Gisteravond zongen we met de cantorij in een vesperviering in Op de Helte.
De viering was voorbereid door Truus en Jaap van ons koor en had als thema: Zorg voor elkaar. Afgelopen donderdag tijdens de ‘generale repetitie’ bleek al dat de stukken er goed in zaten. Cantrix zei vaak bij het derde of vierde couplet al “nou, dat geloof ik wel.” Wat iemand de snedige opmerking ontlokte : “Ja hoor, wij zijn ook heel gelovig…!”
Gisteravond moesten we er om 18.00 zijn voor het inzingen. Organist Arjan Schippers (hij viel in voor Henk Jongsma die ziek was) begeleidde ons. Organist en cantrix spreken dan met elkaar in (voor ons) geheimtaal. “We komen van D-mineur en we gaan naar G -Groot, daar moet even een tussenspelletje met modulatie tussen”. Ze spreekt in meervoud, maar ‘we’ weten eigenlijk niet waar ‘we’ dan vandaan komen of heen gaan.
Fijn dat Arjan ons op weg helpt.
Hilarisch was het moment waarop hij een stuk begeleidde en cantrix na het eerste couplet afsloeg en zei: “We kunnen dit ook a- capella (lees: zonder orgel) zingen”, waarop Arjan achterom keek en riep: “Was het zo erg dan?!”
Maar zo had ze het gelukkig niet bedoeld.
Het was een fijne viering met heel veel mooie muziek en goede teksten.
Aan het eind van de viering zongen we het lied “Leven is van 7 dagen”, uit het oratorium ‘Daar is het daglicht’. Het lied doet mij altijd wat omdat het zo’n prachtige tekst heeft. Dit is het eerste couplet:
Leven is van zeven dagen
lief en leed, verdriet en licht.
Stappen zetten, wegen wagen,
goede toekomst in het zicht.
Mogen wij elkander dragen
op de weg die voor ons ligt.
(Voor de hele tekst zie: Leven is…)
Gisteravond lukte het in eerste instantie best goed om de ontroering te onderdrukken, maar aan het eind herhaalden wij het vijfde couplet tot alle mensen de kerk uit waren en dat was te lang. Tranen. Lastig, want dat wil je niet als je in een koor staat te zingen. Maar ik was niet de enige die ontroerd was. Het was een mooie, inhoudelijk bemoedigende vesper en dat raakte meer koorleden. Na het zingen werd het thema van de dienst in praktijk gebracht: een arm om de schouder, een zoen, een bemoedigend woord. Dat bepaalde in hoge mate de waarde van mijn dag. Een waardevolle dag, ondanks de tranen.