De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

10 juli: Berlijn; een wereldstad.

Wij vinden Groningen al een grote stad. Tijdens onze vakantie in Ferch bezochten we de stad Berlijn twee keer. We waren al gewaarschuwd: niet met eigen auto gaan, openbaar vervoer is veel handiger! Dat zal zo zijn, maar wij zijn geen ervaren  openbaarvervoer-reizigers, dus dat ‘handig’ is ook maar betrekkelijk.
Maar we kwamen er. Met de bus van Ferch naar Potsdam, met de trein van Potsdam naar Berlijn en in Berlijn met de U-bahn.  Diepgelukkig zaten we na de reis om 10.20 uur tegenover der Hauptbahnhof met een kop koffie aan de oevers van de Spree.

Gewapend met een boekje van de ANWB en een stadsplattegrond verkenden we de stad aan de hand van de vraag: “Wat willen we in ieder geval zien?”
Men had ons gezegd dat de Reichstag de moeite waard was, maar daarvoor had je van te voren moeten reserveren. Onze gastvrouw in Ferch had nog voor ons gekeken op internet; er was nog één mogelijkheid. Dinsdag 3 juli om 08.15 uur. Moesten we om 06.00 u met de bus….. dat vonden we te vroeg voor mensen die vakantie hebben.

Het Reichstaggebouw was ook zonder bezoek indrukwekkend. Dat komt ook omdat het zo bekend is van de beelden die we kennen van het journaal. Ook de Brandenburger Tor bezochten we. Kennelijk was er iets groots aan de gang, want er was heel veel politie op de been en er waren nogal wat straten afgezet met vervelende hekken met wit plastic er omheen. Lelijk. We flaneerden over Unter den Linden en zochten vervolgens Checkpoint Charlie op.

We bezochten het museum Haus am Checkpoint Charlie.
Daar lieten we de rauwe werkelijkheid  tot ons doordringen van de periode dat Oost Duitsland en dus ook Oost Berlijn achter de communistische muur verdween. Afschuwelijk.
De vluchtpogingen, de doden, de angst, de achterdocht: het kwam op me af.
Geschiedenis waar ik zelf getuige van ben geweest: je weet het, je leest er over en pas in Berlijn realiseer je je hoe het geweest moet zijn. En besef je ook weer eens te meer dat niet de Duitsers maar de Nationaal Socialisten de 2e wereldoorlog op hun geweten hebben.

Geschiedenis, ik hou er van. In Duitsland kun je wat dat betreft te kust en te keur. Deze vakantie leefden we een dag of 10 in een deel van Europa waar de gevolgen van het meest gruwelijke stuk van de Europese geschiedenis soms nog tastbaar en soms voelbaar aanwezig zijn. Afgelopen zaterdag schreef Daniël Lohues hier ook nog over in zijn column ‘Verleden’ in het Dagblad van het Noorden (zaterdag 7 juni) . Hierbij een link naar de pagina ‘Columns’>>>  op zijn website.

Opdat wij niet vergeten. Koester je vrijheid.

Reageren

9 juli: Horen, zien en spreken.

Na twee zondagen ‘in de vrömde’ zaten we gistermorgen weer in de Catharina kerk op de Brink.  Horen, zien en spreken was het thema.  We hoorden hoe Ezechiël, toen het volk Israël in ballingschap gevangen zat in Babel, van Godswege een visioen kreeg en dat onder

Ezechiël

de aandacht van zijn volksgenoten bracht; verder hoorden we dat Jezus in zijn eigen dorp niet zo werd gewaardeerd.  “Is dat niet die timmerman? De zoon van Maria en de broer van Jacobus?” Er staat niet in de bijbel ‘Wie denkt ie wel dat ie is!’ maar dat is wel de strekking van het verhaal.

De voorganger kwam er tijdens de voorbereiding van de viering achter dat ‘By the rivers of Babylon’  van Don McLean ook heel goed bij de viering had gepast, maar dat kon niet meer worden gerealiseerd; daarom zong hij het zelf.  Benieuwd naar dit lied?  In 2016 schreef ik al eens een blog >>> over deze bewerking (en die van Boney M.) van Psalm 137.

De drie beroemde aapjes waar de viering  mee begon staan voor ‘Horen,  zien en zwijgen’, maar wij hoorden gistermorgen dat we weliswaar moeten horen en zien,  maar dat we daarbij niet moeten blijven zwijgen.  We moeten spreken.  Laat je als christen horen; steek om te beginnen niet onder stoelen of banken dat je bij een kerkgemeenschap hoort en probeer  door middel van je gedrag en door je woorden in gesprekken te laten doorklinken wat wij als christenen belijden.  Best een lastige opdracht in een maatschappij die zich juist steeds meer van het geloof lijkt af te keren. Huiswerk om over na te denken.

Op muzikaal gebied was het orgelspel van Erwin Wiersinga gistermorgen het mooist. Dat waren meer mensen met mij eens,  want na een geweldig uitgevoerd stuk dat hij tijdens de collecte speelde kreeg hij applaus; zeer ongebruikelijk in een viering, maar beslist verdiend. Ik ben niet zo klassiek onderlegd,  dus ik heb geen idee wat hij speelde, maar het klonk me als muziek in de oren! Benieuwd naar het stuk? Beluister dan de viering op kerkradio >>>(8 juli, Catharinakerk 09.30 uur).

(PS. Inmiddels weet ik van Erwin wat hij speelde:
Het was het a moll concerto van Vivaldi voor strijkers, door Bach bewerkt voor 4 clavecimbels en daar weer een orgelbewerking van.)

Reageren

8 juli: Drùk in het bos.

Nietsvermoedende fietsers die gisteren in de buurt van de dagcamping bij Vledder kwamen keken vreemd op: het was hartstikke druk in het bos! Dat kwam omdat de familie Waninge daar was neergestreken voor hun jaarlijkse familiedag. Een grote partytent,  wat statafels, een uitgezet volleybalveld en grote kleden met speelgoed voor de jongste kinderen. Het duurde even voordat iedereen er was. “Ja, de navigatie zei ‘bestemming bereikt’ maar toen stonden we midden in een heideveld op een landweggetje…..!”

In het begin van zo’n dag zitten de gezinnen eerst nog bij elkaar; in één hoek van de partytent zaten de drie zonen van Roelof en Ali op een rijtje in een flitsende outfit. Daar hoort een verhaal bij: twee van hen hadden een tijdje in Duitsland gewoond. Toen ook de jongste weer definitief in Nederland kwam wonen hadden ze elkaar dit als cadeau gegeven. Hoe origineel! (klik op de foto voor een vergroting, dan kun je de tekst lezen).

We hadden gisteren het mooiste weer van de wereld, daar hebben we met elkaar ontzettend van genoten.  De organisatie van het spektakel lag dit jaar bij het gezin van Gerards broer Jan en ze hadden het prima voor elkaar.  Er was een programma opgezet met voor elk wat wils. Een greep uit de mogelijkheden: een speurtocht door het bos,  flesjesvoetbal, kroegspellen (darten en spiekerhouw’n), klaverjassen,  rugby, en cuppen.  Bij het woord cup hebben de mannen van de familie Waninge heel andere asociaties; “Ik ben liefhebber van cup O” roept een zwager.  “Dat stiet veur onwies”. Een neef vult aan: “En dan he’j  ok  nog cup OL. Onwies large.” Daarna vertelt hij nog een mop over geblinddoekt cup-maat-raden. In die ietwat losgeslagen sfeer probeerden schoonzus Ali en ik ons te concentreren op een potje klaverjassen, maar dat lukte maar ten dele.

De dag verliep in grote harmonie.  Er werden spellen gedaan,  er werd aangemoedigd, met de kleintjes gespeeld, snoep,  chocola,  worst en kaas rondgedeeld en overal zaten kleine groepjes familieleden gezellig bij elkaar.  Een achterneefje van één jaar liep de hele dag van alles uit andermans tassen te pakken. Dan liep hij met een thermoskan te slepen,  of een zak kadetten, dan weer met een grote zak chips; hij bracht alles trouw naar papa en mama die vervolgens weer moesten uitzoeken waar het spul vandaan kwam.

Tussen de spellen door kon je ook nog meedoen met een aantal quizzen, o.a. het raden van personen op een twintigtal babyfoto’s van familieleden, die heerlijke discussies opleverden.  Lammie wist een aantal familieleden over te halen om met haar een Oud-Drents kwartet te doen. Wim zocht een kaart met een kleine tram naar Odoornerveen. Een trammechien. Uitgesproken als ’trémmechien’.  Wim noemde het ’trammeGIEN’. Ook de zin ‘Pikka en zien pietereuliekar’ uit het kwartet ‘Oet het leven van Bartje’ kwam er bij sommigen niet erg Drents uit. Dikke lol; gouden momenten aan een picknicktafel in het bos.

Rond vijf uur bracht een cateraar allerlei heerlijkheden voor een uitgebreide barbecue. De familie pakte een bord en bestek,  vormde al keuvelend lange rijen voor de barbecue en zwermde met hun volle bord weer in groepjes uiteen over het dagcampingterrein.

Terwijl enkele  familieleden al afscheid namen haalde Lammie nog een groot stuk elastiek te voorschijn en gingen we ouderwets elastiektwisten. Sommigen wisten nog precies hoe het ging en waanden zich weer op het schoolplein. We sloten de dag af met ouderwets touwtjespringen. Op “In spin…. ” en “Beertje, beertje draai je om”  kwamen ook nog jongeren aan het springen.

Topdag. Volgend jaar zijn Frea en Jon er vast ook bij. Misschien hebben onze dochters dan ook wel zulke T-shirts.. ..

Ieder jaar doe ik op mijn website verslag van deze familiedag. Benieuwd naar de vorige edities?
Klik dan hier voor het verslag uit 2014, daar onder vind je een overzicht van alle jaren.

Reageren

7 juli: Aaltje in een kasteel!

1e verdieping, 4e en 5e raam van links

Voor onze vakantie in de buurt van Berlijn huurden we een huisje in Ferch, 40 kilometer onder Berlijn, maar daar gingen we niet direct naar toe.  De eerste nacht van onze vakantie brachten we door in het super-chique hotel Schloss Tangermünde; een kasteel op de stadsmuur van een eeuwenoude Hanze stad aan de Elbe.
Vanuit onze kamer hadden we uitzicht op de rivier.
Tangermünde ligt in het voormalig Oost Duitsland en heeft in de Tweede Wereldoorlog geen schade opgelopen door bombardementen zoals veel andere oude Duitse steden.

Het middeleeuwse stadscentrum is nog helemaal intact,  inclusief de metershoge stadsmuur. Mensen,  ik raakte werkelijk niet uitgekeken: wat mooi.  Een kerk uit de 13e eeuw,  een historisch raadhuis, vakwerkhuizen uit 1600, een roemruchte geschiedenis met keurvorsten en keizers en een triest verhaal van het burgermeisje Grete Minde; haar standbeeld staat voor het stadhuis.

We kregen een stadsplattegrondje mee en dwaalden door de geschiedenis. We beklommen de stadsmuur of gingen er onderdoor door de verschillende poorten, bezochten de kerk met een biblia pauperum over de hele galerij  en aten een een zelfgemaakt/hausmacher ijsje bij een Kroatisch restaurant. We vergaapten ons aan kleine steegjes en oude Bauernhofen (waar nog zo’n binnenplaatsje in zit), ergerden ons aan de herberg Zum Post waar de stamgasten allemaal gezellig binnen zaten te roken en aten zalm met een gepofte aardappel met tzatziki-saus bij de plaatselijke Griek. Tangermünde is wel oud,  maar heeft zich sinds de muur is gevallen in een ramp tempo aangepast aan de Westerse cultuur.

Terug naar het hotel.  Tot 1989 was het in gebruik als kinderziekenhuis. Na ‘die Wende’ kwam het leeg te staan en dreigde het,  met de bijbehorende gebouwen,  te verpauperen. Met wederopbouwgeld van de regering werd van het oude kasteel een modern hotel gemaakt. Met daarbij huizen die je kunt huren,  een wellness centrum en een conferentieoord. De inrichting was klassiek, glimmende, gelakte meubels,  dikke gordijnen,  bloemenbehang en kroonluchters.
Daar lag Aaltje in het grote hotelbed: ik kon eerst niet slapen van pure opwinding. Mijn fantasie gaat dan volledig met me aan de loop.

De volgende morgen gingen we zwemmen in het overdekte zwembad. In de kast stond voor ons beiden een grote tas met een zachte, badstoffen badjas, een paar handdoeken en stoffen sloffen.

Kijk mij nou……

Reageren

6 juli: Vakantie in voormalig Oost Duitsland.

De afgelopen twee weken vierden Gerard en ik vakantie in Duitsland. We zaten 40 kilometer onder Berlijn in het plaatsje Ferch aan de Schwielowsee, daar hadden we een zomerhuisje gehuurd.

Het gebied onder Berlijn wordt gekenmerkt door meren, die allemaal horen bij de rivier de Havel, die later uitmondt in de Elbe; tot 1989 hoorde deze streek bij Oost Duitsland. We hadden onze eigen fietsen meegenomen en konden zo rustig de omgeving verkennen. Ook Duitsland neemt de fietser nu serieus: er waren mooie, brede fietspaden aangelegd langs de meren en we genoten van de sfeer op en rond het water. Je kon  trouwens precies zien wie de Nederlandse fietsers waren: hoge fietsen en geen helm…..

In het buitenland geniet ik zelfs van boodschappen doen: samen met Gerard door zo’n giga-supermarkt dwalen en proberen een maaltijd samen te stellen. Bij de nasi wilden we graag satésaus, maar dat kon ik niet vinden. Ik vroeg aan een winkelmeisje naar Erdnuss-sose. Ze herhaalde het woord met een vies gezicht en 10 vraagtekens boven haar hoofd. Ze bracht ons bij pindakaas; ze kennen helemaal geen satésaus in Duitsland! We namen de pindakaas mee, maar zelfs met de tips van internet om voor pindasaus wat knoflook, ketjap en kruiden aan de pindakaas  toe te voegen werd de saus niet zo lekker als thuis.
Volgende keer nemen we een potje Calvé mee.

We hadden twee weken prachtig weer en hebben een heerlijke vakantie gehad; gezwommen in het meer, gefietst door dorpjes en steden, gelezen, gepuzzeld, geborduurd en iedere avond spelletjes gedaan. En af en toe voetbal gekeken.

De komende weken zal ik af en toe iets schrijven over onze avonturen in o.a. Berlijn, Potsdam en rondom de Schwielowsee.  Morgen het eerste blog over slapen in een kasteel!

Reageren

5 juli: Sigaar uit eigen doos.

In de doos met cadeautjes die ik kreeg van mijn collega’s (zie 25 april) zat ook een handwerkblad met daarbij 10 piep-kleine bolletjes katoen in verschillende kleuren; van collega Winny. Met haar heb ik een tijdje op één kamer gezeten. Deze  maand viert zij haar 40-jarig jubileum als werknemer bij Lentis en twee weken geleden was er een feestelijk etentje in Winschoten.

10 mini-bolletjes

We legden allemaal een bedragje in voor een cadeau voor haar,  maar ik wilde ook graag iets persoonlijks geven; ik besloot haar cadeautje voor mij te transformeren tot een cadeautje voor haar.  Van één zo’n mini-bolletje kon ik net één onderzettertje haken.
Van de restjes haakte ik twee lossenkettingen voor een mooi strikje om een setje van 5 onderzetters.

Het cadeautje viel in goede aarde; al was het op de keper beschouwd eigenlijk een sigaar uit eigen doos.
“Iedere keer als je deze onderzetters gebruikt denk je even aan ons!” merkte iemand op.
Het is in ieder geval een leuke herinnering aan de goede tijd die we als collega’s samen hebben gehad.

Ook zo’n onderzetter haken? Hierbij een link naar het blog: ‘Van onderzetters naar rommelmarkt’ van 2 juli 2015.
Daar vind je een link naar het haakpatroon.

Reageren

4 juli: De vloek van Woestewolf.

Gisteren schreef ik dat wij af en toe als gezin een weekend naar Zevenhuizen gingen.
Er is één jeugdherinnering die onlosmakelijk verbonden is met zo’n weekend en dat is de kinder-televisie serie “De vloek van Woestewolf” uit 1974. Het was een 11- of 12 delige serie en het werd uitgezonden op zondagavond om 19.00 uur. Ik was 13 en zat iedere zondagavond gebiologeerd naar die serie te kijken.

Het verhaal was geschreven door Paul Biegel en het was super-de-puper-spannend.
Het draaide om een geheimzinnige ruïne van het kasteel van de Hertog van Woestewolf.
Slechts eens in de dertien jaar verrijst ’s nachts het kasteel weer op de rots. Spanning en sensatie: net iets voor mij, ik kon niet wachten tot het weer zondagavond was.
Meer weten over het verhaal? Hierbij een link naar de website van de Arnhemse Kinderboekwinkel >>>

Wat gebeurt er op de dag dat de laatste aflevering van ‘De vloek van Woestewolf’ wordt uitgezonden? Wij zijn dat weekend in Zevenhuizen en mijn ouders willen na het brood eten om 18.00 uur naar huis. In mijn beleving kon dat niet. Ik wilde eerst de laatste aflevering zien van ‘De vloek van Woestewolf’. Maar ik kon hoog springen of laag springen: vaders wil was wet.
Niemand had zulke stomme ouders als ik: mokkend zat ik op de achterbank.
Toen wist ik niet hoe het verhaal afliep; je had namelijk nog geen uitgesteld kijken en/of videorecorders.

Jaren later, Frea en Harriët zaten al op de basisschool, vond ik in de bibliotheek in Roden het boek ‘De vloek van Woestewolf’. Als een kind zo blij nam ik het mee en wist eindelijk hoe het afliep. Toen ik mijn vader vertelde dat ik nu eindelijk wist hoe de Vloek van Woestewolf was afgelopen en hoe gefrustreerd ik als 13-jarige was had hij geen idee waar ik het over had.
Als puber denk je dat je het middelpunt van het heelal bent.

Op internet vond ik een You Tube filmpje met de tune en de leader >>> van het programma. Toen ik de muziek terug hoorde zat ik weer als 13-jarige bij mijn (stomme!) ouders op de bank…

Reageren

3 juli: Oma Boelen.

In het blog van 16 mei besteedde ik aandacht aan mijn oma Vrieswijk. Daarin noemde ook al opa en oma Boelen, die in mijn jeugd in Zevenhuizen (Zuid Holland) woonden.

Vandaag staat oma Boelen in de schijnwerpers van mijn website. Hillechien Alting heette ze. Mijn moeder was haar zesde kind/derde dochter. In mijn kindertijd gingen we niet zo vaak naar opa en oma Boelen, omdat dat drie uur reizen was, maar áls we gingen was dat gelijk een heel weekend. We vertrokken dan laat in de vrijdagmiddag en als het mooi ging waren we er rond de koffie ’s avonds. Heerlijke weekenden waren het, want omdat we elkaar niet zo vaak zagen werd de tijd die we samen doorbrachten echt goed benut.
Ook was er dan altijd contact met mijn moeders jongste zus Lammie die in Bleiswijk woonde.
Op de foto links zien we oma met mijn broer op haar arm. Het is 1965 en opa en oma waren een weekend bij ons.

Oma had een zwaar leven gehad. Op haar 17e al getrouwd (moest…) en tien kinderen opgevoed in moeilijke omstandigheden. Het maakte dat ze toen ze ouder werd een wat zorgelijk type werd. Ze was altijd wat nerveus en had ook allerlei kleine lichamelijke ongemakken waar ze het regelmatig over had. Als ze ergens zorgen over had zei ze vaak: “Doar krieg het toch zo van op de senen…”. Zenuwen bedoelde ze. Toen mijn broertje wat ouder werd en wat meer meekreeg van wat grote mensen zeiden vroeg hij op een gegeven moment aan mijn moeder: “Mamme, wat bent ‘senen’?”

Met nicht Ina, een jaar jonger dan ik, ging ik vroeger vaak logeren bij opa en oma. Wat ik me nog goed herinner is dat wij dan in het schuurtje gingen ‘huussie speulen’. We kregen van oma dan een theeserviesje en een kan ranja mee, wat koekjes, snoepjes en pinda’s. Daar moesten we dan wel iets van bewaren, want opa en oma zouden later die  middag bij ons op visite komen. Ik hoor nog de schaterlach van oma toen ze ontdekten dat wij voor de visite nog een paar drupjes ranja en voor ieder van hen een halve pinda hadden bewaard……

Toen ik verkering kreeg met Gerard waren opa en oma inmiddels verhuisd naar een aanleunwoning in Emmen en daar zochten we hen op. Oma was zeer verguld met het feit dat de kleinkinderen zonder hun ouders bij hen op visite kwamen.
De foto van haar hiernaast heb ik die middag gemaakt.
Stralend kijkt ze in de camera.

Opa en oma waren altijd van de partij op verjaardagen en jubilea. Ze hebben genoten van hun grote gezin en van hun steeds maar uitdijende familie. Mijn moeder benadrukte altijd dat ze weliswaar in armoede was opgegroeid, maar dat er een warme familieband was en dat haar ouders altijd hun best hebben gedaan om er het beste van te maken.

Oma is overleden in 1981, ons huwelijk in 1983 heeft ze niet meer meegemaakt.
Nog altijd kook ik bonensoep en snert volgens haar recept.
Want oma Vrieswijk kon goed handwerken, maar oma Boelen kon heerlijk koken!

Reageren

2 juli: Moet ik dat zelf doen!?

Gerard vond dat we eigenlijk eens wat vaker vette vis moeten eten.  Dat is goed voor hart en bloedvaten . “Is er ook een recept met bijvoorbeeld makreel en pasta?” We vroegen het de bekende kok meneer Google. Hij stelde voor een penne-schotel te maken met broccoli, kaassaus en makreel.

Vrijdagmiddag kocht ik op de markt ongeveer 250 gram gerookte makreel, in de veronderstelling dat ik wat filetdelen zou meekrijgen. Maar ik kreeg een donkerbruinige vis met de kop en de staart er nog aan. En ogen die me aankeken. “Hoe maak ik zo’n vis schoon?” vroeg ik aan de visboer. Hij legde me, tot vermaak van de omstanders, uit hoe dat moest.
Hmmm;  ik moest het nog zien.

Maar ik redde het prima.  Knoeiend met de vis zag ik ineens mijn moeder weer bij het aanrecht staan om de graten uit de makreel te zoeken.  Wij kregen het wel eens in het weekend als traktatie op brood.
Niet alle vis kwam dus in de penneschotel,  we bewaarden ook nog wat voor de lunch van zaterdag.

Ook eens deze schotel proberen?

Recept voor twee personen:
– 130 gram penne
– 400 gram broccoli
– Bekertje crème fraîche
– 1 ei
– Zakje geraspte parmezaanse kaas. (125 gram)
– 200 gram gerookte makreel
– 1 ui

Penne koken volgens aanwijzingen op de verpakking.
Roosje van de broccoli stronk afsnijden en 10 – 15 minuten koken (beetgaar).
Ui in kleine stukjes snijden en fruiten. Crème fraîche in een klein pannetje doen en loskloppen met het ei. Al roerend aan de kook brengen en in delen de geraspte kaas toevoegen. Als alle kaas is opgenomen in de saus voeg je de gefruite ui nog toe.
Saus met de broccoli door de penne roeren en de makreel in kleine stukjes (pas op voor graten)  over de schotel verdelen.

Reageren

1 juli: Margherita

Van sommige liedjes weet ik nog waar ik was en wat ik deed toen ik ze voor het eerst hoorde.  Dat geldt ook voor Margherita van Marco Borsato.

1995. Baby Carlijn deed haar middagslaapje, Frea en Harriet waren naar school en ik werkte een grote maandag-afwas met veel glazen weg. Ook toen hadden we al leuke feestjes. In een programma op de radio was Marco Borsato te gast. Hij was bekend omdat hij de soundmixshow had gewonnen. Hij zong tot dan toe Italiaanse en Engelse teksten en was mij nog niet echt opgevallen. Hij vertelde in die radio-uitzending dat hij een Nederlandstalig album had opgenomen. Twee nummers van dat album werden gedraaid: De meeste dromen zijn bedrog en Margherita.

Het laatste nummer bracht me in tranen; ik weet nog dat ik de afwaskwast in het water liet glijden en alleen maar luisterde. Wát een emotie. Het nummer begint heel rustig met pianospel en heel langzaam bouwt de treurnis op. “Dat je alles met je meeneemt wat me lief is in dit leven…….. ik zou niets liever willen dan mijn hoofd weer in jouw handen, maar wat tot een uur geleden nog zo veilig heeft geleken, is een hele grote leugen en een kaartenhuis gebleken.”
De muziek is aangezwollen, het effect wordt nog even aangezet met een jankende saxofoonsolo en dan wordt de begeleiding weer teruggebracht tot heel zacht pianospel.

In mijn gedachten zie ik dan zo’n man gedesillusioneerd met lege handen staan.
“Het is net of iemand anders in jouw lichaam is gekropen”
Hij realiseert zich wat er gaat gebeuren en grijpt zich vast aan de laatste strohalm: “Wil er iemand me vertellen dat ik alles heb gedroomd….”

Luister naar Marco Borsato’s Margherita >>

Nog steeds vind ik het een prachtig nummer.
Het bewijst dat Nederlandstalig van wereldklasse kan zijn.

Reageren

Pagina 261 van 396

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén