Gerard noemde Jon deze week een kostganger; aan zijn blik en houding is dan al te zien dat hij niet weet wat dat is.
“Wat is kostganger?”
Als je het opzoekt in het woordenboek staat er: ‘Iemand die (tegen betaling) bij iemand anders voeding en onderdak ontvangt”
Onze kostgangers wonen nu een maand bij ons in huis en van betaling is natuurlijk geen sprake. De eerste week was vooral leuk, het weerzien met de zussen met aanhang was erg gezellig en ze waren blij dat ze de drukte van de verhuizing achter de rug hadden.
De tweede week was het moeilijkst. Voor Jon begon de studie, voor Frea begon haar werk in Amsterdam en ze hadden de regeldingen (bankpas, inschrijven in de gemeente Noordenveld, OV-chipkaart, verzekeringen) nog niet op orde.
Ze hadden het afzonderlijk van elkaar lastig in Groningen en Amsterdam en ze misten elkaar verschrikkelijk, want Frea overnachtte vier dagen achtereen in een ‘slaap-huisje’ van een vriendin in Baarn.
Inmiddels zijn we allemaal gewend aan de situatie.
Ik geef toe: het was wennen. Zes jaar waren Gerard en ik al met z’n tweeën en we hadden het grote huis al helemaal voor ons tweeën ingericht.
Dus we moesten we inschikken:
mijn nieuw ingerichte handwerkkamer werd weer slaapkamer en Gerards kantoor werd woonkamer.
Die twee ruimtes moesten we dus leeg maken en het was verbazingwekkend hoeveel zooi er dan al weer op zo’n kamer staat; waar laat je het allemaal?!?
Als we allemaal thuis zijn zitten ze natuurlijk regelmatig gezellig bij ons op de bank in de huiskamer, maar even zo vaak zitten ze lekker boven op hun kamer Netflix te kijken.
Eten doen we wel samen en doordeweeks zitten we vaak met z’n drieën om de tafel. Het is een plezier om voor Jon te koken: hij lust werkelijk alles en zit heerlijk te genieten van alles wat ik hem voor zet.
Rode bieten met een slavink, aardappels en stoofpeertjes, simpeler kan het bijna niet, maar hij vindt alles een feest.
En ja……in mijn keukenkastjes staan plotseling dingen als rode linzen en kikkererwten.
In de koelkast staat sojamelk en hoemoes en de kaas is heel snel op.
Op de kassabonnetjes bij de supermarkt zijn de bedragen significant hoger dan twee maanden geleden en mijn yoga-matje ligt in een kleiner kamertje.
Maar wat is het heerlijk dat ze niet meer helemaal in Engeland wonen!
Het huis is voller (want de kostgangers trekken de andere gezinsleden aan……) maar ook heel gezellig.
Vorige week donderdag zette ik ’s morgens koffie en had daarbij verse broodkapjes; Jon was ook thuis.
“Wat is kapje?” Hij vond het lekker.
“Er ontbreekt nog één ding aan mijn geluk” zei ik en haalde vervolgens mijn breiwerk op.
“O ja” zei Jon en ging naar boven om zijn haakwerk op te halen.
Even later zaten we samen aan de koffie allebei te handwerken.
Onze lieve Heer heeft rare kostgangers, maar met die van ons kan ik me prima redden!
Geef een reactie