een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 72 van 263

1 mei: Weekje vakantie.

Vorige week las je zoals gewoonlijk  iedere dag een blog, maar die stonden allemaal al een week klaar: we vierden  een weekje vakantie in Casa Grada*  in Westerbork.
Daar hebben we geen vaste computer. Natuurlijk heb ik dan mijn tablet mee, maar het linken en plaatsen van afbeeldingen handigt mij op dat apparaat niet zo. Je las dus niet de actuele waarde van de dag, maar die van voorgaande dagen.

Maar ook als ik er niet over schrijf hebben mijn dagen waarde. In Westerbork schreef ik een aantal blogs over ons weekje vakantie. Eenmaal thuis maakte ik de verhalen af met links en foto’s, dus de komende dagen lees je tussen de actuele blogs door over o.a. Koningsdag en de Drentse Tulpenfietsroute.

Driekwart jaar mogen we ons nu eigenaar noemen van ons vakantiehuis. Inmiddels weten we de weg in het huis en in Westerbork.  In de ruimtes achter de knieschotten staan kratten met spullen die we dagelijks gebruiken en die we dus niet iedere keer hoeven mee te nemen uit Roden, zoals daar zijn Maggi, gasaansteker, nootmuskaat en vaatwastabletten. En theedoeken.  En talloze andere dingen die op het lijstje ‘Dit-is-al-in-Westerbork’ staan. Waren we in het begin een halve dag bezig om in te pakken voor een paar dagen Westerbork,  tegenwoordig hebben we aan een dik uur genoeg.

…. lammetjes bij de Börkerstroom….

Fietsend en wandelend verkennen we heel langzaam de omgeving van Westerbork. Langzaam,  want als we daar zijn willen we ook handwerken, lezen en  puzzelen. Inmiddels heeft Gerard lampjes bij het trapje naar het terras aan het meer neergezet. Bijna iedere avond gingen we om 23.00 uur bij het water  zitten. Jas aan,  sjaal om, sterren kijken.  Als we niet praten is het dan helemaal stil; steeds weer een sensatie. Dat komt natuurlijk ook omdat het geen hoogseizoen is en het park niet vol zit; in de zomer hoor je veel meer pratende en lachende mensen. De vorige eigenaren hadden nog wat spullen laten staan achter de schotten.  Zo vonden wij een aantal fakkels, waarvan we er op een avond twee uitprobeerden.  Ze brandden als een fakkel ;).
De rest bewaren we voor een avond waarop we er met ons voltallige gezin van kunnen genieten.

En verder…. hebben we vooral genoten van de vrije tijd.
We kregen nog wat bezoek van familie die ons huis nog niet hadden gezien, we zagen de bomen en struiken langzaam groen worden, we bewonderden de lammetjes in het weiland achter ons aan de Börkerstroom en we sloegen het drukke gedoe van mussen, koolmezen en merels gade.
Lente in Drenthe.

* Meer weten? Zie info.

Reageren

30 april: Nu nog?!? – 11 Roepende harten.

Inmiddels heb ik meer dan de helft van het beugeltraject gehad.
Zo’n ding zorgt ervoor dat je je meer bewust wordt van wat je eet en wanneer.
De plastic bitjes gaan uit bij de maaltijden en als ik een feestje heb doe ik hem gewoon een avond niet in.
Maar voor de rest heb ik vrij consequent die beugeltjes om mijn gebit zitten.

Als er tussendoor iets wordt aangeboden, wat regelmatig gebeurt, sta ik voor een dilemma: haal ik mijn beugel er hiervoor nu uit of niet?
Is het antwoord ‘ja’, dan loop ik even naar een toilet, want ik haal de bitjes er niet uit in gezelschap.
Mensen schrikken daar namelijk van.
“Jeetje! Heb je een kunstgebit?”
Nee.
En wanneer haal ik hem er dan uit? Voor hazelnootschuimgebak en bitterballen.
Maar meestal is het antwoord ‘nee’; chocola, koek, snoep, ik lust het allemaal wel, maar ik kan er ook gemakkelijk afblijven.

In het begin dacht ik dat ik veel zou afvallen, maar dat was niet het geval.
Na drie maanden was ik één kilo lichter.
Vorige week moest ik voor een controle bij de huisarts zijn, die constateerde dat er inmiddels twee kilo af was.
“Dat lijkt misschien niet veel, maar die twee kilo doen echt al iets met je bloeddruk en je algehele lichamelijke conditie” zei ze.
Dat bleek ook het geval.
De bloeddruk was significant lager dan een half jaar geleden en ook het suikergehalte was wat naar beneden gegaan.
Mooi ja; fijne bijvangst!

Voor Pasen had ik op mijn werk wel een moeilijk dilemma.
Een collega had een broodtrommel vol grote suikerharten bij de koffiemachine neergezet.
Met van die tekstjes erop.
GROTE suikerharten.
“Haal ik hem er hiervoor uit?”
Alles in mij zei  ‘JAAAH!’, maar ik dacht “Nee, dat moet ik niet doen”.
Maar steeds als ik daarlangs liep riepen die grote suikerharten: “Wij zijn GROTE suikerharten!”
De beugel heb ik er niet uit gehaald, maar ik heb er twee mee naar huis genomen.
En ’s avonds na het eten heb ik de beugel niet gelijk weer ingedaan.
Want ze riepen alweer…….

Gistermiddag had ik een afspraak bij de tandarts; 1 april was alweer een maand geleden.
Setje 18 zit er nu opgeklikt, setje 19 kreeg ik mee voor over twee weken.
Nog 22 weken te gaan.

Benieuwd naar het hele orthodontietraject?
Hierbij een link naar deel 1, onderaan dat blog vind je een overzicht van alle gepubliceerde delen.

Reageren

29 april: Met eieren lopen.

We kennen allemaal  de uitdrukking ‘op eieren lopen’.
Wij liepen er vorige week vrijdag tijdens de FysiYoLates les bij Trijntje  niet óp maar mee.
We kregen een houten lepel waar een ei op lag.  Met dat ei balancerend op die lepel noesten we naar de overkant lopen.
“Als het er af valt” zei Trijntje “dan moet je het eerst weer in elkaar zetten voordat je verder loopt.”
Huh? Een ei in elkaar zetten?

Even later werd duidelijk wat ze bedoelde.  Als er een ei op de grond viel dan brak het in tweeën en kwam er een stoffen spiegelei tevoorschijn. En daar ging veel tijd mee verloren,  want als je dat stofje er weer in propte moest het wel op een bepaalde manier, want anders sloot het ei niet goed.

parcours

Wij vonden dat lopen met dat ei al een hele prestatie, maar Trijntje had nog allemaal hindernissen bedacht waarmee ze het parcours opleukte. Opstapje, twee opstapjes, wiebelkussens, evenwichtsbalkje…… en steeds wandelden we daar met een ei op een lepel overheen. Concentratie, balans, evenwicht: het werd allemaal even flink op de proef gesteld.

kussentje met rond plankje

Het tweede onderdeel was zo mogelijk nog lastiger: we gingen kuikentjes redden. Daarvoor kreeg je een kussentje met een rond plankje er op; de kussenkant moest op je hoofd en zo liep je naar de zielige kuikens. Eéntje zette je dan op dat plankje op je hoofd en dan liep je terug.
Dat klinkt eenvoudig maar dat was het niet. Je moet dan heel erg rechtop lopen.  Schouders naar achteren, hoofd recht op je romp.  Daar moet ik echt mijn best voor doen; ik loop van nature een beetje voorover en heb mijn schouders vaak in de ‘ik-zit-voor-mijn-computerscherm’ -stand.
Confronterend. Om goed rechtop te lopen moet ik moeite doen.
Gewoon rechtop staan met mijn achterhoofd tegen de muur aan voelt voor mij onnatuurlijk.
Werk aan de winkel dus.  ‘Hoog Aaltje, kijk omhoog Aaltje….  ‘

zielige kuikentjes

Terug naar de kuikentjes.  Een dame in ons groepje (die altijd keurig rechtop loopt) zei tijdens  de estafette : “Ik hoop wel dat wij straks de meeste kuikentjes hebben.  Ik kan heel slecht tegen mijn verlies….!”
Gelukkig hadden ‘wij’ 1 kuikentje meer dan ‘zij’.
Heerlijk. Allemaal ruimschoots volwassen,  maar we stonden als kleuters te geiten bij de eierloop  en we willen nog steeds alles winnen.

De eieren en kuikens was allemaal vorige week vrijdag.
Vanmiddag deden we oefeningen met kleine jongleerballen zittend op de grote balansbal; later gingen we met die kleine ballen naar elkaar gooien.
Eerst met z’n tweeën, later in een kring. Grote pret!

Dat ik na vier jaar nog niet  ben afgehaakt bij deze sport zegt iets over hoe leuk ik dit vind. Trijntje biedt ons iedere week iets anders aan, daarmee krijgen we heel verschillende oefeningen, waarbij soms de nadruk ligt op de rug of de buik,  soms op de benen of de schouders, maar soms is er ook aandacht voor oog-handcombinate,  algehele balans of leren we iets over valtechnieken.

Meer lezen over de avonturen bij Trijntje?
Hierbij een link naar het vorige blog over FysiYoLates >>>
Onderaan dat blog staat weer een link naar voorgaand verslag.

Reageren

28 april: Schriefwedstried.

An het eind van 2021 schreef het Huus van de Taol een schriefwedstried uut.
De opdracht was: Schrief een kört verhaal in het Drents of in een aandere variant van het Nedersaksisch; het thema was ‘De gele taofel’.
Het verhaal mug maximaal 1.250 woorden bevatten en het mus inleverd worden veur 1 febrewaori.
Wij zaten destieds nog in de lockdown, dus ik haar tied en gung gangs met de gele taofel.
Toen het klaor was stuurde ik het naor de dochters: “Lees eem met mij met; he’j nog tips, opmarkings of anvullings?”
Ja: hier nog wat bij, daor wat duudelijker, hier wat meer diversiteit……daor kun ik wat met.

Naodat ik het verhaol in jannewaori inleverd haar raakte het wat op de achtergrond.
Halverwege meert kwam d’r een uutneudiging veur het bijwonen van de priesuutreiking, maor dat was op een zaoterdagmiddag waorop wij niet können. Nao die priesuutreiking gung d’r een persbericht uut van het Huus van de Taol, waorin de winnaars in bekend maakt weuden.
De verhalen van de winnaars en de eervolle vermeldings bint publiceerd in de ‘Zinnig’ van april.
Bi’j geïnteresseerd? Ie kunt het blad bestellen op de website van het Huus van de Taol.
Het is warkelijk prachtig um te lezen hoe verschillend de verhaolen bint bij ien zun simpel underwarp; wat ku’j allemaole verzinnen bij een gele taofel!
Mien verhaol veul niet in de priezen en wordt dus ok niet publiceerd, maor is vandage wel te lezen op dit digitale tiedschrift ‘de Waarde van de dag’.

Nog eem wat achtergrondinformatie bij wat ik heb inleverd:
Veur mij is het moeilijk om zomaor wat te verzinnen.
As lezer van dit blog wee’j al dat ik altied dicht bij mijzölf blief: verhaolen bint bijna altied echt gebeurd.
Het verhaal dat ik schreef veur de wedstried is een mengvorm en het kreeg de titel ‘Vintage’ met.
Het is niet echt gebeurd, maor het bestiet wel uut kleine stukkies ‘echt gebeurd’.
Ie herkent al lezend mien va en moe en oonze studerende dochters.
Maor de wichter hebt nooit een taofeltie van mien va kregen……..

Hierbij een link naor het verhaol: Vintage

Reageren

26 april: Nederlands, maar dan anders. (23)

Nummer 23 alweer.
Nog steeds vind ik dit één van de leukste blogseries in dit digitale tijdschrift.
Alleen al het verzamelen van wat ik krijg toegezonden zorgt voor veel plezier.
Wat kwam er nu allemaal weer voorbij?

Een leuke verspreking uit de tijd dat het OMT onze regering nog van adviezen voorzag.
Eén van de adviseurs in OP1: “Als we drie dagen later hadden ingegrepen dan was het helemaal uit de band gesprongen.”
Een andere deskundige haalt twee uitdrukkingen door elkaar: “Ik heb de waarheid niet in pacht.”

In februari keken we massaal naar de Olympische spelen, in dit geval IJshockey Vrouwen.
Canada en Amerika strijden om goud; de vorige keer wonnen de Amerikanen.
Verslaggever: “Dus zijn de Canadese speelsters geaasd op goud.”

Van Theo van Beijeren kreeg ik deze toegestuurd:
In de krant stond een rouwadvertentie van iemand die deel uitmaakte van een kaartclub.
De kaartclub liet een advertentie plaatsen voor het overleden lid en schreef daarbij:
“In plaats van kaarten”….

Engelse schoonzoon Jon zorgt nog steeds voor mooie zinnen.
Over zijn werk: “Ik moet overal tegelijk zijn, als vliegende kip.”
Verder noemt hij een aalscholver consequent aalschover, een zeester een stervis  en vertaalde hij de Engelse woorden ‘my existence’ met ‘mijn bestanis’.

In het kader van de oorlog in Oekraïne vonden er op 10 maart op hoog niveau besprekingen plaats tussen Rusland en Turkije.
Een verslaggever op Radio 5: “Turkije heeft niet alle schepen met Rusland verbrand….”

Vriendin Irene maakte Carlijn attent op een video die een jongeman op internet had gezet.
“En dan kom je er achter dat die vork toch anders in de ke…..  in de stamppot zit.”

Neef zit te vertellen dat een buurman een infarct kreeg.
“Het was best ernstig; hij is met laaiende sirenes naar het ziekenhuis gebracht.”

Collega vertelt dat je nooit met derden over cliënten mag praten.
“Doe je dat wel, dan kom je van de kouwe koffie thuis.”

Tenslotte nog twee kromme vertalingen die voor een glimlach zorgen.
Vorige week had ik een plaatjesruil-morgen met Diny die ik ken van de kerk.
Zij vertelde dat haar man bij een bedrijf had gewerkt met Amerikaanse banden.
Die Amerikanen kwamen regelmatig langs en begrepen soms niet goed wat er gezegd werd.
Ook al heeft de goede man hun land ontdekt, ze hadden geen idee wat er bedoeld werd met ’the egg of Columbus’.
Ook ‘BELOOK IT BUT!’ kwam niet binnen.
Daar moet je ook als Nederlander even over nadenken.
Er is in Amerika iemand die bij zijn afscheid een Makkummer aardewerken bord kreeg met deze Engelse vertaling van ‘Bekijk het maar’.

Carlijn hoorde iemand een dobbelsteen met een ziekte verwisselen: de tering is geworpen!

Zwager heeft erg genoten van een optreden van een orkest: “Ze speelden het plafond van de hemel!”

Is jou een rare combinatie van uitdrukkingen en spreekwoorden opgevallen? Moet je lachen om een leuke verspreking?
Laat het me weten.
Klik hier voor het blog Nederlands maar dan anders deel 22, van daaruit kun je doorlinken naar voorgaande blogs in deze serie.
Kijk ook nog even op Treintaal
Er is niet veel bijgekomen, maar wel een leuke.
Over slakken.

Reageren

23 april: Nieuw fenomeen: klaarovers.

Donderdagmorgen ging ik op de fiets naar mijn werk
Als ik dan om 07.30 uur op de fiets zit, ben ik tegen 08.15 op kantoor; mijn werkdag start om 08.30 uur.
Maar vlak voordat ik op de fiets stapte bleef het snoertje van mijn oortjes achter de klink van de schuurdeur hangen, dus de klink rukte de oortjes uit.
Het linkeroortje was kapot.
Flut.
En ik had me zo verheugd op een leuke podcast…..toch maar even weer naar binnen.
Andere oortjes zoeken, oortjes in en deur op slot; toen ik wegfietste was het 07.43 uur.
Dan ben ik heus nog wel op tijd op kantoor, maar dan kom ik in het ‘school-spitsuur’ voor de klok van half negen terecht.

Na de Onlanden fiets ik in de buitenwijken van Groningen in een wereld die ik niet (meer) ken: ouders die hun kinderen naar school brengen.
Vanuit de nieuwe wijk Eelderwolde en vanuit de wijk ten zuiden van het Martiniziekenhuis stromen de fietsers en auto’s toe.
In de loop van de jaren heb ik de wijk gebouwd zien worden en ook de enorme school zien verrijzen. Vroeger fietste je daar nog door de weilanden, nu in een buitenwijk van de stad.

Tussen een groepje kinderen en wat ouders stuit ik op een voor mij nieuw fenomeen: klaarovers.
Als het verkeer wordt tegengehouden steken we als groep over en voel ik me even erg niet thuis tussen de kwekkende kinderen en ouders met grote bakfietsen, fietshelmpjes, fietsen met aanhangwagentjes  en fietsen met kinderzitjes.
Op mijn oortjes hoor ik ondertussen de Saar podcast, waarin het gaat over het opbouwen van je pensioen na je 50e.
Na de klaarovers ga ik rechts en de rest links richting school, maar nu kom ik een onophoudelijke stroom ‘naar school brengers’ tegen.
Hoe dichter ik bij mijn werk kom, hoe meer haast de ouders hebben…..
Kinderen worden aangeduwd of op sleeptouw genomen. Eén vader verzuchtte: ‘Toe nou, schiet nou op!’

Hoe lang is het geleden dat ik met één kind op de fiets en één kind naast me door Roden fietste?
28 jaar.
Soms heb ik wel eens heimwee naar die periode, maar niet als het gaat om de dagelijkse ceremonie van het op tijd op school krijgen van de kinderen.
Die steeds terugkerende race tegen de klok.
Heb je brood en drinken?
Moeten je gymkleren ook mee?
Ga je nog bij iemand spelen?

Exact om 08.30 uur stap ik mijn kantoor binnen.
“Goedemorgen! Koffie? Lekker gefietst?”
Heerlijk.
Zonder kinderen.

Reageren

22 april: Altijd al molenaar willen worden.

Als je al een tijdje meeleest met dit blog weet je dat ik van 2013 tot 2020 in het Heijmanscentrum heb gewerkt.
In die tijd zat ik ik op de kamer met o.a. Jan Moedt.
Jan is iets ouder dan ik en twee maanden geleden stond er een aankondiging op het intranet van Lentis dat hij met pensioen ging.
Iedereen die afscheid van hem wilde nemen kon dat doen op donderdag 21 april.
Jacquelien, mijn ex-duobaan-collega mailde me diezelfde week al.
“Ga je ook naar dat afscheid van Jan? Zullen we samen gaan? En daarna samen een hapje eten?”
Een wereldidee vond ik het.

Gistermiddag was ik om 16.00 uur bij het Heijmanscentrum.
De mevrouw achter de balie riep gelijk al: “Wat leuk, zo’n afscheid; zie ik al die oude collega’s nog eens weer!”

Jan genoot van het afscheid, van de toespraken en van het weerzien met zoveel oud-collega’s.
Het was leuk om Jan nog even weer te spreken. Die voelde zich wat unheimisch, want het was toch allemaal echt voor het laatst.
Hij had zijn spullen ingepakt, persoonlijke dingen van muur gehaald en zijn plekje waar hij minstens 10 jaar had gezeten ontruimd.
“Het is een rare dag!”
Maar ook leuk!
Met een glas witte wijn en af en toe een bitterbal hadden we een mini-reünie; we haalden herinneringen op en op het laatst deden we iedereen die er niet was de groeten.

Jan is op deze website ook al eens lezer van de maand geweest.
Dat was in juni 2019.
Hij schreef destijds over de tijd die voortschrijdt.
Wil je het nog eens lezen? Hierbij een link naar zijn verhaal. 
Bij de vraag over de levensfase schreef hij destijds: Het idee is om over 2/3 jaar te stoppen met werken. Heb altijd het idee gehad om dan molenaar te gaan worden. We gaan het zien.
Gistermiddag vertelde hij dat hij de opleiding voor molenaar gaat volgen; mijn idee is om hem een keer op te zoeken als hij molenaar is.
Heb ik gelijk weer een mooi onderwerp voor deze website!

Daarna ging ik met Jacquelien een pizza eten bij Il Lago.
Heb je ’t al gehoord van…..
Hoe is het met….
Vakantie naar Noorwegen?
Zullen we nog eens samen lunchen met…..?
Wat een waardevolle dag.

Nog twee links naar blogs waar Jan een rol in speelt:
Ik heb maat 46.
Stemadvies van Jan

Reageren

19 april: Sandra, Shanning en een liedje.

Tweede Paasdag stond al een tijdje vast in onze agenda’s: kinderen komen.
Het was een zonnige dag, we konden heerlijk buiten zitten en samen genieten van het goede leven.
Het tweede deel van de paasdag was anders dan anders: we gingen met elkaar naar de bioscoop.
De reden daarvoor lag in het verleden.
Gerard had voor zijn 60e verjaardag van de kinderen als cadeau een ‘belevenis’ gekregen: met z’n achten naar James Bond daarna een borrel met iets lekkers.
Maar vanwege de lockdowns duurde het een eeuwigheid voor James Bond uit kwam en daarna lukte het bijna niet om een datum te vinden met z’n achten.
Vier weken geleden riep Gerard: “Straks draait Bond niet meer, ik ga nu, want ik wil hem persé in de bioscoop zien.”
Dit vanwege het spectaculaire aspect van de Bond-films. Gerard is een fan, ik absoluut niet, dus vier van ons  konden die dag ook en gingen die film zien.

Maar dat was niet de bedoeling van het 60-cadeau.
Toen men terugkwam van Bond was de oplossing voor dat probleem ook al gevonden; in het voorprogramma was er een trailer geweest van ‘The Lost City’,  een komische avonturenfilm met Sandra Bullock en Shanning Tatum. “Dat vinden we allemaal leuk, laten we daar dan met elkaar heen gaan”.
Toen was het puzzeltje gauw gelegd: 2e Paasdag kunnen we allemaal, de film draait dan ook en we vonden ook nog een kroeg in de buurt voor die borrel: Singelier.

Wat een leuk cadeau om te krijgen!
En wat een leuke film!
Een mengvorm van Miss Congeniality en Raiders of the lost ark.
Met een hilarische Brad Pitt met lange blonde manen en met Daniel Radcliff die heel charmant en doortrapt gemeen de rijke slechterik speelde.
Met Bullock en Tatum die overduidelijk een klik hadden en die zelfs in zo’n ongelofelijk verhaal ons er van wisten te overtuigen dat ze een heel spannend avontuur beleefden.
Na de film vroeg één van de dochters: “Wat was je favoriete moment?”
Hoefde ik niet lang over na te denken.
Dat ze met z’n tweeën worden opgesloten in een stenen grafkist bij twee geraamtes en zij zegt: “Ik lig niet goed, het dijbeen van de oude koningin prikt in mijn zij…..o wacht eens, het is een breekijzer!”
Helemaal over de top, maar erg onderhoudend en érg grappig.

Maar er was nog iets anders: een prachtig liedje dat werd gezongen door een zangeres.
Het deed me denken aan de Buena Vista Social club met Ibrahim Ferrer uit Cuba.
Vanmorgen zocht ik het op.
Het stond ook al op Spotify.
Het heet ‘Lagrimas Sin Fin’, uitgevoerd door Cheche Alara & Pinar Toprak.
Hierbij een link naar video op YouTube

Bij Singelier hadden ze een heerlijk glaasje rode port.
En een goed gevulde plank met lekkers.
Het laatste onderdeel van het cadeau was dat we na deze belevenis werden thuisgebracht.
Ik weet al wat ik vraag voor mijn 62e.

Reageren

18 april: Een loei van een koei.

In het blog over ‘de club‘ schreef ik het al: binnenkort weer een feestje in Beilen.
Zaterdagavond zagen we elkaar weer.
En wie weet….nog wat oude koeien? opperde ik aan het einde van dat blog.
Nou, dat is gelukt hoor.
Een loei van een oude koei.

Even een klein stukje geschiedenis van Hoogersmilde.
Het was maar een klein dorp, waar kinderen uit hetzelfde gezin vaak bleven wonen.
Zo hadden we de transportondernemers ‘gebroeders Koers’; die woonden naast elkaar bij hun bedrijf en noemden allebei hun oudste zoon naar hun vader: Klaas Koers.
De jongens scheelden een jaar en dat betekende dat ze op ons kleine dorpsschooltje om het jaar bij elkaar in hetzelfde lokaal zaten.
Heel onhandig.
De meesters en juffen bedachten iets om de twee Klazen uit elkaar te houden: grote Klaas en kleine Klaas.
Precies zo ging het met de zonen van de gebroeders Boer, landbouwers die aan Beilervaart woonden, die hun oudste zoon allebei Johan noemden.
Grote Johan en kleine Johan.

En dan hadden we nog twee jongetjes die bij elkaar in de klas zaten en allebei Jan Visscher heetten.
Groot en klein was hier niet aan de de orde, dus werd er iets anders bedacht.
De ene vader was koster en andere werkte bij de gemeente, dus om ze te onderscheiden werden de jongens Jan G. en Jan K. genoemd.
In onze generatie zijn we die bijnamen altijd blijven gebruiken om aan te geven wie er bedoeld werd en je begrijpt het al: één Johan en één Jan horen bij onze vriendenclub.

Zaterdagavond werd het allemaal even weer benoemd omdat de dochter van Jan K. verkering had met …..ik zal verder niet in details treden, maar dan snap je even hoe zo’n oude koe uit haar sloot komt. Wát een lol kun je dan hebben om zo’n verhaal.
Maar niet alleen om dat verhaal.
Iemand vertelde over een verkeersongeluk dat ze vroeger had gehad omdat ze een briefje van 50 gulden zocht in de auto.
“En toen stak ineens die lantaarnpaal over…….”

Het was weer als vanouds; er kwam weer van alles voorbij.
Wat vinden we van de serie over Pim Fortuyn? Iemand had met terugwerkende kracht medelijden met Pim Fortuyn. Iemand anders had dat juist met Ad Melkert.
Het ‘Verhaal van Nederland’ maakte de tongen ook los, met name het laatste deel over de Tweede Wereldoorlog.
“Met plaatsvervangende schaamte heb ik zitten kijken….”
De kerk.
Een reis naar Portugal,
De kinderen.
Een nieuwe baan, waarbij de nieuwe werkneemster haar auto niet meer kon vinden in de parkeergarage in Groningen en om de klip klap haar collega’s belde waar ze dan toch langs moest…

Zo’n avond vliegt voorbij.
Op het laatst wilden we haast nog de agenda’s trekken om alvast wat verjaardagen vast te leggen, maar één van de mannen sprak zijn VETO hierover uit.
“Nee, nou niet. Anders zit wij hier over een half uur nog.”
Hij kent ons.
Al heel lang.

Reageren

17 april: Met ons.

Toen we vanmorgen aan kwamen fietsen bij de kerk stond er een groepje koperblazers van ‘Oranje’ dat ons verwelkomde met paasmuziek.
Wat een feestelijk begin van de paasviering!

Aan het begin van de viering werd de nieuwe paaskaars binnengedragen.
Vrijdagavond was de oude gedoofd; daar maakte ik toen een foto van voor deze website.
De stomp van de oude kaars gaat altijd naar iemand in de gemeente die het het afgelopen jaar zwaar heeft gehad.
Op de nieuwe paarskaars staat dus het jaartal 2022; die zal dienst doen tot Goede Vrijdag in 2023.  (zie afbeelding).

In de overdenking vertelde voorganger Walter Meijles dat één van de namen van Jezus ‘Immanuel’ is.
‘God met ons’ betekent dat.
We allemaal geneigd om die woorden op onszelf te betrekken.
Met ons. Onze groep, ons land.
Maar God is met de Romeinen en met de farizeeën en schriftgeleerden.
Met Judas en met Petrus.
Met de Russen en met de Oekraïners.
God is mét ons tegen het kwaad; dat kwaad dat er altijd al is geweest en ook altijd zal blijven en dat alleen bestreden kan worden door het goede te doen.
Dat is de opdracht die ik meeneem uit de viering van vanmorgen.

Gerard was vanmorgen ouderling van dienst en gaf de dominee voor het eerst weer een hartelijke handdruk aan het begin van de viering.
De kerkzaal was goed gevuld en we mochten weer uit volle borst zingen.
Aan het eind zongen we ‘U zij de glorie!’; ik zag dat ik niet de enige was die het niet droog hield.
We kregen de zegen mee in nieuwe bewoordingen:

Moge jouw leven anderen tot zegen zijn
dat je ogen met mildheid kijken,
je handen open zijn om op te bouwen,
dat je luistert tot in het zwijgen 
en dat je woorden oprecht zijn en je in je hart en nieren bewogen bent om de mens op jouw weg.
Zo zegent God je levenspad en is je nabij zolang je leeft.

In het collectemandje bij de uitgang deed ik twee collectebonnen.
In de loop van de jaren was dat haast een routinegebaar geworden.
Vanmorgen deed ik de twee collectebonnen in de collecte die ik in maart 2020 in mijn tasje had gedaan.
Twee jaar geleden.
Niet dat we ondertussen niks gaven, we konden gewoon geld overmaken, maar die bonnen bepaalden me bij de onvrijheid van de laatste twee jaar.

Na de viering was er gezamenlijk koffiedrinken en ontmoette ik Matthijs, een basisschoolvriendje van Carlijn.
Ik moest wel drie keer kijken: hij is nu ook achter in de twintig en ‘mooi opdreugd’, zoals we dat in Drenthe zeggen.
Het was fijn om even met hem bij te praten: wat doe je nu, waar woon je nu en weet je nog…..

We hebben elkaar als gemeente de afgelopen dagen weer kunnen ontmoeten en de Stille Week en Pasen kunnen vieren zoals we dat voor COVID gewend waren te doen.
Samen zingen, bidden, luisteren en elkaar ontmoeten.
Dat is niet vanzelfsprekend; dat het voor de meeste mensen weer kan, daar ben ik dankbaar voor.

Reageren

Pagina 72 van 263

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén