De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

5 november: Een prachtig mooie dag.

Vrijdagmorgen 3 november rijd ik om 08.30 uur van onze oprit af voor een reis van iets meer dan een uur naar Klazienaveen.
Daar zal ik natuurlijk tante Trijn ontmoeten, maar deze vrijdag ook nicht Anja, de dochter van mijn vaders broer Henk.
Het is soepkippenweer; de ruitenwissers doen hun nuttige werk.
Voor Emmen regent het niet meer en na Emmen, ter hoogte van Erica, breekt de zon even door de wolken heen.
En net op dat moment zingt Daniël Lohues op Radio 5 “Een prachtig mooie dag!”
Met vleugelties van keersevet, vlieg ik naor de zunne….

Om 09.45 uur sluit ik tante Trijn in mijn armen en even later komt ook Anja binnen.
Koffie met heerlijk hazelnootschuimgebak.
Anja: “Je neemt een hap en het smelt/verdwijnt gewoon in je mond al..!”
Dat zegt overigens nog niks over de calorieën; die verdwijnen meestal niet zomaar.
We pakken de draad van vorig jaar gewoon weer op; bekijken elkaars foto’s, smullen van de daarbij horende verhalen en ondertussen horen we elkaar uit over de kinderen/kleinkinderen.

Op deze foto nog 3 en 5….

Tante Trijn heeft haar trouwfotoboek van zolder gehaald.
Ze trouwde in augustus 1969 met ome Wim. Anja was toen 6 en ik 8.
We zien het bruidspaar bij het huis van de bruid, in het gemeentehuis en in de kerk.
We zien onze grootouders, onze ouders en onszelf met onze broertjes als gasten op het feest.
Een prachtig tijdsbeeld.
Minirokken en getoupeerd haar.
Wat heerlijk om bij zo’n boek familieherinneringen op te halen en te delen.

Verder verloopt de dag volgens een vast stramien: we gaan lekker lunchen bij ‘de Olifant’, drinken nog een kopje thee en rond vier uur vertrekt Anja weer naar Hengelo en ik naar Roden.
Eigenlijk nog lang niet uitgepraat, maar we zijn allebei al 60+ en willen liever niet in de drukke avondspits rijden en voor het donker thuis zijn.
Onze moeders zijn er niet meer, maar gelukkig hebben we tante Trijn voor zulke dagen; samen met haar delen we familieherinneringen, met een lach én een traan.

Over deze jaarlijkse mini-familiedag schrijf ik al blogs vanaf 2015.
Toen was mijn moeder er nog.
Hierbij  een link naar dat eerste blog uit 2015, van daaruit kun je via een link onderaan het verhaal doorklikken naar het verslag van het jaar daarop.
Daniël Lohues had vanmorgen al groot gelijk: het was een prachtig mooie dag!
Ook even luisteren naar dit lied en de ‘vleugelties van keersevet’?
Hierbij een link naar een uitvoering op You Tube.

Op Instagram vind je een mooie foto van ons drieën.

Reageren

4 november: Gastblog Harriët – Het geluk van Bruno.

Vandaag presenteer ik met trots een gastblog van dochter Harriët.
Het overschrijdt schromelijk het aantal woorden dat ik dagelijks gebruik, maar het is dan ook een goed verhaal!

Het geluk van Bruno

Ik heb een bekentenis te maken: ik hou van kattenfilmpjes.
Sterker nog, ik houd niet alleen van kattenfilmpjes, ik hou van filmpjes waar je je warm en pluizig van gaat voelen.. ik houd van alle hartverwarmende, aandoenlijke, mij aan het huilen krijgende filmpjes op heel het grote tranentrekkende internet.
Ik hou van filmpjes waarin chagrijnige oude mannen een kitten cadeau krijgen, ik hou van filmpjes waarin honden hun van de oorlog terugkomende bazen weer terug zien, ik hou van  filmpjes waarin mini-papegaaitjes gered worden doordat ze maanden met de hand gevoed worden. Ik kijk er naar, ik huil er om, ik voel me goed.
Kom maar door.

Zo kreeg ik laatst een filmpje doorgestuurd over een dakloze man die een goede band krijgt met een hond.
Dat hoef je mij geen twee keer aan te bevelen, dus ik pakte mijn zakdoeken en begon met kijken.
Mocht je mijn liefde voor tranentrekkers delen:  hier is de link

Lukt het niet? Dan is hier de samenvatting.
De man die het filmpje maakt heeft een hond genaamd Sora.
Op een dag rent Sora vooruit en springt enthousiast af op een dakloze man in een tentje, Bruno genaamd.
Het is al snel duidelijk dat er een band is tussen Sora en Bruno.
Ik jas even het filmpje van 5 minuten er doorheen: de eigenaar van Sora zet een actie op om Bruno te helpen met zijn leven, zamelt geld
in en Bruno heeft inmiddels zijn leven op de rit.
Ik was net mijn zakdoek aan het wisselen toen de volgende conclusie in de ondertitels verscheen:
Bruno heeft zijn eigen geluk gecreëerd door te glimlachen naar mijn hond.
als Bruno niet vriendelijk was geweest,
als Bruno niet had geglimlacht,
dan zou niets hiervan gebeurd zijn.

Die boodschap liet ik even op me inwerken en scrolde wat door de reacties.
Iedereen was het met deze conclusie eens.
Bruno had iets goed gedaan. Bruno was duidelijk een goed man en daardoor was hij gered, nee, hij had zichzelf gered.
Dat vond ik vreemd.
Ik weet niet of je het met me eens bent, maar ik denk niet dat als opeens alle daklozen gaan glimlachen naar voorbij lopende honden opeens iedereen een huis heeft.
Sterker nog, als ik het zo zeg is het absurd.
Nou, ok, misschien neem ik het te letterlijk. Niet alleen het glimlachen dan, maar iets anders.
Iéts anders goeds moeten ze doen en dán kunnen ze hun eigen geluk creëren.
Misschien gewoon.. een goed mens zijn. En dan moeten ze natuurlijk iets praktisch doen waaruit blijkt dat ze dat zijn.

Hoe komt het dat het zo ongelofelijk moeilijk is om te accepteren dat Bruno ontzettend veel geluk heeft gehad?
Hoe komt het dat we niet zien dat de meeste mensen die aan de grond zitten simpelweg geholpen zijn met hulp van andere mensen.
Hoe komt het dat we niet kunnen zeggen: “dat was een mooi verhaal over een dakloze man die geluk had en geholpen werd.”
Stel dat de baas van Sora dat had gedacht. Ik denk niet dat dat makkelijk was geweest voor hem.
Niet omdat het niet voor de hand ligt, maar door de verstrekkende gevolgen die dit heeft voor zijn overtuigingen.

Hij had dan namelijk moeten geloven dat er geluk bestaat.
Dat Bruno iets goeds is overkomen waar hij niets aan kon doen. Dat is ergens een beetje oncomfortabel. Want -zo zou hij moeten geloven – als Bruno niets kon doen aan zijn geluk dan betekent dat ook dat ik zelf ook op sommige momenten geluk kan hebben zonder hier iets aan te kunnen doen.
Dat is op zich nog niet zo erg. Maar daarnaast had hij niet alleen moeten geloven dat er geluk bestaat, hij had ook
moeten geloven dat er ongeluk bestaat. want als Bruno zomaar iets goeds kan overkomen waar hij niets aan kon doen, betekent dat ook dat het de andere kant op kan slaan.
Er kan Bruno zomaar iets slechts overkomen, zonder dat hij daar ook maar iets aan kan doen.
En de onvermijdelijke conclusie is, als Bruno iets slechts kan overkomen zonder dat hij daar iets aan kan
doen, kan mij ook zomaar iets slechts overkomen zonder dat ik daar enige controle op heb.
Als Bruno een goed mens is – zoals ik hem nu heb leren kennen – en als het zo is dat hij zomaar dakloos had kunnen blijven, dan betekent dat dat goede mensen, zoals ikzelf bijvoorbeeld, dakloos kunnen worden.. en kunnen blijven. Eigenlijk hangt mijn fijne stabiele leven aan een zijden draadje. (ik weet, dit escaleerde snel maar blijf er bij).

Voor de baas van Sora is dit blijkbaar een gedachte die onbewust te oncomfortabel is. Zijn brein gaat op zoek naar een andere verklaring. “Goede mensen blijven niet dakloos, dus heeft dit goede mens actie ondernomen, zoals ik dat zou doen.
Zoals goede mensen dat doen. namelijk: …” vul in.
We doen dit onbewust bijna allemaal als er slechte dingen gebeuren bij andere mensen, maar ook
vaak als er goede dingen gebeuren bij onszelf. Onze breinen zijn kleine logica zoekende machientjes, we willen dingen graag verklaren en kunnen herhalen. Dat geeft ons zekerheid; de zekerheid dat we zowel de goede dingen kunnen laten gebeuren en de slechte dingen kunnen
vermijden. Door simpelweg een goed mens te zijn en goede dingen te doen.
Dat zien we pas echt duidelijk als er iemand overlijdt die een gezond leven heeft geleid.
Dan gaat het gesprek toch al snel richting het ongeloof dat we voelen. Als de persoon in kwestie bijvoorbeeld overgewicht had gehad hadden we kunnen geloven dat het toch stiekem een beetje zijn eigen schuld is en dat wij gelukkig veilig zijn voor zulk onheil.
Het is een leuk experiment om te zien – tenminste, dat vond ik, maar ik heb rare hobby’s -, hoe vaak je brein je dit flikt.
Iemand is te laat op een sollicitatiegesprek – ìk zorg altijd dat ik er een half uur van te voren ben.
Ik heb een goed inkomen – omdat ik altijd hard gewerkt heb.
iemand krijgt een hartaanval – Hij was ook altijd veel te gestrest.
Ik wil niet zeggen dat onze acties geen gevolgen hebben. Natuurlijk kun je je leven beïnvloeden.
Maar ik ben ervan overtuigd dat onze drang naar zekerheid ons vermogen tot empathie verpest.
En nog iets anders dat erg belangrijk is: Ons vermogen om dankbaar te zijn.
Voor alle dingen die zomaar – zonder dat we daar ook maar iets aan kunnen doen – elke dag goed gaan.

Reageren

3 november: ‘Steken’ voor de bühne.

Deze mail stuurde ik rond de 20e oktober naar ‘de wichter’ van onze Holy Stitch-groep.

Dag allemaal,

Op 31 oktober worden er TV-opnames gemaakt voor het programma Petrus in het Land van KRO/NRCV.
Centraal in die uitzending staat de opvang van de vluchtelingen die wij als PKN-gemeente aanbieden in de Bijkeuken.
Er zal zijdelings aandacht besteed worden aan het leren fietsen en aan hun deelname aan Holy Stitch.
Daarvoor wil men graag een Holy Stitch-setting creëren, waarbij men een aantal opnames kan maken van hoe de dames met ons meedoen.
De cameramensen vragen of onze groep zich om 14.30 uur kan installeren. Zij willen dan van 15.00 – 16.00 uur de opname maken.

Onze reguliere Holy Stitch bijeenkomst is op 7 november en die gaat gewoon door.
Voor deze bijeenkomst gaat het vooral om het beeld, hoe onze groep functioneert en wat dat betekent voor de vluchtelingen.
Als je dinsdagmiddag in de gelegenheid bent: van harte welkom rond 14.30 uur; neem vooral je handwerkje mee.

Zoekplaatje: het microfoontje zit rechts onder mijn hals.

Tot zover mijn mail; dinsdagmiddag 31 oktober zat ik om 14.25 uur op de fiets.
Achteraf waren die tijden aangepast, want op het moment dat het fietsen zou worden opgenomen regende het, zodat ze wat eerder met het Holy Stitch gebeuren begonnen.
Alie had van te voren al nagedacht over de setting van die middag. Zij had begrepen dat de uitzending op 2 december zou worden uitgezonden en dat dan het accent zou liggen op 1e advent. Ze had gezorgd voor een mooi kerstkleed op de tafel, er brandden een paar kaarsen en er lagen gehaakte engeltjes met een beschrijving hoe je ze moest haken.
Met een klein groepje speelden we het Holy Stitch-gebeuren na voor de bühne, waarbij het de bedoeling was dat vooral onze gasten in beeld kwamen.
Daarvoor zou ik apart bij iedereen langs gaan om te vragen wat ze aan het doen waren, wat weer betekende dat ik een microfoontje op moest, zodat de mensen in dat microfoontje hun verhaal konden vertellen.
Microfoontje kwam op mijn blouse, bijbehorend apparaatje werd aan mijn broekriem gehangen.
Toen ik weer moest worden afgekoppeld wilde ik nog even een foto van dat blitse microfoontje voor dit blog, dus ik vroeg buurvrouw Ilse of ze even een foto wilde maken.
Even werd twee evens….
“Die mannen van de EO vinden vast dat het allemaal wel lang duurt” zei ik bij wijze van grapje.
Was fout.
De mannen waren niet van de EO.
Petrus in het land is een programma van KRO/NCRV…..

2 december is de uitzending.
Meer weten over Petrus in het Land? Hierbij een link naar hun website.

Reageren

2 november: Grabbelton.

Een grabbelton-blog vandaag met wat verschillende onderwerpen op bloem- en handwerkgebied:

Herfstmand:
Bij onze voordeur staat sinds mijn moeders overlijden in 2017 haar welkomst-mand.
De hele zomer stonden drie kleuren petunia’s (paars, wit en lila) daarin ontzettend hun best te doen, maar half oktober was het geen gezicht meer, dus ik maakte een herfstmand met wat groen uit de tuin een paar kalebassen van Astrid.

Besteld via internet:
Als ik haak- of breigaren koop, dan doe ik dat eigenlijk altijd in een winkel. Voelen, kleuren in het echt zien, hoe dik is het…..
Op de website ‘Blij dat ik brei’ vond ik een mooie colsjaal die ik wilde haken, maar dat patroon was uit 2012 en het garen dat was gebruikt was niet meer leverbaar. Ik ging op zoek naar geschikt garen, maar bij mijn vaste adresje in Leek, Atelier 6a, was eigenlijk geen goed alternatief, dus ik ging toch op internet op zoek. Daar vond ik wat ik zocht op de website van Hobbii; het heette Magic Sock Wool. De goede kleurencombinatie, de goede samenstelling (70% wol, 30% polyamide) en de goede dikte.
Dinsdagmiddag werd het bezorgd. Kan ik beginnen! Zinnan!

Valse kabelsteek:
Ook op breigebied ben ik met wat nieuws begonnen: ik ga een gilet maken voor mezelf.
Eigenlijk wilde ik wel ‘iets met een kabeltje’ breien, maar dat geswitch met zo’n kabelnaaldje vind ik altijd zo’n gedoe, daar kan ik niet ontspannen een aflevering van ‘Grace‘ bij kijken.
Na wat zoekwerk vond ik de valse kabelsteek: het ziet er uit als een kabelsteek, maar het is gewoon om de vier naalden 4 rechte en 2 averechtse steken afwisselen. Hierbij een link naar de website van Jessica Tromp, die haarfijn, mét afbeeldingen, uitlegt hoe je de valse kabelsteek breit.
Links een foto van mijn achterpand.

Twee boeketten, 1 tafelstuk met kaars.
Voor mijn verjaardag kreeg ik twee mooie, verse boeketten.
Maar je weet zelf vast ook wel hoe dat gaat: na een dikke week is het mooie er wel af.
Ik haalde alle bloemen uit de vaas, gooide de verlepte exemplaren weg en maakte van wat nog wel goed was een tafelstuk met daarin een hoofdrol voor het prachtige kaarshoudertje dat ik ooit bij de Luie Tuinman op de kop tikte. Het ziet er moeilijk uit, maar het is heel simpel.
Op het kleine fotootje hiernaast zie je een grote schaal, met daarop een blok oasis dat volgezogen is met water; daarop zette ik het glazen kaarshoudertje. De bloemen en takjes prikte ik lukraak rondom het kaarsje.
Als je op de foto’s op dit blog klikt, komen ze groter in beeld.

Muziek .
Dit grabbelton-blog sluit ik af met een mooie quote van Hans Schiffers, presentator van de Arbeidsvitaminen: ‘Muziek is het landschap langs je levenspad’.
Deze week is de stemweek voor de Evergreen top 1000 en ik heb al weer heel wat stukjes levenspad voorbij horen komen. Deze bijvoorbeeld. In het Duits én in het Nederlands. 

Reageren

1 november: Eet niks wat je oma niet kent.

Afgelopen zaterdag stond er in het Dagblad van het Noorden een interview met Karin Luiten. Zij verzet zich al jaren tegen het gebruik van ‘pakjes & zakjes’ waar we volgens de voedingsindustrie niet zonder kunnen.
Uit dat artikel licht ik een paar zinnen waar ik graag de aandacht op wil vestigen:

Al jaren voer ik een vrolijke éénpersoons-kruistocht tegen pakjes en zakjes, via kookboeken en columns.
Maar tegen de marketing-miljarden van Unilever, Heinz, Danone en Nestlé is het lastig opboksen.
Die hebben consumenten jaar in jaar uit ingepeperd dat koken moeilijk,  tijdrovend en duur is en dat het zonder hun producten niet te doen is.
Tijdens de Corona-lockdowns was er ineens een hoopvolle opleving.
We gingen massaal brood bakken en stoofschotels maken en zie: dat bleek helemaal niet zo ingewikkeld.
Maar intussen zijn we terug bij het nieuwe normaal en draait het weer allemaal om gemak.
Kijk maar naar de slogan van de kant-en-klaar maaltijden van Iglo: ‘meer tijd voor jezelf!’ of zoals Wageningen-onderzoeker Hans Dagevos stelt: “In de sinds decennia aanhoudende gemakstrend is ultrabewerkt voedsel de spil. We kopen in feite tijd voor andere dingen dan koken en tafelen”.

Dus willen we gemak en offeren daar onze gezondheid voor op?
Kom op nou mensen. Laat je niet indoctrineren door de industrielobby. Lees die kleine lettertjes en laat eens wat vaker producten links liggen.
Zelf een lekkere maaltijd koken is beslist geen ‘rocket science’.
Het hoeft heus niet veel tijd te kosten en is bovendien goedkoper, gezonder en nog lekkerder ook.”

Op een congres in Amsterdam trok de European Society of Cardiology de conclusie dat ultrabewerkt voedsel een fors hoger risico oplevert op hoge bloeddruk en hart en vaatziekten op.
Wat is dan ultrabewerkt voedsel?
Kant-en-klaar maaltijden, snoep, limonade, ontbijtgranen, proteïnerepen, snacks en fastfood, maar ook vleesvervangers en andere samengestelde producten. Daar zit vaak veel zout, vet en suiker in en daarbij ook nog smaak- en kleurstoffen en conserveringsmiddelen. We consumeren met elkaar steeds meer van dit soort eten, wat volgens cardiologen tot ‘een vloedgolf aan ellende’ zal leiden.

Er komen steeds meer van dit soort berichten in de pers.
In 2014 schreef ik al eens een blog over ‘Koken met Karin’ en vanaf die tijd gebruik ik nog amper pakjes en zakjes.
Maar het probleem is veel veelomvattender en het moet dus anders.
De voedingsindustrie gaat ons daar niet bij helpen: we moeten zelf nadenken bij wat we eten.
Dit zegt Karin er over: “Eet écht eten en eet niks wat je oma niet kent.”

Moeilijk hoor.
Mijn oma kende geen Chipito’s en diepvries-pizza’s ……

Reageren

31 oktober: ‘Olle-meinsn-verjaordag’.

“A’j toch overdag je verjaordag gaot vieren, dan wo’j old!” zeeden wij met oonze vriendenclub uut Hoogersmilde vrogger tegen mekaar.
Maor soms is ’t eem niet aans.
Tiedens de leste verjaordag in augustus in Assen hadden wij nog geen vervolgdaotums prikt, want “wij ziet mekaar ja nog met de luchtballonvaort.”
Ie hebt het allemaal kunnen lezen op dit blog: die luchtballonvlucht hef nog niet west.
Te veul wiend, regen, te weinig wiend……het is naor 2024 scheuven.

“Wanneer is de volgende verjaordag?” kwam der op gegeven moment in de groepsapp veurbij.
Niet. Nog niet ofspreuken.
Wij gooiden wat daotums in de groep, maor een aomnd heurde in de eerste twee maonden niet meer bij de meugelijkheden.
Wij kwamen uut op zundagmiddag 29 oktober, dat mus dan toch maor deurgaon.
Zoaterdag stuurde ik nog een berichie over de precieze tied dat wij iederiene verwachten: “Eem over de ‘olle-meinsn-verjaordag’ van mij mörgenmiddag: welkom vanof 15.00 uur.”
Nou bin ik ok de oldste van het cluppie en dat moet ik op zu’n middag ok nog wel eem heuren.

Maor of wij nou op een middag of op een aomnd bij mekaar zit: ’t is altied barre gezellig.
Zundagmiddag begunde Gerard over een zundagmiddag van vrogger bij oons thuis: “….dan zaten wij an de soep met pudding en dan was meester G.B.J. Hilterman op de radio!”
Ien zu’n zinnegie brengt een stroom van herinnerings naor boven.
Over kammeraodties die op zundag met-aten met een groot gezin en zich bedremmeld ofvreugen of ze gien schaoltie kregen veur de pudding. De grote breurs bekommerden zich niet um de tere kinderziel. “Nee. A’j gien pudding met eerappels wilt, moe’j joen bord beter leegeten.”
Over de stort-puddingvorm met een afbeelding van een eend: “Wij kregen allemaol een stukkie eendte op ons bord”.
Over grote gezinnen en op zundagmorgen altied wat lekkers bij de koffie: “Mien moe maakte gewoon een bakplaat vol cakebeslag en daor deu ze appelties op.”
“Mien moe heul de sneeuwster altied net wat te laat uut de diepvries; het binnenste was altied nog een beetie bevreuren…”
Mooie verhaolen, warme herinnerings an een wereld die niet meer bestiet.

Wij geneuten undertussen van het gezelschap van oons cluppie waoras wij al meer dan virtig jaor met optrekt.
Met zölfgebakken appeltaorte, gevulde eier en augurkies met boterhamworst.
Maor ok een uutgebreid käseplankie, een gezellig glassie en goedmoedig geplaog over en weer.

Mien collega’s vreugen maandagmörgen: “Had je een leuke verjaardag?”
Dan zeg ik allent maor: “Jah!”
Gieniene vrag wieder; ik leg niks uut.

Reageren

30 oktober: Zondagse wandeling.

Als de wintertijd ingaat en we er weer een uur bijkrijgen begin ik weer met ‘een ommetje per dag’.
We moeten nog een nieuwe groep aanmaken, maar Gerard en ik zijn gisteren alvast begonnen: wij maakten een wandeling in het Mensingebos. Van te voren bedachten we al dat we schoenen aan moesten die tegen modder en water kunnen; zulke schoenen heb ik niet, dus ik deed mijn rubberlaarzen aan.
Het was ‘ruzig weer’.
Het waaide en het was bewolkt.
Maar het was ook heerlijk.

De herfstkleuren komen dit jaar laat aan de bomen, maar nu is het toch echt begonnen.
Achter de Mensinge stond een kudde schapen te grazen, zie de afbeelding hiernaast. Als je er op klikt wordt hij groter, dan zie je schapen en de mooie herfstkleuren wat beter.
Op sommige plekken sjompten we echt door de modder.
Het heeft best veel geregend de laatste tijd en als je geen goede schoenen aan hebt kom je niet ver.
Er liep een jong gezin met een buggie (!) die kind én wagentje over een modderplas manouvreerden. “Dapper hoor!” riep ik bij wijze van hart onder de riem, maar de jonge vader was duidelijk over wat ze aan het doen waren: “Eerder dom….”

Ook is het nu de tijd van de paddenstoelen. We zagen een paar mooie exemplaren, waar ik vandaag het blog mee afsluit.
Het eerste ommetje van het winterseizoen 2023/2024 zit er op!

Reageren

29 oktober: Brus-dag (2).

Met mijn broer kan ik in zo’n museum (zie blog van gisteren) minutieus alle vitrines bij langs gaan en alle teksten lezen; ook hij is geïnteresseerd in geschiedenis en we hebben immers alle tijd.
Tenminste: dat denk je als de dag begint.
Na het museum gingen we een hapje eten bij ‘Hans en Grietje’ in het centrum van Deventer, en daarna zochten we de Lebuïnus-kerk op.
Daaraan had ik nog goede herinneringen van het stadsbezoek met Jan en Janny in september.

We kwamen van een koude kermis thuis; letterlijk en figuurlijk.
In de herfstvakantie wordt de grote kerk door de gemeente gebruikt als onderkomen voor ‘Kidspret’: een pop-up kinder- speelparadijs. Springkussens in alle soorten en maten, spellen, er is een playzone met games en er is zelfs een mini-disco.
Het contrast met mijn vorige bezoek kon niet groter zijn.
Toen hoorden we in een doodstille kerk de grote voordeur dichtslaan (waardoor we dachten dat we werden opgesloten, (zie Lebuïnus & de vikingen), nu was het een herrie van jewelste en waren we blij dat wij niet de ouders waren van de kinderen waren die daar speelden.
Er was een hele zijbeuk ingericht als café waar koffie, thee, limonade en heel veel lekkers kon worden gekocht.
Ik maakte een korte video van wat we aantroffen; je vindt het onderaan dit blog.
Onze gedachten laten zich raden.
“Doet me denken aan dat verhaal van Jezus die al die tafels omgooit op het tempelplein.”

Grote groepen toeristen (wij troffen een aantal Fransen) dropen teleurgesteld af.
Wij ook.
Jammer ja.
We maakten nog een wandeling door het oudste gedeelte van de stad en verwonderden ons over de zogenaamde ‘Stenen Wal’, de aarden wal die de stad moest beschermen tegen de Vikingen. (Meer hierover weten? Klik dan hier voor een link op de website ‘de Canon van Nederland’.)
En toen…… was het, niet te geloven, al weer vier uur.
We liepen nog een stukje langs de IJssel, zochten het pontje weer op voor de terugtocht; rond vijven zaten we bij een ouderwetse Chinees (houden we allebei erg van) en genoten van een Chinees/Indische rijsttafel voor twee personen.

Die twee personen hadden een geweldige dag.
We maakten al weer plannen voor volgend jaar.
Elburg/Hattem?  Westeremden/Ter Apel?
Maar eigenlijk maakt het niet zoveel uit.
Mann verliert niemals die gemeinsam verbrachte Zeit.

Reageren

28 oktober: Brus-dag. (1)

Op het bonnetje van het voet- en fietspontje over de IJssel stond: ‘Overdrijven is ons vak’.
Gistermorgen rond 11.00 uur stonden mijn broer en ik op dat pontje en lieten we ons overzetten naar Deventer.
Het doel van de dag was het Geert Groote museum.
Maar eerst moesten we koffie. Met iets lekkers.
We ploften neer in een gezellig hoekje in St. Maxime; relaxte Franse muziek op de achtergrond, fijn sfeertje.
Wij waren niet voor 12 uur bij grote Geert.

Geert Groote is geboren in 1340. Hij is de belangrijkste inwoner van Deventer uit de geschiedenis.
Hij is de zoon van een rijke handelaar en tevens burgemeester van de destijds machtige hanzestad.
De jongen is heel slim en gaat studeren aan de Parijse Universiteit Sorbonne en rondt meerdere studies af.
Hij wordt een belangrijk theoloog.
Voordat we de tentoonstelling bekeken zagen Henk en ik een film, waarin acteurs het leven van Geert Groote naspelen.

Afbeelding: Open Monumentendag Deventer

Hij wordt ernstig ziek en gaat twijfelen of hij het in zijn leven (rijk, verspillend, behorend bij de bovenste laag van de samenleving) wel goed heeft gedaan. Uiteindelijk overleeft hij de ziekte; daarna gaat hij steeds meer twijfelen, ook aan de katholieke kerk. Hij ziet dat de kerk zich verrijkt ten kosten van de armen. Die hebben eigenlijk niks aan de kerk; ze krijgen ook niks van de mis mee omdat die in het Latijn is.
Geert Groote gaat zijn preken/missen in het Nederlands houden, net als Luther en Calvijn vele jaren later.
Hij schrijft een pamflet; daarmee probeert hij de kerkleiders de ogen te openen voor de misstanden binnen de kerk en hij sticht de geloofsgemeenschap ‘Broeders en zusters van het gemeene leven’. Dat alles leidt tot hevige kritiek op hem.
Uiteindelijk wordt hem door de bisschop de mond gesnoerd.
Maar intussen ontstaan er in Nederland en ver buiten onze landsgrenzen geloofsgemeenschappen die zijn gestoeld zijn op de Moderne Devotie, waar Geert Groote grondlegger van is.
Hij overleed in 1384, nog maar 44 jaar.
Hierbij een link naar de website van het Geert Groote museum.

Tijdens de film zat ik een meter van de vitrine af, waarin een replica van de schedel van Geert te zien is en een levensechte weergave van zijn hoofd. Af en toe keek ik even naar rechts…..gek idee: iemand uit de 14e eeuw zo dichtbij je.
In de kelder van het gebouw bezochten we tenslotte de tentoonstelling  ‘de kloof’.
Geert Groote kwam op voor de mensen die niet meeprofiteerden van de welvaart die de Hanze bracht. Deze expositie vertelt over de kloven in de samenleving die er in de Hanzetijd bestonden en hoe die waren ontstaan: tussen arm en rijk, tussen macht en onmacht, tussen theoretisch en praktisch opgeleid, tussen gezond en minder gezond en tussen man en vrouw.
En daarmee wordt het verhaal van Geert ook het verhaal van onze maatschappij: theoretisch versus praktisch opgeleiden, migranten en gevestigden en niet te vergeten de digitale kloof: bijna de helft van onze maatschappij kan zich niet goed redden met apps, inlogpagina’s en internet.

Toen was de dag nog maar half om….morgen deel 2 van de Brus-dag.

Op Instagram vind je een foto van de vitrinekast met het hoofd én de schedel van Geert.

Reageren

27 oktober: Slaapliedje.

Aan sommige liedjes hangt een haast tastbare herinnering.
Afgelopen week bij het soppen van de badkamers had ik mijn Spotify afspeellijst ‘Auf Deutsch, bitte’ op de oortjes.
Alle Duitse muziek die ik leuk vind verzameld op één lijstje.
Van Freddy Quinn tot Stephan Sulke
Van Herbert Grönemeijer tot Imca Marina
Van Udo Jürgens tot Peter Maffay.
Sommige liedjes galm ik jubelend mee, bij andere geniet ik van de tekst of de muziek.

Bij het dweilen van de vloer kwam ‘Schlaf mein Kind, schlaf ein!’ voorbij.
Een liedje van de Duitse zangeres Alexandra, die al vaker op deze website voorbijkwam.
(zie ‘Erstes Morgenrot‘ uit 2017)

Het is een slaapliedje, waarin het kind hoort dat het nog maar lekker even in de kinderwereld moet blijven; een wereld zonder nood, oorlog en dood.
Toen onze dochters nog op de basisschool zaten, zong ik bij het naar bed brengen altijd een liedje voor het slapen gaan en dat kon van alles zijn, maar ze vroegen zelf vaak om deze.
Tijdens het dweilen ben ik dan in gedachten even weer in zo’n slaapkamer op de rand van het bed.
Kind op schoot of naast me, arm er om heen.
“Schlaf nun, schlaf, mein Kind, schlaf ein….”

Alexandra is overleden in 1969 en ze is al lang verdwenen uit het collectieve muziekgeheugen van ons Nederlanders.
Maar onze dochters weten nog wie ze is.
Van één van hen weet ik dat ze zelfs ook een Alexandra afspeellijst heeft……

Hierbij een link naar het liedje, hieronder vind je tekst.

Kalt schon weht der Abendwind
und es naht die Nacht geschwind
schlaf und lass das Weinen sein
schlaf nun, schlaf
mein Kind, schlaf ein.

Ach, du kennst noch keine Not
weißt noch nichts von Krieg und Tod!
Deine Welt is hell und licht
bis der Kindheits Traum zerbricht

Morgen schon bist du erwacht
aus der langen Märchennacht
morgen ist die Welt schon dein
halt dein Herz nur ummer rein!
Mmh,mmh,mmh,mmh

halt dein Herz nur immer rein!
Mmh,mmh,mmh,mmh
Schlaf nun, schlaf
mein Kind, schlaf ein.

Reageren

Pagina 46 van 367

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén