De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

24 november: Doe Duurzame December Dingen.

Vrijdagmiddag de 21e zat ik boven te bellen met een vriendin.
Beneden was namelijk een vergadering van de werkgroep Groene Kerk, waar Gerard deel van uit maakt.
Opeens hoorde ik vanuit onze tuin achter ons huis lawaai: alsof er een groep mensen aan het barbecueën was.
Maar nee: de hele vergadering was vanuit de kamer even verhuisd naar de zonnewijzer midden in de tuin, want er werd een groepsfoto gemaakt.
De werkgroep ging een mini-foldertje maken met een groene kerstgroet voor de gemeente en wat tips onder de titel ‘Doe Duurzame December Dingen’.
Weten wat die dingen zijn? Hierbij een link naar een PDF met de inhoud van die minifolder en het resultaat van de strapatzen in onze tuin: Doe Duurzame December Dingen.

Gistermorgen was de viering ook voorbereid door de werkgroep Groene Kerk, maar alles was anders deze morgen.
We begonnen de viering met delen van een groot verlies voor onze gemeente: Henk van Donk, de man van dominee Sybrand van Dijk is afgelopen donderdag op 68-jarige leeftijd overleden.
Sybrand ging dan ook niet voor gistermorgen: Marieke Pranger nam dit van hem over. Deze week zal ik op deze website meer aandacht besteden aan Henks’ overlijden: hij zong als tenor in onze cantorij en wij zullen dan ook zingen tijdens de avondwake a.s. dinsdag.

Verder was er vóórdat de dienst was begonnen al sprake van grote onrust: organist Arjan Schippers was er niet. En kwam ook niet. Misverstand in de de communicatie.
Wat nu? Een voorzanger? Gitaar/blokfluit ophalen? Niet zingen maar de tekst van de liederen voorlezen?
Maar wat een geluk: Marianne zat in de kerk, zij was vroeger organiste. Al jaren had ze geen gemeente meer begeleid, maar zij ging het toch proberen en het ging érg goed.
Ze kreeg 2x applaus: voor én na de dienst.

Het bleef een beetje behelpen deze morgen, maar we hadden een mooie dienst.
De boodschap was ook wel helder: niet in paniek raken van alles wat er in de wereld gebeurt; laat je niet verlammen door wat morgen zou kunnen gebeuren.
Daarbij moet ik altijd denken aan die ene preek ‘speciaal voor mij’* met het credo van Luther: Als ik wist dat morgen de wereld zou vergaan, zou ik vandaag nog een appelboom planten.

Na afloop van de viering complimenteerde ik Marieke met het feit dat ze zo kalm was gebleven.
“Ja, maar dat was alleen maar buitenkant….” zei ze.
“Achteraf zag ik dat ik van de stress een A4-tje van mijn papieren heb overgeslagen over ons koopgedrag, geven en delen!”
Oplossing: ze heeft het naar mij gestuurd, zodat ik het kon plaatsen op dit blog. Hierbij een link Duurzaam Delen.

Binnen één minuut, zonder schaar of lijm….

Tijdens de koffie konden we bij Toos een minicursus doen: hoe vouw ik een papieren zakje van een krant?
Maar dat was leuk; wat een goed ‘groen’ idee!
Toos had het zelf gebruikt voor pruimen die ze te koop aanbood langs de kant van de weg.
Ook zo’n zakje maken? Hierbij een link naar een video op YouTube.

*Nog nooit iets van gehoord? Lees dan nog eens dit blog uit 2020: Een appelboom planten.

 

Reageren

23 november: Brillen, puzzels en taferelen.

2023

Sinds donderdag ben ik in het bezit van drie nieuwe brillen.
Een landelijk bekende brillenboer die ook een filiaal in Roden heeft had een actie: ‘2e en 3e bril gratis’.
Ik wilde nu een ander soort montuur en ik wilde ook graag een zonnebril op sterkte, want de laatste tijd had ik steeds een voorzet-zonnebril, maar die was ik om de klip-klap kwijt.
Je ziet ‘het nieuwe gezicht 2025’ in de drie afbeeldingen aan de rechterkant. De twee nieuwe brillen wissel ik nu om de twee/drie dagen af en de zonnebril deed ik in de koker in mijn tas met de gedachte: die heb ik eerst niet nodig.

Maar zaterdagmiddag zaten we in de auto op weg naar een feest in Emst en de zon scheen uitbundig.
‘Nu kan ik mijn nieuwe zonnebril even uitproberen!’ bedacht ik.
Mooi man! Geen voorzetbril die er net niet goed overheen past; gewoon een bril op sterkte (nog) zonder krassen.
Waarde van de dag.

Maar de dag had nog meer waarde: het feest waar we naar toe onderweg waren werd gegeven door Janny, getrouwd met mijn neef Jan.
Wij zijn allebei geboren in 1960 en dat betekent dat zij dit jaar ook 65 wordt. Is geworden zelfs: gistermiddag werden we om 13.00 uur in Emst verwacht.
“En wie jarig is trakteert” zei ze in haar toespraakje voor haar gasten en ze voegde gelijk de daad bij het woord: wij werden verwend met een ‘Tafereel-lunch’ in de Emsterie in Emst.
Het was met recht een traktatie.
De lunch viel uiteen in een aantal delen en er werden steeds schaaltjes op tafel gezet waar kleine hapjes op lagen.
Een lepel met een bolletje panna cotta als amuse, een klein kommetje soep, broodjes met kruidenboter, stukje gerookte zalm, een kleine salade, nog veel meer wat ik allemaal niet heb onthouden en aan het einde wat zoetigheden; het was een feest van proeverijen.
Heerlijk allemaal!
En allemaal dingen we thuis nooit krijgen: we vonden het erg lekker.
Ondertussen genoten we van het gezelschap waar we in verkeerden. Niet dat we iedereen kenden, hoor….  natuurlijk spraken we Jan’s zus nog en ook  met Janny’s zus praatten we nog even bij.
We zaten aan tafel bij een stel vrienden waarmee het gemakkelijk converseren was en ondertussen deelden we de gerechtjes.

De jarige Job steekt niet onder stoelen of banken dat haar grote hobby puzzels maken is.
Van ons kreeg ze een mini-puzzeltje én een bon: daarvoor kon ze of een puzzel of een boek kopen, daar komt ze zelf vast wel uit.
De bar, waar de cadeaus stonden uitgestald, lag al vol met dozen, allemaal puzzels van 1000 stukjes; je kunt tegenwoordig natuurlijk ook te kust en te keur.
Ga maar eens kijken bij Daan Nijman bijvoorbeeld!
Of, misschien nóg beter: kijk eens bij een kringloopwinkel of ga tussen Kerst en Oud & Nieuw naar de Roder Boekenmarkt, daar kun je ook puzzels kopen.
Die vindt dit jaar plaats op 28 en 29 december; je kunt deze week (tm 27 november) nog boeken inleveren.
Meer weten?
Hierbij een link naar hun website. 

Reageren

22 november: Lieneke en twee Peters

Niet ieder boek dat ik lees vind ik leuk genoeg om een blog over te schrijven.
Het boek ‘Chantage’ van de eerste Peter, Peter Römer, over de dood van een beroemd actrice laat ik onbesproken. Ik las de eerste 100 bladzijden en daarna de laatste drie hoofdstukken omdat ik wilde weten hoe het afliep; het boek overstijgt mijns inziens het script van een Nederlandse soap niet.

Een boek dat wel een deel van een blog verdient is Koude Lente van Lieneke Dijkzeul; zij is een schrijfster van wie ik altijd boeken zoek op boekenmarkten en bij Het Goed. Het team van inspecteur Paul Vegter krijgt deze keer te maken de dood van een meisje van 6.  Het meisje had voor haar verjaardag een nieuwe fiets gekregen en ze mocht even de straat uit fietsen, maar ze kwam niet meer terug. Er zijn verschillende mensen die verdacht worden van het misdrijf.
Is het de buurman Morsink die in elkaar wordt geslagen met een verwijzing naar pedofilie?
Is het de chauffeur van de schoolbus die dagelijks kinderen naar zwemles brengt en zich verdacht ophoudt in het struikgewas?
En welke rol spelen de ouders van het meisje dat is vermoord?
Of is het de jongen zonder naam die je als lezer al vanaf het begin volgt? Zijn naam wordt niet genoemd en je hebt diep medelijden met het kind.
Het zal zo zijn dat dit soort gezinsomstandigheden vaker voorkomen in Nederland, maar je mag toch bidden en hopen dat dat niet te vaak is. Moeder aan de drank, vader niet in beeld en foute vrienden. De triestigheid walmt je uit het boek tegemoet.
Een overzicht van de andere boeken van deze auteur die ik al las vind je hier.

Het laatste deel van dit boekenblog wijd ik aan de tweede Peter: Peter Robinson en zijn boek ‘Kil als het graf’ met in de hoofdrol Inspecteur Banks.
De volgorde waarin ik de boeken in deze serie lees klopt niet: in deze politiethriller is de verkering met Annie uit, maar nog smeulend op de achtergrond aanwezig.
Banks wordt door zijn baas, hoofdcommissaris Riddle gevraagd om zijn dochter Emily te zoeken die van huis is weggelopen. Dat lukt: hij brengt haar weer naar huis en daarmee is voor Banks de kous vooreerst af. 6 maanden later: er wordt iemand vermoord en gedurende het onderzoek stuit Banks op lijntjes die naar mensen leiden die ieder afzonderlijk te maken hebben gehad met de dochter van Riddle. En dan wordt tijdens een avondje uit ook Emily dood aangetroffen.
Ook in dit boek wordt weer heel veel verwezen naar muziek, kennelijk een grote passie van de schrijver; voor mij voegt het niet zoveel toe.
Het is bij Robinson niet altijd raak; sommige van zijn boeken slepen me mee het verhaal in, maar bij deze was van meeslepen geen sprake.
Op sommige punten te breed uitgesponnen en hier en daar wat weinig uitgediept; op die Riddle bijvoorbeeld, zijn huwelijk en zijn achtergronden had wel wat eerder ingezoomd mogen worden.
Neemt niet weg dat de boeken van Robinson zeker de moeite waard zijn en van goede kwaliteit, maar deze roman overstijgt beslist niet mijn favoriete deel: ‘Verdronken verleden’. Klik hier voor een overzicht van de tot nu toe gelezen delen.

Reageren

21 november: En nu?!

Sinds januari 2018 ga ik in het voor- en najaar wekelijks naar het FysiYoLates-groepje van Trijntje Hagenauw.
Tot vorig jaar op vrijdag, maar dit seizoen komen we bij elkaar op donderdagmorgen om 09.00 uur.
Ben je een vaste lezer van dit blog, dan weet je dat ik helemaal niet van sport houd, maar dat de lessen van Trijntje de enige uitzondering zijn: ik zou het anders nooit 7 jaar hebben volgehouden.
Bij Trijntje doen we iedere week wat anders: met ballen, stokken, evenwichtsoefeningen, met de mat, bankjes, blokjes, je kunt het zo gek niet bedenken of wij doen er oefeningen mee.

Twee weken geleden kregen alle deelnemers een mail van Trijntje met een voor ons allemaal verpletterende mededeling “Lang heb ik er over nagedacht, maar ik heb besloten om te stoppen met het geven van deze lessen.”
Punt.
Hé?!?
Gelijk appte ik met vriendin Bea.
“Weet jij waarom Trijntje er mee stopt?”
Nee, ook niet.
Wat jammer dat ze stopt! En nu?!

In de week daarna vertelde Trijntje dat het de laatste tijd veel te druk was geweest en dat ze over haar grenzen was gegaan.
In de kleedkamer en later aan de thee zaten we allemaal vol vragen.
“Hoe gaat het nu met je? Kun je ons nog wel tot december les blijven geven?”
“Heb je ook een opvolger?”
“Heb je een alternatief?”
“Hoe moet het nu verder met ons groepje?”
Trijntje zou gaan nadenken en rondvragen; vooreerst blijven de lessen doorgaan, ze stopt pas half december.

Gistermorgen waren de oefeningen weer heel divers: eerst deden we ‘de gedraaide stoel’: handen gevouwen, knieën buigen en dan met je linkerelleboog naar de rechterknie en andersom.
Meer weten? Hierbij een link met meer informatie.
Daarna deden we oefeningen op de rug met zo’n grote skippybal: je moest de enorme bal tussen je enkels klemmen, dan met je benen omhoog met de bal de muur achter je aantikken én met je ene been de bal tegen de muur aandrukken en met je andere been de bal aantikken.
Je snapt vast wel dat ik nu, een dag later, mijn liezen, buikspieren en bovenbeenspieren wel voel.

We besloten de les met de ontspanningsoefening Yoga Nidra.
Daar schreef ik al eens eerder over (zie Yoga Nidra). Het verschil met toen was dat ik nu niet steeds wegzakte in de ontspanning, maar dat ik ‘helder en alert’ bleef.
Kennelijk ben ik ’s morgens fitter dan ’s middags; of misschien ben ik over de hele linie wat beter uitgerust nu ik niet meer naar mijn werk hoef.
Hilarisch was het eind van de oefening.
Trijntje had aan begin gezegd dat we onze ogen pas weer open mochten doen als zij het zei, maar dat vergat ze.
Wij zaten allemaal al weer rechtop ‘in het nu’ te wezen, maar één deelneemster lag nog steeds op haar rug.
“Je hebt nog niet gezegd dat we onze ogen open mochten doen….”
Het mocht.
Op naar de thee!

Stel je toch voor dat we dit straks niet meer hebben…..

Reageren

20 november: Een uurtie…..ok in Hieken!

In mei 2024 zat der een groep PKN-gemienteleden  um de taovel in oonze woonkeuken voor de deur mij georganiseerde activiteit ‘Een uurtie Drents’. Iederiene haar € 5,-  betaold veur het goeie doel, namelijk het wark van Father Petru in het dorp Ulmu in Moldavië. Biezunder was dat der naost de Roners ok een gast uut Hieken bij was, Matta, die met heur zuster metkommen was.
“Dat kunt wij in Hieken ok wel ies doen” haar Matta zegt tegen veurzitter van de vrouwenvereniging daor. En laot dat nou mien schoonzus Hennie weden!
Tiedens een verjaordag legden wij de agenda’s naost mekaar: woensdagmiddag 19 november kom ik met ‘Een uurtie Drents’ naor Hieken.

Een liedtie, een verhaoltie en een beetie geschiedenis: op zu’n middag bin ik in mien element. Maor ik was niet allent an ’t woord: de deelnemers an dizze middag beantwoordden een vraoge en mussen zölfs nog an ’t wark. De vraog was: waor ko’j vot en wat preut ie vroeger met joen olders? En met wie praot ie nou nog in joen eigen streektaol?
In Hieken wordt (in tegenstelling tot Roden) nog overwegend plat praot.  De miesten kwamen dan ok uut Drenthe (Hollandscheveld, Hieken, Gouwenbrugge) maor iene kwam oorspronkelijk uut Staphorst en iene uut Grunnen, maor daor praot ze natuurlijk ok een vorm van het Nedersaksisch en dat kan prima naost mekaar. A’j mekaar maor begriept…!
Ien deelnemer preut zölf vloeiend Hiekers, maor heur va was een Fries en heur moe kwam uut Noord Holland!

Verder legde ik  ze een aantal spreekwoorden veur en vreug of ze wussen wat die betiekenden.
Weet ie ’t?
‘Ik bin an de latten’
‘Hij hef de klompen an de kaante zet’
Ok nuumde ik tien typisch Drentse woorden op, zoals bijveurbeeld ‘gaorenklopper’ en ‘rikkepaol ‘* en vreug de deelnemers of ze wussen wat die woorden betiekenden.

Wij zungen met mekaar nog ‘Hier kom ik weg’ van Daniël Lohues en ik las het verhaal over mien avonturen in het Martiniziekenhuus met Willem, Guus en Piet  Nargens beter as thuus , dat ok al ies op dizze website publiceerd is. De middag sleut ik of met een verhaol dat al ies in de ‘Zinnig’ staon hef over mien liefde veur de Catharinakerk die op de Brink in Roden stiet: ‘Bij oons op de Brink‘.

Dizze activiteit heb ik destieds in Roden anbeuden, omdat de streektaol mij nao an het hart lig en ok gistermiddag was weer een mooie gelegenheid um het Drents  positief under de aandacht te brengen. Met mien enthousiasme veur oonze stokolde taol hoop ik dat ik de meinsen der van heb kunnen overtuugen hoe belangriek het is um in het Nedersaksisch met mekaar te blieven praoten.

* Spreekwoord 1: dan bi’j failliet. .
Spreekwoord 2: hij is overleden.
Een gaorenklopper  is een sufferd/onbenullig persoon en een rikkepaol is een paoltie met prikkeldraod um een weiland te umheinen.
Hierbij nog een een link naor de website van RTV Drenthe, daor vin ie een artikel over de herkomst van het woord gaorenklopper; dat was in 2021 ‘het Drentse woord van het jaor’.

Reageren

19 november: Een horloge & een parelketting.

Jacques Klöters begint zijn radioprogramma op zondagmorgen altijd met een gedicht.
Een aantal weken geleden was dat een oud gedicht; het was in 1870 geschreven door Rosalie Loveling en de titel was ‘Het geschenk’.

I

Hij trok het schuifken open,
Het knaapje stond aan zijn zij
En zag het uurwerk liggen:
‘Och, grootvader, geef het mij?’

– Ik zal ’t u wel eens geven,
Toekomende jaar misschien,
Als gij wel leert en braaf zijt,
Zeî de oude, wij zullen zien.

‘Toekomend jaar!’ sprak het knaapje,
‘O, grootvader, maar dan zoudt
Ge lang reeds kunnen dood zijn;
Ge zijt zoo ziek en zoo oud!’

En de oude man stond te peinzen,
En hij dacht: het is wel waar,
En zijn lange vingren streelden
Des knaapjes krullend haar.

Hij nam het zilvren uurwerk,
En de zware keten er bij,
En leî ze in de gretige handjes,
‘’t Komt nog van uw vader,’ sprak hij.

II.

Daar was een grafje gedolven;
De scholieren stonden er rond,
En een oude man boog met moeite
Nog eene knie naar den grond.

Het koele morgenwindje
Speelde om zijne haren zacht;
Het gele kistje zonk neder;
Arm knaapje, wie had dat gedacht!

Hij keerde terug naar zijn woning,
De oude vader, en weende zoo zeer
En lei het zilvren uurwerk
In ’t oude schuifken weêr.

Aandachtig had ik geluisterd en ik, emotionele dweil, was in tranen.
Het gedicht deed me denken aan de smartlap die vroeger in mijn liedjesmap stond.
Het was een lied van de Zangeres zonder Naam en het heette ‘Het parelsnoer ‘.
De eerste regel was ‘Klein Greetje kwam dikwijls bij grootmoe, wel 6,7 keer op een dag, ze vindt het bij grootmoe zo heerlijk, omdat ze daar alles van mag.’
Het gegeven waar het verhaal om draait is hetzelfde, maar bij dit lied gaat het niet om een grootvader met een zilveren horloge, maar een grootmoeder met een parelketting.

Wát een ontzettende smartlap!
Voor mijn moeder heb ik het nog wel eens gezongen, maar het staat al jaren niet meer in mijn zangmap: ik krijg het er niet meer uit.
Wil jij het lied nog eens horen, gezongen door Mery Servaes?
Hierbij een link naar een uitvoering op YouTube. 

Reageren

18 november: PensionAda 6 – Fluiten & opruimen.

In deel 2 van deze serie schreef ik er al over:  er is één ding dat ik écht nieuw ga doen nu ik met vervroegd pensioen ben gegaan en dat is altblokfluit leren spelen.
Bovenop de kast in onze woonkamer ligt al jaren een mooie altblokfluit; die ligt er al zo lang dat ik niet meer precies weet hoe ik er aan kom. Ik denk gekocht bij een boekenmarkt of een kringloopwinkel? Maakt ook niet uit; ik ga er op leren spelen.
Donderdagmorgen 23 oktober haalde ik het ding uit zijn doosje, zette hem in elkaar en speelde een paar tonen.
Sopraanblokfluit spelen kan ik al, maar daarmee wordt het nog niet gemakkelijker om altblokfluit te spelen, want je speelt bijvoorbeeld de C op de alt fluit met de greep die je bij de sopraanfluit voor de G gebruikt…..heel raar en verwarrend.
Als je al sopraanblokfluit speelt moet je dus heel veel afleren.

Maar voor ik uberhaupt kon gaan oefenen/spelen moest ik eerst ergens lesboeken op de kop tikken.
Eerst vroeg ik twee dames die altblokfluit spelen, maar die konden mij allebei niet aan hun lesmethode helpen, maar die gaven mij de tip om op internet te zoeken naar tweedehands boeken.
Gerard heeft voor mij op Marktplaats voor een zacht prijsje een vijftal lesboeken gekocht, die ik als brievenbuspakje op de deurmat vond toen we terugkwamen uit Westerbork.

Die middag, vrijdagmiddag 31 oktober, begon ik aan mijn nieuwe uitdaging; ik leerde de C (inderdaad: met de greep van de G op de sopraanfluit), de D en de E en na twintig minuten kon ik met die drie noten een klein walsje en een herderswijsje spelen.
Anders dan bij een sopraanblokfluit heb je bij de altblokfluit een zogenaamde ‘steunvinger’: de ringvinger van je rechterhand staat standaard op het één na laatste gaatje op de fluit. Dat heeft geen effect op de tonen die je daarboven speelt en het geeft meer stabiliteit bij het fluitspelen.
Leuk! Wordt vervolgd.

De eerste echte ‘pensioenklus’ heb ik inmiddels ook al gedaan: mijn handwerkkast helemaal opruimen.
Dat was al weer een mooie bende geworden.
De kast heeft vier planken: haken, breien, borduren en naaien & overig.
Voor een nieuw handwerkproject zoek ik garen, oude patronen, naalden met het goede nummer of ik moet op zoek naar toerentellers voor een dochter. Ik noem maar wat.
Dan moet je eigenlijk nadat je hebt gevonden wat je zocht alles weer opruimen, maar daar gun ik me dan de tijd niet voor.
Dozen blijven half open staan, inhoud door elkaar gerommeld.
Op de planken liggen losse breinaalden, restanten garen, uitgeschreven aantekeningen die ik ‘eerst even wegleg’, dat zoek ik nog wel eens uit.
Er ligt iets op de trap, dat moet naar boven in de map ‘haakpatronen’ of ik leen iets uit en als ik het terug krijg leg ik het ‘even’ uit zicht.
Het is al fijn als het vervolgens op de goede plank komt te liggen….
Hieronder zie je hoe het was en hoe het is geworden!

Benieuwd naar de andere delen in deze serie?
Hierbij een link naar deel 1, onderaan dat blog vind je een overzicht van alle tot nu toe gepubliceerde delen.

Reageren

17 november: Uiltjes-wanten (2)

“Wil jij nog wel een paar uiltjes-wanten voor mij breien?” vroeg dochter Carlijn vorige maand.
Die wanten, polswarmers eigenlijk, had ik in 2014 voor haar gebreid.
“En dan wil ik ze graag met een extra lange boord en ook in een andere kleur. Paars of zo?”
Die boord moest driekwart van de onderarm bedekken “want de wind waait altijd zo bij de mouwen van mijn jas in…”

Eerst zocht ik maar eens het blog op dat ik dat ik toen had geschreven in 2014.
Maar de link naar het patroon werkte niet meer, dus ik moest ik mijn breiboeken er even weer bij hebben.
Voor het originele patroon moest je 24 steken opzetten, maar het garen dat daarvoor gebruikt was was veel dikker; ik herinnerde me dat ik de vorige keer ook al veel meer steken had opgezet.
Hierbij alvast een link naar het originele patroon van Molly Makes: polswarmer uiltjes breien

Het patroon moest drastisch worden aangepast.
60 steken zette ik op en breide het eerste stuk van de boord met de verschoven boordsteek: daarmee krijg je een rul en rekbaar breiwerk.
Daarna minderde ik geleidelijk 15 steken, zodat ik 45 steken overhield.
Met die 45 steken breide ik de boord verder met de boordsteek zoals die in het patroon beschreven staat en die is best bijzonder.
1 toer brei je 2 recht 1 averecht en in de volgende toer haal je de tweede rechte steek eerst over de eerste heen en dan brei je hem.
Het geeft een heel apart effect en de boord wordt zo heel elastisch.
Op het patroon heb je naast het uiltje aan weerskanten maar één steek averecht, maar ik koos er voor om aan weerszijden 3 averecht steken te breien.
Het uiltje neemt 8 steken in beslag + 2 x 3 averecht = 14 steken: die zette ik op één naald en verder volgde ik de beschrijving van Molly Makes.

Toen moest er nog een aanpassing komen: ze wilde de wanten wat langer over de hand, dus ik breide er na het uiltje nog 4 centimeter boordsteek bij aan.
Ze zijn goed gelukt; Carlijn was er blij mee!
Ben je geen ervaren breister? Niet aan beginnen, het is best een gedoe.
Wel veel ervaring? Dan maak je met het PDF van Molly Makes en mijn beschreven aanpassingen vast je eigen versie!

Reageren

16 november: Van wie?

In de lezing van vanmorgen stellen de Sadduceeën een vraag aan Jezus. “Van wie zal een vrouw die meermalen getrouwd is geweest na de opstanding de echtgenote zijn?”
In de vraag wordt zelfs gesproken over zeven broers die allemaal met die vrouw getrouwd zijn geweest. Die vraag was bedoeld om de opstanding belachelijk te maken en Jezus voor schut te zetten.
Jezus zegt: “Wanneer mensen uit de dood opstaan trouwen ze niet en worden ze niet uitgehuwelijkt, maar zijn ze als engelen in de hemel.”
Het antwoord op de vraag is dus ‘Van niemand. Het gaat immers niet om eigendom en bezit, maar om ‘zijn en delen’.

De achterliggende gedachte van de overdenking van vanmorgen was ‘laat het los’.
Hou niet krampachtig vast aan wat er was (kinderen, ouders, werk of waar je dan ook maar aan vast zit) maar laat het los, dan komt er ruimte voor iets anders; leven heeft veel verschillende verschijningsvormen. Aan het begin van zijn verhaal liet voorganger Sybrand van Dijk ons verschillende zaden zien, die allemaal heel andere omstandigheden nodig hadden om te kunnen ontkiemen. Het ene moest onder de grond, het andere moest in de zon, weer een ander moest wellen in water, maar alle zaadjes ontkiemden tot een plantje of een bloem. Op hun eigen manier.
Zonder hulp van mensen: het enige wat mensen moeten doen met zaadjes is zaaien en vervolgens loslaten. En niet ondertussen het zaadje opgraven om te kijken of er al worteltjes aankomen.

Het zingen ging vanmorgen wat stroef.
We zongen nogal wat onbekende liederen die heel goed bij het thema pasten, maar als je zo zit te hannesen met noten en woorden besef je niet goed wat je zingt.
‘Mijn leven is een splinter aan de tijd’ bijvoorbeeld, lied 847.
Die tekst deed me door de woorden ‘stofje van de eeuwigheid’ denken aan het liedje ‘En toch…’ van Elly & Rikkert Zuiderveld.
‘De wereld in Gods hand is als een zeepbel, Hij zou zo kunnen knijpen als Hij wou, de mensen zijn een stofje aan de weegschaal, hij zou zo kunnen blazen als hij wou….’
Luister maar eens: En toch.
Met dat liedje in mijn hoofd lukte meezingen al helemaal niet meer.

Het laatste lied was heel bekend, dat wil zeggen: de melodie.
We zongen lied 793 ‘Bron van liefde, licht en leven’, op de wijs van ‘Wat de toekomst brengen moge’.
De tekst is geschreven door André Troost
Het lied beschrijft God als een bron van liefde, licht en leven en in drie coupletten zing je elkaar als gemeente deze troostvolle woorden toe.
We zongen het ook al eens tijdens een begrafenis; daar moest ik vanmorgen aan denken bij het tweede couplet.
Toen lukte zingen even niet meer zo goed.

Bron van liefde, licht en leven, zon die hartverwarmend schijnt,
woord van hogerhand gegeven, trouw en teder tot het eind – 
al zou ons een vijand haten, al gaat zelfs de liefste heen,
liefde zal ons nooit verlaten, Gij laat ons geen dag alleen. 

Reageren

15 november: Haggis?

Rond de geboortedag van mijn moeder, 23 oktober 1931, gaan wij altijd uit eten met mijn broer en schoonzus.
Omdat ik rond de 23e oktober afscheid van mijn werk nam en 65 werd was er in die week geen ruimte voor voornoemd etentje, maar we planden het al wel: ik reserveerde voor vrijdag 14 november een tafel voor 4 personen in ‘Het wapen van Schotland’ in Hooghalen.

Mijn moeder overleed in 2017; ze heeft de 86 net niet gehaald.
Op zo’n avond halen we altijd even herinneringen op aan onze ouders, maar daarnaast zijn er natuurlijk ook genoeg onderwerpen om te bespreken, we zitten geen moment zonder gespreksstof. Ondertussen moet je ook nog bedenken wat je wilt eten; wij waren hier nog niet eerder geweest en waren wel benieuwd. Dit staat er over op website Drenthe.nl:

Het Wapen van Schotland is een gezellig Schots restaurant in het centrum van Hooghalen waar u kunt genieten van al het goeds dat de Schotse en de Drentse Hooglanden u bieden. U kunt gezellig een aperitiefje nuttigen aan onze typisch Schotse whiskybar met zijn ruime en nog steeds groeiende collectie whisky en speciaalbier, er is ook Schots bier op de tap! Onze uitgebreide menukaart bestaat niet alleen uit traditionele Schotse specialiteiten. Naast specifieke Schotse gerechten zoals: Haggis, stoofschotels, zalm, hert en lamsvlees, biedt de keuken ook plaats aan bekende gerechten zoals schnitzel, varkenshaas en spare ribs. Tevens zijn er volop visgerechten.

Nee, we bestelden geen Haggis*. Nooit gegeten maar wel zoveel over gehoord dat we dat niet gaan doen. Wat bestelden we wel? We begonnen met een voorgerecht: twee soep en twee carpaccio. Ik had tomatensoep met zalmsnippers: wát een bijzondere combinatie!
Als hoofdgerecht werden er spareribs, mixed grill, tournedos en fazantenbout geserveerd.

We hebben heerlijk gegeten, maar waren ook erg te spreken over de ambiance.
Er was ruimte genoeg tussen de tafels in, er hing een gemoedelijke, gezellige sfeer (geen luid pratende/schreeuwende groepen mensen), de muziek was heel zacht op de achtergrond en de bediening was erg vriendelijk. We hoefden niet heel lang te wachten tussen de gangen door en de kaart bood ruim voldoende keuze. Wil je daar ook eens eten? Wél reserveren!
Hierbij een link naar de website van dit restaurant. 

Goed om elkaar weer met z’n vieren te spreken. We zien elkaar natuurlijk vaker, maar dan meestal op verjaardagen en andere bijeenkomsten, dan komt het vaak niet van persoonlijke gesprekken.
Mijn moeder  zou dit jaar 94 zijn geworden, mijn vader 93.
We benoemden gisteravond nog even de etentjes die we vroeger als gezin met mijn ouders beleefden. Op hun trouwdag bij de chinees in Beilen. Op vakantie op de heen- en terugreis.
Goed om onze ouders af en toe even op het netvlies te hebben.
Hun levensboek is al jaren dicht; we koesteren de herinneringen.

* Geen idee? Klik hier.

Reageren

Pagina 2 van 395

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén