Gistermorgen zongen we met de Cantorij in de 1e Pinksterdag-viering in de Catharinakerk. Na het inzingen dronken we om 09.00 uur een kop koffie in De Deel, waar we even aandacht besteedden aan het afscheid van enkele leden die ons koor gaan verlaten. Wel jammer hoor….. we waren er even stil van. Maar dat kwam vooral omdat
één van het trakteerde op ‘Mozart Kugeln’.
Het kledingadvies ‘kom in de kleur van Pinksteren’ was door velen opgevolgd; de cantorij presenteerde zich feestelijk in veel schakeringen van de kleur rood en ook veel gemeenteleden hadden iets roods aangetrokken. Voor de viering zat de cantorij al in de kerk toen Gerard binnenkwam en voor ons langs liep. “Hé, wat een bos haar alweer!” riep iemand op de tweede rij. “Er kunnen al weer vlechtjes in…..” De gemeente heeft heel erg met ons meegeleefd het laatste jaar, nu het weer goed gaat is iedereen ook blij voor ons.
Pinksteren is het Feest van de Geest. (meer weten? Zie mijn blog van vorig jaar >>>)
Een feest van inspiratie en communicatie.
De voorganger zei hierover:
Pinksteren geeft ons nieuwe taal die ons bijeenbrengt.
In onze tijd is er een grote taal-verloedering gaande. Men denkt rond het vrije woord alles maar te kunnen zeggen, twitteren en facebooken.
Denk aan Trump, Wilders: de taal van het populisme.
Ik schrok toen ik in de column van een collega in Trouw las, dat Trump vooral steun krijgt van behoudende christenen. Daar snap ik niets van….
Geïmponeerd door harde taal van de machthebbers en geen oor voor de taal van Gods geest, de poëzie van de liefde.
Het is aan ons om tegenover die ‘harde taal’ en andere taal te laten horen.
Daarover zei de predikant:
In plaats van de oordelen en vooroordelen moeten wij spreken in taal van van waardering en openheid.
Vloeken en schelden is gemakkelijk genoeg.
Wij dienen te spreken met een taal die opbouwt, bemoedigt en heel maakt.
Niet een taal van oorlog en ruzie, maar van vrede en liefde.
De taal gebruiken als een geschenk dat ons bijeenbrengt.
Taal. We praten en zeggen veel in deze tijd. Iedereen geeft over alles zijn ongezouten mening die iedereen ook moet horen.
De preek van gistermorgen leert ons om vanuit de geest te praten.
Niet de hele dag maar een ‘meningen-diarree uitbraken’, maar nadenken voor je wat zegt. Als je wat zegt je afvragen: geven mijn woorden moed en vertrouwen? Spreek ik taal van zin en inspiratie? Best een moeilijke opdracht. Want ik flap er ook vaak zomaar wat uit.
Wie niet? Huiswerk van de Geest dus.
En soms is het beter om niets te zeggen. Om met Stampertje uit de Disneyfilm ‘Bambi’ te spreken: als je niets aardigs weet te zeggen, zeg dan niets niemendal >>>