De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

16 september: De bodem in zicht.

De bodem van mijn blik, dat ik aan het begin van het seizoen gevuld had met 2 zakken Wilhelmina-pepermunt, kwam zondagmiddag in zicht.
Dit weekend waren namelijk de Monumentendagen en ik was zaterdagmorgen en zondagmiddag ingeroosterd bij ‘mijn’ monument: de Catharinakerk. Het was af en toe gezellig druk in de kerk en ik heb er van genoten en volgens mij onze gasten ook.

“Welkom! Mag ik u een pepermuntje aanbieden? Dat hoort toch een beetje bij de kerk”.
Opperste verbazing bij de gasten die ik het blikje voorhield.
“O? Hoezo?”
Het echtpaar in kwestie kwam uit Brabant, waren hun leven lang katholiek en hadden pepermunt nog nooit met de kerk geassocieerd.
“Bij ons zijn de preken ook veel korter…!’ grapte de man toen ik het uitlegde.

Zaterdagmiddag was er een mevrouw uit Vlieland.
“O! Wat is het veranderd!”
Ze vertelde dat ze tot haar 10e jaar in Nieuw Roden had gewoond en dat ze als kind kerstfeesten had meegemaakt in deze kerk.
We hebben het dan over eind jaren ’50, begin jaren ’60.
“Dan gingen we met de zondagschool met zuster Michielsen in een bus naar Roden. Dan kwam je hier in die kolossale kerk en dan stond er een metershoge, prachtig versierde kerstboom. En dan gingen we zingen en Aaf Piek ging dan ook alleen zingen: zo mooi….het was echt magisch, dat kerstfeest. En als we dan naar huis gingen kregen we een boekje én een sinaasappel. Die kreeg je anders nooit!”
Zuster Michielsen en Aaf Piek zijn heel bekende namen in Roden en omgeving; namen die met respect worden uitgesproken.
Voor mij is het dan heel mooi om zo’n verhaal te horen; mevrouw had goede herinneringen aan die tijd en die wilde ze graag met mij delen.

Meester Zondag.
Afbeelding: Archief De Krant

Zondagmiddag kwam er familie van andere bekende Rodenaar bij ons langs: een achter- achterkleinkind van meester Zondag.
“Hij was koster en organist bij deze kerk, dus hij heeft destijds ook op dit orgel gespeeld.”
Op de website van ‘De Krant’ vond ik een artikel over deze meester Zondag: daar vond ik deze foto.
De meester staat hier voor de deur van de Catharinakerk bij zijn afscheid.
Wil je het bijbehorende artikel lezen? Hierbij een link naar het verhaal.
Ook van Zuster Michielsen is er zo’n artikel, dat vind je hier. 
Daar staat ook een foto bij, maar ik weet niet wie van de geportretteerden zuster Michielsen is; weet iemand dat nog misschien?

Veel gasten verwelkomd dit weekend, veel kunnen vertellen, veel mooie gesprekken gevoerd.
Rotterdammers, Friezen, Brabanders… en vooral veel Groningers en Drenten.
Er was één meneer die zijn hele leven al in Roden woonde en nog nooit in de kerk was geweest.
“Ik moet ok niks van de karke hebben. Maor ’t is wel een arg mooi en old gebouw….!”
Zo is’t.
En het pepermuntje was ook nog eens gratis.

Zegt het voort en kom eens langs: de kerk is open voor bezichtiging tijdens de Roder Weihnachtsmarkt op 13 en 14 december a.s. en in 2026 in de maanden juli en augustus op de donderdag-, vrijdag- en zaterdagmiddag van 14.00 tot 16.30 uur.
Ik kijk er al weer naar uit.

Reageren

15 september: In vieren!

Gistermorgen vierden we met onze PKN-gemeente de Startzondag: ieder jaar in september doen we dat aan het begin van het nieuwe  kerkenwerkseizoen.
Dat is ieder jaar weer anders; deze zondag hadden we een korte kerkdienst met daarna koffie met gebak.
Tafels vol gebak, echt waar. Allemaal zelfgebakken door gemeenteleden. En lékker!

Maar daarmee was de startzondag nog lang niet afgelopen: na de koffie gingen we in vijf groepen voor een uur uit elkaar.
Je kon kiezen uit wandelen, fietsen, creatief schrijven, praten over spreekwoorden met het woord ‘geest’ en zingen over de geest.
Rond 12.30 uur zou iedereen weer terug  zijn.
Grote groepen gingen op pad om te wandelen of te fietsen, de creatieve schrijvers en de spreekwoord-praters gingen naar een eigen zaal en de zangers mochten in de kerkzaal.

Het zal je niet verbazen: ik was ‘van het zingen’.
Pastor Geertje had mij gevraagd of ik een gelegenheidskoor wilde begeleiden en met hen wat onbekende liederen die als thema ‘de geest’ hadden wilde instuderen.
Leuk!
21 zangers en zangeressen hadden zich aangemeld en ik hoefde niet met mijn gitaar of blokfluit in de weer: ik had gewoon Erwin Wiersinga als koorbegeleider op de piano. Wat een luxe!
Het ging verrassend goed.
We zongen lied 676 en 693 en op mijn eigen verzoek de 691: de canon ‘Wij vieren vandaag het feest van het verschijnen van de geest’.
Het was al mooi dat we bij het instuderen de canon in tweeën konden uitvoeren, maar tot mijn grote verrassing ging het zelfs in vieren goed. Zouden we dat aan het einde van de bijeenkomst samen met de gemeente ook redden?

Toen iedereen weer terug was van de verschillende activiteiten was er een drankje en een hapje (lees bitterbal). We sloten de startzondag af in de kerkzaal met ons koor; sommige glazen waren nog niet leeg, dus die werden gezellig mee de kerkzaal ingenomen, evenals wat schalen met bitterballen die (net als de pepermuntjes vroeger) door de rijen werden doorgegeven; die schalen dan, hè, niet de afzonderlijke bitterballen.
De gemeente zong een aantal coupletten met ons mee; het laatste lied was de bovengenoemde canon en ook met de gemeente konden we het lied in vieren zingen! Een feest voor de geest.

We zijn dus weer begonnen!
Volgende week werken we als cantorij mee aan de viering en we kunnen als gemeenteleden het komende seizoen, naast het bezoeken van de vieringen, ook weer meedoen aan tal van activiteiten die worden aangeboden in het gidsje ‘Kijk’, waarin je een overzicht vindt van het komende seizoen.
Benieuwd naar de inhoud? Hierbij een link naar het digitale gidsje.

Reageren

14 september: Over (g)een boek en veel onderwerpen.

De Havenstappers. “Ik noem het altijd nog ‘de dansclub'” zei iemand gisteravond.
32 jaar geleden bouwden we met deze groep ouders een praalwagen voor de Rodermarktparade en sinds dat jaar doen we als groep samen leuke dingen.
In het begin gingen we 2 jaar met 18 stellen op dansles.
Over dit illustere gezelschap heb ik in de loop van de jaren al een aantal blogs geschreven, onder aan dit blog vind je een link naar een overzicht.

Gistermiddag ontmoetten we elkaar in het gebouw ‘onze’ oude basisschool ‘De Haven’  waar nu K38 is gehuisvest, waar we de tentoonstelling ‘Dit is (g)een boek‘ bezochten.
We zagen een interpretatie van de vele kanten van het fenomeen boek: kunstwerkjes gemaakt van boekenkaften, uitgeplozen boeken, teksten in veel verschillende vormen, de constructie van een boek, buitenkanten, binnenkanten: de tentoonstelling zette onze verbeelding aan het werk.

Gerard en ik misten door een onverwacht bezoekje op de zaterdagmiddag het begin (lees handjes/zoentjes/toespraakje), maar dat mocht de pret niet drukken: we haalden herinneringen op aan de schooltijd van onze kinderen, benoemden nog even de lokalen en de bijbehorende meester en juffen en sommigen van ons keken ook nog even op de bovenverdieping; ‘die wc’tjes daarboven hebben nog steeds dezelfde, onbestemde geur….’
Ook even met je neus in de (geen) boeken? Je kunt nog tot 5 oktober terecht.

Daarna vertrokken we naar het volgende adres: ‘De zwerfsteen‘ in Roderesch. Eerlijk gezegd: ik wist niet waar dat was.
Nog nooit geweest ook, maar wel heel vaak langs gefietst.
Daar wachtte in de Afrika Saal een drankje op ons en vertelde het organiserend comité ons dat we lekker gingen genieten van een barbecue en dat er verder niet veel georganiseerd was.
Hoeft ook helemaal niet; ook al hebben we elkaar een jaar niet gezien, we praten zo weer verder over de meest uiteenlopende onderwerpen: wat te doen na je pensioen, moet de Matthäuspassion snel of langzaam uitgevoerd worden, hoe praat je met je kinderen over de dood, begraven op een kerkhof of op een natuurbegraafplaats, waren de pauzes van de danslessen 30 jaar geleden het leukst, zijn er al weer nieuwe patatjes, wat is leuk vrijwilligerswerk, wanneer is jullie dochter dan getrouwd en heb je ook foto’s?
“Stond op Dit is Roden, want de juf trouwde met de meester”…..
O ja, dat hadden we allemaal wel voorbij zien komen.

Heerlijke avond gehad.
Fijne gesprekken gevoerd.
Naar elkaar uitgesproken hoe bijzonder het is dat we dit, steeds een beetje grijzer en strammer, nog steeds jaarlijks doen.

Rond half 9 werd ons verteld dat wij vriendelijk doch dringend werden verzocht weg te gaan: het programma was afgelopen.
Na 10 minuten stonden zo’n beetje alle mannen met de jas al aan bij de uitgang, terwijl de meeste dames nog van deze en gene afscheid stonden te nemen en maar niet uitgepraat raakten.
Gelukkig gaven zich twee dames op die het volgende jaar willen organiseren.
Wordt vervolgd dus.

Ben je benieuwd naar alle verhalen die ik in de loop van de jaren heb geschreven over ‘de Havenstappers’?
Klik dan op deze link, dan kom je op het blog ‘Iedereen heeft wat’ uit 2022; onderaan dat blog vind je een overzicht.

Reageren

13 september: De kracht van oer 5 – Een écht dagje oer!

Er was één ding dat al heel lang op mijn verlanglijstje stond om eens te bezoeken: het hunebedcentrum in Borger. Natuurlijk, daar was ik vroeger wel eens geweest, maar het is een aantal jaren geleden helemaal op de schop geweest en grondig vernieuwd: een leuk uitje in onze vakantie in Westerbork.
Je kunt je afvragen of dat nog wel leuk is als je al zoveel van hunebedden weet, maar het was beslist de moeite waard. In de inleidende film die we zagen werd verteld over nieuwe inzichten die zijn ontstaan na vergelijkend onderzoek naar hunebedden in de rest van Noord Europa.
Dan moet ik me bedapperen om niet in de zaal te blijven zitten om de film nog een keer te zien…. maar er was veel meer te bekijken: wij gingen naar de volgende zaal waar we verschillende panorama’s konden bekijken die een indruk geven van het leven van de hunebedbouwers. We liepen langs vitrines met vondsten uit de de hunebedden en genoten van de interactieve ruimte waar we zelf aan de slag konden met het bouwen van een hunebed: digitaal en fysiek. Bij het digitale deel werden we geholpen door een jongetje; hij kon niet ouder zijn dan een jaar of 6, maar hij wist al precies hoe het allemaal moest met de pijltjes, de pictogrammen en het wisselen van de kadertjes. Oeroud voel je je dan 😉

Buiten was een oerpark gebouwd, waar we huizen konden bewonderen van de verschillende bevolkingsgroepen die voor de jaartelling in ons land woonden: de jagers/verzamelaars, de eerste bewoners van ‘vaste plekken’: dorpjes van 3 a 4 huizen uit de bronstijd en de ijzertijd.
Daar ontmoetten we een meisje dat bezig was om een trechterbekertje te maken: ze vertelde me hoe ze dat deed en ik kon vragen wat ik wilde. Erg leuk!

In het paviljoen met informatie over het Geopark De Hondsrug leerde ik iets over de oerrivier de Eridanos die ik nog niet kende. We stonden voor een vitrine met verkiezelde fossielen die door die pré-historische rivier in Noord Nederland terecht zijn gekomen. Die fossielen komen uit het Ordovicium en leefden 450 miljoen jaar geleden.  Meer weten? Hierbij een link naar een interessant artikel over het ontstaan van het Drentse landschap en de rivier: Het hondsruggebied.

Na een kop thee in het restaurant ‘de trechterbeker’ zochten we een paar hunebedden op die ik nog niet had gezien: de tweeling D21 & D22 en de drieling D23, D24 en D25 bij Bronneger.
Je ziet ze op de afbeeldingen hieronder.

Even verderop was een grafheuvel uit de ijzertijd. Bij de informatie die ik daarover las stond dat toen die grafheuvel in gebruik werd genomen, de voornoemde hunebedden daar al 1000 jaar stonden. Zo’n tekst geeft mij dan ineens een nieuw inzicht in de tijd: Onze Catharinakerk staat nu ongeveer 800 jaar op de Brink in Roden.
En dan heb je een uur geleden fossielen gezien die 450 miljoen jaar oud zijn.
Niet te bevatten.
Met recht een écht dagje oer!

Benieuwd naar de andere verhalen over ‘de kracht van oer’?
Hierbij een link naar deel 1, onder aan dat blog vind je een overzicht.

Reageren

12 september: De kracht van oer 4 – Schippersmonument in Hoogeveen

“Ik moet een nieuw puzzelboekje. Die haal ik altijd bij de Boekenvoordeel, die zit in Hoogeveen. Zullen we daar een middag naar toe?”
Ja! Samen even winkelen, dat doen we eigenlijk nooit, dus wij togen naar Hoogeveen op de eerste maandag van onze vakantie.

“Zou daar ook nog iets ouds zijn?” vroeg ik me van te voren af.
Vergeleken met Roden niet natuurlijk, want Hoogeveen is pas ontstaan rond 1600 toen werd begonnen met het afgraven van het veen.

Het oudste deel van Hoogeveen heet ‘het oude kruis’: de plek waar vroeger twee kanalen elkaar kruisten. Daar vind je ook de oudste huizen van Hoogeveen, o.a. het Huis met de Duivengaten en de voormalige drogisterij met een gevelsteen uit 1703 met de tekst “So Godt voor ons is Wie sal tegen ons syn”. Dit pand is in de tweede helft van de zeventiende eeuw is gebouwd en zeker vanaf 1691 werd bewoond.

We dronken een kop thee bij het Olde Schippershuus, een café waar schippers bij elkaar kwamen. Dat is het oudste bestaande pand van Hoogeveen, met een kern uit 1632. We dronken onze thee onder toeziend oog van een schipper die is vereeuwigd in het ‘Schippersmonument’ dat daar staat sinds 1982. Op de sokkel van het beeld staat een tekst:
Het varen was mijn ambt
op het water moest ik bouwen
wij konden volk en schip
aan God den Heer vertrouwen.

Het beeld is een herinnering aan de turfschippers van de vorige eeuw en het brengt de waardering tot uitdrukking voor de Hoogeveense schippers in het verleden.
Daar voel ik me mee verbonden door onze familiegeschiedenis: mijn opa en oma Vrieswijk waren turfschippers in het begin van de vorige eeuw. De man die model heeft gestaan voor het beeld lijkt zelfs wat op mijn opa.

Gerard kocht zijn puzzelboekje en nog wat kleren; tegenover de winkel waar hij leuke polo’s kocht ontwaarde ik een bedrijf waar een klein stukje van mijn eigen geschiedenis aan is verbonden: de gevel van Marriages, de bruidswinkel waar ik in januari 1983 met mijn moeder en schoonmoeder mijn trouwjurk, uitzocht, paste en kocht.

Geen oer in het Drentse Hoogeveen, maar wel een mooie wandeling door een stukje ‘veen-geschiedenis’ vermengd met mijn eigen, meer recente geschiedenis.

Benieuwd naar de andere verhalen over ‘de kracht van oer’?
Hierbij een link naar deel 1, onder aan dat blog vind je een overzicht.

Reageren

11 september: Zeer ongebruikelijk.

De eerste twee werkdagen na de vakantie ging ik op de fiets naar Groningen.
De laatste keer dat ik die route fietste was 20 augustus, toen was het nog schoolvakantie en was het heerlijk rustig op het fietspad, maandagmorgen was het weer als vanouds: DRUK!
Vooral in Groningen moet je ogen voor en achter hebben.

Gistermorgen was het voor het eerst ook weer koud. Kouder dan ik had verwacht, dus twee straten na de Boskamp stapte ik al van de fiets af om een extra jasje aan te doen. Zit altijd in mijn fietstas voor het geval dat. Eigenlijk had ik ook handschoenen in die fietstas moeten hebben……
Maar de fietstocht op zich was prachtig!
Toen ik Roden uitfietste  was het nog wat heiïg; de zon was nog niet zolang op en scheen over de weilanden waar je ieder spinnenwebje zag schitteren.
Er zat weer voldoende water in de sloten langs het fietspad in de Onlanden en er stond een ree naast een bosje argwanend naar mij te kijken.

Op het brugje tussen twee meren (200 meter vanaf de Onlanderij) was het een drukte van jewelste. Zeer ongebruikelijk om 08.00 uur ’s morgens.
Er stond een hele groep mensen aan de linkerkant van het bruggetje met telelenzen en fotocamera’s en toen ik er aan kwam fietsen stak de hele meute ineens over naar de andere reling van het bruggetje, zodat ik even van de fiets af moest.

Otter. Afbeelding: Andrea Bohl via Pixabay

Kon ik gelijk mijn nieuwsgierigheid bevredigen; ik stelde mijn vraag aan een meneer, een prototype van ‘de mens met de lens’: hoedje, stevige schoenen, groene/bruine kleren (schutkleuren), een jas met honderd ritsen en zakjes en een grote cameratas.
“Waar kijkt u naar, meneer?”
“Een vis-otter…!”
Het woord werd met eerbied en ontzag uitgesproken.

Die otter (vis-otter is geen aparte soort….) heb ik gistermorgen niet gezien, ik moest immers naar mijn werk, daar moest ik om 08.30 uur zijn.
“Veel succes!” wenste ik de lens-mensen toe “ik zie het wel bij Vroege Vogels!” en vervolgde mijn weg.
Langs het Hoornse meer waar een hele kolonie meeuwen op een steigertje druk overleggend zat te wachten op wat de dag zou brengen.
Langs het Noord Willemskanaal, waar studentenroeiers van A.G.S.R. Gyas al in hun boten op het water zaten; een reiger zat op de steiger van het clubgebouw hun inspanningen sceptisch te bekijken.

Toen ik die roeivereniging opzocht op internet bleek het adres ‘Hoornse diep’ te zijn. Huh? Dat heet toch het Noord Willemskanaal waar ik altijd langs fiets?
Dit is het antwoord dat ik vond: het Hoornsediep is een ouder deel van de Drentsche Aa dat in het verleden is gekanaliseerd en dat nu een deel van het Noord-Willemskanaal vormt. Het Noord-Willemskanaal is een groter, commercieel gegraven kanaal dat (deels) deels het Hoornsediep heeft overgenomen om een verbinding te vormen.
Het
Hoornsediep is een historische waterloop die in het Noord-Willemskanaal is opgenomen.

Een veelzijdige fietstocht op de vroege morgen: natuur, dieren, bijzondere mensen én een klein stukje geschiedenis!

Naschrift: vanavond zag ik op de website van RTV Drenthe de eerste beelden van de otter al voorbijkomen; hij had een aalscholver te pakken.
Hierbij een link naar dat nieuwsbericht én naar een bericht dat gaat over het groepje mensen dat ik hierboven heb beschreven.

Reageren

10 september: Naar een leven zonder werk (6) – Beatrixoord Haren.

Maar hoe kwam ik nou met die frisse tegenzin toch weer aan het betaalde werk?
Gerard was bij zijn toenmalige werkgever lid van Ondernemingsraad; die hadden voor 8 uur een secretaresse, Annemiek, voor het notuleren en uitwerken van de agenda en het voorbereiden van de agenda.
Dat werk deed zij ook 8 uur voor het Vertegenwoordigd Overleg (VO) van Beatrixoord, maar zij ging met beide baantjes stoppen, want ze ging werken voor de praktijk van een kinderpsychologe in Groningen.
Ik solliciteerde, op voorspraak van Annemiek (die ik kende uit Roden) op de 8 uur in Beatrixoord en die baan kreeg ik.

Eén dag in de week, op donderdag, reed ik naar Haren en nam alle taken van Annemiek over.
De voorzitter van het VO (waar verpleegkundigen en artsen in zaten) heette Froukje en samen met haar bereidde ik de vergadering voor. Lees: zij zei wat ik moest doen en ik werkte het uit.
De vergadering voorbereiden betekende toen nog: een agenda maken en alle stukken/bijlagen kopiëren voor de VO-leden en in hun bakje leggen/naar hen toesturen.

Afbeelding: Siebrand H. Wiegman, 2013

In die tijd was de fusie van Beatrixoord en UMCG in voorbereiding en dat gaf een hoop gedoe. Mensen waren onzeker over hun baan en over hun toekomst; de vergaderingen die ik moest notuleren waren enerverend en dat is een understatement. Die VO-vergadering was één keer in de maand en af en toe niet in Haren maar in het UMCG: dat vond ik ontzettend spannend.
Fietsen naar de stad! Druk! Niks gewend! In Roden hebben we maar één stoplicht…….

Maar net als bij Justitie en het moederschap: ik wende aan het werk.
Aan de stapels kopieën die ik moest maken; in het begin vergat ik nog wel eens de achterkant ook af te drukken, maar dat overkomt je maar één keer.
Ik kon nog gebruik maken van mijn opleiding Steno bij Scheidegger en het notuleren ging me goed af. Dat deed ik immer altijd al: vergaderingen van de zondagschool, de IKJ, van de wijkvergaderingen van de kerk en het Rodens Christelijk Gemengd Koor: ik notuleerde altijd, want ik was secretaris.
Froukje vond het wel handig dat ik er die ene donderdag in de week was. Toen ik het werk voor het VO onder de knie had kreeg ik steeds meer klusjes van haar doorgeschoven onder het mom van: ‘Ik ben niet zo handig met die computer. Wil jij dit voor me uitzoeken?’
Ik maakte roosters voor de nachtdiensten, regelde vergaderruimtes, redigeerde haar brieven en hielp haar met wegwijs worden in de digitale wereld. Wij hadden vanaf 1994 thuis een computer, dus daar was ik al redelijk handig in.

Het werk voor Froukje stopte toen Beatrixoord definitief fuseerde met het UMCG: mijn baan hield op te bestaan.
Maar toen was daar weer Annemiek uit de eerste alinea die uitkomst bood: zij werkte nog steeds bij de kinderpsychologe Christine Brons en die had dringend behoefte aan meer secretariële ondersteuning: wilde ik niet solliciteren?
En zo rolde ik in mijn eerste duo-baan.

Benieuwd naar de hele serie?
Hierbij een link naar deel 1: onderaan dat blog vind je een overzicht van de al gepubliceerde blogs.

Reageren

9 september: De kracht van oer 3 – Oerkracht in drie delen.

Donderdag de 28e augustus zou het ’s avonds gaan regenen, maar ’s morgens was het nog prima weer: wij gingen een heide-fietstocht maken. In augustus bloeit de heide, dus als we de heide paars wilden zien, hadden we nog 3 dagen.
We stippelden een fietstocht uit door het Scharreveld en het Mantingerveld; beide natuurgebieden boden een mooie, paarse aanblik.

Tijdens deze fietstocht kwamen we door een aantal kleine, Drentse dorpjes.
Bij het gehuchtje Mantinge ging ik even van de fiets af, want ik zag ik kunstwerk waarvan ik dacht: “Hé, daar mist iets!” Ik zag een boer, maar hij stond met lege handen: zijn kruiwagen was er niet.

Die stond ergens anders. Echt waar.
Op het bordje dat naast de boer stond las ik dat het een kunstwerk betrof dat uit drie delen bestond.

De pionier: een kunstwerk als drie-eenheid ontstaan in de verbeelding en uitwerking van de kunstenaar Alphons ter Avest uit Arnhem.

De boer in Mantinge kijkt al mijmerend over het water en het land en denkt aan het moment dat hij in de middeleeuwen vanuit Westerbork nieuw land vond op de zandruggen tussen het veen en de heide: de broekstreek…… het natte land.

Zijn werktuig in Balinge staat verstild in de berm pal naast het akkerland.

De briesende en dampende os in Garminge is de oerkracht om in balans met de natuur het land te ontginnen en te gebruiken. 

De boer mijmert over zijn verleden tot het heden en verwachtingsvol denkt hij “Wat zal de toekomst brengen?”

De fietstocht zou ons ook nog door Balinge en Garminge leiden, dus ik was benieuwd of we de andere delen ook nog zouden vinden.
De kruiwagen stond inderdaad ‘verstild’ in de berm in Balinge, maar toen we Garminge uitfietsten hadden we het briesende os nog niet gezien. Toen ik voor het verlaten van het dorpje  links een straatje inkeek zag ik in de verte het silhouet van het rund: gevonden!

Mooi ja.
Bij ieder deel stond een bordje waarop je het hele drie-delige kunstwerk samen zag.
De delen waren nu allemaal roestbruin geworden, maar het origineel zag er nog glimmend uit.
Het is in mei 2011 onthuld.

Wat een mooi eerbetoon aan de Drentse harde werkers van weleer.
En ook hier kwam de kracht van oer even weer ter sprake….

Benieuwd naar de andere verhalen over ‘de kracht van oer’?
Hierbij een link naar deel 1, onder aan dat blog vind je een overzicht.

Reageren

8 september: Wát ’n kunst….

Bij de woorden in de titel van dit blog denk ik eigenlijk iets negatiefs.
Mijn vader kon het zo schamper en denigrerend zeggen: “Nou, wát ’n kunst….!” als hij vond dat iemand iets had gedaan dat niets voorstelde.
Maar die woorden kregen dit weekend ineens een positieve klank, want wát een kunst zagen we op de Brink in Roden.
Gistermiddag vond daar het festival ‘Wat ’n Kunst‘ plaats. Natuurlijk had ik wel een klokje horen luiden, want de Catharinakerk was ook open en er stonden gidsen ingeroosterd, maar wij hadden vakantie in Westerbork gehad en waren niet bezig met Roden en al helemaal niet met een festival.

Dit stond in de wervende aankondiging: Wat ‘N Kunst is een bruisend festival waar kunst en cultuur op speelse wijze samenkomen.
Op verschillende locaties kunnen bezoekers genieten van live muziek, theatervoorstellingen, kunstexposities en workshops voor jong en oud. Zowel professionele kunstenaars als lokale talenten presenteren hun werk, en er is volop ruimte om zelf creatief aan de slag te gaan tijdens inspirerende workshops. Het festival biedt een kleurrijke viering van kunst in al haar vormen, met een gevarieerd programma dat iedereen zal aanspreken.

“Zullen we even gaan kijken?”
Goed idee. Het was mooi weer en we zouden op de terugweg zo’n heerlijk advocaat-ijsje gaan halen bij Alida’s.
Bij wijze van afsluiting van de vakantie.
Toen we richting de Brink liepen zagen we langs de kant van de weg een onafzienbare rij fietsen: tout Roden was op de fiets gekomen!

Eerst maar naar de kerk. Daar konden we niet in.
Collega gids Peter stond quasi-streng bij de deur: “Het is te vol mensen….”
Toen er wat mensen uitgingen mochten wij even naar binnen voor een blik op popkoor ‘Puur’ in een inderdaad bomvolle kerk.
Wat natuurlijk weer plagerige opmerkingen opleverde: ‘zit die kerk ook eens weer vol’ en ‘dat zou je iedere zondag wel willen!’

Er stonden heel wat kramen op de Brink waar overal iets kunstigs te zien of te horen was. Of te maken: je kon ook zelf aan de slag in verscheidene workshops.
Als je nog geen hobby of liefhebberij hebt, dan kon je hier te kust en te keur.
En wát een sfeertje daar op die Brink mensen; we liepen tussen de tafels door waar deelnemers bezig waren met mozaïeken, schilderen, tekenen en/of knutselen.
Wat een feest.

Er zat iemand met zijn rug naar Ot & Sien toe mooie liedjes te zingen, zichzelf begeleidend op gitaar en op de terrassen was geen vrij plekje meer te vinden.
Het weer werkte natuurlijk ook geweldig mee!

Toen wij in 1989 van Smilde naar Roden verhuisden was ik ziek van de heimwee; daar moest ik gistermiddag even aan denken toen we ons best deden om de Brink over te komen.
Hier een praatje, daar een schouderklopje, een knipoog, een groet, een klein gesprekje of even een arm om een schouder: wat voel ik me thuis in dit dorp.

Nog even terug naar de Catharinakerk: volgend weekend (12 en 13 september) zijn de Open Monumentendagen, dan ben je van harte welkom!

Reageren

7 september: Anders dan oma.

Twee weken niet naar de kerk, want vakantie in Casa Grada.
Niet naar de PKN-dienst in Westerbork, niet geluisterd naar de dienst vanuit Roden.
Het voelde voor mij een beetje als spijbelen en dat klinkt misschien wat negatief, maar dat is het niet, want het was heerlijk om even de boel de boel te laten, maar ik heb het wel gemist.
Vanmorgen woonden Gerard en ik een speciale dienst bij: twee ambtsdragers namen afscheid en twee nieuwe ambtsdragers werden bevestigd.
Het thema was kiezen.
In de schriftlezing lazen we dat je je vader en moeder moet haten om Jezus te volgen.
Voorganger Sybrand van Dijk zei daar het volgende over: “Je vader of moeder haten” is geen emotie, maar een keuze: dat je je niet laat bepalen of vastleggen.
Dat je jezelf de vrijheid gunt de weg te gaan die niemand voor je had uitgestippeld.”
Eigenlijk doen we dat allemaal: je gaat het huis uit en geeft vorm aan je eigen leven.
Dat gaat niet altijd zonder slag of stoot: soms is het afscheid heftig en moet je alles achterlaten wat vertrouwd was.

Scheidend voorzitter van de kerkenraad Nettie Kramer had in de voorbereiding van de viering de vraag gesteld wie in zijn leven wel eens zo’n rigoureuze keuze had moeten maken.
De dominee zei daarover in zijn overdenking:
“Niet zo heftig, maar wel in afgezwakte vorm. Als het goed is gaan wij andere wegen dan onze ouders. We hebben allemaal wel eens dat we denken: ‘Als mijn moeder dit wist…’
Mijn oma zou beslist iets van mijn leven gevonden hebben, zij had een streng en moeilijk leven en had iets gevonden van wat ik zeg, hoe ik leef en doe en wat ik uitdraag.
Maar ik ben geen verantwoording verschuldigd aan mij oma en ook niet aan mijn moeder, vader of kinderen: ik ben alleen verantwoording verschuldigd aan God en aan mezelf.
Als je aan het eind van je leven bent, heb je dan gedaan wat je hoort in jezelf?
Heb je het leven geleefd dat jouw leven is in Gods licht?
Of heb je dan eigenlijk het leven geleefd dat anderen van je verwachtten.
Kies dus.
Laat je niet ‘vasthouden’ door wat je ouders zeiden, wat je kinderen van je vinden of door wat de buren wel niet denken.
Luister naar de zachte stem die in je binnenste klinkt: “Dit doe je niet omdat jij het wilt, dit doe je uiteindelijk omdat je niet anders durft of kunt.”

De predikant gaf de nieuwe ambtsdragers én de hele gemeente mee dat we deze boodschap in gedachten moesten houden bij de dingen die staan te gebeuren in de toekomst als het gaat om de gebouwen en de bemensing van alle taken die moeten gebeuren op het kerkelijk erf.
Blijf niet vanzelfsprekend vasthouden aan het oude, maar blijf nieuwsgierig en laat je leiden door wat je hart je ingeeft.

En dit zijn nog maar 500 woorden….er zat veel meer in de viering vanmorgen.
Terugluisteren? Dat kan via Kerkomroep  of via het YouTubekanaal van onze PKN-gemeente.

Reageren

Pagina 9 van 395

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén