een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Muziek Pagina 19 van 37

21 juli: Hosanna

Wij wonen al sinds 1989 in Roden, maar ‘vroeger’ woonden wij in Smilde. Hoogersmilde om precies te zijn.
Een klein dorpje met ongeveer 1700 zielen en een levendige, ietwat conservatieve kerkgemeenschap. Hervormd waren wij. Voor jongeren in onze gemeente werd van alles georganiseerd. Kinderkoor, Zondagschool (tot 12 jaar) catechesatie, 16-min clubwerk en IKJ. De letters IKJ stonden voor Inter Kerkelijk Jeugdwerk: voor hervormde en gereformeerde jongeren. ( zie 26 mei>>>)

Het was geen vraag of je als jongere aan al deze dingen meedeed. Iedereen deed mee en met elkaar hadden we het gezellig. Op zondagmorgen na de kerkdienst stonden we met z’n allen nog even een sjekkie te roken en af en toe was er een jeugddienst. Met koffiedrinken na afloop van de viering en een nabespreking.

1981, in de tuin bij de familie Boer

In 1981 ontstond naast al dat jeugdwerk nog een nieuwe vorm: jeugdkoor “Hosanna”. Voor jongeren vanaf 15 jaar. Het begon omdat de dominee jarig was en die vroeg of wij met een groepje jongeren (waaronder zijn dochters en een zoon) iets wilden zingen tijdens het koffiedrinken na de dienst.
Het was een doorslaand succes en het  groeide uit tot een enthousiast jongerenkoor van 25 leden. Begeleiding: drie gitaren en een tamboerijn. Tweestemmig. Liedjes van Elly en Rikkert, Youth for Christ, the Lighters en af en toe iets van Johannes de Heer. Een dirigent hadden we niet, we waren helemaal op elkaar ingespeeld, het koor begon met zingen als ik ademhaalde en de gitaar iets omhoog deed.

Tosti’s bakken: Sinet in actie

Tosti’s bakken: dikke lol!

In het begin ging mijn vader nog mee als chauffeur, maar in de loop van de jaren kregen meer leden zelf een auto en reden we in colonne naar een kerk in de omgeving.
We werkten mee aan vieringen in Smilde en omstreken, deden mee aan Korenfestivals en hadden met elkaar een fantastische tijd. We waren een hechte groep. Hadden een jaarlijkse ‘uitvoering’ met een zaal vol familie, vrienden en andere belangstellenden. Organiseerden een koffieconcert voor  de actie ‘Drempels weg’ en haalden honderden guldens binnen. Bakten tosti’s op de rommelmarkt voor het goede doel.  Toen wij trouwden ging Hosanna gewoon door, maar onze verhuizing in 1989 betekende het

1986: het eerste lustrum!

einde van het koor. Na ons vertrek gingen nog meer leden weg uit Hoogersmilde en ging het koor ter ziele.

De kerkelijke omgeving van Roden was heel anders dan wij in Hoogersmilde gewend waren. Het heeft even geduurd voor wij onze draai hier gevonden hadden; ik miste mijn clubjes, mijn vrienden en mijn familie.
Maar na een tijdje zetten Gerard en ik ook hier de schouders weer onder het kerkenwerk en na een aantal jaren voelden we ons meer Rodenaar dan Smildiger.
Met Hosanna hebben we al vier keer een reünie gehad. Het is altijd heerlijk om iedereen weer te spreken en vooral om nog even samen te zingen; sweet memories. De laatste keer dat we elkaar als Hosanna ontmoetten hebben we zelfs nog meegewerkt aan een kerkdienst: de dominee die ons in 1981 formeerde ter gelegenheid van zijn verjaardag vierde in 2005 zijn 25 jarig ambtsjubileum in Hoogersmilde. Meer dan tien jaar geleden……….misschien wordt het weer eens tijd?

Reageren

17 juli: Have a break…..

Maandag. Lijstje met klusjes op het aanrecht want er was veel dat moest na een heerlijk weekend.
De moestuin doet het ontzettend goed, dus de eerste bieten konden worden ingemaakt.
Was, opruimen, stofzuigen: business as usual op maandag.

De hele dag heb ik dan Radio 5 aan staan; na mijn broodje in de zon kon de was al weer van de lijn en worden opgevouwen. Na 13.00 uur zijn er bij de Tineke-show altijd ‘blij-makers’. Mensen mogen dan bellen en een liedje opgeven waar ze blij van worden.
Er belde een meneer die ’the Scottish soldier’ wilde horen van Andy Stewart uit 1961.

Ik ben gestopt met het vouwen van de was en maar even op de bank gaan zitten, want ik hield het niet droog.
Het was een lied dat mijn vader prachtig vond. Hij had het zelf ooit eens opgenomen van een Duits TV-programma, een uitvoering met een doedelzak erbij.
Het staat nog in mijn ‘zangmap’ met alle muziek die ik in de loop van de jaren heb verzameld; als 14-jarige kon ik het zingen en ik begeleidde mezelf daarbij op gitaar. Op verzoek van pa heb ik het regelmatig gezongen.

Maar het lied raakte in de vergetelheid. Als ik door mijn map met teksten blader komt het nog wel eens voorbij, maar sinds mijn vader overleed heb ik het niet meer gezongen.
Het kippenvel waar ik over schreef bij het monument voor de onbekende soldaat in Ottawa (zie blog 8 juli >>>) werd ook veroorzaakt doordat de doedelzakspeler de melodie van ’the Scottish soldier’ speelde.

Klik hier >>> voor een video van dit lied.

Deze muziek raakte vanmiddag alle gevoelige snaren die ik heb.
Mijn waarde van de dag.
Het doorbrak mijn ‘flow’ van alle klusjes die gedaan moesten worden.
Het was alsof mijn vader zei: “Gao ies eem zitten. Luuster ies wat een mooie muziek!”
Het duurde even voordat ik de flow weer te pakken had.
Eerst maar een blog geschreven.

Reageren

12 juli: Aafje Heynis

In 2003 luisterde ik in de middag naar een radio-programma.
Er was een item over Aafje Heynis, een naam die ik tot dan toe nog niet gehoord had.
Er werd verteld dat Aafje in de jaren ’50 en ’60 een beroemde alt-zangeres was. Ze was in 2003 al meer dan 15 jaar gestopt met zingen, maar er werd toen nog (ze was toen bijna 80 jaar) een CD uitgebracht met liederen die ooit van haar waren opgenomen. “De mooisten” zei ze daar zelf over, ze had ze zelf uitgezocht. De CD heette “Dank sei dir Herr”.
Op het moment dat ze een nummer draaiden van die CD was ik aan het strijken.
Ze lieten “Erbarme dich” uit de Matthäuspassion horen.
Ik weet nog dat ik het strijkijzer uit zette en bij de radio ging zitten om te luisteren.
Zo’n mooie alt had ik nog nooit gehoord.
De volgende week had ik de CD in huis; wat heb ik die al veel beluisterd.

Vandaag deel ik met mijn lezers een muziekbestand met het nummer Che faro senza Euridice uit de opera Orpheus & Eurydice van Glück.
Erg bekend; InBetween, het koor waar Gerard bij zingt heeft het ook op haar repertoire staan. Maar voor mij is dit de mooiste uitvoering. Klik hier >>> voor haar uitvoering.

Er verscheen al eerder een blog over een lied van deze CD lied met de titel ‘Bist Du bei mir’ , zie >>>)
Meer weten over Aafje? Zie >>>

Reageren

10 juli: Zing maar even mee…..

Gerard en ik doen voor het eerst samen mee aan een koor-project.
We werden uitgenodigd door Klaas, die wij kennen van onze PKN-gemeente; hij zingt al bijna dertig jaar als bas bij gemengd koor Woudklank in Roden. Hun dirigent, Wim Opgelder, (zie >>> voor zijn website) vroeg mensen voor een projectkoor; op 19 november wordt het stuk ‘Wachet auf ruft uns die Stimme’ van Johann Christoph Friedrich Bach (zoon van) uitgevoerd.
Nu onze cantorij is opgeheven had ik daar wel oren naar en ook Gerard wilde zich wel eens wagen aan een klassiek stuk. Gisteravond was de eerste bijeenkomst  in Zuidlaren, Klaas haalde ons van huis op.

Zo’n eerste repetitie is altijd spannend: hoeveel  mensen hebben zich opgegeven?  Zijn er meer mensen uit Roden? Zijn er zangers bij waar ik al eerder mee heb gezongen? Er waren 43 zangers, waarvan 12 uit Roden, waaronder 4 ‘bekenden’. Maar uit Zuidlaren kwam ook nog iemand aanfietsen die ik ken: Wilma, de vrouw van collega Rien. Wat een aangename verrassing! We hadden het gelijk al erg naar onze zin met z’n tweeën. We zitten naast elkaar op de tweede altenrij als ‘sluitstuk’ op de linkerflank.

We hebben even aan het stuk ‘geproefd’. Kleine stukjes werden vierstemmig  ingestudeerd en doorgezongen. Het lastigste was gisteravond een regel van de sopranen, die door alle partijen herhaald wordt. “Zing allemaal maar even met de sopranen mee!”
Even? Ik had het hele stuk nog nooit gezien! (op de afbeelding hiernaast is het de regel waar de meeste noten in staan.)
Tot mijn verbazing zongen de anderen het allemaal heel behoorlijk mee; ik verdenk ze er van dat ze thuis stiekem geoefend hebben. Toen ik later aan Gerard vroeg hoe het hem was afgestoken zei hij dat hij bij die regel vooral goed gelúisterd had……

Het belooft een fijn project te worden, ik verheug me op het vervolg; vanaf eind september hebben we nog 6 repetities  om het allemaal mooi onder elkaar te krijgen. Gisteravond kregen we allemaal de volledige partituur en een oefen cd. Door maestro Wim hoogstpersoonlijk ingezongen. Huiswerk voor de zomer!
Wij hebben tijd zat om te oefenen : wij hebben  onze vakantie al gehad……

Reageren

6 juli: Louis Armstrong met een ‘eng kind’.

“Zijn jullie al weer geland?” vroeg mij gistermorgen iemand op het werk.
Ja man. Dit is al weer de tweede week dat ik aan het werk ben en Canada schuift steeds een beetje verder terug in de tijd. De verhalen daarover heb ik al geschreven toen we nog op reis waren, daardoor komen de beelden af en toe nog even voor de bril.
Gisteren ontdekte ik dat ik vorige week nog niet helemaal bij de les was na de vliegreis: ik had een behoorlijke fout had gemaakt op mijn werk. Twee data had ik door elkaar gehaald waardoor ik een auto had gereserveerd op dinsdag, terwijl mijn manager op maandag naar Zuidlaren en Winschoten wilde.

Dan slaan de vlammen je uit, maak je je excuses en hoop je maar dat het daar bij blijft qua fouten…..
Maar niet te lang bij stil blijven staan, je kunt het toch niet terugdraaien.
Gisteren was ik lekker op de fiets naar Groningen en het was zo’n dag dat je ’s middags de deur van het fietsenhok opendoet en dat de warme lucht in je gezicht stroomt.
Van de wind af naar huis, mooie muziek op de oortjes, geurende bloemen in de bermen, graan op de akkers: genieten.

Op mijn MP3-speler kwam een klein liedje van Louis Armstrong voorbij: Onkel Satchmo’s lullaby. Een liedje dat ik vroeger bij het slapengaan wel eens voor mijn dochters zong.
Goede herinneringen. Voor mij, maar ook voor hen. Muziek doet iets met het menselijk brein.

Toen Harriët nog thuis woonde was ze wonderlijk snel thuis op het internet; zij kon al muziek opzoeken en downloaden voordat ik dat onder de knie kreeg.
Ik vroeg haar of ze eens wilde zoeken naar dat Onkel Satchmo-liedje. Daar had ik zelf geen geluidsopname van, dat zat nog in mijn hoofd van de Duitse televisie van vroeger.
Op een gegeven moment kwam ze beneden.
“Ik heb het wel gevonden, maar er zit een eng kind bij!”
Ja, dat klopte wel, Armstrong zong dat indertijd met een Duits kindje, ze zongen afwisselend Engels en Duits.
“Die Sonne geht schlafen, der Tag ist vorbei, when Onkel Satchmo sings his lullaby…”

Hierbij een link naar een video >>> van dit heerlijke slaapliedje.
Met het ‘enge kind’…….

Reageren

22 juni: Lucky Chops

Dochter Harriet zat zich een tijdje geleden heel erg te verheugen op een concert waar ze heen ging,
Ze zat bij ons op de bank en was enthousiast aan het vertellen wat er zo leuk was aan de Lucky Chops, want zo heten ze. “Het zijn blazers en ze spelen heel dynamisch, de zaal gaat helemaal uit z’n dak als ze op het podium staan. Het is beetje jazzy, maar ook weer niet, het is gewoon hartstikke leuk!”
Ik was er wel benieuwd naar; ze liet me op mijn tablet zien wat ik me daar bij voor moest stellen.
Ze liet me luisteren en kijken naar het nummer “I’m not the only one”.

Wat ik niet had verwacht: ik vond het ook leuk!
Ongebruikelijk, want Harriët en ik hebben niet dezelfde muzieksmaak.

Ook benieuwd naar de Lucky Chops?
Klik hier >>>  om het te beluisteren.

“Is het een bestaand lied of hebben ze het zelf geschreven?”  vroeg ik.
Nee, het was een nummer van Sam Smith.
Daar heb ik  een videoclip van gevonden. zie >>>

Harriët constateerde dat in de instrumentale versie de melodie en de onderliggende muzieklijnen veel mooier uitkomen. Vind ik ook.
Omdat ik veel naar Radio 5 luister hoor ik niet meer zo veel nieuwe muziek.
Cruyff zou zeggen: “Ellek voordeel hep se nadeel”.
Gelukkig heb ik dochters die mij zo af en toe even bij de les houden.

Reageren

21 juni: Ome Jo en Rudolf Schock

Vandaag een blog over een femilielid van vaderskant, de Vrieswijken. De breurs en zusters van mien va en moe waren allemaol  trouwd, behalve de jongste breur van mien va; de ienigste vrijgezel in tussen allemaol echtparen. Hij hiette Johannes, ofkört as Jo.

Hij speulde een geheel eigen rol in oonze femilie. Hij haar niet veul op met wichter. Ik kreeg van ome Jo bijveurbeeld nooit een kussie as wij kwamen of afscheid namen.
Wichter hadden het kennelijk vrogger behoorlijk verbruid bij ome Jo. Het was wat een onverschillige man; tenminste, zo leek het. Hij at en drunk wat e lekker vun. Dat had natuurlijk gevolgen veur zien omvang, maor ok dat kun hum nie veul schelen.

Hij zee dat verjaordagen flauwekul waren. Maor hij was d’r altied. Altied wat mopperig en altied wel wat plaogerige steken under water veur deze of gene.
Hij haar ok niks op met familiedagen. Maor hij hef in al die jaren niet ien familiedag mist. Hij zat d’r bij, geneut van het eten en het drinken en uutte tussendeur graanzerig zien ongenoegen over van alles en nog wat.

1964: bij Ome Jo achterop de brommer

Het lek nou as of het een onaangename man was, maor dat was beslist niet het geval. Het was gewoon ome Jo; hij heurde d’r bij en ie kunnen ok verschrikkelijk  met hum lachen. Vrogger, toen hij nog bij opa en oma thuus woonde en ik as kleinkind daor was te logeren, mug ik wel ies wat van zien plaaties draaien. Rudolf Schock bijveurbeeld . Het Wolgalied van Franz Lehar. Eerst vun ik het hielemaol niks. Maor ome Jo vertaalde de tekst veur mij en vertelde over de soldaat die an het Wolgastrand stiet en zo eenzaam is dat e vrag of God een engel naor hum toe wil sturen. Zielig vun ik. De muziek weur d’r mooier van toen ik begreep waor het over gung.

Ome Jo is niet old worden. Op zien 62e is e overleden an de gevolgen van zien levensstijl. Hij was de eerste van de vief en zien overlieden veroorzaakte groot verdriet bij zien femilie. Toen wij op de dag van de crematie bij de aula ankwamen was d’r al behoorlijk wat volk. “Zollen die allemaol veur ome Jo kommen?” vreugen wij oons of.
Dat bleek Inderdaod het geval. Vrienden, collega’s en een groep mensen uut Noord Duutsland die hum kenden as Jan. Hij had zien hiel eigen plek in dizze wereld, de femilie maakte daor maor een klein onderdiel van uut.
Of en toe komp Rudolf Schock nog wel ies veurbij op mien MP3-speuler en daormet de herinnerings an ome Jo.

Hierbij een link >>> naor een muziekfragment van het Wolgalied van Lehar in de uutvoering van Rudolf Schock.
Ik vin het nog steeds zielig……

Reageren

13 juni: Warm and tender love

Popmuziek werd voor mij pas interessant toen ik een jaar of 12/13 was.
Mijn geboortejaar is 1960 en pas rond 1973 kreeg ik interesse in andere radioprogramma’s dan die waar mijn ouders naar luisterden. Zij vonden Cees Schilperoort leuk en Barend Barendsen; óók NCRV!

In de jaren ’70 volgde ik de Top 40 op de voet.
Uit die tijd ken ik de zanger Percy Sledge van zijn hit ‘My special prayer’. Eigenlijk was dat een hit in 1969, maar het werd nogmaals uitgebracht in 1974. Zijn carrière was toen al over z’n hoogtepunt heen; het klonk in mijn puber-oren dan ook als stokoude muziek.
Op radio 5 hoor ik soms verrassende muziek die ik nog niet ken. Laatst hoorde ik bijvoorbeeld een nummer uit de jaren ’60  dat ik nog nooit had gehoord: percy sledge
“Let me wrap you in my warm en tender love” van diezelfde Percy Sledge.

Net zo’n smartlap als My special prayer.
Een langzame balad.  Met van die oeoeoehh- koortjes.
Daar kan ik nou zo van genieten!
Hij staat inmiddels al in mijn map ‘nieuw gedownload’.
Klik hier >>> om Percy te beluisteren.

Reageren

11 juni: The Grave van Don McLean

Toen ik in de vierde klas van de Havo zat gingen we op werkweek naar Engeland.
Ik was 17: spannend met hoofdletters. De groep was samengesteld uit heel veel

Boogschietles in Engeland

verschillende parallelklassen en er gingen niet veel voor mij bekende leerlingen mee. Ik zat op een kamer met Noortje en Albertje in een jeugdherberg van de YMCA.

Ondanks alle zenuwen  en stress vooraf had ik een fantastische week. Albertje en Noortje namen mij op sleeptouw en ik genoot van alles wat er die week gebeurde, met als hoogtepunt een musical-uitvoering van Jesus Christ Superstar in Londen.

In die tijd had je nog geen MP3-spelers of zo. Thuis nam ik liedjes op met mijn cassetterecorder. En verder was muziek niet zo alom vertegenwoordigd als nu.
Noortje was helemaal gek van een liedje van Don McLean; daar had ik toen nog nooit van gehoord. “Zo’n mooi liedje, over een soldaat die sterft in een loopgraaf”.
Het liedje heette ‘The grave’. Noortje en Albertje zongen het regelmatig voor mij. Ik vond het prachtig! Ze zongen het ook zo mooi zielig…..Na een paar dagen kon ik het een beetje meezingen. In de bus op de terugweg werden de andere Engelandvaarders er horendol van. Maar ik kon het op het laatst helemáál meezingen. In mijn fonetische Engels van een 17-jarige.

Na de werkweek duurde het even voor ik de muziek thuis had. Ik wilde het album American Pie kopen op een cassettebandje, maar dat was best duur. Ondertussen had ik het nummer al wel gehoord bij Noortje thuis.
Toen ik het geld bij elkaar gespaard had kocht ik eindelijk het felbegeerde bandje.
Grijsgedraaid. Uitgerekend het titel nummer van het album vond ik helemaal niks, maar de rest: wat een mooie muziek.
Later heb de CD van het album nog aangeschaft.
Hierbij een link >>> naar een video met de uitvoering van “The grave”.

Reageren

6 juni: 21 oktober 1972

Aan het begin van dit jaar zei ik lispelend tegen iemand: “I’m so sorry about it….”
Daarbij legde ik uit dat dit kwam van een dansje dat vier Engelse mannen vroeger ooit hadden gedaan bij een liedje over een fox. Eén van de mannen deed het steeds verkeerd. In mijn herinnering hadden we er bij ons thuis (toen ik nog bij mijn ouders woonde) ontzettend om gelachen. Met wat speurwerk op internet kwam ik erachter wat dat destijds geweest is. Het was een optreden van ene Denny Willis met drie andere mannen in ‘Eén van de acht’, een zaterdagavond-spelshow van Mies Bouwman.

Zaterdagavond 21 oktober 1972; ik was bijna twaalf. Op YouTube vond ik het fragment terug, met de aankondiging van Mies er bij.
45 jaar later word ik bij het kijken naar dit fragment overspoeld door herinneringen. Zaterdagavonden met het hele gezin voor de televisie. Soms Nederlandse televisie, maar vaker Duitse showprogrammas. Peter Frankenfeld met Musik ist Trumpf. Peter Alexander. Dieter Thomas Heck met de ZDF hitparade. Ilja Richter met Disco ’72. Maar ook de Mounties. Of Zeskamp.
Koffie met een lekkere koek.
Chips en sinas.
Een van de acht was verreweg het leukste, daar verheugden mijn broer en ik ons mateloos op. Het was maar één keer in de maand. “Licht uit, spot aan!” riep Mies bij de finale.
Op het puntje van de stoel zaten we. Als de lopende band geweest was schreeuwden we naar de televisie wat we allemaal hadden gezien. Als kinderen met een bijbehorend scherp geheugen konden we ons niet voorstellen dat die oliebollen bij Mies niet meer dingen konden opnoemen.

Kijk naar het fragment van Eén van de acht >>> en geniet nog eens van het optreden van Denny Willis waar we toen dubbel om lagen. Het is wel even doorbijten: tegenwoordig zou dit nummer tot een kwart van de tijd worden ingekort.
Het is trage televisie, typisch jaren ’70.

Reageren

Pagina 19 van 37

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén