een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 33 van 299

28 november: …. de asch van hem…….

Op 1 november was ik door neef Cor uitgenodigd voor een middagje geschiedenis.
We begonnen met een stadswandeling in en rond Assen.
Daarna nam Cor mij mee naar een hunebed dat ik nog niet had gezien: D16 dat ten noordwesten van het dorp Balloo ligt. Je kunt er alleen  komen via zandwegen.
Het ligt op de Ballooër-es, aan de rand van het natuurgebied Kampsheide.
Het is één van de grootste hunebedden: bijna 16 meter lang en bijna 4 meter breed.
In de buurt van dit hunebed is een nederzetting van de Trechterbekercultuur gevonden.
De dingen die zijn gevonden zijn te zien in het Drents museum.
Verder vond men daar celtic fields en er zijn ook diverse grafheuvels.
Die heuvels ontstonden na de hunebedperiode doordat de as van de doden in een kringgreppel en later (vanaf de 6e of 5e eeuw v.Chr.) in een vierkante greppel werd gedeponeerd. Over de crematieresten werd een lage plaggenheuvel opgeworpen, een brandheuvel. Deze liggen vaak in groepjes bijeen, zoals bij 38 grafheuvels van het Tumulibos bij Ballo-Rolde nog te zien is. De grafheuvels dateren uit de Nieuwe Steentijd, Bronstijd en IJzertijd.
Cor en ik liepen er langs, maakten wat foto’s en bekeken het informatiebord dat ons alles vertelde over dit tumuli-bos.

Daarop stond een mooi gedicht ‘Het tumulibos bij Assen’, geschreven door L. Koops.
Vond ik mooi. Mijmeringen van een mens uit de 20e eeuw bij eeuwenoude grafheuvels.
Je vindt het hieronder; let vooral op de laatste regels.

Geen pracht en praal, geen marmersteen
geen keur van bloemen om U heen
geen opschrift met Uw roem en lof
geen rustplaats in een weidschen hof
een nietig hoopje hei en aarde
is alles wat de tijd U spaarde.
En berk en den en gouden brem
staan zwijgend aan Uw zij
en stormwind zingt op het oude graf
het lied dat eens u vreugde gaf:
het lied van Drenthe’s hei.
Waar leefdet Gij? Hoe en wanneer?
Voor hoeveel duizend jaar?
Hoe stierft Ge? Strijdend of in vree?
Wie droeg U naar Uw laatste stee?
Wie maakte Uw heuvel klaar?
Geen antwoord klinkt, doch heiwind zingt.

Doch zeker weten wij: Gij leefdet eens op Drentschen grond
en zwierft in ’t oude Drenthe rond
en vondt Uw graf op de hei.
Slaapt rustig voort, door niets gestoord
en zullen eeuwen gaan, gij kleine hoopjes aarde
vervallen, zonder waarde, zult onberoerd hier staan.
Geen ploeg zal U ooit schenden, geen spa zij hier gebracht
Wij willen u bewaren voor ’t verre nageslacht
omdat wij eerbied voelen voor ’t graf dat hier omvat
de asch van hem die Drenthe het eerst heeft liefgehad.

Reageren

27 november: Iets ‘mit Zwiebeln’ (2)

…… nog niet helemaal ingericht……

Na ons bezoek aan de kerk met de tentoonstelling over wat heilig voor ons was (zie deel 1)  liepen we naar het marktplein waar die andere kerstmarkt moest zijn.
Maar die was nog niet helemaal ingericht en viel qua kramen wat tegen, maar het sfeertje was leuk.

We dronken samen nog een kop koffie in de lounge van het hotel en spraken af dat we elkaar om 22.00 uur nog even zouden ontmoeten op de kamer van één van ons.
Wij namen wat wij nog over hadden mee (wat drinken en een halve zak Joppie chips) maar er waren ook nog wat boodschappen gehaald, dus er was genoeg.
Met z’n zessen op een twee-persoonshotelkamer: wanneer doe je dat nou? Het was één van de leukste onderdelen van het weekend.

Ontbijten in een hotel is sowieso altijd al een feestje; zaterdagmorgen de 23e hadden we om 09.00 uur afgesproken en schuifelden we zoekend en genietend langs een Frühstück-buffet.
We zouden niet de hele zaterdag in Oberhausen blijven, (want sommigen van ons hadden ’s avonds ook nog wat in de agenda staan) maar we besloten dat we na de koffie aan het eind van de ochtend nog even op die grote Weihnachtsmarkt gingen kijken.
Het had nog wel wat voeten in de aarde om de auto kwijt te raken bij het Centro.
Er zijn daar 7 grote parkeerplaatsen waar je gratis kunt parkeren; er is plaats voor zo’n 15.000 auto’s!
Maar op zaterdagmorgen na elven is het daar ontzettend druk, dus we stonden wel even in een file en eenmaal binnen in P7 was het ook best nog even zoeken naar een parkeerplaats. Denk hierbij aan Schiphol, waarbij een groen lampje betekent dat er een vrije plaats is, alleen werkte dat systeem niet naar behoren….. bij ieder groen lampje stond toch al een auto.
Maar we hebben het gered en toen konden we toch nog een tweede keer langs de kraampjes.
Het was wel een stuk drukker dan vrijdag en we hoorden ook best veel Nederlands om ons heen. Ook niet gek, want Oberhausen ligt nog geen honderd kilometer van Arnhem.

Als kerstaandenken aan Oberhausen kocht ik natuurlijk de lelijke beker waar we glühwein in kregen. Die kun je gewoon meenemen als je geen statiegeld (€ 2,=) terug vraagt.
Verder kocht ik een LED-Stern: een houten sterretje met een lampje er in ‘die mann am Fenster kleben kann’.
Met zo’n zuignapje.
En ook nog iets ‘mit Zwiebeln’?
Jazeker.
Bratwurst.

Eenmaal thuis plakte ik het sterretje zaterdagavond op het grote raam van de tuindeuren in onze woonkeuken.
Nog geen kerstboom, want dat vind ik nog veel te vroeg, maar wel alvast een klein sterretje.
A.s. zondag is het al 1e advent!
Ik zal mijn ‘Kerst-afspeellijst’ op Spotify alvast weer opzoeken.

Vorige blogs over kerstmarkten:
2016 Kerstmarkt in Bremen
2018 Die leute brauchen ein Polonaise um raus zu kommen….
2022 Over de grens : Weihnachtsmarkt in Münster

 

Reageren

26 november: Het oerwoud in ons kippenhok.

“Is dit ook allemaal meegekomen? Daar had ik anders geen sticker opgeplakt! Wat moeten we nog met deze ouwe zooi!”
Deze zin werd maandagmorgen uitgesproken door mijn collega bij het uitpakken van de zoveelste doos.
Het had onze werkgever in zijn/haar oneindige wijsheid behaagd om het kantoor van Team290 te verhuizen van de Laan Corpus den Hoorn naar de Hereweg 80.
Van de rand van de stad Groningen naar de binnenstad.
Die verhuizing heeft vrijdag plaatsgevonden.
Met een andere collega had ik afgesproken dat wij er maandagmorgen om 07.30 uur zouden zijn om alvast een werkplek te creëren.

We meldden ons gistermorgen bij de balie en maakten kennis met de baliemedewerkster die ons een sleutel gaf: eenmaal aangekomen op de tweede etage konden we naar binnen.
Er stonden weliswaar 5 bureaus, maar er was nog geen sprake van 5 werkplekken.
Eigenlijk kon je haast nergens komen, want overal stonden grote verhuisdozen.
We hingen onze jas op en begonnen eerst maar met uitpakken.
Langs een zijwand van ons nieuwe kantoor staat een hele kastenwand die we konden gebruiken om al het materiaal weer in te zetten.
Om 08.30 uur ging de telefoon weer op ‘aan’ en waren we zover ingericht dat we twee computers en twee telefoons konden bevrouwen.

Halverwege ochtend stond meer dan de helft van de verhuisdozen alweer in een kar op de gang en konden we aan de gang met het inrichten van de andere werkplekken.
Maar dat viel nog niet mee!
Geen goede kabels, geen goede verbindingen, wel goede computers maar niet de juiste stekkers, problemen met wachtwoorden en wifi.
“Waar is dat kleine gaatjesprikding?”
“Waarom kan ik niet printen? Doet die printer het eigenlijk wel?”
“Wie heeft die adresstickers ergens gezien?”
“Waar is dat dingetje voor het aansluiten van de head-set?”

Aan het begin van de middag kwam er een jongen van de afdeling Automatisering naar ons ‘kippenhok’.
Wat kun je dan blij zijn met iemand met verstand van zaken.
Waar wij met een rood hoofd onder het bureau zitten en van alles proberen (“Heb je nu dat zwarte kabeltje? Ja? En waar moet die in?”) weet deze ICT’er moeiteloos de weg in het oerwoud van stekkers en kabels, plugt hier er daar wat in en zegt na 20 minuten: “Volgens mij is het zo wel klaar.”

Inmiddels staat bijna alles in de kasten en heeft iedereen een werkplek.
We zijn nog van alles kwijt en er staan nog een paar dozen met ‘onbestemde zooi’ die van ons niet mee had gehoeven.
Het goede nieuws is dat we allemaal een hoog-laag bureau hebben, dus je kan staan en zitten.
En verder was het gistermiddag al weer bijna normaal.
Een meneer belde omdat hij zich zorgen maakte om zijn rijbewijs.
“Wij maken een terugbelbericht, u wordt daarover in de loop van de middag  door uw casemanager teruggebeld.”
Vervolgens belde die meneer nog twee keer met hetzelfde verhaal.
Wij blijven vriendelijk en geven hem weer dezelfde informatie.
Als je bij Team290 werkt weet je dat een cliënt wel eens wat vergeet.
Onze verhuis-zorgen verbleken bij de echte zorgen van het leven.

Reageren

25 november: Ootmoedig.

Drukke dagen, verdrietige dagen.
Veel aan het hoofd.
“Gaan we morgenvroeg naar de kerk?”
Die vraag bleef in de lucht hangen toen we zaterdagavond na een verjaardag bij vrienden nog even in de keuken stonden.
“Wat mijn betreft niet” dacht ik, want ik was moe, maar ik zei het niet.
We gingen toch.
Het volle hoofd maakt dat ik me niet zo goed kan concentreren.
Op het werk niet, in gesprekken niet, maar ook bij een kerkdienst niet.
En de somberheid na de tumultueuze weken die achter ons liggen maakte dat ik bij één lied dat we zongen gewoon niet meezong.
Dit was de tekst die we moesten zingen:
 Voor hen die ons regeren, de hoofden van het land, bidden wij God de Here, om ootmoed en verstand, dat zij bewaren hecht en recht…..
Ja joh, toe maar! Bidden voor Wilders en consorten! dacht ik opstandig.

De preek heb ik beluisterd, maar ook nu kostte het moeite om de draad van het verhaal vast te houden.
Zomaar wat quotes uit de overdenking van dominee Sybrand van Dijk van zondagmorgen:
‘Dat mensen mensen doden is niet de verantwoordelijkheid van God.’
‘God tilt niet de verantwoordelijkheid van mensen af, God is een spiegel waarin wij onze verantwoordelijkheid zien.’
‘Haat is de taal van macht geworden.’
‘God is machtig omdat hij zo kwetsbaar aanwezig is’.
Zefanja, de profeet uit wiens boek wij vanmorgen een klein gedeelte lazen, roept, naast het uiten van zeer oorlogszuchtige taal, de ootmoedigen op om God te zoeken.
“Jullie, ootmoedige mensen, zoek de menselijkheid in je naaste.”
Over het woord ‘ootmoed’ zei voorganger Sybrand van Dijk vanmorgen het volgende:
“Het is een teken van de tijd dat wij het woord ootmoedig in het Nederlands nergens meer gebruiken, behalve in de kring rondom het woord van God.
Wat betekent ootmoedig? Het woord is samengesteld uit de Middelnederlandse woorden ode (gemakkelijk) en moed (in de betekenis ‘gemoed, gezindheid’). Een gemakkelijk gemoed is inschikkelijk en ten opzichte van anderen of God betekent dat ook ‘nederig’.

De dominee zei daar vanmorgen over: ootmoedig zijn de mensen die zich bloot durven te geven. Mensen  die zeggen: dit ben ik als mens en die durven te geven wat ze te geven hebben.
Mensen die zichzelf niet opblazen maar die zichzelf in hun kwetsbaarheid laten zien.
Daarbij citeerde hij Job Cohen: ‘Laten we een beetje zorgzaam zijn voor elkaar; laten we een beetje op elkaar letten.”
Dat zijn de woorden waarop het aankomt.
Niet de hele preek kunnen volgen, toch veel aan gehad.
Dank Sybrand.

Je kunt deze viering terugluisteren via Kerkomroep en via het You Tube-kanaal van onze kerk.

Reageren

24 november: Iets ‘mit Zwiebeln’. (1)

In oktober kreeg ik voor mijn verjaardag van Gerard ‘een Duitse Weihnachtsmarkt’ cadeau.
Hij had ontdekt dat in Oberhausen een hele grote kerstmarkt is (nummer 3 in de top 10 van heel Duitsland), dat wilden we wel eens zien.
We boekten een kamer in het Elaya hotel in het centrum van Oberhausen voor 22 op 23 november.
“Waar zitten jullie dan? Dan boeken wij ook een kamer” en zodoende waren we dit weekend met twee dochters en twee schone zonen in Duitsland.

Die grote Weihnachtsmarkt was langs de Promenade bij het Centro, een enorm winkelcentrum buiten de stad.
“Hoe gaan we daar heen? Is het te lopen?” Google weet antwoord op alle vragen: het was ongeveer een uur lopen.
“Nee, dan gaan we met de bus, we zitten hier vlak bij het hoofdstation”.
Meestal zoek ik dat soort dingen altijd op, maar onze twee dochters liepen al tetterend richting de dichtstbijzijnde bushalte en een half uur later liepen we langs de kraampjes.
En natuurlijk deden we wat we anders ook doen op zo’n markt, alleen nu verdeelden we het over twee dagen!
Op zaterdag genoten we met z’n zessen om een statafel  van zo’n lelijke beker glühwein en vergaapten we ons aan de grootte van het geheel overdekte winkelcentrum én de prachtige, overdadige kerstverlichting.
Eenmaal buiten ontdekten we dat het stroomde van de regen en vluchtten we eerst naar de bushalte en daarna naar ons hotel, waar we bedachten wat we gingen eten.
“Dit lijkt met het type restaurant waar we naar op zoek zijn” appte één van de dochters.
‘Zum Uerige Treff’ heette het.
Niet duur en typisch Duits; ik had Zwiebeln-Schnitzel mit Bratkartoffeln.
Geen sterrenrestaurant, maar man, wat lekker.
“Hoe kom je nou aan dit adres?” vroeg ik na het eten.
“O, gewoon op Google ‘Halbes Hähnchen Oberhausen’ intypen…..
Tuurlijk.

“En wat heerlijk dat we nu niet nog naar huis hoeven te rijden!”
Er strekte zich nog een avond voor ons uit.
We gingen nog kijken op de markt in het oude stadshart van Oberhausen, want daar zou ook een kerstmarkt zijn.
Op weg daarnaar toe kwamen we langs de Herz Jesu-kerk die nog open was, daar moesten we natuurlijk wel even naar binnen.
Daar stuitten we op de tentoonstelling Heilig. Heilig? Heilig!; we namen de tijd om die even te bekijken. Onder het motto ‘Mens, jij bent heilig!’ moedigt de tentoonstelling bezoekers aan na te denken over de vraag wat heiligheid in hun eigen leven betekent – ​​en of ieder van ons niet op zijn eigen manier ‘heilig’ is.  Het was een oproep aan iedere bezoeker om zichzelf als waardevol en uniek te zien. De tentoonstelling biedt ruimte om na te denken over wat er werkelijk toe doet in het leven en wat wij als ‘heilig’ ervaren.
Een fijn, meditatief moment op zo’n kerstmarkt, waarin alles verder alleen maar draait om zoveel mogelijk verkopen in kerstsfeer.

Wat nam ik mee als kerstaandenken aan Oberhausen?
Daarover meer in deel 2 van dit blog dat a.s. dinsdag wordt gepubliceerd.

Reageren

23 november: Over geluk (5) – Open geest

Begin januari schreef ik over onze nieuwe scheurkalender voor 2024.
Daarover schreef ik al een viertal blogs* , waarbij steeds één ‘pijler van geluk’ wordt uitgelicht; vandaag gaat het over ‘een open geest’.
De kernwoorden die bij dit onderwerp horen zijn ‘nieuwe ervaringen opzoeken en bijleren’.

Wanneer je met een open geest in de wereld staat, sta je open voor nieuwe ideeën, ervaringen, theorieën, mensen en levenswijzen. Met een open geest kun je de wereld optimaal ontdekken. Je kunt eenvoudig contacten leggen, nieuwe dingen ontdekken en zo gaandeweg je leven verrijken.
Er kunnen heel wat dingen in de weg staan als je met een open geest de wereld in wilt kijken.
Wat heb je van huis uit aan ideeën meegekregen en hoe ben je gevormd?
Welke overtuigingen en vooroordelen heb je in de loop van je leven ontwikkeld?
Hoe bepalend is voor jou de mening van andere mensen in jouw omgeving?

De zinnen die op onze gelukskalender stonden bij deze pijler waren heel divers.
Eén van de mooisten vond ik die van de Amerikaanse kunstschilder Georgia O’Keeffe: ‘Wat telt is echte interesse. Geluk is tijdelijk. Interesse is blijvend.’

Verder was er een quote van Paul Simon:
‘Als ik denk aan al de onzin die op school moest leren, is het een wonder dat ik nog gewoon kan denken’.
Die kennen we natuurlijk allemaal in de Engelse versie van het lied Kodachrome.
‘When I think back on all the crap I learned in highschool, it ’s a wonder I can think at all’.

Deze uitspraak komt van de Duitse filosoof T. Adorno:
– Voor geluk geldt hetzelfde als voor waarheid. Je hebt het niet, je zit er middenin.

De Britse mode-ontwerper P. Smith zei:
– De grootste uitdaging in het leven is om het kind in jezelf te bewaren en een vrije geest te behouden.

Deze heeft een poosje bij ons het prikbord gehangen:
– Studeer alsof je eeuwig leeft.
Leef alsof je morgen sterft.
Het werd gezegd door de Amerikaanse wetenschapster M. Mitchell die leefde in de 19e eeuw.

De Sloveense dichter A. Grün schreef deze zin op:
– Bloemen zijn langs elke weg te vinden, maar niet iedereen weet er een krans van te vlechten.

Een Amerikaanse futuroloog wijst ons op de noodzaak om te blijven leren:
– De analfabeet van de 21e eeuw is niet wie niet kan lezen of schrijven, maar wie niet kan leren en bijleren.

Deze van de Amerikaanse componiste N. Sleeth vond ik veelzeggend:
– De deuren van het geluk gaan naar buiten open.

Dit is er ook wel eentje om over na te denken; hij komt van de Duitse filosoof Nietzsche:
– Een man die het heel druk heeft, verandert zelden van mening.

Dit blog sluit ik af met een waarheid als een koe van de Britse schrijver S. Johnson.
Dit zei hij al in de 18e eeuw:
– Als je alles wilt veranderen behalve je eigen positie, zul je nooit geluk vinden.

* Hierbij een link naar het eerste blog in deze serie, vandaar uit kun je linken naar de eerdere delen die al gepubliceerd zijn.

Reageren

20 november: Klaas.

Hij kwam wel eens voorbij in een blog over onze cantorij als het ging over de achterste rij; Klaas was de bas rechts naast mij .
De laatste keer dat ik naast hem zat vertelde hij over een vervelend plekje aan zijn neus, waar hij aan geholpen moest worden.
Maar daar is het nooit van gekomen, want de artsen hadden bij de onderzoeken naar dat plekje ontdekt dat hij leed aan agressieve vorm van nierkanker.
Drie weken geleden was dat.
Het ging heel hard; vorige week is hij overleden.

Vanmorgen werkten we als cantorij mee aan de afscheidsdienst van Klaas.
Zonder die mooie, diepe bas naast me op de achterste rij.
Centraal in de dienst stond de tekst uit 1 Korintiërs 13: ‘Zo blijven dan geloof, hoop en liefde. De grote drie, maar de meeste van die is de liefde’.
Zijn zoon Harmen vertelde over de laatste dagen die ze zo intens beleefd hadden met hun vader.
Toen Klaas (in het kader van een test) werd gevraagd naar de datum, was hij er van overtuigd dat het de 16e november was, maar het was de 6e.
Maar de 16e was voor hem DE datum, want dan was het herfstconcert van Woudklank, het andere koor waar hij in zong en hij vond het ontzettend jammer dat hij daar niet meer aan mee kon doen.
Verder hoorden we over zijn diepe liefde voor zijn vrouw Ria, die in 2015 is overleden.
De orde van dienst van vanmorgen vertoonde grote overlap met de teksten en liederen die opgenomen waren in afscheidsdienst van Ria destijds.
Met name het lied 416 ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’, dat toen ook was gezongen, betekende veel voor Klaas.
En zingen was een grote steun voor hem, maar bij dat lied schoot hij altijd vol.
“Ik heb daar een trucje voor” had hij tegen zijn schoondochter gezegd “de eerste zinnen sla ik altijd over, daarna gaat het vaak wel weer.”

Het was hartverwarmend om te horen hoe aan hem werd teruggedacht.
“Positief, behulpzaam en bescheiden” zei Harmen daarover. “En vergeet niet het advies dat hij ons altijd gaf: blijf in beweging!”
Schoondochter Marieke benadrukte zijn zachte karakter. “Hij verstond de kunst van het liefhebben. Geven en ontvangen, het was voor hem heel normaal. Daar zouden mensen een voorbeeld aan kunnen nemen.”

Wij gaan deze zachtaardige Drent op de achterste rij ontzettend missen.
Zijn mooie, donkere stem, maar ook zijn innemende persoonlijkheid.
Het laatste lied was vanmorgen bovengenoemd lied ‘Ga met God en hij zal met je zijn’, waarmee we hem als cantorij vierstemmig uitgeleide deden.
Vorige week dinsdag kwam ‘mijn’ Gerard als nieuw koorlid als bas ons koor versterken.
Hij stond vanmorgen op de plaats van Klaas naast mij op de achterste rij.
Al meer dan veertig jaar zing ik naar tevredenheid samen met hem, maar vanmorgen had ik liever gehad dat Klaas daar nog gewoon stond.

Reageren

19 november: Baat bij muziek.

Op 31 oktober j.l. schreef ik over de avond ‘Baat bij muziek‘ die Gerard en ik hadden georganiseerd voor onze PKN-gemeente.
Aan het eind van het blog over die avond schreef ik:

Over de inhoud van de avond zal ik op dit blog nog niet veel vertellen: zondagavond 17 november om 19.00 uur is de Vesper waarin sommige liederen en verhalen worden voorgelezen en gezongen. Je bent die avond van harte welkom om in die viering met ons mee te doen/luisteren.

Na de 30e oktober stuurde ik een mail naar alle namen in mijn ‘Af&Toe-koor’-kaartenbak en aan alle Carol-zangers:  “We gaan een vesper organiseren met het thema ‘Baat bij muziek’. Wie van jullie wil er met ons meezingen?
Na 4 dagen had ik 14 zangers.
De donderdagavonden 7 en 14 november zouden we een uurtje repeteren.
Zouden.
Maar dinsdag de 5e raakte Henri vermist en woensdag de 6e zagen Gerard en ik het niet meer zitten om de kar te trekken voor het ‘Af&Toe-koor’ en lichtten iedereen in: wij moeten ons terugtrekken.
De 14 zangers besloten daarna dat ze als koor tóch zouden meewerken aan de vesper; voor ons een hartverwarmend hart onder de riem.

Zondagavond zaten Gerard en ik in de vesper ‘Baat bij muziek’.
Het ‘Af&Toe-koor’ zou ook het lied van Daniël Lohues bij het thema zingen. In de wandelgangen hoorde ik dat  dat waarschijnlijk niet doorging.
Drents. Moeilijke akkoorden. Hoe dan.
Tot onze stomme verbazing zongen ze het toch: met onze nieuwe Koreaanse organist Chang Jong Lee op piano.
Verder zongen we o.a. een lied van Elly & Rikkert, we hoorden ‘Witter dan sneeuw‘ van The Psalm Project, liederen van Huub Oosterhuis, ‘O, for the wings of a dove’ van Mendelssohn, ‘Spiet is veur altied’ van Daniël Lohues. Daarbij hoorden we de verhalen van mensen die ons vertelden waarom dit lied hen in hun ziel raakt.
Een grote diversiteit aan liederen en verhalen; het was een mooie ingetogen vesper.

Wat wij met de avond op 30 oktober en deze vesper naar voren wilden laten komen, is dat je baat kunt hebben bij muziek.
Dat muziek je troost.
Of dat je er van opknapt.
Dat het je even weer dichter bij iemand brengt die je zo mist.
De vesper voelde voor ons als balsem voor de ziel; daar hebben wij echt baat bij gehad.

Na afloop heb ik het dappere koor en Chang Jong bedankt voor hun medewerking aan deze voor ons zo belangrijke avond.
Fijn dat het toch door kon gaan!
De iene hef baat bij een borrel of twee, de ander hef baat bij mooi weer…..maor w’hebben allemaol baat bij muziek!

Je kunt deze viering terugluisteren via Kerkomroep en via het You Tube-kanaal van onze kerk: zondag 17 november om 19.00 uur.

Reageren

18 november: Een Sinterklaasliedje.

Gistermorgen bezochten we de kerkdienst in Roderwolde.
In het kleine dorpskerkje hoorden we bijbelgedeeltes over Job en over een gesprek van Jezus met de sadduceeën.
Wat neem je mee uit een kerkdienst? Deze keer was het het laatste deel van de preek.
Dominee Sybrand van Dijk vroeg aan het eind van zijn overdenking: “Sinterklaas is weer in het land! Hebben jullie gisteren de beelden van de intocht gezien? Wat een blijdschap straalde die feestelijke optocht uit; het spatte van het scherm!”
Zeg dat wel.
Wij keken zaterdagavond laat nog even het 8-uur journaal terug en tussen alle moeilijke en nare berichten in was daar ineens een kinderfeest met vrolijke gezichtjes en gelach. Pieten op een fiets en een burgemeester op een motor. En het verblijdende bericht: “Jullie mogen vanavond allemaal je schoen zetten!”

Het ontroerde me, dit kleine, haast lichtgevende journaal-item in de problemenzee van onze grote-mensen-wereld en dat werd op zondagmorgen door de predikant onder woorden gebracht. Hij vertelde daarbij een legende over Sinterklaas. Het ging over een verarmde edelman die drie dochters had. Die dochters zouden verkocht moeten worden (zo ging dat in die derde eeuw na Christus). Bisschop Nicolaas zorgde voor een andere uitweg: hij gooide gouden munten door het raam om de meisjes van hun armoede te verlossen. Uit dit verhaal is waarschijnlijk de traditie van het strooien met pepernoten en suikergoed ontstaan.
Daarna zongen we een lied dat ik nog nooit had gezongen en waarvan ik niet wist dat het in ons liedboek stond.
“Het is het enige Sinterklaaslied dat we in de kerk zingen” zei Sybrand daarover.
Boven dit lied 745 staat: ‘Nicolaos, pleit voor ons.’
Het wordt gezongen op de oude, Engelse melodie Blaenwern.

Uit de schemer van de tijden doemt een oergestalte op,
met legenden, staf en mijter, beeld van het erbarmen Gods.
Nicolaos, zegevieren zal het recht voor heel het volk,
sta ons bij nu wij hier bidden, wees van onze woorden tolk.

Op de website van de Ontmoetingskerk in Lelystad vond ik een brief die aan gemeenteleden uit 2023 die was gestuurd door een ouderenpastor, die dit ‘Sinterklaaslied’ beschrijft en daarbij uitleg geeft.
Voor wie meer wil weten over die lied: hierbij een link naar het PDF dat ik heb gedownload  : 2024.11.17 sint-nicolaas

Sinterklaas, door Toon Hermans aangeduid als ‘schijn-heilige’ gaf met zijn feestelijke intocht een beetje kleur aan het weekend en gaf met een legende én een lied over hem inhoud aan de viering in Roderwolde.
Je hoeft je niet neer te leggen bij ‘zo zijn de regels nu eenmaal’, maar je kunt op je eigen manier toch proberen andere oplossingen te vinden.
De katholieke heiligen Nicolaas en Maarten (die we afgelopen maandag herdachten) gaven eeuwen geleden al het goede voorbeeld; je kunt altijd zelf iets doen op jouw stukje wereld.

Reageren

17 november: Een man een man….

Afbeelding: Theater Tamboer Hoogeveen

Als je de woorden in de titel leest zul je daar als Nederlander gelijk “…. een woord, een woord” achteraan denken. *
En woorden waren er veel in de theatervoorstelling ‘Een man een man’, die we afgelopen vrijdagavond in Hoogeveen bezochten.
Gerard las aan het eind van de zomer de aankondiging voor dit stuk en hij legde onze vriendengroep voor om er met z’n achten heen te gaan; zodoende stonden wij vrijdagavond even voor acht uur met z’n achten in de foyer van ‘de Tamboer’ een kop koffie te drinken.

De hoofdrollen zijn weggelegd voor Peter Heerschop (Burghart)  en Peter Blok (Van Wees) die twee oude vrienden spelen die een avond met z’n tweeën uit eten gaan.
Het stuk begint als  Burghart terugkomt van een wc-bezoek en niet meer weet waar het gesprek daarvoor over ging.
Je komt er al snel achter dat Van Wees in het bedrijf waar ze allebei werken promotie heeft gemaakt. Oude vrienden dus, die hilarische herinneringen ophalen aan gezamenlijke vakanties, maar ook collega’s en in die rol niet meer gelijkwaardig.
Van Wees is een hoogst irritante betweter waar je met kromme tenen naar zit te kijken en luisteren.
Hij schoffeert de serveerster (Jennifer Welts), zit semi-interessant te doen over de wijn en straalt uit ‘de-man-van-de-wereld’ te zijn.
Burghart kan duidelijk niet tegen hem op; hij laat zich piepelen en afzeiken.
Soms zit Van Wees ontzettend uit zijn nek te kletsen, maar Burghart kan daar niet tegenin gaan omdat hij zijn werk niet wil kwijtraken.
Zijn wat sullige houding en zijn mimiek deden mij een beetje denken aan Stan Laurel.
De mannen hebben het er steeds maar over dat ze oude vrienden zijn en dat ze aan een half woord genoeg hebben, maar ze staan steeds lijnrecht tegenover elkaar en begrijpen elkaar juist helemaal niet.

Hoe langer de voorstelling duurt, hoe ongemakkelijker het wordt.
Burghart begrijpt Van Wees constant verkeerd en zegt dan ‘’Oooh, dus dat bedoel je…’’
De frustratie over de miscommunicatie stroomde echt van het toneel af en kwamen goed binnen: we zaten vrij vooraan op rij 2.

Na afloop konden we met onze vriendengroep nog even napraten over wat we gezien hadden.
En hoe irritant die Van Wees was! En dat die Burghart het allemaal maar liet gebeuren!
Maar de voorstelling liet ons ook nadenken over hoe wij zelf met anderen praten.
Wat zeggen we en wat menen we?
En luisteren we echt naar een ander, of is een gesprek wachten op het moment waarop je zelf weer iets mag zeggen?
Hou jij zelf rekening met ongelijkwaardigheid als het gaat om collega’s of andere gespreksgenoten?
Een gesprek is niet alleen zenden en ontvangen, maar ook begrijpen en verbinden.
Vrijdagavond zagen we hoe het niet moest; maar we hebben er wel heel hard om gelachen!

* Dit gezegde, een man een man, een woord een woord, betekent dat als je iets hebt beloofd, je je daar ook aan moet houden.
Als onze woorden soms of  vaak onbetrouwbaar zijn gebleken, kan het zijn dat mensen ons niet meer op ons woord geloven.

Reageren

Pagina 33 van 299

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén