een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Handwerken Pagina 5 van 22

29 januari: Hang een vis voor je raam!

Het eerste weekend van februari staat in onze PKN-gemeente in het teken van het ‘Ik zie jou-weekend’.
In de week daaraan voorafgaand kunnen de kinderen in het dorp speuren naar vissen die de mensen voor hun raam hangen.
Je kunt natuurlijk een vis tekenen, kleuren en uitknippen, maar als je een handwerkster bent dan ga je een vis breien of haken, net als met de ‘engelen-speurtocht’
eind 2020.

Van Holy Stitch-deelneemster Jansje kregen wij als leden een leuke tip:

Hallo allemaal,

Ik heb gisteren nog een leuk patroon van gehaakte visjes gevonden voor de speurtocht komend weekend.
Zo klaar en ze zien er leuk uit. Je vindt ze op deze link naar de pagina met een beschrijving en een haakpatroon op de website ‘Hollandse Haaksels’

De foto links kreeg ik van Jansje: de vijf visjes zoals ze bij haar voor het raam hangen.
LEUK!
Dat ging ik ook doen.
Gisteravond tijdens Twee voor Twaalf haakte ik een lichtoranje visje met donkeroranje staart en vinnen.
Mijn visje ziet er wat frivoler uit dan die op het plaatje, toch heb ik de aanwijzingen exact opgevolgd.
Döt ok niks.
Morgen hang ik hem voor het raam.

Toen we gisteravond de boel opruimden voor het naar bed gaan hadden we allebei een liedje in ons hoofd.
Gerard neuriede een peuterspeelzaalversje:  ‘Visje, visje, in het water’ en ik ‘Zet een kaars voor je raam vannacht’
Hang een vis voor je raam vannacht…..

 

Reageren

12 januari: Vreedzaam. Maar niet altijd.

Het eerste doel van mijn vakantie is gehaald: mijn handwerkkast is helemaal opgeruimd.
Dat was een aardig rotzooitje geworden.
De kast heeft vier planken:
– haken
– breien
– borduren
– naaien & overig.

Regelmatig zoek ik naalden, garen, patronen, van alles en nog wat; dan moet je nadat je gevonden hebt wat je zocht eigenlijk alles weer opruimen.
Maar je raadt het al: dat gebeurt niet.
Dozen blijven half open staan, inhoud door elkaar gerommeld.
Op de planken liggen losse breinaalden, restanten garen, uitgeschreven aantekeningen die ik ‘eerst even wegleg’, dat zoek ik nog wel eens uit.
Er ligt iets op de trap, dat moet naar boven in de map ‘haakpatronen’.
Het is al fijn als het vervolgens op de goede plank komt te liggen, maar in de map gebeurt eigenlijk nooit.
Het is zelfs al eens gebeurd dat ik een vierrings-multomap nodig had, alle borduurpatronen uit de map haalde en de map vervolgens in gebruik nam.
De borduurpatronen lagen los op een plank; bij het zoeken naar iets anders viel een deel op de grond. Ook dat kwam weer door elkaar op de plank.
Dat zoek ik nog wel eens uit.

Al met al kostte het niet eens één middag.
Als ik genoeg tijd heb vind ik het een heerlijke klus.
Rommelen met garen, naalden, patronen, het ophalen van herinneringen, opdoen van nieuwe ideeën en het resultaat: een opgeruimde kast.
Als je goed kijkt zie je op de ‘borduurplank’ het groene kistje van Gerda staan.

Bij handwerken denk je aan vreedzame type’s die lekker zen op de bank zitten, zoet bezig met een haak-, brei- of borduurwerkje.
Maar handwerken levert ook frustraties op; één project waar ik jaren geleden de stoom van uit de oren kreeg heb ik vanmiddag weggedaan.
Wordt hem niet meer.
Ieder jaar bij het opruimen kom ik het weer tegen en ieder jaar voel ik die stoom weer.
Weg er mee.

Verder is het opzetten en tellen van steken ook wel een dingetje, vooral als je steeds gestoord wordt.
“……94, 96, 98 ….”
“Wat eten we vanavond?”
“…126, 128, 130….”
“Zullen we die detective vanavond even opnemen?”
Grrrrrr.

Toen Frea in Engeland woonde kreeg ik van haar een heel toepasselijk cadeautje.
U bent gewaarschuwd.

Reageren

9 januari: Van Gerda.

In maart 2018 belandde ik in het ziekenhuis met hartklachten; die opname mondde destijds uit in een hartoperatie.
In die maand maart lag ook Gerda Valkema in het ziekenhuis. Wij kenden haar en haar man Roel van de kerk.
Toen ik herstelde van de operatie kreeg ik bezoek van Roel, die voorstelde om, als ik weer van de afdeling mocht, Gerda op te zoeken.
Zo gezegd, zo gedaan.

Voor Gerda zag het toen al niet zo goed uit.
Ze was zwak, haar hart werkte niet goed en in het ziekenhuis was ze eigenlijk uitbehandeld.
Voor onze ontmoeting in het ziekenhuis had ik Gerda nog nooit ontmoet, maar we konden het gelijk goed vinden.
We deelden ook een passie: handwerken.  Zij was dol op borduren.
We spraken af dat we elkaar weer zouden ontmoeten als we allebei weer in Roden waren.

Bij die ontmoeting in de zomer kreeg ik te zien en te horen wat ze allemaal al had gemaakt op borduurgebied, wat voor technieken ze gebruikte en hoe ze genoot van het maken van zo’n borduurwerk.
Wat herkenbaar! In het ziekenhuis was er een verpleegkundige die over mijn borduurwerk zei: “Als je het al niet aan je hart hebt, dan krijg je het daar toch van!” en nu sprak ik met iemand die het net zo beleefde: heerlijk ontspannen, genieten van wat je met je kruissteekjes tot stand brengt.
Niet lang na mijn bezoekje is Gerda overleden.

Op 5 juli van dit jaar blogde ik over het borduurwerk waar ik nu mee bezig ben onder de titel: ‘Oude motieven bij het klaverjassen.
Daarop kreeg ik een reactie van Roel, de weduwnaar van Gerda.
Hij had nog een doos borduurgaren; we spraken af dat ik die zou komen ophalen.
Vrijdagmiddag fietste ik naar hun huis.
Op de tafel stond al een groen kistje, met daarin nog een restant van het borduurmateriaal van Gerda.
Roel had ook al veel weggeven, maar was door mijn blog op mijn spoor gekomen: ik mocht het kistje meenemen.

Mijn eigen borduurspullen heb ik gesorteerd in dozen zitten; patroontjes bij elkaar, garen, stramien en naalden apart, als ik iets zoek, kan ik het meestal vrij vlot vinden.
Het is een bijzondere ervaring om zo’n doosje met borduurspulletjes van iemand anders te krijgen.
Haar handen hebben het zorgvuldig uitgezocht en opgeborgen, de naalden op grootte op een klein stukje stramien, het laatste borduurwerkje nog niet helemaal af.
Het doet me wat, het ontroert me.
Als ik uitpak wat er allemaal in het kistje zit, komt Gerda me als het ware tegemoet.

Er zit best heel veel borduurgaren in, dat ga ik allemaal niet gebruiken, want ik ben meer een haakster/breister.
Dat garen neem ik mee naar de eerstvolgende bijeenkomst van ‘Holy Stitch‘, evenals de tas vol handwerkpatronen die ik kreeg van Enny.
Een aantal spulletjes van Gerda bewaar ik; het groene kistje krijgt een ereplaatsje in mijn handwerkkast op de plank met mijn borduurspullen.
Als tastbare herinnering aan Gerda, die net als ik van borduren hield. 

Reageren

18 december: Gehaakt klokje.

Engeltjes, sterren: van alles heb ik al gehaakt bij het thema kerst.
Deze week stortte ik mij op een gehaakt kerstkransje, maar daar durf ik geen foto van te laten zien.
Het mislukte keer op keer en het zag er nooit zo uit als op het plaatje: na drie pogingen gooide ik mijn prutswerk aan de kant.

Op zoek naar een ander klein haakwerkje kwam ik uit bij een gehaakt klokje.
Dit lukte wel in één keer.
Ik haakte twee klokjes met ecru en met groen katoenen garen.
Toen ik ze klaar had zocht ik er twee kleine kerstballetjes bij en een klein stukje zilverslinger.
Daarmee maakte ik de klokjes en de balletjes aan elkaar vast en hing het als versiering in onze kerstboom.

Ook zo’n klokje maken?
toer 1.  haak 5 lossen, sluit met een halve vaste tot een ring.
toer 2.  10 vasten in de ring.
toer 3.  2 vasten in iedere vaste (20 in totaal)
toer 4 tm. 11: 1 vaste in iedere vaste (20)
toer 12. 1 vaste, 2 vasten in 1 vaste, steeds herhalen (30 vasten in totaal)
toer 13: 1 vaste in iedere vaste.
toer 14: 1 vaste in iedere vaste. Deze toer deed ik met zilverkleurig garen.
Losse draadjes afhechten.
Voor het lusje bovenop haal je een steek uit toer 2, dan haak je 12 lossen en vervolgens haak je weer een halve vaste in de eerste steek en hecht je de draadjes af.

Nog meer kerstdingetjes haken?

Op 20 december 2018 schreef ik dit blog: Engeltjes haken
Daarop vind je twee patronen voor platte engeltjes.

Verder hierbij nog twee links naar tutorials waarin 3D-engeltjes worden gehaakt:
handwerkles: op deze link vind je een patroon van zo’n engeltje en Mirte (van de website) maakt er hele duidelijke filmpjes bij.
Dit engeltje heb ik gemaakt achter het beeldscherm van de computer met het patroon en de bijbehorende filmpjes bij de hand.
– De andere 3D-variant vind je op Miranda’s workshops.

Tenslotte nog een link naar het patroon van een gehaakt kerst-sterretje . Daarvan heb ik een PDF gemaakt, klik hier haakpatroon-kerststerretje  om het te downloaden.

Reageren

13 december: Een vestje voor een meisje

Vorige maand kreeg ik een mailtje van Enny.
Ze had nog een tas vol handwerkboeken met patronen en werkbeschrijvingen.
Kon ik daar iets mee voor Holy Stitch?
Ja, leuk!
Ze kwam de tas gelijk langsbrengen.

Maar de Holy Stitch-bijeenkomst van 7 december ging niet door.
De tas had ik wel even doorgespit, op zoek naar iets bruikbaars en tot mijn grote genoegen vond ik een boek met patronen voor babykleding.
Er was weer een collega zwanger; dan geven we altijd een mand met cadeautjes, daar kan iedereen dan wat in doen. Mijn bijdrage is altijd een prentenboekje én iets zelfgemaakts.
Het ‘peutervestje van sokkenwol overdwars gebreid’ had ik al zo vaak gemaakt, ik wilde wel eens wat anders breien.
Het geboortekaartje was inmiddels al binnen….een meisje!

Het werd een vestje, gebreid met hetzelfde ajourpatroontje er in als het vest dat ik voor mezelf aan het breien ben.
Je moest in het voor- en rugpand 7 steken afkanten voor de inzet van de mouwen.
Dat had ik nog nooit gedaan, maar het is prima gelukt.
Welgeteld 1 stel knoopjes had ik nog liggen, lichtgroen/grijs met een vosje erop; die pasten goed bij de groene kleur van het vestje.

Een beschrijving van het gebruikte ajourpatroontje vind je op ‘Te druk. Vond ik.‘van 19 november j.l.
Hoe je het peutervestje overdwars breit lees je in ‘Babyvestje overdwars’ uit november 2014.
Een breipatroon uit een bestaand tijdschrift mag ik helaas niet delen op mijn website, wel een foto van het tijdschrift.
Op de voorkant staat een baby met het vestje dat ik heb gemaakt.

Reageren

19 november: Te druk. Vond ik.

In augustus kocht ik in een wolwinkel in Appingedam een tas met breikatoen voor een zomervest.
Begin november had ik het babyvestje voor een collega af en was ik er aan toe om met dat vest voor mezelf te beginnen.  Eerst breide ik een proeflapje om het best wel ingewikkelde ajourpatroon onder de knie te krijgen, dat duurt bij mij altijd even.

Al breiend kwam ik tot de conclusie dat het ajourmotief niet paste bij het garen dat ik had gekocht.
In de bijgeleverde patroonbeschrijving stond een foto van het vest,  dat was gebreid van effen katoen.  En ik had een zak vol gemeleerde katoen: verschillende in elkaar overlopende kleuren blauw. Als je zulke ingewikkelde ajourmotieven breit met gemeleerd garen komen ze beide niet goed uit de verf: te druk. Vond ik.

Maar helemaal geen patroontje erin is wel heel saai breien,  dus ik koos voor een eenvoudig gaatjes-ajourpatroon: om de zes naalden een toer met omslagen en afhalingen.
Nu wordt het wel naar m’n zin; en het is veel minder ingewikkeld!

Wil je ook weten hoe je die gaatjes breit?
Dat doe je in een breiwerk in tricotsteek: 1 pen recht, 1 pen averecht.
1e naald: alles recht
2e naald: alles averecht
3e naald: 3 steken recht *5 steken recht, 2 steken samenbreien, 1 omslag, 1 recht, 1 omslag, 1 steek afhalen, 1 steek recht, de afgehaalde steek over de gebreide steek halen* . Deze 10 steken tussen de sterretjes steeds herhalen.
4e naald: alles averecht
5e naald: alles recht
6e naald: alles averecht
7e naald: alles recht
8e naald: alles averecht
9e naald:  3 steken recht, * 2 steken samenbreien, 1 omslag, 1 recht, 1 omslag, 1 steek afhalen, 1 steek recht, de afgehaalde steek over de gebreide steek halen, 5 steken recht*. Deze 10 steken tussen de sterretjes steeds herhalen.
10e naald: alles averecht.

Om de zes naalden heb je dus één naald met omslagen etc., dus in de 15e, de 21e, 27e enzovoort, voor de rest brei je gewoon tricotsteek.
Daar kan ik wel een spannende detective bij kijken.

 

Reageren

7 november: Opkikkertje.

Dit jaar hebben wij een scheurkalender op de WC hangen van ‘Mind & Spirit’.
Eerlijk gezegd vind ik er niet zo veel aan.
Veel ‘napraat-wijsheden’, gezweef en  tips over eten waar ik niks mee kan.

Maar de vorige maand was er ineens een blaadje waar ik van opknapte.
Donderdag 28 oktober.
Eigenlijk ook geen nieuws, maar voor mij een bevestiging: ik ben goed bezig.

Volgend jaar wil ik weer een Maarten van Rossem-scheurkalender.

Reageren

20 oktober: Lezer van de maand – Marianne Weisenbach

Hoe kennen wij elkaar?
Wij kennen elkaar via mijn zus Jacquelien. Zij en Ada zijn collega’s bij Lentis. Zo nu en dan hebben Ada en ik contact via de mail over onze hobby haken.

Waar en wanneer ben je geboren?
Ik ben geboren op 18 juli 1964 in Veendam.  Daar heb ik de Havo afgerond. Na een korte opleiding tot medisch secretaresse ben ik in 1985 gaan werken en wonen in Amsterdam. Na ook in Haarlem, Almere en Wildervank gewoond te hebben ben ik nu weer terug in mijn geboortedorp. Sinds 2008 heb ik een heel fijn huis met een heerlijke tuin in het centrum van Veendam.

Verliefd, verloofd, getrouwd?
Alleenstaand maar mijn huis delend met 3 leuke, lieve katers.

In welke levensfase zit je nu, hoe vul je je dagen?
Ik werk als medisch secretaresse op de afdeling radiologie van het Martini Ziekenhuis.  Dat doe ik 4 dagen in de week. De andere 3 dagen vul ik met tuinieren,  klussen, creatief bezig zijn, knuffelen met mijn 3 katers, familie en zo af toe moet er ook nog wel eens wat huishoudelijks gedaan worden.  Ook ga ik graag op vakantie.  Paar weekjes naar Griekenland of lang weekend naar Texel.  Dat doe ik samen met mijn lieve zus Jacquelien. We hebben altijd erg veel plezier samen. Afgelopen jaar zijn we in Nederland op vakantie geweest. In september hebben we genoten van Zeeland. Verrassend mooi.

Wat wil je graag met de lezers delen.
Ik wil graag delen hoe leuk het is om creatief bezig te zijn.  Zolang ik mij kan herinneren ben ik wel  iets aan het maken. Via kaartjes maken, bloemschikken, mozaïeken, servies stippen en nog vele andere leuke bezigheden heb ik mij sinds een aantal jaren op het haken gestort: helemaal hooked.

Waarom is haken nu zo leuk? Het is ontspannend, even je hoofd leeg maken na een dag werken.
Het geeft voldoening; onder je eigen handen ontstaan de mooiste dingen.
Je kunt er iemand blij mee maken.  Het is toch heel erg fijn en origineel om iemand een handgemaakt cadeau te geven? Een knuffel, sjaal, mand  je hebt altijd een uniek cadeau.
Haken kun je overal doen.  In de tuin, op de bank voor de tv, in de auto, op vakantie; al wat je nodig hebt is een bolletje wol en een haaknaald. Nou ja, misschien een leuk haakpatroon.
Het schijnt ook goed te zijn voor de hersenen.  En het is tegenwoordig helemaal hip.
Vorig jaar heb ik van mijn zus een abonnement op een haaktijdschrift voor mijn verjaardag gekregen, daar staan de leukste dingen in.
De enige stress die ik er van heb is keuzestress. Wat zal ik gaan maken?  Het gevolg is dat ik altijd met meerdere projecten tegelijk bezig ben.

Gehaakte knuffel

Haken is ook heel  divers. Zelf mag ik graag knuffels en woonaccessoires  haken.
Aan kleding haken (behalve sjaals) heb ik mij nog niet gewaagd. Dat komt nog een keer.
Dekens, kussens, manden, mandala’s, tassen er zijn oneindig veel mogelijkheden.

Mochilla-tas met koord en schouderband.

Ik mag ook graag nieuwe technieken uitproberen. Boekje gekocht over mochilla haken en een paar YouTube filmpjes  gekeken en daarna ben ik gewoon begonnen. Proeflapjes sla ik over. Je werkt  hiermee met meerdere kleuren tegelijk. Je haakt met een kleur en neemt de andere kleuren mee onder je steken en volgens patroon wissel je van kleur. Op deze manier kun je heel goed patronen haken. Heel leuk om te doen.  Het kost wel wat tijd en het is niet zo geschikt om voor de tv te doen. Als je tenminste het tv programma ook wilt volgen. Zo heb ik een hele leuke tas gemaakt.  Bij deze tas hoort ook een koord en een schouderband. Het koord heb ik gemaakt met een kumihimoschijf.

Inkle loom: bezig met de schouderband.

‘Kumi’ betekent vlechten in het Japans en ‘himo’ koord.  Japans vlechten dus. En de schouderband heb ik gemaakt met de  Inkle loom, een klein bandweefgetouw; hiermee kun je hele mooie banden weven.

Mandala

Zo zijn er veel  verschillende soorten haaktechnieken. Bijvoorbeeld Tunisch haken, corner to corner, filethaken,  granny squares,  mandala’s,  plannend pooling (hiermee creëer je met een meerkleurig garen een ruitpatroon, zelf nog niet geprobeerd). En nog veel meer.

Nog een  techniek die ik als laatste wil benoemen is mozaïek haken.  Je haakt met twee of meer kleuren zonder dat je in 1 toer steeds van kleur hoeft te wisselend. Om de 2 toeren wissel je van kleur. Je haakt volgens een telpatroon en het is heel geschikt voor grafische patronen.  Het lijkt ingewikkeld maar dat valt reuze mee.  Je gebruikt eigenlijk alleen de drie basissteken lossen, vasten en stokjes.  Ik ben nu bezig met een kerstdeken in deze techniek.

Mozaïek haken: kerstdeken.

En dan ga ik  nu weer snel aan de haak.  Waar zal ik eens mee verder gaan?
De granny square deken, het lantaarntje of toch de omslagdoek?
Nee laat ik eerst de kerstdeken maar gaan afmaken: Kerst komt er aan.

Ook zin gekregen om te gaan haken, gewoon doen!

Reageren

6 oktober: Holy Stitch in de herkansing.

Vorig jaar op maandag 5 oktober hadden we de eerste bijeenkomst van ‘Holy Stitch’: een maandelijkse bijeenkomst voor creatievelingen op handwerkgebied.
Wat voor  steken je ook maakt: iedereen is welkom.
Die eerste bijeenkomst was ook gelijk de laatste, want corona maakte meer bijeenkomsten in het seizoen 2020/2021 niet meer mogelijk.
Meer weten over die bijeenkomst? Lees dan hier het blog  dat ik toen schreef.

Dit jaar is ‘Holy Stitch’ niet op maandag- maar op dinsdagmiddag; gistermiddag zagen we elkaar weer in de hal in Op de Helte.
We begonnen maar weer gewoon met een rondje voorstellen, want hoe we allemaal heten, dat waren natuurlijk al weer vergeten.
Iedereen beantwoordde de vragen ‘Hoe heet je, hoe lang woon je in Roden (en waar kom je vandaan) en waar ben je nu op handwerkgebied mee bezig’.

Het doel van dit clubje is natuurlijk ontmoeting.
Een praatje maken, laten zien wat je aan het doen bent, elkaar helpen, motiveren en op leuke ideeën brengen.
Gistermiddag had één van de dames een achter- en voorpand van een trui mee en vroeg zich af hoe het nou moest met het breien van een boord.
Dan is het handig als iemand anders dat weet en haar op weg kan helpen.

Na het voorstelrondje was er al drie kwartier om; daarna was het tijd voor waar we eigenlijk voor kwamen, namelijk handwerken en bijpraten.
Het was gezellig en er was koffie en thee. Er werd over en weer kennis gemaakt, er werden stoelen bij geschoven, handwerkjes en bijzondere tassen werden bekeken.
Een paar dames waren aan het borduren; één van hen deed dat in opdracht voor iemand in Friesland.
Het waren geborduurde randjes die je op een gastendoekje kon naaien. Toeristen schijnen er gek op te zijn.

Eén handwerkje dat iemand had laten zien was erg populair; het was een gehaakte windspinner.
Aan een tafeltje met vier dames zat al iemand driftig het patroon over te schrijven.
Overschrijven ja.
In onze digitale wereld kun je je dat haast niet meer voorstellen, maar als je snel even een patroontje op papier wilt hebben kun je het ook nog gewoon overschrijven.
Ik kreeg het patroontje mee om het digitaal met iedereen in de groepsmail te delen, dat zal ik vanavond doen.
Voor mijn lezers vandaag alvast een link naar  de website waar deze windspinner op beschreven staat: gehaakte windspinner.
Overschrijven hoeft dus niet; uitprinten kan ook.

Reageren

17 september: De toversokken van Kolletje

Er is tegenwoordig een kinderboekenserie met Kolletje als hoofdrolspeelster.
Dit staat er over Kolletje op de website van de Kinderboekenwinkel:

Kolletje is een vrolijk en eigenwijs meisje dat eigenlijk de veel te lange naam Katharina Orselia Laetitia heeft.
Als Kolletje vier wordt, krijgt ze van haar tante een wel heel bijzonder cadeau: een paar toversokken.
Wanneer ze die aantrekt en ‘Katharina Orselia Laetitia’ zegt, krijgt ze op slag speciale krachten waardoor de wonderlijkste dingen een makkie voor haar worden. Als ze bijvoorbeeld haar eten niet lust, laat ze het simpelweg verdwijnen!
De boeken over Kolletje worden geschreven door Pieter Feller en geïllustreerd door Natascha Stenvert. 

Het dochtertje van een vriendin van Frea is fan van de boekjes van Kolletje en ze was gisteren jarig; haar moeder wilde haar graag verrassen met net zulke sokken als haar boekenheldin: rood met witte toversokken. Of ik die kon breien….

Ja, dat dacht ik wel; ik kan immers ook gewone sokken breien. Bij Jeanet van ‘Blij dat ik brei’ in Arnemuiden kocht ik heel dun garen en rekende met de bijgeleverde matentabel uit hoeveel steken ik moest opzetten (48) en begon op heel dunne pennen (2.5) de sokken te breien.

Wat een gepriegel.
Vooral het begin was heel lastig… de pennen gleden weg als ik de steken over de drie naalden wilde verdelen. Toen ik eenmaal op gang was moest ik wel erg wennen: ministeekjes!  Wat een verschil met die pen 4 en grote-mensen-sokkenwol waar ik anders sokken mee brei. Maar het ging al snel steeds gemakkelijker en toen ik voor de tweede keer met rood begon was ik al weer lekker ontspannen aan het breien.

Inmiddels zijn ze klaar en zijn ze als cadeautje ingepakt.
Toversokken.
Nou hoop ik dat het meisje niet denkt dat ze echt kan toveren met die sokken; toverstof heb ik niet meegebreid.
Dat was nergens meer te koop…..

Vanmorgen kreeg ik een appje van mama: de sokken passen perfect. Maar ze wil ze niet aan.
De sokken zijn van Kolletje en als iemand anders dan Kolletje ze aantrekt en gebruikt gaan ze heel erg stinken.
Hilarisch vind ik het!  Als je vier jaar bent ga je nog helemaal op in fantasie; vooral van genieten vind ik.
De werkelijkheid van de ‘grote-mensen-wereld’ komt immers snel genoeg.
De sokken worden nu geknuffeld; ook prima!
Op foto de kersverse vier-jarige met de sokken én haar toverstokje.

Deze toversokken ook breien?
Ga dan naar het blog  ‘Sokken breien en mannenhumor’  uit 2020.
Daarop vind je een link naar een matentabel en link naar en PDF met de beschrijving van het breien van een sok.
Ik zette 48 steken op, het patroon heeft het over 56.
Het patroon moet je dus steeds een beetje aanpassen aan jouw aantal steken.
In het begin wordt dat dan 1 naald van 20 steken en 2 van 14= samen 48.
Ook de lengte van de sok hangt natuurlijk af van de leeftijd van het kind voor wie je ze breit.

Reageren

Pagina 5 van 22

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén