Op 1e Pinksterdag werkte de Cantorij Roden mee aan de PKN-viering in Op de Helte.

Dat betekende voor Gerard en mij een wekker om 07.15 uur in Westerbork, want wij vierden dit weekend met onze kinderen de Gradagen in Casa Grada.

Dat vroege opstaan had ik er wel voor over,  want  a. in die viering werd ook aandacht besteed aan het slagen van onze cantor Karel voor zijn examen koordirectie* en b. Ik hou erg van zulke feestelijke kerkdiensten.

In deze viering zongen we het bijzonder vrolijke pinksterlied ‘Kom Schepper Geest’ (697) door Karel begeleid op een soort trommel. Het sloeg aan bij de gemeente,  want we kregen zelfs een applaus; neem van mij aan,  dat is zeer ongebruikelijk in een dienst.

Voorganger Walter Meijles begon een verhaal voor de kinderen.

In een dorpje woonde een gezin met twee kinderen. In dat dorpje was een klein supermarktje en daar waren tot groot ongenoegen van de kinderen altijd de koekjes op.  Dat kwam omdat mevrouw De Vries altijd bang was dat ze niet genoeg koekjes in huis had,  dus die kocht steeds alle koekjes. Op een dag gingen de  twee kinderen uit protest bij mevrouw De Vries op het tuinpad liggen: zij moest stoppen met het opkopen van de koekjesvoorraad.  Maar dat was ze niet van plan!  Er ontstond een patstelling.  De dominee stuurde de kinderen naar de kindernevendienst met de vraag: hoe loopt dit af?

Toen ze terugkwamen had een kind bedacht dat ze de politie er bij moesten halen,  die zou het wel oplossen.  Een ander kind had wel een oplossing bedacht,  maar die was het weer vergeten…. en daarmee was het verhaaltje uit.

Na de viering was er nog aandacht voor het diploma dat Karel behaald had: er was een toespraakje van de voorzitter van de kerkenraad en felicitaties en bloemen namens de hele gemeente.  Wij als cantorij hadden voor Karel in het geheim een lied ingestudeerd; dat was nog best een gedoe, want wanneer komt het koor bij elkaar zonder Karel? Nooit.  Ander dilemma: wie dirigeert ons dan?  Voorzitter Wieger was de klos. Maar anders dan bij Karel ging nu iedereen zich ermee bemoeien. Wie in de kerk was zondag heeft gehoord dat het goed is gekomen. Onder de bezielende instrumentale begeleiding van Erwin Wiersinga zongen we het lied ‘Laat ons maar zingen’,  doorspekt met uitspraken en quotes van onze dirigent, waar we met elkaar ontzettend blij mee zijn.

Op de  terugweg naar Westerbork kregen Gerard en ik het nog even over het  koekjes-verhaal.  Gerard had bedacht dat je die koekjes ook online kon bestellen.  Ik zou het leuk hebben gevonden als de mensen in het dorp allemaal zelf koekjes waren gaan bakken, die dan ook nog eens veel lekkerder zouden zijn dan die fabrieks-meuk. Dan had je gelijk een mooie metafoor voor ‘de geest’ die mensen aansteekt met Pinksteren!

* zie Peregrini van Karel