Een viering in Hoogersmilde (zie 1e Pinksterdag >>>); voor ons altijd a trip down memory-lane.
Toen we vanmorgen om 08.30 uur aankwamen bij de kerk stond er al een klein comité op ons te wachten. “Mooi da j’ d’r bint. Hoe ist?’
Alle gezichten zijn bekend en met iedereen zijn er wel kleine lijntjes. De moeder van een vriend van mijn broer. De vroegere buren van mijn schoonouders. Familie. Daar weer familie van. Schoolgenoten van vroeger. De mensen die we niet kennen zijn vakantiegangers die op de omliggende campings in het Drents-Friese Wold staan.
In onze gemeente heetten die vroeger ‘vrömden’, maar één van de predikanten uit de jaren ’80 vond dat geen goede benaming. We moesten ‘gasten’ zeggen.
Dat was trouwens ook die dominee die vond dat we het tijdens de collecte wat minder moesten laten rinkelen en wat meer laten ritselen…….

De dominee van vanmorgen was ook wel weer origineel: aan het begin van de preek laste ze even een minuutje ‘pepermuntjes-tijd’ in. Anders is iedereen in het begin zo afgeleid.
Het was een fijne, feestelijke viering vanmorgen. Uit de preek onthield ik wat de predikant zei over de Heilige Geest die we op Pinksteren hebben ontvangen. “En het is maar goed dat God niet dezelfde bepalingen hanteert over leeftijden als onze overheid. Dan bereik je op een gegeven moment de pensioengerechtigde leeftijd. Maar als christen blijf je altijd actief, totdat je bij God thuiskomt. Of je nou kind bent, of puber, volwassene, 50-plusser of 80-er: je kunt altijd iets van de Heilige Geest laten zien. Straal het uit, wees vriendelijk, geduldig, blij en trouw.” Ze vertelde daarbij het verhaal dat ze afgelopen week bij iemand op bezoek was geweest die net te horen had gekregen dat ze ernstig ziek was. “Het is té toevallig dat u nou net hier op bezoek komt’.  Inderdaad. Té toevallig. De voorganger wenste dat wij, geïnspireerd door de Heilige Geest, nog vaak getuige en onderdeel zouden zijn van zulke té toevallige momenten.

We zongen veel vanmorgen, dat kwam natuurlijk ook omdat wij onze medewerking verleenden. Een lied van Ds. Troost, Elly en Rikkert, maar óók Johannes de Heer: met de hele gemeente zongen we in wisselzang “Stromen van zegen”.
Verder zongen we nog een melodie van Johann Sebastian Bach vanmorgen.
Lied 672 Komt laat ons deze dag. Een deel van de tekst van het derde couplet viel samen met wat we in de preek gehoord hadden:

Deel van uw gaven uit
wees met uw kracht nabij
dat ieder op zijn plaats 
een levend lidmaat zij.

Na de viering gingen we koffiedrinken bij mijn zwager en schoonzus, maar we konden ook nog met de moeder van mijn vriendin mee naar huis voor de koffie.
Hoogersmilde.
Ook nu onze ouders er niet meer wonen zal het altijd vertrouwd blijven.