In het weekend van onze trouwdag verbleven we in Casa Grada op het Timmerholt in Westerbork. Vrijdagmiddag de 25e was het zulk mooi weer, dat we de hele middag aan het water op het terras konden zitten. Beetje vissen, beetje borduren. Nog niet helemaal hersteld van de griep die me een week eerder overviel gaf ik me over aan de rust en de warmte; ik knapte zienderogen op.
’s Avonds wilden we met z’n tweeën uit eten. Even wat anders dan Chinees of pizza; na het debacle in Borger hoopten we op een gezellig diner. We reserveerden een tafel bij museumrestaurant De Ar in Westerbork. We werden vriendelijk welkom geheten en begeleid naar onze tafel. Ik vond het haast zonde om te gaan zitten: er was zoveel te zien, ik kwam ogen te kort! Het lastige is dat je niet overal uitgebreid kan gaan koekeloeren, want overal zitten mensen aan tafels te eten en te drinken. Wij zaten in de oude koestal die was ingericht als een oude scheersalon, achter ons zat een stel naast een nabootsing van een oude garage waar een vreemdsoortige motor stond met vier wielen en twee zadels.
Vijf minuten later proostten we op onze 39 jaar en bogen ons over de menukaart. We namen een kom soep als voorgerecht en kozen uit de ruime kaart als hoofdgerecht een aangeklede schnitzel en een gevulde varkenshaas. In het restaurant heerst een rustige, gemoedelijke sfeer die nog wordt versterkt door de achtergrond muziek,: voornamelijk jaren 60. 70 en 80-muziek die niet te hard stond. Daar ben ik nou eenmaal gevoelig voor: slechte en te harde muziek (lees gerag&rampestamp) kan mijn eetlust behoorlijk aantasten.
We hebben heerlijk gegeten. Tussen het eten door vergaapte ik me aan o. a. een antieke poppenkast met allerlei oude handpoppen, oude aardappelmanden aan het plafond en vitrinekasten vol servies en curiosa. Museum en restaurant: een leuke combi! We werden vlot en erg vriendelijk bediend en toen bijna aan het eind van ons etentje het kaarsje in ons lantaarntje op tafel uit ging, kwam iemand van de bediening het opnieuw aansteken met een olijke opmerking over romantiek. Dan sta je bij mij al met tien punten voor. We voelden ons welkom, we voelden ons gezien en we voelden ons verwend. Deze mensen maakten alles goed wat in Borger verkeerd ging.
Toen we weggingen zagen we bij de ingang een prachtige antieke arreslee staan. We spraken af dat we De Ar vaker gaan bezoeken en dat we dan gaan vragen wat een goede tijd is om meer aandacht aan het museumaspect van deze uitspanning te geven. Alleen een kop koffie met appeltaart behoort namelijk ook tot de mogelijkheden.
Nog niets meegekregen van ‘Borger’?
Lees dan’het blog ‘Gastvrijheid‘ van begin februari.
louisa
November 1984 waren wij voor het eerst in de Ar in Westerbork. Zoon Frits heeft daar ’s avonds in de bedstee geslapen. De eigenaresse stond vroeger op de rodermarkt bonensoep te verkopen met haar prachtig oorijzer op het hoofd. Later waren we er nog een paar keer met broer en zussen. Onze kruideniersfamilie komt daar ogen tekort.