een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Kerk & gemeente Pagina 34 van 50

Kerkdiensten, bijeenkomsten van de PKN-gemeente Roden-Roderwolde

26 oktober: Spaghettimix. In onze gemeente

Zondagmorgen ging Gerard naar de kerk; ik niet. Moe, hoofd vol, even pas op de plaats.
Maar ik luisterde wel naar de viering via Kerkomroep.
Het was een ‘Ik zie jou-viering” en er werd gedoopt.

Met mijn beschuitje en kop thee zat ik te werken aan mijn website.
De gemeentezang is nooit erg fijn om naar te luisteren; ik zing, zittend tussen de andere gemeenteleden, liever zelf mee, maar dat doe je niet in je eentje.
Voor de preek werd er een kinderliedje gezongen.
‘Een parel in Gods hand’ van Elly en Rikkert Zuiderveld.

De tranen zaten al los na een week van rouw en afscheid en dit lied ontroerde me.
Niet dat het mooi werd gezongen. Helemaal niet. Je moet dit lied eigenlijk niet met de hele gemeente zingen, het mooist is met een klein groepje kinderen.
Maar het was prachtig dat dit lied een plaats kreeg in een viering in onze gemeente.
In de jaren negentig zongen wij dit liedje ook al met het kinderkoor, maar dat was voor de toenmalige gemeente geen onverdeeld genoeg.
Een lied over knoeien met spaghettimix werd als enigszins oneerbiedig ervaren.

Maar het lied gaat helemaal niet over spaghettimix.
Het lied zegt dat je van waarde bent.
Dat je een parel in Gods hand bent.
Klik hier >>> voor een video op YouTube.

Het staat op de CD ‘Bellen Blazen”
Hieronder de volledige tekst.

Een Parel In Gods Hand
Tekst & Muziek: Elly & Rikkert Zuiderveld

Weet je dat de Vader je kent
Weet je dat je van waarde bent
Weet je dat je een parel bent
Een parel in Gods hand
Een parel in Gods hand

Ze zeggen allemaal: je kan niks doen, je bent een oen
Ze trekken altijd aan m’n paardenstaart, ik ben niks waard
Nou heb ik weer de ranja omgegooid, ik leer het nooit
M’n moeder luistert nooit als ik wat zeg, ‘k heb altijd pech, ik ga maar weg

Weet je dat de Vader je kent…

Ik snap alweer niks van die rare som, ik ben zo dom
M’n bloes zit onder de spaghettimix, ik kan ook niks
Al noemt de hele klas me chagrijn ik mag er zijn
Al zegt m’n broertje steeds “wat stout ben jij”: God houd van mij, God houdt van mij

Ik weet dat de Vader mij kent
Ik weet dat ik van waarde ben
Ik weet dat ik een parel ben
Een parel in Gods hand
Een parel in Gods hand

Reageren

9 oktober: “Ik smoor het stemmetje….”

Zondagmorgen. Gerard moest al op tijd weg om de activiteiten markt van de ZWO voor te bereiden. De Canadese gasten gingen koffiedrinken bij een ander familielid en om 9.45 u wandelde ik naar Op de Helte voor het bijwonen van de wekelijkse viering van onze PKN-gemeente. Toen ik naast Gerard zat zei hij dat hij een schilderij wilde kopen; in de hal waren de kunstwerken te bewonderen die zijn gemaakt voor de ZWO-kalender van 2018.
O?
Zonder overleg?!?
Toen ik na de viering ging kijken welke hij bedoelde snapte ik het meteen; inmiddels heb ik al met de kunstenares afgesproken dat wij hem na de tentoonstelling van haar kopen.
We zeggen nog even niet welk kunstwerk het is.

De viering stond in het teken van de gelijkenis die Jezus vertelt over iemand die een wijngaard aanlegt. Hij stelt pachters aan die de wijngaard voor hem beheren. Als hij vervolgens knechten stuurt om de oogst op te halen worden die knechten mishandeld en vermoord. Als hij tenslotte zijn zoon stuurt wordt die ook vermoord.

Recht en onrecht.
Rechtsbetrachting of rechtsverkrachting.
De preek kwam akelig dichtbij onze huidige maatschappij. De predikant fileerde de uitspraken waarmee wij dagelijks door politici, bankiers en ondernemers om de oren worden geslagen.
En dat schuurde.
Dat voelde erg ongemakkelijk.
Want welke rol spelen wij in onze maatschappij?
“Het gaat toch goed? ”
Waarom is de voedselbank dan nog nodig?

De voorganger vertelde over het stemmetje van zijn geweten.  Over je eigen rol.
“Eigenlijk zou ik….maar het geeft zo’n gedoe….”
De dominee was heel eerlijk.
“Ik smoor het stemmetje. Het is te moeilijk. Wat moet ik nou met een verhaal over honing die bol staat van insecticiden.”
Benieuwd naar het hele verhaal van Meijles? Luister dan hier Kerkomroep >>> naar een weergave van viering. De preek begint bij 39.00 minuten. (Op de Helte, zondag 8 oktober, klik op luisteren, dan met het ’tijdbolletje’ schuiven naar 39.00).

De organist speelde na de uitleg een bewerking van het lied “Wat zijn de goede vruchten. die groeien aan de geest?’
Dat lied had eigenlijk na de preek gezongen moeten worden. Want wat zijn de goede vruchten? Op internet vond ik een mooie afbeelding met een opsomming.
Tijdens de koffie sprak ik met Netty over deze preek. Ze zei:
“Wat moet je met alle onrecht in de wereld. Wat kun je er als individu aan doen? Ik probeer maar op mijn eigen vierkante meter het goede te doen. Daar heb ik m’n handen al vol aan. Mijn moeder zei altijd: Breng maar eens een pannetje soep naar je zieke buurvrouw. ”
Spijker op z’n kop.
De spijkers kwamen deze zondag nog eens voorbij, daarover meer in het blog van morgen.

PS. Na de koffie sprak ik Jaap. Hobby-imker. Hij was verdrietig omdat de honing en de bijen zo negatief in het nieuws waren gekomen.
“Bijengif in de honing!” schamperde hij. “Bijengif krijg je in je lichaam als de bij je prikt en zit beslist niet in de honing.”
Zo ist.
Allemaal naar Jaap voor honing.

Reageren

6 oktober: Een warme jas. Over mantelzorg.

Al een paar maanden zijn mijn broer, schoonzus, Gerard en ik mantelzorger voor mijn moeder. Heel langzaam ging haar gezondheid achteruit, tot ze eind augustus wat ongelukkig kwam te vallen, toen ging het ineens heel hard. Een week sukkelen in huis, twee weken opgenomen in De Boshof  (zie 19 september >>>) en nu is ze al weer twee weken thuis. Met alle georganiseerde hulp om haar heen is het te doen, we begeleiden haar met elkaar tijdens het laatste stukje van haar leven.

In het boekje “Samen-ver-binden” met daarin alle activiteiten van onze Protestantse Gemeente in het seizoen 2017/2018 werd op 2 oktober een avond aangeboden met als titel “Een warme jas”. Het is de titel van een boek voor mantelzorgers, geschreven door Ineke Ludikhuize (zie >>>>).
Schrijfster Ineke kwam die avond naar Roden voor lezing over dit onderwerp. Toen het boekje in de brievenbus viel had ik niet bedacht dat ik naar deze avond toe zou gaan.
Toen kookte mijn moeder namelijk nog zelf en deed ze haar eigen huishouden.

Sint Martinus van Tours

De hal van Op de Helte was goed gevuld met mantelzorgers en geïnteresseerden.
‘Mantelzorg’ is een term die is afgeleid van het verhaal van Sint Maarten, die de helft van zijn jas aan een bedelaar gaf. “Let wel” zei Ineke “de helft hè? De andere helft hield ie voor zichzelf!” En dat was gelijk het eerste goede advies dat we van haar kregen: Blijf vooral ook goed voor jezelf zorgen.
In de lezing vertelde Ineke ons van alles over haar eigen ervaringen, ze gaf tips, waarschuwde voor valkuilen en gaf een paar waardevolle adviezen.
– Bewaak je eigen grenzen, eet en drink gezond en beweeg voldoende.
– Zeg ook maar eens ‘Nee, dat wordt me te gek.’ Je kunt niet alle zorg op je nemen, er wordt dan vaak wel een andere oplossing gevonden.
– Maak goede afspraken met je werkgever.
– Kun je niet zelf mee naar een afspraak in het ziekenhuis? Laat het gesprek dan opnemen met een I-phone of I-pad.
– Neem niet alles uit handen van andere zorgverleners (arts, apotheek, Icare). Je kunt ze met je geregel en gebemoei ook voor de voeten lopen. (Dit was voor mij wel een eye-opener…..).

Wat een goede avond. Er werd veel gedeeld en we hoorden schrijnende verhalen. Wat ik heb geleerd is dat mantelzorgen voor een ouder al moeilijk is, maar mantelzorger voor je partner is vele malen zwaarder. Hoe zwaar wordt je relatie dan op de proef gesteld.
Ineke had natuurlijk ook geen pasklare oplossingen. Wat in ieder geval helpt is hulp vragen, hulp accepteren en er met anderen over praten.
En dat deden we.
Taakgroep Vorming & Toerusting: bedankt.

Reageren

2 oktober: Bijna Z.O.Z.

Het was al vol in de Catharinakerk toen wij gistermorgen binnenkwamen. Er was nog plaats in ‘het Herengestoelte’: de zogenaamde Kymmelbank waar de bewoners van Mensinge altijd zaten. Bert (die er al zat) en ik waren het er roerend over eens dat het volkomen terecht was dat wij in deze bank zaten.
Voelde goed. Zat wat minder trouwens. ……

Hinsz-orgel in de Catharinakerk Roden

Het dreigde even een ‘z.o.z.-dienst’* te worden.
Er was bij het orgel iets met de toevoer van lucht; zonder lucht geen adem, zonder adem geen orgelmuziek. Vlak voor we de aanvangspsalm zouden inzetten hoorden we een klein riedeltje noten. Opluchting alom.

In de viering stond de gelijkenis centraal van de vader die aan zijn twee zonen vraagt om in zijn wijngaard te gaan werken. De ene zoon zegt “Nee!” maar krijgt achteraf spijt en gaat toch. De andere zoon zegt “Ja, dat is goed, vader”  maar gaat bij nader inzien toch maar niet. Jezus vraagt aan de Farizeeën en schriftgeleerden welke van de twee zonen de wil van de vader heeft gedaan.
Jezus vertelt deze gelijkenis tijdens een discussie met de Farizeeërs. Zij hebben de macht over het volk maar Jezus heeft autoriteit, hij wint steeds meer terrein en de schriftgeleerden zien hem als een bedreiging. De predikant zei hierover: “Macht is gebaseerd op angst, autoriteit op respect. En in sommige gevallen liefde.”

Zeg je wat je doet?
Doe je wat je zegt?
Sta je voor je eigen normen en waarden en draag/straal je dat uit?
Wat mij is bijgebleven uit het verhaal van de voorganger is de opmerking dat je altijd op je schreden kunt terugkeren. Dat je niet meer alles in orde kunt maken, maar dat je wel andere keuze’s kunt maken.
In het gebed vroeg hij aandacht voor de toestand in de wereld.
“Dat de milde mensen mogen winnen van de harde koppen.”
Met afgrijzen zie ik dan ‘de harde koppen’ van Trump en Kim Jung Un in mijn hoofd, maar die harde koppen zijn alom vertegenwoordigd, ook in Roden en Groningen.

Na de preek waren we blij dat het orgel het weer deed, want Arjan Schippers speelde een prachtige versie van het lied Shaloom Chaweriem in het kader van ‘Israëlzondag’.
Na afloop wensten we de mensen om ons heen een fijne zondag en wandelenden naar huis. Een beetje stram van het deftige zitten. Volgende keer weer op een gewone stoel.

*z.o.z. = zonder orgel zingen.

Reageren

4 september: Een teorbe als cadeautje.

In de viering van gistermorgen kregen we als PKN-gemeente een cadeautje. Jacolies en Bert Schutte vierden maandag 28 augustus hun 40 jarige huwelijk. In de kerk zaten de kinderen, familie en vrienden van het echtpaar en in de viering was er af en toe even aandacht voor dit jubileum.

Het cadeautje werd door het bruidspaar aangeboden; het was een muzikale bijdrage van Elisabeth Hetherington >>>,  sopraan, David Mackor >>>, teorbe en Aart Schutte >>> (‘zoon van’ en tenor).
Toen ik de aankondiging las dacht ik “Teorbe?”
Typefoutje misschien?
Maar nee, het is een muziekinstrument (zie >>>).
Een groot muziekinstrument dat het midden houdt tussen een gitaar en een luit.
Muisstil was het in de kerk als er door hen werd gezongen en gemusiceerd.
Zonder microfoons, heel puur was het; middeleeuws deed het aan. Het cadeau was aan mij wel besteed!

Zoals wel vaker had ik gistermorgen het gevoel dat de overdenking voor mij geschreven was.
“Je kunt het niet alleen” was het thema. Als mens wil je altijd alles graag zelf doen; als kind heb je bij je ontwikkeling eerst de hulp van je ouders nodig en als je oud wordt heb je hulp nodig in de vorm van rollator en tafeltje dekje maar ook van je medemens.
Daar zat ik dan met de toestanden rond mijn moeder nog vers in het geheugen.

Eén zin uit het verhaal van de dominee bleef me bij.
“Liefde niet als een gevoel maar als praktische ondersteuning”. De hele week stond bol van praktische ondersteuning. Liefde voor je ouders is onvoorwaardelijk en het doet iets met je om je moeder zo te zien worstelen met de voor haar afschuwelijke omstandigheden.
Mijn kinderen hielpen mij dit weekend waar nodig. Eentje sopte mijn wc, een ander deed mijn was (want de wasmachine ging kapot) en weer een andere dochter zette koffie/thee en hielp met  opruimen.
Ik voel me gezegend met begripvolle kids en een ondersteunende echtgenoot.
Bij de zegen vroeg de predikant of we elkaar de hand wilden geven .
Toen kwamen de tranen toch nog……..je kunt het niet alleen. We hebben elkaar nodig.

Reageren

21 augustus: Mede mogelijk gemaakt door…..

De wekelijkse viering van onze PKN-gemeente werd gistermorgen gehouden in de Catharinakerk. Sinds ik daar regelmatig als vrijwilliger bezoekers iets vertel over de geschiedenis van de kerk kijk ik met andere ogen naar het gebouw.
Als liefhebber van geschiedenis kon ik gistermorgen mijn hart ophalen.

De predikant had eerst al aandacht voor drie kinderen op de eerste rij; het gezin was te gast in onze gemeente. Hij nam ze mee naar de preekstoel en wees ze op het prachtige houtsnijwerk. Een paradijsvogel was er in te zien. En aardbeienplantjes. Een leeuw. En veel eikenbladen. Hij legde uit dat dat kwam omdat in de oudheid, voordat het christendom zijn intrede deed, eiken vaak onderdeel uitmaakten van het religieuze centrum van het dorp. Daar was vaak een offerplaats en onder de grote, oude eiken werd rechtgesproken.

Zijn overdenking begon hij met een verhaal over de grote kerk van Elst, waar hij vroeger kerkte. De gemeenteleden worden  daar ’s morgens welkom geheten ‘op deze historisch religieuze plaats’. Op die plek stond in de prehistorie namelijk al een openluchtheiligdom van de Bataven en in de Romeinse tijd stond er een gallo-romeinse tempel (zie afbeelding links)
Op de fundamenten daarvan is het huidige kerkgebouw gebouwd. (meer info zie >>>)
Dit alles gelardeerd met beelden: ik hing aan zijn lippen.

De strekking van zijn verhaal was dat geloofsgemeenschappen altijd een mengvorm zijn van oude tradities en vernieuwingen. Het is onze taak  om niet al te halsstarrig vast te houden aan wat belangrijk was in  het verleden, maar ook oog te hebben en ruimte te maken voor vernieuwingen. “Bestrijdt elkaar niet te vuur en te zwaard” waren zijn woorden. Wat nu nieuw is, is over vijftig jaar al weer vreselijk achterhaald. Koester wat je had, maar sta open voor het nieuwe; het geloof blijft op die manier in beweging.

Eén aspect uit de viering (een voor mij geheel nieuwe zienswijze) zal ik onthouden voor de rondleidingen in de Catharinakerk in de toekomst.

tekst: ‘Zingt Roden! Hoppincks naame en God ter eer!’

De voorganger vroeg aan de kinderen: “Hoe zou je het vinden als in deze kerk een groot bord van Coca Cola zou hangen? Of dat de ouderling van dienst aan het begin van de viering zou zeggen: “Welkom in deze viering, mede mogelijk gemaakt door Coca Cola!”
Dat zou natuurlijk heel raar zijn, vonden de kinderen ook.
Maar toen wees de dominee naar het wapenschild in het herengestoelte ‘De Kymmellsbank en naar de schilden bij het orgel met de naam van Mw. Hoppinck.
“Het koor van de kerk, betaald door de familie Ellents en Oldenhuis van Mensinge.
Het orgel, mogelijk gemaakt door mw. Hoppinck.”
Toen was reclame in de kerk dus heel gewoon.

Ineens ga je je afvragen: hoe zou de kerk er dan over vijftig jaar uit zien?
Dan ben ik 106………

Reageren

15 augustus: Zoveel sleutels……..

Drie keer heb ik nu als vrijwilliger bezoekers iets mogen vertellen over de Catharinakerk, afgelopen zaterdag had ik weer ‘dienst’; en wat is het leuk! Niet alle bezoekers zijn even geïnteresseerd. Sommigen komen de kerk binnen omdat die toevallig open is. Lopen even de kerk in, werpen een blik op het interieur, roepen in het voorbijgaan  naar de deur “Mooie kerk, hoor…!” en wandelen het mooie weer weer in.

Maar de meeste gasten vinden een foldertje met basisinformatie fijn, stellen een kleine introductie op prijs of komen met gerichte vragen. Tijdens de openstelling is er ook altijd een organist die het historische Hinz-orgel bespeelt. Heel af toe mag een nieuwsgierig kind even bij het orgel kijken. Dan hoor je ineens ‘Altijd is Kortjakje ziek’ of zoals zaterdag ‘Op een grote paddestoel……’

Het mooist zijn de gesprekken met mensen die  tijd hebben om even te genieten van de sfeer. Hele verhalen hoor je soms. Afgelopen zaterdagmiddag was er een mevrouw die de kerk kende als ‘kind van de dominee’; ze was de dochter van ds. Kramer die aan onze gemeente verbonden was van 1947 tot 1968.
Halverwege de openstelling is er even tijd voor een kop koffie/thee. Dan gaat het eigenlijk altijd over geschiedenis; van de kerk, of van Roden of Nederland.
Ik zit erbij met ‘oren op stokjes’.

Afgelopen zaterdag kwamen er om vijf voor vijf nog twee zeer geïnteresseerde mensen. Maar om half vijf gaat de kerk eigenlijk al dicht, dus we moesten ze teleurstellen.
Vond ik sneu. Dus ik stelde hen voor om zondagmorgen na de viering nog een keer langs te komen rond kwart voor elf, dan zou ik ze de kerk nog even laten zien.
Halverwege de zaterdagavond kwam ik er achter dat de viering zondagmorgen in Op de Helte was.
Voor 9 uur belde ik koster Didy, zij zou haar best doen om sleutels voor mij te regelen.  Na 9 uur plakte ik een briefje op het informatiebord.

Halverwege het slotlied verliet ik Op de Helte en spoedde mij naar de Brink. En ja hoor, daar waren de bezoekers van gisteren uit Leiden. Met nog twee Zeeuwse dames die toevallig aan kwamen lopen.
Maar helaas: ik kreeg het zijdeurtje niet open. Vanuit de kerk hoorden we orgelmuziek, er stond een herenfiets tegen de kerkmuur geparkeerd en de sleutel zat waarschijnlijk aan de binnenkant van het slot. Met de grote sleutel kreeg ik de voordeur nog wel open, maar de binnendeur daarna was vergrendeld aan de andere kant. Zoveel sleutels …….we konden door het glazen ruitje naar binnen kijken en verder kwamen we niet.

Gelukkig had ik mijn eigen boekje met foto’s en informatie bij me. In het zonnetje mocht ik nog een heleboel vertellen over de kerk en over Roden.
Er werden nog wat foto’s gemaakt en ik werd bedankt voor mijn verhaal en mijn enthousiasme.
Naar aanleiding van mijn verhalen gingen ze ’s middags naar Mensinge.
Ik hoop maar dat ze daar wel in konden….!

Reageren

14 augustus: Lied gemist.

Gistermorgen in de viering van onze PKN-gemeente hoorden we twee verhalen die te maken hadden met zee en verdrinking. Het eerste verhaal uit het oude testament ging over Jona, die door God naar Ninevé wordt gestuurd. Hij ziet dat niet zitten, vlucht op een boot naar Tarsis, maar wordt tijdens een storm (nadat het lot is geworpen) als ‘schuldige’ overboord gezet en opgeslokt door een grote vis.
Voor de kinderen was er een filmpje met een liedje van Elly & Rikkert, maar het geluid deed het niet.
Liedje toch graag horen? Klik hier >> voor een video op YouTube.

Mattheus vertelt in het nieuwe testament dat Jezus over het water loopt. De discipelen in hun boot denken een spook te zien, maar zodra Petrus Jezus herkent stapt hij in vertrouwen uit de boot en ‘loopt’ naar Jezus toe. Als hij vlak bij hem is dreigt hij te verdrinken, maar Jezus pakt zijn hand en redt hem.
Voorganger Astrid legde mooie verbanden tussen beide verhalen en wees ons op de verwijzingen naar de Psalmen die Jona in zijn nood uitroept.
De essentie van haar verhaal was: vertrouw op God bij storm en tegenwind.
Ook al zinkt de moed je in de schoenen: houdt moed, zijn naam is Ik ben er, hij laat je nooit alleen.

Het slotlied was lied 416, Ga met God. Mooi lied, maar ik had graag bij deze viering het zeer toepasselijke ‘O, eeuw’ge Vader, sterk in macht’ willen zingen (het Engelse origineel heet ‘Eternal Father’),  waarbij de laatste zin is ‘wil verhoren onze bee, voor hen die zijn in nood op zee’.   Dat zei ik zacht in de oren van Dick en Jannie die voor mij zaten, ik weet dat zij dat lied ook erg op prijs stellen. Het heeft een melodie waarbij je vanzelf een brok in je keel krijgt. Je kent het vast wel , hierbij een link naar een Youtube-filmpje >>> (orgelspel vooraf duurt wel wat lang….)
“Dat staat niet in het nieuwe liedboek” bromde Dick achter zich.
Huh? Waarom niet?
Eenmaal thuis zocht ik op internet naar meer informatie.
Het is inderdaad niet meer opgenomen in het nieuwe liedboek.
Ik vond wel heel veel informatie met filmpjes enzo op deze Kerkliedwiki-website; beslist de moeite waard om daar even op te kijken.

Uit mijn oude liedboek haalde ik dit lied en plakte het achter in mijn nieuwe liedboek.
Samen met Dick beginnen we vandaag met de actie: “het zeelied staat niet in het liedboek maar kan wèl op de beamer!”
Zegt het voort.

Het tweede en derde couplet van het slotlied heb ik overigens gemist.
Morgen vertel ik waarom in het blog ‘Zoveel sleutels……’

Reageren

7 augustus: Een mens’lijk gezicht.

Ieder jaar werken we een zondagmorgen mee aan een openlucht IKR-dienst in de bossen van Norg. (zie 14 augustus>>> voor een verslag van 2016.).

Vanuit alle windstreken komen de kerkgangers; de gemeente bestond gistermorgen uit zo’n 150 gelovigen met uiteenlopende achtergronden qua kerk en geloof, maar die grenzen verdwijnen als we op de plastic stoeltjes op de zanderige bosgrond zitten.

‘Broodnodig’ was het thema van de viering, waarin Ineke Hoffman voorging.
Na het inzingen gingen we nog even een kop koffie drinken in de unit.
Daar lag al een groot wittebrood te wachten, dat één van de medewerkers in onvervalst Fries de uitspraak ontlokte: “Wat mot d’r mei die bôle?!’
De voorganger combineerde in de viering  het manna dat het volk Israël kreeg in de woestijn (in het oude testament)  met de uitspraak van Jezus in het nieuwe testament: “Ik ben het brood des levens.”
‘Die bôle’ werd meegenomen door de kinderen naar hun kindernevendienst even verderop in het bos en wij hoorden dat Jezus bedoelt dat wij niet kunnen leven van brood alleen.
Wij hebben verdieping nodig en hij vergelijkt zichzelf met brood; levensbrood.
Het gaat hierbij niet om maagvulling, maar om voeding voor je geestelijk leven.

De vakantie is bij uitstek geschikt om eens uit de ‘rat-race’ van het dagelijks leven te stappen en na te denken over hoe je in het leven staat.
Ineke gebruikte een mooie beeldspraak: “Jouw ‘levensbrood wordt doorkneed en doordesemd met gist, daar groei je van. Deel uit van wat je zelf ten deel valt, wees dat brood voor de mensen om je heen. Luister, sla een arm om iemand heen, help en hou niet alles krampachtig voor jezelf.”

Wij sloten ons optreden af met een lied dat mooi bij het thema van de dienst aansloot: ‘Behoed en bewaart u ons lieve God’ (een vertaling van La paz de señor).
De tekst van het tweede couplet is:
Behoed en bewaart u ons, lieve God , wees met ons in al het lijden.
Wees warmte en licht, een mens’lijk gezicht, nabij ons in donk’re tijden.

Die warmte en dat licht, dat mens’lijk gezicht, dat zijn wij.
Dat hadden we predikant net horen zeggen.

En toen was er koffie; altijd bere-gezellig.
We stonden met elkaar in het zonnetje te genieten van de koffie en van de gesprekken met elkaar. Er waren vrienden, er waren cantorijleden, er waren buren, gemeenteleden, zoals ik al schreef: mensen uit alle windstreken.
Eén van de gemeenteleden vertelde dat haar man 90 was geworden en dat ze met kinderen, klein- en achterkleinkinderen een feest had gehad.
“Het hele volkje verzamelde zich op Nienoord….”.
Wat een zegen als je op je 90e met je eigen ‘volkje’ nog zo kunt genieten van je verjaardagsfeest!

Reageren

27 juli: HET VIRUS!(1.) Nu al…..?!

Vorig jaar op 24 september schreef ik over het besmettelijke virus dat zich rondom de vierde dinsdag van september door Roden verspreidt. (lezen? zie 24 september >>>)
Het virus kreeg ons wel te pakken, maar wij waren er al lang niet meer zo ‘ziek van’ als toen onze kinderen nog als figuranten op de Rodermarktwagen van de school zaten en wij als ouders dus actief meebouwden. Die tijd lag ver achter ons. Dachten wij.

Vorig jaar kregen wij in onze PKN-gemeente een nieuwe dominee met de naam Walter Meijles. Die stond op 24 september in het publiek bij de Rodermarkparade en stelde vervolgens de retorische vraag: “Waarom bouwen we eigenlijk geen wagen met de kerk?”
Op een retorische vraag wordt geen antwoord verwacht, dus dat werd door de gemeenteleden ook niet gegeven. Er werd hooguit een wenkbrauw opgetrokken en hier en daar werd de dominee zelfs achter zijn rug om uitgelachen.
“HAHAHAHA! Goed idee! Doen we niet!” en ieder ging weer over tot de orde van de dag.

Maar nieuwe bezems vegen schoon.
De aanhouder wint.
Hij is niet voor één gat te vangen.
Zomaar wat spreekwoorden die mij bij dit blog te binnen schieten.
Want wat is de realiteit? Gerard is twee avonden in de week weg. Naar de wagenbouw.
Ik breng één keer in de week koffie. Naar de wagenbouw waar zo een man of zes, zeven aan het zagen, timmeren en lassen zijn.
Er is een kledingteam druk aan het naaien. Voor de wagenbouw.
We zijn met het knutselteam aan het verzamelen en maken van materialen. Voor de wagenbouw.

Vandaag plaatste ik een wervende tekst op de website van onze PKN-gemeente (zie >>>)
Ook maakte ik een uitdeel-flyer voor het knutselteam met de vraag om helpende handen, restjes garen en haaksters die rondjes willen haken; op die flyer staat ook een  patroon hoe je het rondje kunt haken. We horen steeds meer mensen die enthousiast worden en mee gaan doen. Het virus waart door Roden en heeft ons nu al te pakken!

Stiekem geniet ik er van.
Want, o ….. wat werd er altijd gezeurd tijdens die wagenbouwperiode.
Maar o……wat was het altijd gezellig!

Reageren

Pagina 34 van 50

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén