een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Cantorij Roden Pagina 6 van 7

Cantorij van de PKN-Roden

10 december: Zingen maakt blij.

Gistermiddag hebben Gerard en ik al een half uur gewandeld en vanmiddag heeft hij lampjes opgehaald bij Blokker en ze gelijk in de buitenkerstboom gehangen.
Toen was hij ook wel moe, maar we kunnen toch concluderen dat het iedere dag een stukje beter gaat. Morgen gaan we voor een controleafspraak naar het ziekenhuis, dan horen we meer over hoe het nu verder zal gaan.

Vanavond wandelde ik naar de Deel op de Brink, waar ik niet moest zijn.
De cantorijrepetitie was namelijk in Op de Helte, dus ik moest snelwandelen door het dorp, maar dat is in deze kersttijd beslist geen straf.
Het zijn drukke tijden voor de Catharinacantorij. Tijdens de repetitie vanavond zongen we liederen voor drie diensten de komende periode. Veel bekende liederen, dus het zingen is erg plezierig.

Het lastigst is nog steeds het al eerder genoemde Eer zij God in onze dagen/Gloria dat we volgende week gaan zingen in de Noorderkroon.
Nadat we het een keer hadden gezongen vroeg cantrix: “Wat doen die tenoren daar nou?” “Ja, in excelcis!” antwoordde een tenor naar waarheid. Maar de ene excelcis was niet gelijk aan de andere excelcis dus dat gaf wat verwarring. Het kwam goed gelukkig. Naast mij merkte iemand op ” Hier zullen ze nog lang over spreken bij de Noorderkroon!”
Ik waag het te betwijfelen…

Voor de pauze legt een sopraan altijd haar bril op de stoel, die vervolgens na de pauze altijd gered wordt door de bassen vlak voordat ze er op gaat zitten.
Eén lied vinden we eigenlijk niet zo leuk om te zingen.
Maar dat zeggen we niet.
Een alt roept daarover tegen een bas “We zingen je lievelingslied!”  waarop de bas in kwestie bromt dat hij meerdere lievelingsliederen heeft, maar dat die over het algemeen niet in het liedboek staan.

Eigenlijk was ik moe toen ik vanavond om 19.00 u richting centrum Roden liep.
Maar zingen doet iets wonderlijks met je: samen zingen maakt blij.
En daar knapt een mens van op! Dit mens tenminste wel.

Reageren

20 november: Een Drent? In het Fries?

Rechtstreeks uit het
umcgPrecies een week geleden ben ik opgenomen. Ik zal niet zeggen dat de tijd is omgevlogen maar eigenlijk is het best snel gegaan. Gisteren zat ik even in het dagverblijf de ochtendkrant te lezen. Een meneer en mevrouw uit Friesland (duidelijk te horen aan hun tongval, nou) werden ook even in  het dagverblijf opgevangen.

Meneer had een oproep gekregen dat hij donderdagmorgen moest verschijnen. Maar ze hadden enige tegenslag op de afdeling: iemand die zou worden ontslagen kreeg toch nog het bericht van de arts dat hij een dag langer moest blijven. De vraag was of de meneer uit Friesland wel kon worden opgenomen.
“We moeten waarschijnlijk hier in dit dagverblijf ook even het intake gesprek voeren en daarna kijken we verder.”
Ik stond op om naar m’n kamer te gaan, waarop mevrouw zei: “Maar heeft u wel een kamer waar u naar toe kunt?”
O ja hoor,  maakt u zich geen zorgen om mij.

Het zal je gebeuren. Je wordt verwacht en dan nog is er geen plaats op de overvolle afdeling. Want wat  bleek? Vanmorgen zat ik weer mijn krantje te lezen en het zelfde echtpaar kwam weer binnen. Ik had bijna plaatsvervangende schaamte. “Dus u bent weer naar huis gestuurd gisteren?” Ja dus. 

En ik bijna verontwaardigd zijn over het feit dat ik op de woensdag voor de 12e november geen telefoontje kreeg….. en nu een hele kamer voor mij alleen.
Gelukkig trof ik meneer vanmiddag uit zijn 1 persoonskamer komende op de gang.
“It giet oan, meneer?”
Ja krek nou!” Ik was blij voor hem. Het kleurde een beetje mijn dag.

Over mijn vorderingen kan ik kort zijn. Het gaat heel stabiel , maar ik  moet rekening houden met dalende bloedwaarden en de voorspelling is dat ik daar nog wel het e.e.a. van  zal merken. Wy sille sjen. Er is ook nog maar een week om.

BoskampOndertussen aan de Boskamp

In deze spannende tijden probeer ik de ‘vaste dingen’ zoals yoga, zwemmen, Franse les en cantorij zoveel mogelijk door te laten gaan. Meestal kom ik  terug van deze activiteiten met meer energie in mijn lijf dan toen ik er heen ging.

Gisteravond zongen we met de Catharinacantorij alle liedjes door voor drie komende diensten waar we aan meewerken. Veel. Volgens onze cantrix gingen we ‘speed-daten’ met alle liederen: even ‘doorzingen & proeven’.  Sommige liederen waren heel bekend. We gaan naar Kerst toe en we zongen tot mijn grote vreugde o.a  Stille nacht, Nu sijt wellecome en Eer zij God in onze dagen.
Die titel zegt misschien niet zo veel, maar het is het lied met het eindeloze Gloo hohohoho hoo hohohoho hoo hohohoho horia. Waarvan de bas naast mij van te voren al opmerkte dat er een ‘onmogelijk gloria’ bij de baspartijen zat.

Acht jaar zit ik nu bij dit koor en ik had de altpartij van dit lied nog nooit gezongen.
Collega-alt en ik vinden het een uitdaging. Dat betekent dat het nog niet heel goed ging.
Het was een heerlijke repetitie. Veel gezongen en veel gelachen.
Een tenor had een vervelende hoest.
Iemand vroeg: “slokje water”?
Een alt veronderstelde dat een emmer misschien beter was.
Waarop een andere tenor riep dat het toch zeker geen kameel was….

Plezier. Dat is het woord dat de hele lading dekt.
Plezier in het zingen en plezier met elkaar.
Broodnodig in tijden waarin het allemaal niet mee zit.

Reageren

15 november: Kyrië eleison. En wéér ijsblokjes.

Vanmorgen zongen we met de Catharinacantorij in de Catharinakerk.
Afgelopen donderdagavond hadden we het tweede deel van de repetitie al even in de kerk gezongen om te oefenen met organist Ad van Nes. Met jassen aan en sjaals om, want voor die drie kwartier gaat de koster de kerk niet helemaal verwarmen.
Er was één lastig lied bij: daarbij zong de dominee een solo. Dat stond wel op het muziekblad, maar dat hadden we nog niet geoefend: het hele koor zong alle coupletten.
Tot donderdagavond.

“De eerste regel van het 1e couplet en de 3e regel van het laatste couplet wordt door de dominee gezongen. Dat doe ik dus nu even.” vertelde onze cantrix.
Maar dat is wel heel lastig voor vijftig plussers. Prompt zong de helft van het koor mee met de solo bij het eerste couplet. “O nee, solo… !”
Ook vanmorgen tijdens het inzingen zong een gedeelte van de cantorij weer blijmoedig de solo mee. “O sorry, solo…!”
Op het ‘moment suprème’ vanmorgen ging het goed.

Het was een mooie viering. Vanmorgen vond ik het Kyrië het meest indrukwekkend.
Het Kyrië is een gedeeltelijk gezongen gebed om ontferming. De predikant spreekt de woorden uit die bij dit gebed horen en de gemeente beantwoordt dit met het zingen van “Kyrië eleison”. Dat betekent “Heer, ontferm u over ons’.
“Het is moeilijk om te bidden met de aanslagen in Parijs op ons netvlies.” zei de voorganger daar vanmorgen over. Zelf zat ik daar met spanning in het lijf om de behandeling van Gerard. We zongen het Kyrië vierstemmig met het koor en het gaf me steun om dit zo met elkaar te zingen.

Vorige week zondag had ik het Kyrië van Rossini gezongen in Aduard.
Zelfde woorden.
Compleet andere beleving.

Herman van VeenGistermorgen luisterde ik naar Knooppunt Kranenbarg op Radio 2. De gewone programmering was vervallen naar aanleiding van de terroristische aanslagen in Parijs.
Mensen mochten zelf hun liedkeuze doorgeven.
Het lied bij uitstek bij dit soort gelegenheden vind ik “Kyrië eleison” van Herman van Veen. Het stond niet op de playlist, daarom breng ik het graag onder de aandacht van mijn lezers: hierbij een link naar het you tube-filmpje >>>
Luister naar de tekst en laat de woorden op je inwerken. Bij elke zin heb je wel een beeld.
Kyrië eleison.

Rechtstreeks uit het

umcg

Vandaag een zelfde dag als gisteren (voor mij althans)  met één verschil… ik kon via kerkomroep de kerkdienst beluisteren en Ada zong mee in de cantorij. Het voordeel was dat ik de viering die om half tien begon even stop kon zetten toen er een verpleegkundige langs kwam voor de mij inmiddels bekende rituelen: bloeddruk meten, bekende vragen, heeft u nog ergens pijn en niet te vergeten heeft u nog ontlasting gehad in de afgelopen 24 uur? Om 10.20 uur begon de 2e chemokuur met de ijsblokjes om de mond  te koelen. Tussentijds weer verder met het beluisteren van de viering waarin ik mij gedragen voelde door bijvoorbeeld de liederen en gebeden. Na de viering was er iemand thuis nog even een lief mailbericht gaan schrijven voor mij. Dat alles voelde goed en vertrouwd. Na de chemo had ik toch aanzienlijk meer last van misselijkheid dan gisteren. Gelukkig leidt bezoek dan af en heeft men extra medicatie gegeven tegen  de misselijkheid.

Morgen heb ik een rustdag. Dinsdagmorgen om 11.00 uur worden de goede stamcellen weer via het infuus teruggebracht. De verpleegkundige gaf aan dat dit een belangrijk moment is waar menigeen naar uit heeft gekeken. Of Ada daar ook bij wilde zijn, want voor zoiets maken ze graag uitzondering voor wat betreft bezoekuren.
Natuurlijk hebben wij daar ook naar uitgekeken en Ada is erbij. We vieren het samen. 
Hulde voor deze verpleegkundige en haar collega`s. Dinsdag meer hierover. Slaap lekker!

Reageren

19 oktober: “Leven is van zeven dagen”

Gisteravond zongen we met de cantorij in een vesperviering  in Op de Helte.
De viering was voorbereid door Truus en Jaap van ons koor en had als thema: Zorg voor elkaar. Afgelopen donderdag tijdens de ‘generale repetitie’ bleek al dat de stukken er goed in zaten. Cantrix zei vaak bij het derde of  vierde  couplet al “nou, dat geloof ik wel.”  Wat iemand de snedige opmerking ontlokte : “Ja hoor, wij zijn ook heel gelovig…!”

Gisteravond moesten we er om 18.00 zijn voor het inzingen. Organist Arjan Schippers (hij viel in voor Henk Jongsma  die ziek was) begeleidde ons. Organist en cantrix spreken dan met elkaar in (voor ons) geheimtaal. “We komen van D-mineur en we gaan naar G -Groot, daar moet even een tussenspelletje met modulatie tussen”. Ze spreekt in meervoud, maar ‘we’ weten eigenlijk niet waar ‘we’ dan vandaan komen of heen gaan.
Fijn dat Arjan ons op weg helpt.
Hilarisch was het moment waarop hij een stuk begeleidde en cantrix na het eerste couplet afsloeg en zei: “We kunnen dit ook a- capella  (lees: zonder orgel) zingen”, waarop Arjan achterom keek en riep: “Was het zo erg dan?!”
Maar zo had ze het gelukkig niet bedoeld.

Het was een fijne viering met heel veel mooie muziek en goede teksten.
Aan het eind van de viering zongen we het lied “Leven is van 7 dagen”, uit het oratorium ‘Daar is het daglicht’. Het lied doet mij altijd wat omdat het zo’n prachtige tekst heeft. Dit is het eerste couplet:

Leven is van zeven dagen
lief en leed, verdriet en licht.
Stappen zetten, wegen wagen,
goede toekomst in het zicht.
Mogen wij elkander dragen
op de weg die voor ons ligt.

(Voor de hele tekst zie: Leven is…)

Gisteravond lukte het in eerste instantie best goed om de ontroering te onderdrukken, maar aan het eind herhaalden wij het vijfde couplet tot alle mensen de kerk uit waren en dat was te lang. Tranen. Lastig, want dat wil je niet als je in een koor staat te zingen. Maar ik was niet de enige die ontroerd was. Het was een mooie, inhoudelijk bemoedigende vesper en dat raakte meer koorleden. Na het zingen werd het thema van de dienst in praktijk gebracht: een arm om de schouder, een zoen, een bemoedigend woord. Dat bepaalde in hoge mate de waarde van mijn dag. Een waardevolle dag, ondanks de tranen.

Reageren

25 september: Stopverf?!?

Gisteravond was de wekelijkse cantorij repetitie. We beginnen nooit direct met zingen, we gaan eerst inzingen. Onze cantrix is daar altijd erg serieus mee bezig, dus wij doen erg serieus mee. We zwaaien met de armen, maken de nek en de schouders los en doen stemoefeningen. Maar soms valt het niet mee om serieus te blijven. Dat ligt heus niet aan de cantrix, maar aan de gefluisterde / gemompelde opmerkingen van cantorijleden. Gisteravond moesten we heel hard vijf keer achter elkaar TOE POE  roepen. “Het lijkt het Nederlandse leger wel…..zonder munitie” zei de bas naast mij. Het lukt mij dan even niet om op dat moment de oefening mee te doen. Te weinig ademsteun zullen we maar zeggen.

Na het inzingen begonnen we met het zingen van de liederen voor de Vesper van 18 oktober. Deze vesper heeft een klein comité van onze cantorij voorbereid. Er wordt veel gezongen in die viering en ik vind het mooie muziek. Genieten dus op de repetitie. Gedurende de avond valt er ook weer genoeg te glimlachen. De sopranen zongen bij een lied erg ongelijk, waarop cantrix de vraag stelde of ze allemaal wel hetzelfde lied voor zich hadden.  Toen cantrix zelf een lied voorzong  zei ze na het voorzingen: “Dit ging vast niet goed he?”  “Ik zei niks!” merkte een tenor op. Ons was nog niets opgevallen.

Bij een driestemmig lied moeten de alten heel laag. Cantrix legde uit dat dit komt omdat de alten de ruimte tussen de sopranen en de mannen moeten opvullen. “Een soort stopverf dus”  riep één van de alten. Zo heb ik mezelf nou nog nooit bekeken.
Bij een ander lied werd voorgesteld om door elkaar heen te gaan staan. Dat vind ik altijd erg leuk, maar de anderen waren wat minder enthousiast. Het liefst wilden ze dat ik in m’n eentje door elkaar heen ging staan….maar gelukkig deden ze later allemaal wel mee.

Aan het eind zongen we een lied dat we vorige week hadden ingestudeerd. Toen we het hadden gezongen constateerde onze cantrix lichtelijk verbaasd: “Deze gaat al gewoon goed!”
Tuurlijk.
Want we hebben altijd wel veel plezier tijdens de repetitie, maar uiteindelijk gaat de uitvoering altijd gewoon goed.

Reageren

22 augustus: Handwerken en zingen.

Volgende week begint de cantorij weer. Daar kijk ik al naar uit. Eergisteravond was dus nog een ‘vrije’ -donderdagavond. Het leek mij leuk om cantorij leden die ook graag handwerken bij mij thuis uit te nodigen om eens te laten zien waar we op dit moment mee bezig zijn.

Vorige week had ik het hele koor via de mail een uitnodiging gestuurd voor deze handwerkavond.
De reacties waren zeer divers. Van ‘Leuk, ik ben er bij!’  tot ‘Veel plezier, maar ik kom niet.’ Daarbij kwam een uitleg: ze had voor het laatst iets op de pennen gehad toen ze zwanger was en dat was meer dan twintig jaar geleden. Was kennelijk niet zo’n succes geweest.
Van de mannen kreeg ik helemaal geen reactie. Gek hè?
We waren met z’n vieren donderdag avond. Eentje was aan het breien aan een Zeeuwse blokkendeken >>>, een ander was cupcake’s aan het borduren en de derde had een vestje op de pennen van gehaakte  granny squares en gebreide mouwen in de gerstekorrel steek. Ze had het van een antiek Margriet patroon dat van ellende bijna uit elkaar viel.
Van zo’n avond krijg ik energie:  je doet nieuwe ideeën op en je wordt geïnspireerd door het enthousiasme van anderen.
Het was ontzettend gezellig. Zelf heb ik geen toer gebreid. We hebben het gehad over restverwerking, borduurpatronen,  ’t Spinnewiel, patronen zoeken op internet en dingen bestellen via internet.
De avond vloog voorbij en ik heb er van genoten.
Breien, haken en borduren: samen handwerken.
En volgende week donderdag, sopraan en alt: samen zingen.

Reageren

29 mei: Samen

Samen! Dat riep het tweehoofdige monster uit Sesamstraat altijd.  Onze kinderen hebben hem nog op hun netvlies en roepen dan in koor: “Samuh werrekuh!”
Klik hier voor een you tube filmpje >>> van het monster dat naar muziek luistert.
Gisteravond moest ik aan het monster denken. We hadden cantorij repetitie.

Voordat ik verder ga is  het misschien goed om even een stukje Rodense kerkgeschiedenis te vertellen. Voordat de Gereformeerde en de Hervormde kerk in Roden samen opgingen in de ‘PKN- gemeente Roden-Roderwolde’, hadden beide kerken een eigen cantorij. De namen werden veranderd in ‘Op de Helte-cantorij’ en ‘Catharina-cantorij’ maar het bleven twee aparte koren. Samenwerking was wel vaak de bedoeling, maar kwam nooit echt van de grond. Tot gisteravond.

Over twee weken neemt één van de predikanten afscheid en zullen we als één koor aan die dienst meewerken. Tot mijn grote genoegen was er gisteravond een invasie van gastzangers. Genieten! We zongen met 12  sopranen, 8 alten, 6 bassen. Helaas waren de tenoren zwaar ondervertegenwoordigd: welgeteld één was er, onze voorzitter. Maar hij zong wel voor twee!
Onze cantrix, eerst wat overdonderd door de grote opkomst, was weer goed op dreef.

De bassen zongen hun partij even door, maar dat klonk vierstemmig. “Volgens mij staat er maar één baspartij” merkte ze fijntjes op.
Later bedacht een stemgroep zelf een melodielijn, daarvan zei ze: “Had gekund. Maar dat staat er niet.”
In het lied “Leven als de bomen” komt de regel voor: ‘ademnood te boven, onverdeeld geluk‘.
De mannen gaven aan dat het lied voor hen nog geen onverdeeld geluk was.

Voor mij was deze avond er wel één van onverdeeld geluk.
Ik heb nooit onder stoelen of banken gestoken dat ik erg voor samenwerking ben.
Het begin is er!
Samen met het tweehoofdige monster roep ik dan ook “SAMEN!” en hoop op meer van dit soort samenwerkingsprojecten in de toekomst.

Reageren

24 april: Meer dan zingen alleen

In deze weken, waarin ons leven in het teken staat van de chemo kuren, is er een wekelijks uitje waar ik steeds weer naar uitkijk: de cantorij repetitie op donderdagavond. Aanstaande zondag zingen we in een viering in de Catharinakerk dus gisteravond was er weer ‘puntjes op de i-repetitie’.

We zaten in een andere opstelling, dat wil zeggen: zoals we zondag ook zitten. De bassen constateerden dat de alten ‘niet schuifbaar’ waren, we deden even een kleine stoelendans, het duurde al met al iets langer dan anders maar toen waren we dan ook geïnstalleerd.
S. had zich afgemeld voor gisteravond. “Wat heeft ie dan?” werd er gevraagd. We willen namelijk wel graag alles weten. Onze nieuwsgierigheid werd helaas niet bevredigd, want als je niet komt hoef je geen reden op te geven.

Om onze zelfredzaamheid wat te bevorderen deelde de cantrix mee dat ze de nummers niet ging noemen: we moesten zelf aan de hand van het overzicht de liederen opzoeken. En daar mochten we ook niet over mopperen. Iemand mompelde ‘waar is de democratie….’, maar het viel uiteindelijk allemaal erg mee. Cantrix vergat om de haverklap dat ze de nummers niet zou noemen.

Bij één lied vond cantrix dat het niet gelijk werd gezongen.
“Nu doe ik even niks, jullie zingen het lied nog eens en dan luister je goed naar elkaar.” Zonder haar handgebaren ging het beter. Dat geeft te denken.

Na de pauze vertelde een sopraan trots dat zij statistisch gezien degene was die het vaakst op den repetities aanwezig was. Ik viel bijna van m’n stoel. Wordt dat bijgehouden dan?!?  Het bleek dat dat iemands hobby was. Hij had de presentielijst van ons koor gebruikt om te oefenen met een excel-bestand. Hij kon er mooie grafiekjes mee maken en zo wist hij precies wie er procentueel gezien het vaakst is. En wie de kantjes er af loopt waarschijnlijk ook, maar daar heeft hij zich niet over uitgelaten.

Om vijf voor half tien nam onze cantrix nog een groot risico: ze leerde ons nog een nieuw vierstemmig lied aan. We hebben het met z’n allen gezongen, maar daarna vond de voorzitter het niet verantwoord om ons naar huis te laten gaan. Gelukkig hoeven we dat lied pas te zingen in de viering van 31 mei. We sloten af met een bekend lied. De chauffeur van de VOR-bus  die ons oudste lid kwam ophalen kwam alvast even binnen om half tien, maar ging nog even weer naar de gang toen wij het laatste lied inzetten.
Hij deed de deur niet helemaal dicht maar liet hem bemoedigend op een kier staan….

Reageren

5 april: Pasen

Vanmorgen woonden we eerst de kerkdienst bij.
In de Goede Vrijdag-viering was het licht van de paaskaars (die het licht van Christus verbeeldt en altijd brandt tijdens de vieringen) gedoofd.
Gisteravond in de Paaswake (die in het donker begint) werd de nieuwe paaskaars binnengebracht, ontstoken en daarmee werden de kaarsjes van alle gemeenteleden aangestoken. Een bijzonder moment.

Wat lastig was dat wij als cantorij gisteravond het eerste lied in het donker moesten zingen. ‘Zeer van de onpraktische!’ zou Kluk Kluk zeggen. Een moeilijk lied met veel tekst waarbij we goed op de cantrix moesten letten. Onze cantrix had eenVuurvliegje briljante oplossing voor het probleem dat de organist en wij haar in het donker niet konden zien: een ring met een lichtje er in.
Echt waar.
Als een ritmisch vuurvliegje gaf ze de maat aan.
Volgende keer doen we weer gewoon het licht aan.

De veertig-dagen-tijd is nu ten einde. Het laatste item van de veertig-dagen-app vind je hieronder. Het was een bewogen en emotionele periode voor ons. Vanmorgen zaten Gerard en ik samen in de viering, af en toe met betraande ogen. Wat we van de viering hebben meegenomen is dat we vooral moeten blijven zaaien om te kunnen oogsten van de akker. Gaan we doen.

Reageren

3 april: Stille week

Begin deze week app te een vriendin: “Geen stille week voor jullie: sterkte met het begin van de chemo’s.”

Het is inderdaad niet stil om ons heen deze week. Maar toch leven we niet over de ‘stille week’ heen. Gisteravond begon in onze kerk de paascyclus, met de viering op witte donderdag met het avondmaal. In de overweging lag de nadruk op het aspect dat Jezus de voeten van zijn leerlingen wast. Hij gaf ons hiermee het voorbeeld: heb altijd het belang van de ander in het oog en wees daarbij ook maar eens de minste.
Gisteravond zong de ‘Op de Helte’-cantorij, ons zusterkoor hier in Roden. Vanavond (Goede Vrijdag) en morgenavond
(Paaswake op Stille zaterdag) zingt onze cantorij.

Iemand noemde het ‘moedig’ dat we wel naar de kerk gaan. Maar zo beleef ik het niet. Een viering geeft me zoveel: het genieten van de muziek (vooral als ik de alt partij in de cantorij zing), de oude rituelen, de woorden van bezinning van de voorganger en de warmte van de gemeenteleden die ons een hart onder de riem steken.

Muziek geeft mij rust en troost in deze dagen. Met name de Matthäuspassion, bij uitstek muziek voor deze dagen.
“Sehet Jesus hat die Hand” vind ik een van de mooiste aria’s. Zelf geniet ik het meest van een uitvoering van Julia Hamari uit de jaren ’70, maar ga je tegenwoordig naar een Matthäus uitvoering, dan wordt het een stuk sneller uitgevoerd en dan vaak ook nog door een countertenor. Vandaag op mijn blog de twee uitvoeringen: luister en geniet. Of niet.

Julia Hamari 1971 >>>

Damien Guillion 2010 >>>

Kanker

Vandaag onderging Gerard deel 2 van de eerste chemo, een injectie deze keer. De verpleegkundigen op de afdeling doen er alles aan om ons op ons gemak te stellen. De gang van zaken wordt goed uitgelegd, men heeft alle tijd voor ons. Vandaag was er ook gelegenheid om te benoemen hoe de eerste dagen van de kuur zijn gegaan. Gerard had gisteren erg van last van de hik, omdat door al die medicijnen een zenuw in zijn middenrif overprikkeld raakte.
Donderdagavond om 22.00 uur heeft hij nog gebeld met het ziekenhuis, die hem goede raad gaven over een bepaald medicijn zodat we rustig de nacht in gingen.
Verder heeft hij de eerste dagen goed doorstaan. De pijn in zijn heupen was wat minder en hij had meer energie. Vanmorgen was dat effect al weer weg: hij had lichte verhoging en was moe, maar in de loop van de middag herstelde dat weer. Vanmiddag hadden we op ons verzoek ook nog de gelegenheid de behandelend arts te spreken en dat stelde ons gerust.
Dinsdag weer een infuus en een injectie. Nu eerst Pasen.

Reageren

Pagina 6 van 7

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén