een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 11 van 262

1 juni: Zo dapper als Daan.

Het stond al in De Krant en ook al in Kerknieuws: deze maand kwam het nieuwe boek van Lianne Polling-Waninge uit. Lianne is onze nicht (dochter van Gerards broer Jan) en ze woont in Roden.
Ze is juf op basisschool ‘De Hoeksteen’ in ons dorp.

Het boek gaat over Daan die bang is in het donker.
Begin april stuurde Lianne ons al een mail: “Mijn nieuwe boek komt er aan!”
Ze had een brief gekregen van haar uitgever Boekscout dat haar boek zou worden uitgegeven.
Die uitgever had een zijn beweegredenen uitvoerig uit de doeken gedaan in zijn beoordeling:

Waar gaat het prentenboek over? 

De angst voor het donker en schaduwen zal voor veel kinderen herkenbaar zijn. Jouw boek leert kinderen deze angsten te overwinnen, waarbij je ook aandacht besteedt aan kalmeringstechnieken zoals ademhaling. Je brengt op een speelse en educatieve manier belangrijke waarden en lessen over, waardoor het zowel vermakelijk als leerzaam is voor jonge lezers. De illustraties zijn prachtig en vullen de tekst perfect aan, 

waardoor er een betoverende wereld ontstaat die zowel kinderen als volwassenen zal bekoren. Het verhaal is dan ook goed doordacht en getuigt van jouw kunsten als schrijfster. Dit prentenboek sluit goed aan bij de belevingswereld van kinderen en leert kinderen omgaan met hun angsten op een positieve manier. Een hartverwarmend en leerzaam verhaal dat voor veel ouders en grootouders een genot zal zijn om voor te lezen!

Vorige week ging ik naar boekhandel Daan Nijman in Roden om het boekje te kopen.
Was het al uitverkocht!
Ik bestelde gelijk 4 exemplaren, want het is een mooi prentenboek om als cadeau mee te nemen als je op kraambezoek gaat, of om aan een jarig kind te geven.
Gistermiddag waren er twee exemplaren bij Nijman binnengekomen, die ik gelijk meenam.
Wát een mooie sfeervolle illustraties!
Hierbij link naar de pagina van dit boek op de website van uitgever Boekscout.
Daar vind je een beschrijving van schrijfster Lianne, maar ook van de illustrator Kirsten Mac Donald.
Daar kun je ook bij Inkijk een alvast een paar pagina’s van het boek bekijken en natuurlijk kun je via die website ‘Zo dapper als Daan’ ook bestellen.

Benieuwd naar het vorige boek dat Lianne schreef?
Hierbij een link naar een blog daarover: Regenboogkind

Wil je elke dag een melding als er een nieuw blog verschijnt?
Installeer dan de RSS-feed app op je telefoon of tablet.
Hier lees je hoe dat moet

Reageren

31 mei: Zo drok as een motte met ien bigge.

Bij de ‘Activiteitenmarkt’ van oonze PKN-gemiente zaten wij in Den Bosch met de Bossche bollen van Jan de Groot en de mega-borrelplank.
Maor wij waren der toch een beetie bij, want ik beud twee activiteiten an waor as meinsen zöch veur können inschrieven.
Ién daorvan was ‘Een uurtie Drents’; zu’n markt vin ik een mooie gelegenheid um het Drents  positief under de aandacht te brengen.
Gustermidddag zaten de deelnemers bij mij um de taovel in oonze woonkeuken; veurnamelijk Roners, maor ik haar waorömpel ok een gast uut Hieken! Ze haaren allemaol € 5,-  betaold veur het goeie doel, namelijk het wark van Father Petru in het dorp Ulmu in Moldavië.

Dat uurtie is zo invuld.
In de loop van de jaoren heb ik al mooi wat Drentse verhaolen verzaomeld en verder moet de anwezigen ok zölf an ’t wark.
Netuurlijk vertel ik op zu’n middag ok over ‘mien held’ Daniël Lohues en laot ik een liedtie van hum heuren: ‘Denk dat ik toch maor nie kom’.
Daor vertel ik dan bij wat ik daor ooit al ies over in dit blog schreef in 2016 over die pleister die der te langzoam of giet.
Ok vertelde ik het verhaal over oonze onvolprezen conciërge Schuttrups op de MAVO in Smilde en over Willem die in het Martiniziekenhuus tegenover mij lag. Ién van de gasten haar dat verhaol ooit uutknipt uut de Krant waor het toen in stun en kende het nog!

Veur het interactieve gedielte haar ik een vieftal Drentse spreekwoorden uutzöcht, bijveurbeeld het spreekwoord over de motte uut de titel van dit blog. Verder vreug ik of ze wel wussen wat een hakkenkruk was? En een kniepstuuver? En een koenavvel? *

We sleuten de middag of met het samen zingen van het neie Drentse volklied dat Anne Doornbos maakt hef.
Dat hef e schreven op de olde melodie, dus iederiene kön het zo metzingen.
Wo’j ’t ok eem zingen?
Hierbij een link naor het PDF met de tekst: 2024.05.30 Nei Drèents volkslied

En natuurlijk reup ik wat ik altied al zeg: het is slim belangriek dat wij het Nedersaksisch met mekaar te blieft praoten; Grunnigers, Twenten, Achterhoekers, het mak niet uut, ie kunt mekaar goed verstaon, het klinkt allent wat aans.
Beneid naor het veurige ‘Uurtie Drents’?
Hierbij een link naor het blog dat ik daor toen over schreef: Krooje? Spetterkeersie?

* Een motte is een vrouwelijk varken. A’j ’t zo drok hebt as een motte met ien bigge, dan doe’j allent maor drok en he’j in feite niks te doen.
Een hakkenkruk is een stuntelaar, een kniepstuuver is een gierigaard en een koenavvel is een stommerik, deur Gerard ook wel ‘dogge’ nuumd.

Denk ie nou bij dit verhaol: ik wol bij oons ok wal ies zu’n Uurtie Drents organiseren?
Dat kan! A’j niet  bij mien sociale contacten heurt, dan ku’j altied een reactie sturen via de knop ‘reageren’ under an elk blog.
Ie moet dan de getallen die daor staot in het vakkie daorunder typen. (dat is um te veurkommen dat ik spam krieg van robots….)
Veurbield: 2, vier een een 6 , dan moe’n typen 2 4 1 1 6.
In het vak daorunder schrief ie dan joen reactie en as ’t klaor is druk ie op ‘reactie plaatsen’
Joen reactie komp binnen via mien email. Die publiceer ik dan niet bij de reacties in de rechterkantlijn, maor dan neem ik via de mail contact met joe op.

Reageren

30 mei: Nederlands maar dan anders (38)

In deze rubriek NMDA verzamel ik in de loop van de weken alles wat aan mij wordt doorgegeven via app, mail of mij gewoon wordt verteld. Als het blog de 500 woorden nadert is de volgende aflevering klaar: nu alweer dus!

Essina stuurde mij een mail:
Dag Ada, heb jij misschien ook vandaag het kopje gezien boven een overlijdens- advertentie?
Veni, Vidi, Velpon.
Ik kwam, ik zag, ik bleef plakken.
Vonden we een beetje vreemd; wat wil iemand daarmee zeggen?

Vriendin Bea verwonderde zich over een item in het Journaal: “Dat gaat alle grenzen te boven.”

Collega maakte zich zorgen om een een collega-casemanager die het wat te druk had: “Je kunt zien dat het hem volledig over de schoenen groeit.”
Een andere collega vertelde wat er gebeurt als je met een heel hoog alcoholpromillage achter het stuur wordt aangehouden: “Dan wordt je rijbewijs ingepakt.”

In het Radio 5 programma Goeiemorgen Haandrikman komt ‘Eline Showmagazine’ langs.
Ze vertelt over de act die Joost Klein op het songfestival gaat doen en heeft ontdekt wat zijn geheim is: ‘En ineens vielen alle kwartjes op de juiste plek.”

Wim stuurde mij een mail over een fout die werd gemaakt in de discussie over de mondkapjesaffaire: “Twitteraars die Sywert van Lynden als een ‘platonische leugenaar’ betitelen, bedoelen in werkelijkheid een ‘pathologische leugenaar’. Dat is een bekende woordcombinatie om aan te geven dat iemand een ziekelijke neiging tot liegen heeft. Platonische liefde of een platonische relatie is een  liefdesrelatie waaraan geen lichamelijke liefde of begeerte te pas komt; dat is heel wat anders…!

Op vriendendag vertelt één van de mannen over de invoering van betaald parkeren rondom het Wilhelminaziekenhuis in Assen. “Er zijn mensen die niet weten hoe dat werkt met zo’n parkeerautomaat”. Andere vriend kan zich dat niet voorstellen en combineert drie spreekwoorden* om zijn verwondering daarover uit te spreken. “Dan ben je toch helemaal van het potje van een andere planeet?”
Vriendin wilde aangeven dat de poppen aan het dansen waren, maar gebruikte daarvoor andere woorden: “Dan heb je de ballen aan het rollen…!”

Hans had in het Dagblad van het Noorden gelezen over iemand die op staande voeten ontslagen was.

Tijdens de koffie op het werk komen ook de prachtigste uitdrukkingen voorbij.
Collega had  het gevoel dat ze onvoorbereid iets moest gaan doen: “Ik werd gewoon voor het vuur gegooid” vond ze.
Andere collega vertelde over problemen in de buurt waar ze woont: Ik kreeg woorden met één van de bewoners en toen werd ik gelijk in de hele buurt zwart gepraat.

Vanuit ons gezin kwam deze uit Almelo: Harriët trekt de deuren van haar kledingkast open en overziet de wanorde.
“Wát een slagschip!” riep ze.

*Dit zijn de drie spreekwoorden:
– Helemaal van het padje zijn
– Van de pot gerukt zijn.
– Van een andere planeet komen.

Hierbij een link naar Nederlands maar dan anders (37) van daaruit kun je doorlinken naar voorgaande blogs in deze serie.
Hoor of zie jij ook een bijdrage voor NMDA voorbij komen?
Als je niet bij mijn sociale contacten hoort kun je altijd een reactie sturen via de knop ‘reageren’ onder aan elk blog.
Jouw reactie komt binnen via mijn mail. Die publiceer ik dan niet bij de reacties in de rechterkantlijn, maar in de volgende NMDA.

Reageren

29 mei: Dwalen langs de Drentse Aa.

In onze meivakantie deden we een ‘Happen & Trappen’-arrangement.
Dat hadden we al eens eerder gedaan rondom Westerbork en dat was goed bevallen.
Meer weten? Lees dan dit blog van 5 juli 2023.

Deze keer kozen we  voor ‘Dwalen langs de Drentse Aa’.
Aan het eind van de middag werden er zware regenbuien voorspeld, het leek ons niet handig om daarop te wachten, dus we besloten om onze auto met fietsen neer te zetten bij “Gerrie” in Grolloo waar we die dag het hoofdmenu zouden gebruiken.
We begonnen zo al op tijd aan de fietstocht en fietsten het laatste deel al vóór de koffie; toen we in Zeegse aan de eerste gang, koffie met appeltaart zaten hadden we al 20 kilometer op de teller!

Toen waren we al door het Balloërveld gefietst: een uitgestrekt heideveld met vennetjes en zandverstuivingen. Op het informatiebordje dat langs het fietspad stond las ik dat we over een oud karrenspoor fietsten, dat deel uit maakte van de middeleeuwse verbinding tussen Coevorden en Groningen. Ook zagen we een paar oude grafheuvels uit de bronstijd (1500-1100 v. Chr.).
Even verderop ontdekten we zelfs een hunebed! Mijn dag kon niet meer stuk.
Het was hunebed D10; hierbij een link naar een artikel.

We vervolgden onze route door oeroud beek- en esdorpenlandschap, het Nationaal Park de Drentse Aa;  je voelt gewoon hoe je door de geschiedenis fietst. Het voorgerecht wachtte op ons bij De Wiemel in Gasselte; bij hevig kwakende en parende kikkers in de vijver naast ons tafeltje genoten we van gerookte forel en pulled pork.
Van daaruit fietsten we naar de soep in het Bospaviljoen bij het Boomkroonpad, dat we vorig jaar in de herfstvakantie al eens bezochten.
Ondertussen staken we regelmatig het riviertje De Drentse Aa over, fietsten door bossen en heide, maar ook door weilanden, langs bosranden en door dorpjes als Gieten en Anderen.

Met 56 kilometer in de benen zetten we de fietsen weer op de auto en ploften we neer op het terras bij Gerrie. Toen was het nog maar 16.00 uur; eigenlijk iets te vroeg voor het hoofdmenu, dus we stelden het eten nog een beetje uit.
Graag één zoete witte wijn en één bier.
Rond 17.30 uur kwamen we aan bij het pannenkoekenrestaurant waar men op ons rekende voor het ijskoude toetje.
Toen scheen de zon al niet meer en betrok de lucht.
Op de terugweg naar Westerbork reden we in de stromende regen die ons ’s morgens al beloofd was. Met bakken kwam het uit de lucht. Waren wij even blij dat we ’s morgens al zo vroeg begonnen waren!
Lijkt je deze fietstocht ook leuk?
Hierbij een link naar de website met meer informatie

Ook in Roden had het trouwens zo hard geregend.
Onze trouwe Gradus had het fort verdedigd maar was zelf daarbij compleet ondergespetterd met zand en modder.
Het leven van een tuinkabouter is niet altijd sprookjesachtig.

Reageren

28 mei: Te.

Gedurende je hele leven zijn er mensen in je omgeving.
Het gezin waar je uit komt, op school, de buurt waarin je woont, collega’s van je werk, gemeenteleden van de kerk, het gezin dat je zelf vormt, noem maar op.
En vanaf het moment dat je wordt geboren vinden andere mensen iets van je.
Als baby moet je wel een beetje binnen de groeicurves blijven en je ontwikkelen op de manier die in de opvoedboekjes beschreven wordt.

Op school moet je voldoen aan de normen die in het onderwijs worden bepaald en zo pas je je gedurende je leven aan aan wat er van je verwacht wordt.
Ondertussen vinden de anderen mensen iets van jou.

Te groot.
Te traag.
Te luid.
Te aanwezig.
Te dik.
Te ordinair.
Te betweterig.

Dat krijg je te horen bij de rapportbesprekingen op school, tijdens de jaargesprekken op je werk, je hoort het in de wandelgangen, in Sinterklaasgedichten en soms wordt het je gewoon verteld.

Als kind denk je: als ik later groot ben, dan mag ik het allemaal zelf weten.
Maar inmiddels ben ik 63.
Gepokt en gemazeld.
En nog merk ik dat mensen me ’te …. ‘ (vul zelf maar in) vinden.
En nog trek ik me die kritiek aan.
Maar inmiddels weet ik ook dat het voor de mensen die van me houden niet uitmaakt.
Die houden van mij, misschien wel juist omdat ik ’te’ ben.
Of ondanks dat ik ’te’ ben.
Die zijn te vreden met mij en accepteren mij zoals ik ben.
Er is altijd werk aan de winkel in een mensenleven en er is niks mis met je best doen om het met anderen ook een beetje leuk te hebben, maar daarbij moet je jezelf niet vergeten.
Je kunt het ook te goed willen doen.

Reageren

26 mei: Drie in één.

Vandaag is het zondag Trinitatis.
Het feest van de Drieëenheid: de vader, de zoon en de Heilige geest.
Dominee Sybrand van Dijk noemde het vanmorgen een mysterie.
Hij had ons in de voorbeschouwing van de dienst op de website al aangekondigd dat het anders dan anders zou gaan vanmorgen
‘Een iets andere vorm, vandaag. Drie kleine schetsjes in plaats van één preek. Drie keer zo veel voor een en dezelfde prijs.’

Na de schriftlezingen verdween de voorganger uit het zicht van de gemeente en hij verscheen weer naast het orgel.
Hij sprak de gemeente toe als God en vertelde dat God geen man en geen vrouw was. God is liefde.

We zongen een couplet van lied 792 en daarna stond de voorganger weer achter de microfoon in het liturgisch centrum en nu vertolkte hij Jezus, die lichaam wilde worden van alle woorden die geschreven. Hij wilde die woorden waarmaken.
Hij vertelt over zijn eerste optreden in de synagoge in Kapernaüm. Dat hij tot de overtuiging kwam dat woorden alleen niet genoeg zijn en dat je iets moet doen.
“Dus ik stapte naar buiten en gelijk kwam de eerste zieke al naar mij toe. Toen ik hem zegende kwam ook al gelijk een tweede, en een derde en een vierde en ze riepen allemaal “Jezus, red mij, hoor mij doe voor mij en het werden er steeds meer.
En hoe meer ik deed, hoe meer ik zag, hoe meer er te doen was!
Ik kijk met de ogen van de woorden van God.”

In mijn hoofd zag ik op dat moment een fragment uit de musical ‘Jesus Christ Superstar’.
We zien Jezus omringd door mensen door Jeruzalem lopen. Eerst wordt hij door de journalistiek ondervraagd over wat hij nou eigenlijk aan het doen is en daarna zien we hem in blinde woede alle tafels in de tempel omgooien.
Daarna loopt hij de bergen in waar de leprozen en gehandicapten naar hem toekomen.
” See my eyes, I can hardly see, see me stand, I can hardly walk……”
Hierbij een link naar dat fragment op You Tube.
Na al die jaren maakt het nog steeds een verpletterende indruk.
‘There is to many of you! There is too little of me!”

Na weer een couplet van bovengenoemd lied zagen we de predikant helemaal niet meer.
Hij was verstopt achter de preekstoel en we hoorden alleen zijn stem: hij sprak als de geest.
Hij vertelde: “Jullie mensen hebben zoveel talenten: muziek, organiseren, luisteren, spreken. Zoveel talenten waarin iets oplicht van God en van Jezus. Dat is wat ik doe: een stukje van God in jou blazen. De wereld heeft behoefte aan mensen die weten wat liefde is en die haar in zich willen laten wonen en die haar willen laten delen.”
Toen verscheen op de preekstoel een opgeblazen rode ballon die werd losgelaten over de hoofden van de gemeenteleden.

Na de viering zei mijn buurvrouw: “Ik had eigenlijk willen applaudisseren na de preek!”
Vond ik eigenlijk ook.
Bij deze.

 

 

Reageren

25 mei: Naar Stad op de fiets.

Vrijdagmiddag ging ik lunchen met ex-collega Gineke: zij reserveerde een tafeltje bij Moeke Vaatstra. Als je weet dat de mensen uit onze regio niet naar Groningen gaan, maar in Roden komen om te winkelen omdat de verkeerssituatie rondom Groningen zo beroerd is, dan snap je wel dat ik op de fiets naar Groningen ging.  Ik wist alleen niet zo goed hoe ik moest fietsen, want mijn werkplek bevindt zich in Zuid Groningen: ik fiets nooit meer in de stad.

Ik zette mijn telefoon vast op mijn stuur en vroeg meneer Google of hij mij op de fiets naar Groningen/Gineke wilde navigeren. In Peizermade stuurde hij mij het fietspad naar het Stadspark op. Jaren geleden had ik besloten om daar nooit meer langs te fietsen omdat het een heel slecht fietswegdek was, maar tot mijn grote verrassing was het pad opnieuw geasfalteerd.
Ik was vergeten hoe mooi het daar is. Daar komt bij dat dit de mooiste tijd van het jaar is; bomen en struiken zitten vol in het blad en bijna alles staat in bloei.

Eenmaal in de stad was het gedaan met het genieten. Wat een ontzettende drukte op het fietspad! Met groepen van meer dan 10 mensen sta je te wachten bij de stoplichten op een kruispunt; als het lichtje groen wordt weet je niet wat je ziet. Van alle kanten fietst men het kruispunt op! Officieel heb je voorrang als je van rechts komt, maar brutalen hebben de halve wereld en de grootste bek! Ik liet iedereen maar eerst voorgaan,  maar werd alsnog bijna van de sokken gereden door twee pubers die eigenlijk al rood licht hadden; in hun vliegende haast crossten ze op het nippertje voor mij langs.

Bij Moeke Vaatstra was het weer als vanouds.
We zaten in de schaduw van de grote bomen op het terras en genoten van een lichte lunch.
Zij een glas melk, ik een glas wijn.
Er waren weer gespreksonderwerpen genoeg.
Gineke is al een tijdje met pensioen en we zien elkaar niet maandelijks, dus er moet van alles worden uitgewisseld.
We constateerden dat de tijd zo snel gaat nu we ouder worden.
En dat we steeds vaker terugdenken aan vroeger en aan wat er toen vanzelfsprekend allemaal was en nu niet meer.
Het deed mij denken aan dat nummer van Simone Kleinsma; hierbij een link naar een blog over dat liedje:  De seizoenen komen terug, de jaren niet.

Op terugweg werd ik overvallen door een bui, waarvan Buienradar mij had beloofd dat die pas een uur later zou vallen.
In mijn fietstas zit tegenwoordig zo’n handige regencape van de IKEA.
Unisex.
One size, fits all.
Met zo’n zakje op je buik waar je de cape helemaal in kunt vouwen.
Toen Gineke appte of ik wel droog overgekomen was heb ik geantwoord: “Het is dat ik al verkering heb, want anders wou ik er niet mee over straat.”

Reageren

24 mei: Creatief in Westerbork (1)

Tijdens de Gradagen in het Pinksterweekend zat Casa Grada tjokvol.
Het is een achtpersoons vakantiehuis, maar met acht volwassenen die ook tassen vol kleren, spellen, boodschappen en handwerkspullen meenemen oogt* het al snel vol en rommelig. (* lees: is)
Daar komt bij dat voor de hobby’s die de gasten wilden uitvoeren nogal grote benodigdheden waren meegenomen.
Jon bijvoorbeeld had een wol-kaard-molen meegenomen, waar hij mee op het terras zat.
Hij had een zak vol gewassen en gedroogde alpacawol mee, die hij met engelengeduld zat te kaarden.

Wij zijn in onze tijd al een beetje vergeten hoe een vacht van een dier wordt getransformeerd naar bollen brei- en haakgaren, maar wij kregen dit weekend aanschouwelijk onderwijs. Dit is wat Jon aan het doen was:

Het kaarden van wol is een proces dat wordt gebruikt, om ruwe onbewerkte wol te verwerken en te transformeren tot een fijnere, meer uniforme vezelstructuur. Het doel van kaarden is om de vezels te ontwarren, te richten en te mengen. Waardoor het spinnen en weven gemakkelijker wordt en het uiteindelijke textielproduct een betere kwaliteit heeft.

Het kaardenproces gebeurt meestal met behulp van een apparaat dat een kaardmolen wordt genoemd. Deze molen heeft twee cilinders met tanden aan hun oppervlak. De cilinders draaien in tegengestelde richtingen, waarbij de wol wordt vastgegrepen en langs de tanden wordt getrokken. Hierdoor worden de vezels losgemaakt van elkaar, worden klitten verwijderd en worden de vezels in een meer parallelle richting gericht.

Frea deed iets met een zak schapenwol: zij was aan het spinnen.
Dan denk ik gelijk aan zo’n Doornroosje-spinnewiel, maar dat is dan weer ouderwets.
Ze heeft een modern spinnewiel gekocht; ‘daarmee gaat het echt als een tierelier’ aldus Frea.
Dit is wat er gebeurt als je aan het spinnen bent.:

Vezelgaren spinnen is het in elkaar draaien van losse vezels tot draad. Met losse vezels van materialen als wol, vlas en katoen kun je niet weven, naaien, breien of haken, die moeten eerst tot bruikbare draden worden verwerkt. 
Eén gesponnen draadje is vaak nog niet sterk genoeg om te gebruiken, dat moet nog verder bewerkt worden, bijvoorbeeld door te twijnen. Dat is het om elkaar heen draaien van meerdere enkelvoudige draadjes, door een tegengestelde draaibeweging van de spintol of het spinnewiel.

Carlijn was ondertussen met haar borduurgaren aan het sorteren en op kaartjes te winden en Harriët had haar haakwerk wel mee, maar kwam er niet aan toe, want gezellig.
En ik?
Breide, borduurde en haakte.
En leerde Jon hoe hij moest breien, want hij had bedacht dat hij dat in het Pinksterweekend wilde leren.
Ruimschoots gelukt.

Reageren

23 mei: Bijna twee weken!

Van woensdagavond 8 mei tot en met dinsdagmorgen 21 mei vierden wij vakantie in Casa Grada/Westerbork.
Je las er al wat over: tante Trijn kwam een dag, we ontdekten de Ieberenplas en we hadden 24 uur onze vrienden te gast.
Ook de jaarlijkse Gradagen vielen in onze vakantie: het Pinksterweekend brengen we altijd door met onze dochters en hun mannen.

Gisteren, woensdag 22 mei, was mijn eerste werkdag na de vakantie en ik moest wel weer wennen.
De vakantie beviel namelijk erg goed; we hadden het mooiste weer van de wereld en we zaten heel veel buiten.
In de zon, in de schaduw en aan het water.
Twaalf van de dertien avonden zaten we rond middernacht als dagafsluiting even bij kaarslicht op het terras aan het meer.
De ene avond zijn er rondom het meer bij de andere huizen lampjes en lachende/pratende mensen, een andere avond zit je in volstrekte stilte over het meer te staren, waarin het maanlicht wordt weerspiegeld.
En ja, we kregen bezoek, maar er was ook tijd genoeg om te wandelen, te fietsen en te vissen.
Met onze kinderen gingen we op 1e Pinksterdag zelfs zwemmen in de Ieberenplas!

Zwemmen bij de Ieberenplas

Als we in Westerbork de deuren van de auto opendoen is het eerste wat we horen: vogelenzang.
En dat hoor je hele dag. In het begin hoor je iedere tjilp, piep, fluit en triller, maar na een paar dagen ben je er aan gewend.
De kinderen maakten ons er op attent dat je tegenwoordig apps hebt die vogelgeluiden herkennen waarmee je kunt zien welke vogel het is.
Maandagmorgen tijdens de koffie ging Gerard dat uitproberen: hij downloadde ‘Merlin Bird ID’.
Op een gegeven moment hoorde ik hem zeggen: “Ik heb 11 vogels!”
“Ja” riep Frea “en één wesp!”
Bij die 11 vogels zaten mussen, duiven, mezen en lijsters, maar ook een groene specht en een buizerd.
Maar dat was leuk!
Een probleem was dat de vogels in het Engels werden benoemd.
Een swallow, daar kom je nog wel uit, maar een starling?
Maar gelukkig is de generatie onder ons erg handig met dit soort dingen, dus binnen de kortste keren hadden we de taal omgezet naar Nederlands.
Ik heb de app nu ook; ben benieuwd hoeveel vogels we in Roden hebben.

De eerste dag met een vroege wekker en een rit naar Groningen zit er weer op.
Het is nu woensdagavond en ik zet alvast wat blogs klaar over onze wederwaardigheden van de afgelopen weken.
Wat foto’s uitzoeken, beetje nagenieten.
Daniël Lohues zou zeggen: “Niet vergeten um der eem bij stille te staon” in het lied O ja, dat was mooi.

Reageren

22 mei: Zeg het met bloemen.

Met één blog over de viering van 1e Pinksterdag doe ik die kerkdienst te kort, want de viering was veel meer dan één lied dat na jaren in het goede tempo wordt gezongen.
Gerard en ik moesten er vroeg voor opstaan in Westerbork, maar het was ruimschoots de moeite waard.
De feestelijke sfeer, de heliumballonnen die vrolijk halverwege de kerkzaal hingen, de kleur rood die overheerste als je de kerk in keek omdat veel mensen iets roods had aangetrokken en de mooie liederen die we zongen waarbij wij als cantorij de toon aangaven: om een goed beeld te krijgen van de viering op 1e Pinksterdag zou je hem eigenlijk terug moeten terugkijken (net als Janny, zie haar reactie in de rechterkantlijn). Dat kan via Kerkomroep of You Tube.

Na een week die bol stond van de plannen die de nieuwe regering over het land uitstortte haalde ik ik troost uit een opmerking van voorganger Sybrand van Dijk.
Nadat Wilders had geconstateerd dat de zon weer ging schijnen in Nederland had iemand daarover gezegd: ‘Het land is nu weer van ons’.
De dominee citeerde een ingezonden brief van een paar dagen daarna. Iemand had geschreven: ‘Wat een vloek. Want van God is de aarde en al die haar bewonen. Dit land is van niemand en van ons allemaal.’

Verder wil ik vandaag aandacht vragen voor een onderdeel in onze viering dat wordt verzorgd door de werkgroep Liturgische schikking.
Iedere week zorgen zij voor een bloemstuk, dat onder de preekstoel staat en dat ons met bloemen iets vertelt over het thema van de dienst van die morgen.
Na de preek zette Sybrand het bloemstuk in het zonnetje en hij legde uit wat de symbolische betekenis was:

Er was voortgeborduurd op de bloemenschikkingen in de 40-dagentijd en Pasen; toen hadden we een aardbol van bruine schors.
Week na week werd die bol steeds groener omdat Christus liefde gezaaid heeft en daarmee de wereld veranderd heeft.
Op Pinksteren, 50 dagen later staat de aardbol helemaal in bloei!
De kleur waar de bol op staat is rood, de feestkleur van Pinksteren.
Rondom de bol zijn 3 lagen te onderscheiden:
1. De onderste laag van fluitenkruid geeft de verbinding met hemelvaart. Jezus gaat naar de hemel; een wolk van niet weten.
2. De grassen-laag verwijst naar de wind van de Geest die over de wereld waait.
3. De veel verschillende (gekleurde )bloemen wijzen naar de vele gaven van de Geest en alle verschillende mensen op deze aarde die aangeraakt worden door de geest.
Of je nou een boterbloem bent of een roos, ook voor jou is een plekje op deze aarde.

Wat een mooi beeld! Al die verschillende bloemen en kleuren die samen één geheel vormen.
Dat hopen wij als PKN-gemeente ook uit te dragen: zoveel gemeenteleden, zoveel verschillen, maar toch één geheel!

Reageren

Pagina 11 van 262

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén