please reload the CAPTCHA.

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén