een alternatief voor 'de waan van de dag'

1 april: Drents in Overijssel.

Eigenlijk zou dit blog in het Drents moeten, maar dat was gisteren ook al; dat vind ik zelf te veel van het goede, dus vandaag een verhaal over een Drentse avond in het Nederlands.
Gisteravond waren Gerard en ik te gast in Hardenberg.
Daar was ik in 2019 uitgenodigd om in 2020 een avond te verzorgen onder de titel ‘Verbinding en ontmoeting rondom muziek en teksten van Daniël Lohues’.
Door de coronalockdowns werd de avond twee keer uitgesteld, maar drie keer is scheepsrecht en gisteren mocht het doorgaan.

Vorige week bereidde ik de avond voor en het viel me niet mee.
Hoe was het ook al weer?
Wat vertelde ik ook maar weer bij dat lied?
De liederen die ik zou zingen had ik ook al twee jaar niet meer geoefend; en waar is dat boxje dat ik altijd gebruik voor het afspelen van de muziek van Lohues?

Iedere keer ben ik weer nerveus en iedere keer blijkt dat achteraf nergens voor nodig.
Ook nu was er gelijk een gemoedelijke sfeer. Ik merkte wel dat de mensen moesten wennen aan mijn Drents, dat natuurlijk wel anders is dan de streektaal die men in Hardenberg spreekt.
Verder voelde het kennelijk wat onwennig: net als in Roden wordt er onderling bijna geen streektaal meer gesproken.
Als zo’n avond eenmaal is begonnen word ik vanzelf enthousiast en heb ik veel plezier in het vertellen, zingen en luisteren naar de muziek.
Als het over Daniël Lohues gaat hou ik bijna niet meer op: moeiteloos zou ik nog drie avonden kunnen vullen met andere liederen en teksten.
Gisteravond zat er iemand in het publiek die net zo gek was van Lohues als ik.
Tijdens het eerste interactie-moment zat ik bij hem aan tafel en waar we het ook over kregen: hij kende het ook.
“He’j die neie CD al heurd?” Jah! “En die podcast ‘Lijstjes’ met Gijs Groenteman?” Jah!  ‘Wa’j ok bij dat barokconcert met dat klassieke orkest?” Jah!
Zijn buurman constateerde dat wij een avond bij elkaar moesten gaan zitten, na die avond zouden we nog niet uitgepraat zijn.
Een gelijkgestemde ziel: ik ben dus niet de enige.

Toen ik met deze avonden begon was mijn insteek: die teksten van Lohues zijn zo bijzonder, dat zouden meer mensen moeten weten.
Tijdens zo’n avond belicht ik verschillende aspecten van zijn werk en dat geeft dan weer stof tot praten en nadenken.
Omdat Lohues zo dicht bij zichzelf blijft is het voor noordelingen herkenbaar. Hij bezingt zijn emoties, zijn geloof, zijn relaties en zijn dagelijkse leven.
Een mooi voorbeeld daarvan is een lied over een gebeurtenis bij de kassa in de HEMA in Klazienaveen. Daarover schreef ik al eens een blog onder de titel ‘Geen boven- en onderkant’, daar kun je het lied ook beluisteren.

Wat vond ik het leukst?
Bart, de voorzitter van de commissie, kenden wij van vroeger: hij bracht zijn jeugd door in Hoogersmilde.
Maar hij sprak bijna nooit meer Drents en opende de avond dan ook in keurig Nederlands.
Toen hij de avond afsloot deed hij dat in het ons zo vertrouwde Smildigers.
Hij was het nog niet verleerd!

Meer weten over een ‘Lohues-avond’?
Hierbij een link naar een verslag van eenzelfde avond in Sleen , van daaruit kun je doorklikken naar eerdere bijeenkomsten.

Vorige

31 maart: Nedersaksisch Af&Toe-koor

Volgende

2 april: Nu nog?!? – 10 Vertraging?

  1. Willem

    Het lijkt erop dat Daniël Lohues in Drenthe dezelfde status aan het opbouwen is als Ede Staal in Groningen. Belangrijk verschil lijkt me dat Ede Staal in ‘Hilversum’ nog steeds geen ‘hoge’ status heeft gekregen en die waarschijnlijk ook nooit zal krijgen. Heeft te maken met zijn vroegtijdige overlijden vermoed ik.
    Wat ik erg jammer vind is dst er ook in Drenthe, steeds minder de streektaal gebruikt wordt, maar meer-en-meer vervangen wordt door dat dassenverkopers-Nederlands. Gek genoeg wordt er in het westen van het land, -ja, die streek waarvan een groot deel van de inwoners zegt geen dialect te kunnen verstaan-, meer ‘plat’ gesproken dan in de rest van Nederland, is mijn ervaring. Maar ja, die kennen (kunnen in hun dialect) het onderscheid niet tussen ‘Hollands’ en standaard Nederlands.
    Een van mijn laatste klussen was in Limburg en door-de-weeks zat ik daar in een pension. De uitbaatster ervan sprak mooi Limburgs met haar kinderen en toen ik haar daarvoor complimenteerde, verontschuldigde ze zich, want ze moest er eigenlijk ‘Hollands’ mee praten. Hoop wel dat ik haar heb kunnen overtuigen dat ze wel wat trotser op haar eigen moerstaal mocht zijn en dat er niks meer Hollanders waren dan Limburgers die het Nederlands beheersen.
    En wat mezelf aangaat; binnen mijn familie is het Drents nog altijd de voertaal en de aangetrouwden (bijna allemaal niet-Drenten) hebben het, al dan niet gedwongen, allemaal leren verstaan.
    Om met Daniël Lohues te spreken “Het Drèents dat zit mij dicht op de hoed”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Type de getallen in cijfers in onderstaand vak * Time limit is exhausted. Please reload the CAPTCHA.

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén