een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Kerk & gemeente Pagina 2 van 56

Kerkdiensten, bijeenkomsten van de PKN-gemeente Roden-Roderwolde

11 oktober: De liefde als rode draad.

De cantorij was uitgenodigd om te komen zingen in de dankdienst voor het leven van  Joop Kakes-Quist op vrijdagmiddag 10 oktober.
Zijdelings heb ik haar gekend: ze was voor corona lid van de cantorij,  daarna zong ze niet meer mee.
Eén gedeeld moment met haar staat me nog voor de geest: in 2019 zat Joop naast mij op de altenrij op een repetitieavond voor Pinksteren. We zongen “Kom laat ons deze dag…” (Lied 672, melodie J.S. Bach, vertaling Jan Wit). Joop zong het van harte mee en zei daarna stralend: “Dit lied heb ik voor het eerst gezongen in 1946, toen was ik elf! Dat was in Musis Sacrum in Arnhem. Dit was toen hele nieuwe kerkmuziek en we zongen het uitbundig met een volle kerk, ik kan het me nog zo goed herinneren.” Ze vertelde dat ze als kind de oorlog had meegemaakt in Zeeland en dat ze die Pinksterdag bij haar oom in Arnhem was. Het had heel veel indruk op haar gemaakt en bij het zingen van dit lied kwam alles even weer boven.

Als  je iemand niet zo heel goed kent sta je wat verder af van het verdriet van de familie omdat je er zelf geen deel van uitmaakt, maar ook dan kun je toch geraakt worden door inhoud van zo’n kerkdienst.
Het levensverhaal van Joop was bijzonder. Ze had als kind de oorlog meegemaakt; hun huis was gebombardeerd. Een ander drama in haar leven was het plotselinge overlijden van haar man in 1969; ze bleef achter met twee kinderen van 3 en 5. In het jaar daarna ontmoette ze Jan, die ook heel plotseling zijn vrouw had verloren en vervolgens zijn zij verder gegaan als samengesteld gezin. Dat het niet altijd gemakkelijk is geweest laat zich raden. Maar Joop zat niet bij de pakken neer, ze ging op weg.
Voorganger Sybrand van Dijk zei daarover in zijn overdenking: “En als je op weg gaat wordt je gedragen. Niet door wantrouwen en niet door wanhoop, maar door de liefde. Door het vertrouwen dat er liefde genoeg is om zelfs de grootste breuken in je leven te boven te komen en verder te gaan.”*

De ontroering in deze dienst zat vooral  (zoals zo vaak) in de muziek. Enerzijds de muziek die werd uitgevoerd door de familie: we hoorden o.a. een betoverende uitvoering van het lied ‘Ik zou wel eens willen weten’ van Jules de Corte, anderzijds de orgelmuziek verzorgd door Mannes Hofsink.
Maar wat bovenal ontroerde was het verhaal van haar broer Jan over hoe het gezin heeft geleden onder de 2e wereldoorlog.
Hij vertelde over de afschuwelijke oorlogsjaren en over hoe hij als jongere broer meeleefde met zijn zus bij wat haar overkwam.
Luisterend naar zijn verhaal bedacht ik dat er tot halverwege de jaren ’70 nauwelijks gepraat werd (en vooral in Zeeland niet) over zulke emotionele en gevoelige onderwerpen; je zag aan hem hoeveel moeite het hem kostte.
Zijn toespraak was doordesemd van zijn levenslange liefde voor zijn zus.
De liefde als rode draad in een mensenleven.

* Afgelopen week las ik het blog van Annemarie. Zij schreef een verhaal over de quote ‘Je kunt niet kiezen wat je overkomt, maar je kunt wel kiezen hoe je ermee omgaat.’
Net als Joop zit zij niet bij de pakken neer; ze schrijft o.a. “En dus koos ik ervoor om regelmatig van de bank af te komen en die stappen te zetten…”
Hierbij een link naar haar verhaal.

Reageren

22 september: Journaal overslaan.

Zaterdag  had ik op mijn telefoon zijdelings wat meegekregen van de gewelddadige rellen in Den Haag.
Toen ik ’s avonds om 21.00 uur moe thuis kwam na de optocht kon ik het niet opbrengen om naar het Acht-uur-journaal te kijken: ik hoefde het niet te zien, wat ik er van had gezien was al afschuwelijk genoeg.
Gistermorgen ging ik alleen naar de kerk.
Gerard sloeg even over, maar ik wilde graag luisteren naar de Cantorij die meewerkte aan die viering; vanwege mijn vakantie en andere drukte had ik na de zomer nog niet weer meegedaan aan de repetitie.

Tijdens het drempelgebed dacht ik al: hiervoor ga ik naar de kerk.
Zo begon dat gebed:
“Hier zijn wij,
gekomen uit een onstuimige wereld
op zoek naar hoop, terwijl overal wanhoop wordt gezaaid
op zoek naar stilte terwijl overal lawaai en chaos wordt gezaaid…..”
‘Hier ben ik’ dacht ik. En ik kan het journaal wel overslaan, maar de onstuimige wereld blijft.

We beleefden met de elkaar de stilte, we hoorden troostrijke en hoopvolle woorden en ik haalde mijn hart op aan de muziek.
Voor de dienst speelde Erwin al een stuk van Bach en ook de liederen die de cantorij zong (al dan niet met de gemeente) pasten goed bij het thema van de dienst.
Wat me raakte was het slotlied, lied 1000 uit het Liedboek: ‘Wij zagen hoe het spoor van God’.
Op de website van Petrus in het land vond ik deze versie van Elske de Wal.
Komt Hij terug op onze weg, keert Hij verharde harten?
Wanneer komt Hij met licht en lef, zaaigoed in onze handen?’
Balsem voor de ziel.

Het slot van de overdenking vond ik heel bijzonder: de voorganger verbond de uit de hand gelopen rellen met de Rodermarktparade van zaterdag.
Een paar losse zinnen: ‘Wij waren gisteren getuige van huiveringwekkende beelden uit den Haag: woedende jonge mannen die verstrikt zijn geraakt in de gedachte dat alles van hen is en dat er veel te weinig is om van te delen.
De optocht die hier gisteren door de straten reed heeft ons weer laten zien dat we vóór alles spelende mensen zijn; die wagens zijn totaal zinloos, die worden morgen weer afgebroken.
Dat is natuurlijk zonde van het geld wat er in is gestoken; maar op die wagens stonden kinderen uit alle windstreken, binnen- en buitenland en omdat we elkaar het feest gunden straalden ze allemaal.
We zijn veel te bang dat we te kort zullen komen, terwijl ons zoveel rijkdom wordt geschonken.
We zijn veel te  serieus over hebben en houden, terwijl ons zoveel wordt gegeven om te ZIJN.’

En dit is nog maar een fractie van de preek, terwijl ik het liefst het hele verhaal zou willen laten horen.
Ik trok de stoute schoenen aan en ik vroeg Sybrand of ik zijn preek mocht publiceren: dat mocht.
Hierbij een link naar een PDF dat ik maakte van zijn bevlogen verhaal: 2025.09.21 preek Sybrand van Dijk
Doe er je voordeel mee.
Je kunt natuurlijk ook de hele viering terugzien; dan kun je de Cantorij ook beluisteren!
Dat kan via Kerkomroep of via het YouTubekanaal van onze PKN-gemeente.

Reageren

15 september: In vieren!

Gistermorgen vierden we met onze PKN-gemeente de Startzondag: ieder jaar in september doen we dat aan het begin van het nieuwe  kerkenwerkseizoen.
Dat is ieder jaar weer anders; deze zondag hadden we een korte kerkdienst met daarna koffie met gebak.
Tafels vol gebak, echt waar. Allemaal zelfgebakken door gemeenteleden. En lékker!

Maar daarmee was de startzondag nog lang niet afgelopen: na de koffie gingen we in vijf groepen voor een uur uit elkaar.
Je kon kiezen uit wandelen, fietsen, creatief schrijven, praten over spreekwoorden met het woord ‘geest’ en zingen over de geest.
Rond 12.30 uur zou iedereen weer terug  zijn.
Grote groepen gingen op pad om te wandelen of te fietsen, de creatieve schrijvers en de spreekwoord-praters gingen naar een eigen zaal en de zangers mochten in de kerkzaal.

Het zal je niet verbazen: ik was ‘van het zingen’.
Pastor Geertje had mij gevraagd of ik een gelegenheidskoor wilde begeleiden en met hen wat onbekende liederen die als thema ‘de geest’ hadden wilde instuderen.
Leuk!
21 zangers en zangeressen hadden zich aangemeld en ik hoefde niet met mijn gitaar of blokfluit in de weer: ik had gewoon Erwin Wiersinga als koorbegeleider op de piano. Wat een luxe!
Het ging verrassend goed.
We zongen lied 676 en 693 en op mijn eigen verzoek de 691: de canon ‘Wij vieren vandaag het feest van het verschijnen van de geest’.
Het was al mooi dat we bij het instuderen de canon in tweeën konden uitvoeren, maar tot mijn grote verrassing ging het zelfs in vieren goed. Zouden we dat aan het einde van de bijeenkomst samen met de gemeente ook redden?

Toen iedereen weer terug was van de verschillende activiteiten was er een drankje en een hapje (lees bitterbal). We sloten de startzondag af in de kerkzaal met ons koor; sommige glazen waren nog niet leeg, dus die werden gezellig mee de kerkzaal ingenomen, evenals wat schalen met bitterballen die (net als de pepermuntjes vroeger) door de rijen werden doorgegeven; die schalen dan, hè, niet de afzonderlijke bitterballen.
De gemeente zong een aantal coupletten met ons mee; het laatste lied was de bovengenoemde canon en ook met de gemeente konden we het lied in vieren zingen! Een feest voor de geest.

We zijn dus weer begonnen!
Volgende week werken we als cantorij mee aan de viering en we kunnen als gemeenteleden het komende seizoen, naast het bezoeken van de vieringen, ook weer meedoen aan tal van activiteiten die worden aangeboden in het gidsje ‘Kijk’, waarin je een overzicht vindt van het komende seizoen.
Benieuwd naar de inhoud? Hierbij een link naar het digitale gidsje.

Reageren

10 augustus: Delers van hoop.

Toen de preek begon vanmorgen werd ik in gedachten meegenomen naar de eerste keer (2004) dat ik getroffen werd door een hartinfarct.
Het ging namelijk over angst; dat angst een slechte raadgever is.
De zomer na het infarct bezocht ik tijdens onze vakantie in Noord Duitsland een kerkdienst in de Lutherse kerk, waar ik een preek hoorde die mijn toenmalige wereld even op zijn kop zette en waar ik de rest van mijn leven heel veel aan heb gehad.
De essentie van die preek was een uitspraak van Luther.
“Als ik wist dat morgen de wereld zou vergaan, zou ik vandaag nog een appelboom planten”.
De voorganger destijds legde uit dat de onderliggende gedachte bij deze quote was: “Leef gewoon je leven, doe wat je moet doen en laat je daarbij niet verlammen door de angst voor wat morgen zou kunnen gebeuren.”*

Als het gaat over angst moet ik daar altijd aan denken en dat neemt mijn gedachten ook behoorlijk in beslag; het duurde dus even voor ik weer bij de les was.
De les van vanmorgen was dat wij ons niet moeten laten meeslepen door ‘de handelaren van de angst’ die paniek zaaien door verhalen over oorlogsdreiging en die angst verkopen om zelf aan de macht te komen.
Wij hoorden dat wij als kerkmensen tegenover die handelaren in angst delers van hoop moeten zijn.
Blijven zeggen: God is goed, wees niet bang, blijf de liefde leven juist omdat je weet hoe onzeker alles is.

Wie wacht, slaapt niet – Marjolein Visser

Aan het einde van de viering, in de Catharinakerk vanmorgen, vroeg voorganger Sybrand van Dijk of hij de afbeelding nog even in beeld mocht die voorop de orde van dienst stond, je ziet de foto hiernaast.
De foto is zo grijs omdat we naar een hopeloze plensbui zitten te kijken. Middenin die hoosbui zit een kogelstoter onder een pluutje te wachten tot het droog wordt.
Als er iemand hoop heeft is hij het wel!
Hij zit te wachten en gaat er van uit: “Het wordt een keer droog en dan ga ik een kogel stoten waar iedereen van zal opkijken!”
En het grappige is: zolang hij daar onder dat pluutje zit  blijft iedereen op de tribune ook zitten, want men denkt: “Hij weet dat de zon straks gaat schijnen en dan gaat hij die kogel heel ver weg stoten: daar willen we bij zijn!”
Wakende mensen zijn besmettelijk; want terwijl hij daar wacht denkt iedereen aan de zon terwijl het regent.

Toen we naar buiten liepen zei Gerard: “Wat een mooie dienst. Hoop starft het lest….”**

* Hele blog lezen over die kerkdienst in Aschendorf? Een appelboom planten.
** Weten wat Gerard bedoelde met die laatste woorden? Hoop & Daniël Lohues

Een blog over een kerkdienst kun je niet vergelijken met notulen.
En het is ook geen review/commentaar.
Het is wat ik er uit haal als waarde van mijn dag.
Het is beslist de moeite waard om deze dienst terug te luisteren.
Dat kan via Kerkomroep  of via het YouTubekanaal van onze PKN-gemeente.

Reageren

28 juli 2025: Helpt bidden?

In het kerkje van Roderwolde ging gistermorgen dominee Hotske Postma voor.
Even bijpraten: rond het jaar 2000 was Hotske Postma verbonden aan de Protestantse Gemeente in Roden. Eerst voor de Hervormde kerk, later gingen we ‘Samen op weg’ met de Gereformeerde broeders en zusters en werden we PKN (Protestantse Kerk Nederland).

Maar zoals haar naam al doet vermoeden: Hotske heeft Friese roots en die wortels begonnen op een gegeven moment te roepen. Spijtig voor Roden, maar ze vertrok met man en kinderen naar Friesland. Een aantal jaren geleden kwam ik haar tegen op het fietspad: ze was terug in Drenthe en woont in de gemeente Noordenveld. Het was erg aangenaam om haar weer als voorganger aan het werk te zien: ze weet me nog steeds te raken. Met haar stem, haar openheid en haar eerlijkheid.
Ze begon de viering met een persoonlijk ‘In memoriam’ voor dominee Hans Greive, de emeritus dominee die zijn loopbaan afsloot in Roderwolde; hij overleed eerder deze week.

Het ‘Onze Vader’ stond gistermorgen centraal in de viering. Hotske begon haar overdenking met een herinnering uit haar kindertijd. Haar moeder had migraine en ze bad voor de genezing van haar moeder. En om dat gebed kracht bij te zetten bad ze het Onze Vader er achteraan. “En voor de zekerheid nóg een keer een Onze Vader…” vertelde ze “want dat hielp vast!”
Toen ze in haar volwassen leven zelf in de problemen kwam ontdekte ze dat ze dat rotsvaste, kinderlijke vertrouwen in het gebed niet kon vinden “Het lukte mij niet om mijn hart te openen voor God” zei ze daarover. “Maar gelukkig waren en toen anderen die voor mij baden.”
En dat was gelijk ook de essentie van de rest van haar verhaal: een mens heeft altijd anderen nodig. Vrienden, familie, bekenden, buren, clubgenoten: het is de gemeenschap, de gezamenlijkheid die je draagt als dat nodig is. De laatste zin van haar preek was: “Wees een vriend; oefen de gemeenschap.”

Wat een waardevol advies. Daarna zongen we het erg bekende én toepasselijke lied ‘Zolang wij ademhalen’, met daarin de zin: ‘Al is mijn stem gebroken, mijn adem zonder kracht, het lied op and’re lippen draagt mij dan door de nacht.’
Het gezamenlijk uitgesproken ‘Onze Vader’ had na de overdenking meer zeggingskracht; dit werd nog versterkt door het klokgelui dat tijdens het overbekende gebed te horen was. Soms spreek ik het haast gedachteloos uit, gistermorgen was het een intense beleving.

We gaan de week weer in.
De opdracht ‘oefen de gemeenschap’ neem ik mee uit deze viering.
Daarbij moest ik denken aan wat een andere hervormde voorganger, Bart Elbert, ons voorhield. ‘De kerk heeft alles te bieden wat we als mens nodig hebben: een gemeenschap, morele waarden, sociale steun en een plek voor bezinning, meditatie en zingeving.
In onze maatschappij is de kerk gemarginaliseerd, maar het concept is nog steeds een prima uitgangspunt.

Reageren

21 juli: Anders.

Gistermorgen ging het in de PKN-viering over Martha en Maria.
Over hoe Martha in de loop van de eeuwen is weggezet als overspannen huisvrouw had ik al eens een preek gehoord van voorganger Sybrand van Dijk, een preek waar ik destijds erg van opknapte.
Dit schreef ik er toen* over:
Altijd werd bij dit verhaal benadrukt dat Maria het beste deel had gekozen.
Maar als je geen Maria bent maar een Martha valt er niet veel te kiezen.
Vanmorgen in de viering in Op de Helte hoorden we van voorganger Sybrand van Dijk een nieuwe visie waar deze bloggende Martha mee uit de voeten kan.
Je hoeft niet zo te worden als de ander; je mag bij God gewoon zijn wie je bent.
Martha wordt namelijk niet terechtgewezen door Jezus omdat ze zo druk bezig is, ze wordt aangesproken op het feit dat zij vindt dat Maria óók iets moet doen. Net als zij.
Nee dus.
Maria kiest er voor om bij Jezus te zitten en te luisteren, Martha kan dat ook doen.
Zij maakt haar eigen keuzes en hoeft niet voor Maria te beslissen of ze al dan niet aan het werk moet.

Het was niet dezelfde overdenking als zes jaar geleden, maar het waren wel woorden van gelijke strekking.
De nadruk lag nu meer op het ‘anders’ zijn.
Het blog dat ik drie dagen geleden schreef onder de titel ‘Er is maar één jij...’ paste prima bij dit verhaal.

Dit blog sluit ik af ik met het kleine gedichtje dat de dominee helemaal aan het einde van de dienst voordroeg; dat gedichtje dekt de lading van de hele viering.

Je bent zo mooi anders dan ik

natuurlijk niet meer of minder, maar zo mooi anders

ik zou je nooit anders dan anders willen hebben.

* Het hele blog uit 2019 nog even teruglezen?
Hierbij een link: Martha of Ada?
Dan weet je ook welk liedje ik gistermiddag de hele tijd in mijn hoofd had………..

Heb je de viering gemist? Je kunt hem terugluisteren of -kijken via Kerkomroep en via het You Tube-kanaal van onze kerk.

Reageren

7 juli: Mooie mix.

Voor het derde jaar op rij mochten Gerard en ik een ‘zomerzangdienst’ organiseren: gistermorgen hielden we in onze gemeente weer ‘een dienst zonder dominee’.
Het concept is eigenlijk vrij eenvoudig: we vragen de gemeenteleden van te voren om een lied op te geven dat men graag wil zingen en of ze daarbij willen vertellen waarom juist dit lied zoveel voor hen betekent.  Tien liederen stonden gistermorgen op het programma staan en een leespreek van Daniël Lohues* : de liederen en de bijbehorende verhalen vormen de inhoud van de viering.
Ieder jaar is het voor ons weer spannend; krijgen we genoeg aanvragen? Zit er genoeg diversiteit in de aangevraagde liederen? Lijken de verhalen niet te veel op elkaar?

Maar net als andere jaren hadden we ons voor niets zorgen gemaakt.
We zongen in gistermorgen in de dienst een mooie mix van nieuw en oud en luisterden naar de mooie en soms vermakelijke verhalen die werden gedeeld.
Over die ene nacht dat men in de boot op Engelsmansplaat moest overnachten, terwijl het ontzettend ging onweren en het ontzag voor Gods schepping alleen maar toenam.
Of die ochtend na de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 toen de gemeente het lied ‘Ruwe stormen mogen woeden…’ had gezongen, wat een onuitwisbare indruk had gemaakt op het meisje van 11 dat die ochtend in de kerk in Delft zat.
Of over het andere meisje van 6 in Vriezenveen dat letterlijk ‘bergen en dalen’ zag door oma’s brilletje…….

Een klein gedeelte van de cantorij was vanmorgen aanwezig om ‘Stilte nu’ te zingen bij Psalm 65 ‘De stilte zingt U toe, o Here’, we zongen het vrolijke kinderlied ‘Liefde is blij zijn’ mee met een video van ‘Nederland zingt’ en we hoorden het verhaal van iemand die getroffen was door de zin ‘lachen, huilen, vrolijkheid en pijn, álles mag er zijn’ in het welkomstlied ‘Goedemorgen, welkom allemaal’.
Bij een verhaal over ‘onze tegenwoordige wereld waarbij de geest uit de fles lijkt te zijn’ zongen we een snelle versie van ‘Geest van hierboven’ en Gerard en ik haalden herinneringen op aan de Samen-op-weg-zangdiensten toen wij nog in Hoogersmilde woonden met het Ambroziaans lofgezang.

Vier aanvragen kregen we voor het lied ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’ (416 uit het Liedboek) en alle vier de aanvragers wilden daar hun verhaal niet bij vertellen.
“Dan sta ik daar in tranen, dat wordt me te emotioneel”.
Begrijpelijk, want het wordt heel vaak gezongen in een rouwdienst bij het uitdragen van de overledene.
Een troostrijk lied waarbij we elkaar de zegen van God toezingen.
Gistermorgen was het ons slotlied en we zongen het meerstemmig met z’n allen en de ontroering was bijna voelbaar.
Zo’n zangdienst brengt altijd iets bijzonders teweeg. Mensen worden geraakt door de emoties van zichzelf maar ook van anderen en men voelt zich gesterkt én gedragen door de verhalen die gedeeld worden.

* Benieuwd naar de overdenking van Lohues? Hierbij een link een link naar het verhaal.

Heb je de viering gemist, maar wil je de verhalen en de liederen graag horen?
Je kunt de viering terugluisteren via Kerkomroep en via hetYou Tube-kanaal van onze kerk.

Reageren

1 juli: Nijhoff op zondagmorgen.

Op zondagmorgen zijn er voor mij meestal twee vaste onderdelen: om 09.00 uur het radioprogramma ‘De sandwich’ met Jacques Klöters en om 10.00 uur de kerkdienst van onze PKN-gemeente.
Dit zijn twee volstrekt gescheiden dingen die niets met elkaar te maken hebben, maar afgelopen zondag was er een link.
Klöters begint zijn programma altijd met een gedicht en zondag was dat ‘De wolken’ van Martinus Nijhoff.
Hij kondigde het aan als een bekend gedicht, maar ik hoorde het voor het eerst (ik weet amper iets van poëzie)  en het was mooi.

De wolken 

Ik droeg nog kleine kleeren, en ik lag
Lang-uit met moeder in de warme hei,
De wolken schoven boven ons voorbij
En moeder vroeg wat ‘k in de wolken zag.

En ik riep: Scandinavië, en: eenden,
Daar gaat een dame, schapen met een herder –
De wond’ren werden woord en dreven verder,
Maar ‘k zag dat moeder met een glimlach weende.

Toen kwam de tijd dat ‘k niet naar boven keek,
Ofschoon de hemel vol van wolken hing,
Ik greep niet naar de vlucht van ’t vreemde ding
Dat met zijn schaduw langs mijn leven streek.

– Nu ligt mijn jongen naast mij in de heide
En wijst me wat hij in de wolken ziet,
Nu schrei ik zelf, en zie in het verschiet
De verre wolken waarom moeder schreide –

Later op de morgen, tijdens de kerkdienst, zongen we psalm 67.
Natuurlijk kunnen we dat vanaf de beamer meezingen, maar ik heb altijd mijn eigen liedboek mee*.
En wat schetst mijn verbazing: tekst Martinus Nijhoff.

Na de dienst zocht ik thuis op internet naar informatie over Martinus.
Hij is geboren in 1894 en overleed in 1953. Hij is dus nog geen 60 jaar geworden.
Hij was één van de eerste moderne dichters van de twintigste eeuw.
Op de website KB-nationale bibliotheek vond ik deze informatie en via deze link kom je op de pagina ‘Nijhoffs leven en werk‘.
Wat een bijzondere man.

Zijn versie van Psalm 67  begint zo:

Martinus Nijhoff. Afbeelding: website KB – Nationale Bibliotheek

God zij ons gunstig en genadig.
Hij schenke ons ’t gezegend licht,
dat overvloedig en gestadig
straalt van zijn heilig aangezicht:
opdat hier op aarde
elk uw weg aanvaarde
en tot U zich wend’,
zo, dat allerwegen
ieder volk de zegen
van uw heil erkent.

En wat zongen we dan vóór de berijming van Nijhoff?

D’ algoede God zij ons genadig,
En zegen’ ons met overvloed;
Hij doe Zijn aangezicht gestadig,
Ons lichten en Hij zij ons goed;
Opdat elk genegen,
Zich aan Uwe wegen,
Op deez’ aarde wenn’;
En de blinde heiden,
Nu van God gescheiden,
Eens Uw heil erkenn’.

Wij leerden op onze basisschool (1967-1973) al niet meer de oude berijming.
Maar ik snap nu met terugwerkende kracht wel beter waarom mijn opa Vrieswijk zo’n moeite had met dat nieuwe liedboek in 1973…..voor hem waren die oude woorden zo vertrouwd, hij kon er maar moeilijk afstand van doen.

De reden waarom ik altijd een liedboek bij me heb, heb ik al eens beschreven in het blog ‘Altied laidjebouk mit…

Reageren

9 juni: Pinksteren

“Trek iets roods aan!’
Die oproep van dominee Sybrand van Dijk had ik nog even op de PKN-website gezet en heel veel mensen hadden daar gehoor aan gegeven.
Er hing een rood antependium over de avondmaalstafel (zie afbeelding links), de liturgische bloemschikking stond op een rode ondergrond en de cantorijleden hadden ook overwegend rode kleren aan.
We begonnen de viering met het zingen van lied 672 ‘Komt laat ons deze dag’, een pinksterlied geschreven door J.S. Bach. Karel had daar voor de tenor- en de altpartij een nieuwe bewerking van gemaakt, dus zijn naam stond prominent onder die van de grote meester op ons muziekpapier; zie daarvoor de afbeelding rechts.

Afgelopen week schreef ik een verhaal over de repetitieavond van onze cantorij; daarin schreef ik o.a. dat het hard werken is.
Toen wij gistermorgen voor de dienst gingen inzingen ging het niet allemaal goed. We moesten meer dan de puntjes op de i zetten: de i stond er bij wijze van spreken nog maar half.
We hadden na de cantatezondag maar drie repetities gehad en we hadden zo’n  grote hoeveelheid muziek voor de pinksterdienst gekregen, dat het niet is gelukt om het er allemaal goed in te krijgen. Daar komt bij dat we de Marcus-mis zongen tijdens deze viering. Dan heb je een gezongen kyrië, credo etc. Ik zeg het maar eerlijk: dat heeft helemaal niet mijn voorkeur. Vorige week hoorde ik ook al iemand in mijn buurt mopperen ‘ik vind het wel heel Rooms aandoen allemaal..’
Dat werd nog eens versterkt door de term ‘communie’ die in de orde van dienst stond toen we brood en wijn deelden.
Maar…. als je op een koor zit zing je soms ook een lied dat je helemaal niks vindt, dat hoort er nu eenmaal bij, ‘dus Vrieswijk’ spreek ik mezelf dan toe ‘je doet maar een beetje je best’.

Omdat we zoveel moesten zingen was er bij mij gistermorgen geen ‘Pinksterbeleving’. Waar ik anders wel eens wordt opgetild door de muziek en/of de woorden, was ik nu vooral bezig met ‘wat moeten we nu zingen, één- of meerstemmig en gaat het allemaal een beetje goed?’
Zelfs het avondmaal, wat anders altijd een rustpunt is in de viering, verliep deze keer rommelig.
Daniël Lohues zou zeggen: “Ie kunt niet altied zes gooien!’

Eigenlijk vieren wij met ons gezin altijd in het pinksterweekend de Gradagen; dit jaar zouden we met onze kinderen meedoen aan het Buitenkunst Pinksterweekend Drenthe, maar dat ging wegens omstandigheden niet door.
De Gradagen vierden we vanwege die omstandigheden al in april en toen hadden we prachtig weer.
Gistermiddag kwamen we met z’n achten bij elkaar in Almelo voor het vieren van een verjaardag en constateerden dat het qua weer achteraf maar goed was dat we nu niet met Pinksteren in Westerbork zaten: het kwam met bakken uit de lucht. Nu genoten we met elkaar van hazelino’s, een ‘lekkere plank’, van elkaars foto’s, van een grote zak patat en ……natuurlijk van elkaars gezelschap. Geen pinksterbeleving, toch een mooie pinksterdag.

Reageren

18 mei: Première!

Vanmorgen om 08.45 uur werden de cantorijleden in de kerk verwacht: inzingen voor onze medewerking aan de ‘Cantate’-dienst.
Karel wachtte ons stralend op. “We hebben vandaag de première van Psalm 98!”
Even uitleggen.
‘Cantate’ is Latijn voor ‘zingt’! De vierde zondag na Pasen (dit jaar dus 18 mei) heet zondag ‘Cantate’ en de psalm voor deze zondag is 98 ‘Zing voor de Heer een nieuw lied!’: we delen met elkaar het plezier in het zingen.
Karel had voor deze zondag een mooie maar moeilijke bewerking gemaakt van deze psalm.
Het eerste couplet werd gewoon gezongen en het tweede zong de cantorij in de bekende zetting van Goudimel.
Voor het derde couplet had Karel een geheel nieuwe zetting geschreven, waarbij mannen en vrouwen door elkaar heen zingen en bij het vierde couplet was de hoofdrol weggelegd voor de organist (in casu Erwin Wiersinga) en de gemeente.
Voor Karel dus een première van zijn zelf geschreven stuk.

We hebben ons de blubber geoefend op dit stuk en met name op het derde couplet met oefenfiles en 118.000 keer herhalen.
Maar het was de moeite alleszins waard, want we hebben psalm 98 echt gevierd met elkaar vanmorgen.
Ontroering overviel me bij het vierde couplet, waarbij gemeente, organist en cantorij samen ‘alle zeeën en alle landen oproepen om Hem te prijzen met een blij geluid’.
Ook de andere liederen die we zongen pasten goed bij deze zing-zondag, maar met mijn liefde voor zang en muziek had ik ook een preek over dat onderwerp verwacht en dat was helemaal niet het geval.

Aan het begin van de kerkdienst zei dominee Sybrand van Dijk al: “We kunnen er niet omheen: we moeten het over Israël hebben.”
Het hete hangijzer Israël.
Waar je als christen je ogen voor uit je hoofd schaamt.
Waarbij je moeite hebt met al die moeilijke bijbelpassages waarin wordt opgeroepen tot oorlog, uitroeien, vernietigen en waarin haat wordt gezaaid.
Wat moet je er mee.

“We hoeven het niet eens te zijn, maar we moeten het er wel over hebben.”
En zoals altijd kwamen we nu ook weer uit bij de slachtoffers aan beide kanten; geweld lost nooit iets op.
Worstel je net als ik met je houding ten opzichte van Israël? Luister dan vooral naar de overdenking van onze voorganger.
Je kunt de dienst terugkijken/luisteren via Kerkomroep en via het You Tube-kanaal van onze kerk.

Doe me een lol en luister dan ook even naar de uitvoering van Psalm 98 waar Karel zoiets moois van heeft gemaakt én laat je troosten door de tekst van het slotlied met de woorden van André Troost. In de laatste regels zongen we: ‘Dat wij dan elkaar beminnen zó dat zelfs de dood niet scheidt; niets kan liefde overwinnen, liefde heeft de eeuwigheid.’

Reageren

Pagina 2 van 56

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén