Gistermorgen werd er een kindje gedoopt in de Catharinakerk.
Dat zijn altijd mooie diensten: trotse ouders, ontroerde grootouders, kerk vol familie en een schattige baby.
De doopouders hadden de liederen voor deze viering zelf uitgezocht en hadden van te voren aangegeven prijs te stellen op een eenvoudige, conventionele viering; toeters en bellen leiden alleen maar af van waar het om gaat in de kerk.
Aan het begin van de viering ging het over de doopjurk ‘die we aan het begin van ons leven bijna allemaal hebben gedragen’.
Die witte jurk staat, net als de bruidsjurk en het doodshemd, voor een nieuw begin.
Dominee Sybrand van Dijk had zijn eigen doopjurk meegenomen. Hij vertelde liefdevol over zijn moeder, die die jurk destijds zelf gemaakt had. “Kijk: hier paste ik toen nog in!”
In zijn overdenking benoemde de voorganger iets wat ik nog nooit zo geformuleerd in een doopdienst had gehoord, maar precies verwoordde wat ik beleefde na de geboorte van onze oudste dochter Frea.
‘Vreugde, verwondering en verantwoordelijkheid’.
Onbeschrijfelijk blij omdat al het spannende rondom de bevalling goed is gegaan, verwondering om een nieuw leven, een kind van ons samen maar ook: verantwoordelijkheid. We gingen met z’n tweeën naar het ziekenhuis en kwamen met z’n drieën terug.
‘Dit kindje blijft bij ons en daar moeten wij nu voor zorgen’ was een besef dat naast vreugde en verwondering in ons leven kwam.
Kan ik dat wel? Hoe weet ik wat ik moet doen? Doe ik het wel goed?
Het zette me zo aan het denken over die tijd, dat ik daarna een deel van de preek niet meekreeg.
Kan gebeuren.
Wat ik wel weer meekreeg is dat je als ouders het opvoeden van je kind perfect wilt doen, maar dat niemand dat lukt.
Het leven is nooit perfect. “Dit is het, dit ligt binnen mijn bereik en hier moet je het mee doen.”
Wat nam ik verder nog mee uit deze viering?
De oprechtheid van de jonge ouders die stralend met hun kleintje bij het doopvont stonden en het toevertrouwden aan God.
En ook: dat een viering heel goed zonder toeters en bellen kan.
We lazen over Jezus als de goede herder en we zongen daar een prachtig, oud lied bij met een tekst van Joost van den Vondel: ‘D’Almachtige is mijn Herder en Geleide.
Natuurlijk kwam bij dit thema ‘de Heer is mijn Herder’ ook voorbij, we zongen de Apostolische geloofsbelijdenis en het dankgebed werd afgesloten met het gezongen ‘het Onze Vader’ van Elly & Rikkert.
Even entre nous: Erwin Wiersinga kan fantastisch Bach spelen, maar Elly & Rikkert kostte vanmorgen wat moeite.
Het leven is nooit perfect.
Bij de afbeelding: op de avondmaalstafel ligt de papieren doopketting van onze gemeente. De naam van het laatste schakeltje is door de doopouders zelf op het kartonnen strookje gezet en aan de ketting geniet. Links de paaskaars, rechts de doopkaars die de ouders vanmorgen kregen uitgereikt.
Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Geef een reactie