De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

14 november: Maak ruimte.

Zondagmorgen ging in de PKN-viering een gastpredikant voor: Monica Schwarz.
Dan wil de gemeente eigenlijk wel weten wie dat is ( Waor is dat iene van..?) en dat vertelde ze gelijk aan het begin.
Ze heeft haar jeugd doorgebracht in Roden en ging vroeger met haar ouders naar de Catharinakerk op de Brink.
Ze was predikante geworden omdat ze zo onder de indruk was van hoe dominee Jager destijds (jaren ’80) vorm gaf aan een moderne manier van kerk zijn.
De Catharinakerk was voor haar altijd DE kerk gebleven.
“Als ik naar het noorden ga dan weet mijn man het al: dan moet ik altijd even naar de Catharinakerk.”
Daar stond iemand te vertellen wat ik ook voel en wat ik wel eens probeer uit te leggen aan mensen.
Dat een gebouw iets met je kan doen.
Het ‘eeuwen zien op u neer’-idee.

De viering had ‘de stilte’ als thema.
Twee weken geleden hadden we ook al een viering met dat onderwerp (zie ‘de stilte aan het woord‘), maar deze viering was geen herhaling van zetten.
Voor de viering zagen we een afbeelding waar bij stond:
“De stilte is een tweestemmig lied waar God en de mens elkaar raken.
(afbeelding: Wikipedia)
In de overdenking kwam de afbeelding weer voorbij.
De predikant legde uit dat het een middeleeuwse miniatuur is, gemaakt door Hildegard von Bingen* .
We zien een heel groot engelenkoor (in de buitenste rand zijn de vleugels nog te onderscheiden) in het midden een lege ruimte; een beetje geel, alsof er licht schijnt.
Het lege midden in het symbool van de eeuwige.
Niet de mens staat centraal, maar God.

Ruimte maken voor de stilte, de eeuwige.
Dat kan in jezelf, maar dat doen we ook met elkaar iedere zondagmorgen in de kerk.
Voor mij een moment van reflectie: we sluiten de week af en beginnen met een nieuwe.
Wat is er gebeurd? Wat is er allemaal gezegd? Welke rol speelde ik?
Zaterdagavond hadden we een indringend en emotioneel gesprek met een echtpaar uit Roden en gistermorgen zat zij ook in de kerk.
Het ontroerde me. De viering completeerde het gesprek en gaf mentale verbinding tussen ons.
Dat kan een kerkdienst met mensen doen.

Tenslotte kom ik even weer terug op het begin van dit blog: het gebouw.
Gistermorgen was Erwin Wiersinga organist.
Als hij op het historische Hinszorgel speelt in de Catharinakerk is mijn kerkdienst  op voorhand al geslaagd met de armen van het oude gebouw om me heen en zijn virtuoze orgelspel in mijn oren.
Gistermorgen was weer zo’n viering waarvan ik alleen maar kan zeggen: ga hem terugluisteren via het YouTubekanaal van onze PKN-gemeente.

Tijdens het koffiedrinken vertelde Monica Schwarz nog hoe heerlijk het was om even weer terug in Roden te zijn.
Fietsen door de Onlanden.
Even naar ‘de ijzerwaren-winkel van De Wit’ om herinneringen op te snuiven.
“Dat is de enige winkel in Roden waar het er nog precies zo uit zien als toen ik hier weg ging.”
Als je uit deze omgeving komt weet je precies wat ze bedoelt……

* Meer weten over Hildegard? Lees dan nog eens het blog ‘Zes gouden regels uit de 12e eeuw  

Reageren

13 november: Standbeeld voor een Drent.

Gistermorgen kreeg ik een app van mijn broer.
“Heb je de column  van Lohues gelezen vanmorgen?  Die man verdient een standbeeld.”
Het Dagblad van het Noorden lag thuis op het aanrecht, maar wij hadden er nog niet in gekeken.
Toen ik het appje kreeg waren we in Casa Grada in Westerbork; horren eruit, een sopje er over en even wat kleine klusjes.

Gedurende de dag werd ik steeds nieuwsgieriger.
Wat maakt de column van Lohues zo bijzonder dat mijn broer vindt dat hij een standbeeld verdient?
Toen ik het verhaal had gelezen snapte ik precies wat hij bedoelde.
Mijn broer is namelijk net als Lohues en net als ik ook een Drent.

Nieuwsgierig?
Hierbij een link naar zijn verhaal onder de titel ‘Emmel‘.

Reageren

12 november: Drie kleine kleutertjes.

“A B C oh nee…!
Gegiechel.
‘Eèèlf november is de dag” gaat het dan verder.
Voor onze voordeur staan twee meisje van een jaar of tien met een zelfgemaakte lampion.
Het beroemde Sint Maartenlied is uitgebreid met een tweede couplet en daar is één van hen per ongeluk mee begonnen.
Het ABC horen we later, het  komt foutloos achter het eerste aan.
Ze kiezen  iets  lekkers en giechelen met z’n tweeën weer de avond in.

Bij het volgende belletje open ik de deur voor drie schattige kleutertjes met zwarte krullen en donkere oogjes.
Ze beginnen voortvarend met “Sint Maarten, Sint Maarten, de koeien hebben staarten….” maar dan ziet één van hen de kaarsjes op onze trap.

….. hele trap vol lichtjes ……

“Ooooh….”
Ze wijst naar binnen.
Het lied valt stil.
‘Mooi hè?’ zeg ik.
‘Jah!”
Dan kijken ze elkaar even zoekend aan; ik zie ze denken…..waar waren we nou?
Dan begint één gedecideerd met ‘Daar komt’ en de anderen zingen ook mee ‘Sint Martinus aan!”
Drie stralende snoetjes kijken me aan.
Als ik vraag naar de lampions krijg ik drie antwoorden door elkaar heen.
“Isse paddestoel!”
“Op school gemaakt met juf..”
“Selluf tekening op gemaakt!”
Nadat ze een snoepje hebben gekozen roepen ze in koor: ‘Bedankt voor Sint Maarten!”

Ik smelt bij zulke aandoenlijke kleintjes, mensen en ik geniet van 11 november.
De lampjes, de lampions, de liedjes en het snoepgoed: het feest van Sint Maarten kon dit jaar in alle rust gevierd worden.
Geen anderhalve meter, geen storm, geen regen., dus de kaarsen en lampionnen die ik buiten had gezet als teken van welkom waaiden niet uit.
Als vanzelf gaan mijn gedachten op 11 november dan ook altijd nog even terug naar de tijd dat onze kinderen nog zo jong waren dat ze met hun zelfgemaakte  lampionnen langs de deuren gingen. In de hogere klassen van de basisschool waren ze zo fanatiek, dat ze bij iedere deur een ander liedje zongen.
Opgetogen kwamen ze dan na het lampionnenlopen met de volle tas binnen en werd de buit uitgezocht en bekeken.
Legendarisch zijn de woorden van de tweejarige Carlijn, die onder op de bodem van de tas nog wat kleingeld zag liggen.
“Zit er nog wat in die tas?”
“Gelten!”
Dat woord zijn we in ons gezin blijven gebruiken.

Reageren

11 november: Alledaags.

De naam van deze website is al sinds 2015 ‘de Waarde van de dag’.
De meeste blogs gaan over belevenissen die mijn waarde van de dag hebben bepaald, maar soms heb ik alledaagse dagen.
Gewone dagen.
Gisteren was zo’n dag.
Zonder op de klok te kijken met een kopje thee de dagelijkse Sudoku maken en om 09.30 uur voldaan de laatste 6 met pen invullen.
Genieten van het kleine, maar fijne boeketje op mijn aanrecht dat ik deze week kreeg van een PKN-echtpaar dat even langs kwam om bij te praten.
Naar de Jumbo wandelen in een waterig ochtendzonnetje (want het weerbericht had het over rustig herfstweer) en in de winkel kleppen en geiten met deze en gene.
Kopje koffie, blogje schrijven en Corry Brokken met ‘La Mama’ bij de Arbeidsvitaminen; “Avé maria….. zij slaan een kruis en bidden zacht”
En het liedje van ‘Hamelen’! “Kunt u ons de weg naar Hamelen vertellen, meneer?”*
Mmmmmm.

Een alledaagse dag.
‘Alledaags’ is in de Nederlandse taal een synoniem voor algemeen, gewoon, doorsnee, onopvallend en onbeduidend.
Als iets als ‘alledaags’ wordt omschreven, dan is het vaak niks bijzonders.
Maar als je met aandacht kijkt naar het alledaagse om je heen valt er een heleboel te genieten.
Door het schrijven van een dagelijks blog op deze website kijk ik soms met andere ogen naar de zo op het oog alledaagse dagen.

Alles wat je aandacht geeft groeit.
Zelfs het alledaagse.

* Geen idee bij Hamelen?
Hierbij een link naar een video van het liedje en mooie oude foto’s van de personages.
Lidwientje Walg en Bertram Bierenbroodspot bijvoorbeeld.
Geen alledaagse namen…….

Reageren

10 november: Zou het dan dit jaar….?

Kerst en zingen zijn voor mij onlosmakelijk met elkaar verbonden; twee coronajaren werd dat tot een minimum beperkt.
Vorig jaar was ik hoopvol begonnen met het bij elkaar roepen van een ad-hoc carols-koortje van onze PKN-kerk.
We zouden zingen op de Roder Weihnachtsmarkt, maar we zijn niet eens bij elkaar gekomen voor de eerste repetitie: half november werd de Weihnachtsmarkt al afgeblazen.
Dit schreef ik toen aan de deelnemers:
Het behoeft vast geen nadere uitleg dat me dit heel erg spijt.
Er waren zulke enthousiaste, blije reacties, dus ik verwacht dat het ook voor jullie erg teleurstellend is.
Maar het idee blijft overeind: volgend jaar hopen we bij de Roder Weihnachtsmarkt carols te zingen.
Houdt moed.

En daar stonden we dan gisteravond in zaaltje 4 in Op de Helte: meer dan 25 zangeressen en zangers met hun geprinte Carols-partituren.
“ZINNAN!” stond in de tekstwolkjes boven hun hoofd te lezen.
Een groot deel van hen zong de vorige keer (in 2019) ook al mee, maar ook een aantal niet.
Halverwege de middag werd ik wat nerveus, want het is toch altijd weer spannend.
Komt iedereen?
Krijgen we de partijen een beetje ‘onder elkaar’?
Zo’n eerste bijeenkomst is voor mij een soort uitprobeer-repetitie.
Er staan zeven liederen op het programma; aan iedere carol besteed ik tien minuten.
Wat zit er al in?
Waar moeten we extra aandacht aan besteden?
We beginnen steeds met de sopraanpartij en ik vraag de andere stemmen dan alvast ter oriëntatie mee te neuriën.
De bassen hadden kennelijk flink geoefend, want die humden in hun enthousiasme al boven de sopranen uit.
Iedereen mag zich er mee bemoeien.
“Bij dat glohoria moeten we niet de sopranen mee” merkte een alt op.
De sopranen waren het nog niet eens over hoe dat ‘gloria’ gezongen zou worden….

We werken nog niet aan ‘zachter en luider’, niet aan de uitspraak en ook niet aan solo’s o.i.d.: eerst maar eens zien dat de afzonderlijke stemmen er goed in zitten.
Het resultaat van deze eerste repetitie kan ik ‘geruststellend’ noemen.
“Silent night’ en ‘Joy to the world’ stonden in 2019 ook op ons repertoire; werden gewoon vierstemmig gezongen.
Op de andere liederen moeten we wat meer ons best doen: de koorleden hebben beloofd dat ze hun huiswerk gaan doen.

Van te voren is het altijd best een gedoe, zo’n koor.
Leden bij elkaar sprokkelen, mailgroepen maken, liederen mailen aan iedereen, zaaltje regelen, je snapt het wel.
In zo’n proces komt er dan altijd wel een moment waarop ik met de voornoemde zenuwen in mijn lijf denk: “Waarom doe ik dit eigenlijk.”
Op het moment dat we gisteravond aan het eind van de repetitie ‘Joy to the world’ zongen weet ik het weer.
Dan zijn de zenuwen weer tot bedaren gekomen en krijg ik kippenvel  bij het vierstemmig zingen met allemaal mensen die er ook van genieten.
Daar doe ik het voor; dat bepaalt de waarde van mijn dag.

En natuurlijk sta ik er niet alleen voor.
Jelle heeft van alle liederen oefen-files gemaakt voor alle afzonderlijke stemmen (het huiswerk) en alle deelnemers zijn zeer gemotiveerd om er iets moois van te maken.
Wat zal het heerlijk zijn als we dit jaar in de kerstperiode weer naar hartenlust en uit volle borst mogen zingen!

Reageren

9 november: Grachtengordel gedoe.

Maandagavond ging ik vroeg naar bed: intensief weekend, lange werkdag, moe.
Dan vind ik het heerlijk om nog even naar muziek te luisteren, of naar een podcast.
De laatste aflevering van de Saar podcast*  (50+ maar nog lang niet dood) had ik het weekend nog niet beluisterd, daar ging ik voor zitten. Liggen dus.

Na het overlijden van Els Rozenbroek moesten Barbara van Erp en Femke Sterken heel erg zoeken naar een nieuwe vorm.
De podcast ging tot en met week 28 alleen maar over de ziekte en het overlijden van Els, vind dan maar eens de juiste toon om een doorstart te maken.
De dames nodigen nu steeds een gast uit die een uur lang met hen meepraat.
De laatste aflevering, nr. 36, had als titel ‘Wat is dit voor grachtengordel gedoe…?  en te gast was Miriam Mars.
Zij is journalist, schrijft voor Saar en andere bladen en komt uit Brabant.
Wat een verademing.
Miriam vertegenwoordigde alle mensen uit ‘de provincie’ en wees de dames er onomwonden op dat hun podcast inderdaad ‘grachtengordel-gedoe’ was.
“Bij ons in Brabant zeggen we:  doe maar gewoon, dan doede al gek genoeg” uitgesproken met een zachte g en een Brabants accent.
Ze stelt vragen die ik ook zou stellen, zoals ‘Wat is een über’?
‘Huh? Ik doe even een gorillas?’
Een uber is een taxidienst en gorillas blijkt een bezorgservice te zijn.

Barbara en Femke kirren: “Gaat het dan echt zo veel over de grachtengordel?!?
“Nee! Echt!?
Ja.
Het gaat niet over de grachtengordel, maar zij maken deel uit van die wereld en daarom ademt die podcast de sfeer van het hippe leven in Amsterdam.
Net zoals de hele bladenwereld en de andere media zich vooral richten op wat er in dat deel van Nederland speelt.
Al dat geblaat over de Hazessen, de Meijlandjes en het gewauwel van Johan Derksen: wie interesseert dat?
En wie het met wie doet en waarom?
Die wereld van zien en gezien worden, botox & haarlak, modetrends en opgehypte nieuwtjes: het leeft gewoon wat minder ‘in de provincie’.

Daniel Lohues heeft in 2017 over dit onderwerp een prachtige column geschreven onder de titel ‘De rest’, waarin hij het heeft over ‘de verstikkende monocultuur van hun grootstedelijke bubbel’. Hierbij een link naar het blog dat ik daarover schreef, van daaruit kun je linken naar zijn verhaal.

Niet meer luisteren dus?
Tuurlijk wel.
Ik hoef me niet te identificeren met Barbara en Femke om te kunnen genieten van hun podcast.
En daarbij denk ik soms: ‘verbaast u niet, verwondert u slechts…’

*Meer blogs lezen over de Saar Podcast?
mei 2022: Gooise vrouwen.
juli 2022: Els vertelt over haar naderende dood.
september 2022: Onthutsend eerlijk, ook over de dood.

Reageren

8 november: BBB.

BBB is een app-groep op mijn telefoon.
De meisjesnaam van mijn moeder is Boelen.
Toen we begin 2019 afscheid namen van mijn moeders broer, onze oom Henk zei ik tegen neef René: “We zien elkaar alleen maar in zulke verdrietige omstandigheden; we moeten nodig íets voor de familie organiseren met bitterballen!”
De organisatie daarvan zou ik op me nemen.
Door Gerard’s stamceltraject en de coronapandemie kwam dat er steeds niet van en in december 2021 overleden oom Albert en tante Lammie drie weken na elkaar.
“We moeten nu toch eens serieus werk gaan maken van die bitterballen” zeiden we toen tegen elkaar.
Halverwege dit jaar inventariseerde ik wie er allemaal mee wilden doen, sprokkelde de telefoonnummers bij elkaar en maakte de app-groep BBB aan: Boelen Bitterbal Bijeenkomst.
Daarna gooide ik twee data in de groep: begin oktober en begin november. Op zondag 6 november kreeg ik de meeste deelnemers, dus nodigde ik het spul uit bij ons thuis om 14.00 uur.

Vrijdagmorgen deed ik boodschappen; ik kocht 2 familiezakken bitterballen en stuurde een foto daarvan naar de BBB: Tadaaaah!
Het wakkerde de voorpret behoorlijk aan; er werden zelfs al wat oude foto’s uitgewisseld.
Zondagmiddag ontmoetten we elkaar in familieverband: wat heerlijk om iedereen weer even te spreken.
We hadden in ons huis overal zithoekjes gemaakt zodat er ruimte was voor het bekijken van elkaars foto’s en het ophalen van familieherinneringen.
Waar ik dan op voorhand altijd wat onzeker ben ‘of ik wel genoeg in huis heb aan drinken en hapjes’ en ‘of het wel gezellig wordt’: ik had me voor niets zorgen gemaakt.
Supergezellig!
Ik had nog een oude filmopname uit 1971 (gemaakt door mijn vader met een super 8-camera) van het 50-jarig huwelijksfeest van opa en oma Boelen.
We zagen onszelf, maar dan 50 jaar jonger. De jongere garde stond er helemaal niet op: die waren er toen nog niet!
(Op de afbeelding: het gezin Boelen op dat feest in 1971, 5 broers en vijf zussen).

Je hoeft verder niets te organiseren zo’n middag.
“Hoe is het met jullie kinderen? Ben jij nog aan het werk? Waar wonen jullie nu dan?”
En af en toe een smeuïg familieverhaal of over logeren bij tante Triena en oom Eize.
Of over de legendarische bruiloften van vroeger.
Of over een tienertoer eind jaren ’80 met bezoekjes aan de hele familie in Drenthe.
Er kwamen heel wat afbeeldingen op telefoons voorbij: “Kijk, dit zijn onze kleinkinderen!”
De bitterballen vielen zeer in de smaak en de tijd vloog voorbij.

Om 17.30 uur hadden we een grote tafel gereserveerd bij Jasmijn Garden in Assen, waar we de BBB afsloten met een ontspannen etentje.
We hieven gezamenlijk een glas op de familie ‘hier beneden en daarboven’ en spraken af dat we dit nog een keer weer gaan doen.
René en José wierpen zich op als organisatoren voor een volgende keer.
De app-groep helpt bij het uitwisselen van wel en wee: bij bijzonderheden zullen we elkaar op de hoogte houden.

Zondagavond zat ik wat unheimisch aan de keukentafel.
Lichtelijk doofgetoeterd door de enthousiaste gesprekken en een beetje katterig omdat het alweer voorbij was.
De tied vlög a’j ’t naor de zin hebt.
En omdat de tijd vliegt moet je af en toe even tijd maken voor een gezamenlijke bitterbal.

Reageren

7 november: Een protestants ritueel.

In de nacht na mijn bezoek aan de Inspiratiebeurs die ik gisteren beschreef droomde ik over begrafenissen, grafheuvels en routes naar kerkhoven.
Inspiratie genoeg opgedaan.
Gistermorgen bleven we nog even in dezelfde sfeer. Het was gedachteniszondag: dan herdenken we alle gemeenteleden die dit jaar overleden zijn.
Onze cantorij werkte mee aan deze viering, dus om 08.45 uur stond ik naast Saakje en Klaas in te zingen.

Zulke vieringen zijn altijd beladen.
De kerk zit vol familieleden die de naam horen van hun dierbare voor wie een kaars wordt aangestoken; het verdriet is voelbaar in deze viering.
We hoorden vanmorgen de gelijkenis van de zaaier, die handenvol graan zaait, maar het graan komt niet altijd goed terecht.
In de overdenking hoorden we een diepere laag in dit verhaal: in een mensenleven zijn er verschillende periodes.
Zit je leven in de fase van ‘de goede aarde’, dan kun je tot bloei komen en van grote waarde zijn voor de mensen die aan jou zijn toevertrouwd.
Maar er zijn ook moeilijke tijden: als verdriet over je heen valt en je voedingsbodem rots blijkt te zijn.
Of als je levensomstandigheden beroerd zijn en je het gevoel hebt dat je wordt overwoekerd door onkruid.
Of als je je buitengesloten voelt en je leeft alsof je naast de akker bent gezaaid.

Wat weer een bijzondere kijk op dit overbekende verhaal.
Troostrijk vond ik.
Vooral omdat de voorganger benadrukte dat we niet te veel moeten stilstaan bij het graan, maar vooral moeten kijken naar de zaaier, die met gulle hand en brede gebaren het graan overal strooit.

Het leven wordt niet bepaald door wat nuttig is of wat functioneel is, het leven word bepaald door de eindeloze gulheid en grootheid van de zaaier.
Die oogst wanneer het tijd is en waar opnieuw  gezaaid kan worden in opengescheurde grond.
Lieve mensen: ontvang dan wat er opkomen kan in uw leven.

Het is voor mij altijd lastig om na zo’n verhaal gelijk weer ‘aan te staan’ voor het volgende lied, waarvan wij als cantorij het eerste couplet zongen.
Hoe ging die melodie ook maar weer?
Dat gold ook voor het lied ‘Vrienden die zijn overleden’ dat we a capella zongen.
Dan is er geen voorspel van de organist, je krijgt alleen een begintoon.
Het duurde even voordat ik er helemaal in zat;  gelukkig zijn er meer alten die het goed oppakten.

Er was een heel mooi, ingetogen bloemstuk gemaakt bij deze viering.
Je ziet het op de afbeelding hiernaast: een bloemenhart met in het midden de veldkeitjes waar de namen van de overledenen op staan.
Op de achtergrond de kaarsen die één voor één worden aangestoken bij het noemen van de namen.
Een mooie viering.
En een protestants ritueel dat naadloos aan zou sluiten bij de Inspiratiebeurs van zaterdagmiddag.

Reageren

6 november: Een brug te ver.

“Zaterdag sta ik de hele dag in de Martinikerk in Groningen op de Mensenlinq Inspiratiedag; een beurs over rouw waar je kennis kunt maken met wat er zoal leeft in de wereld van de uitvaartbranche”.  Dat zei Carlijn eind deze week; of ik zin had om een kijkje te komen nemen.
Ik zou zaterdag op bezoek in het UMCG bij Bert, (PKN-gemeentelid) die al meer dan drie weken in het ziekenhuis ligt, dus dat kon ik mooi combineren.
Die middag maakte ik kennis met de drie collega’s van Carlijn die (allemaal toevallig in het groen) de stand van Lotus vulden.
“Wij hebben zo’n leuk vak” vertelde één van hen “ik moet er gewoon om denken dat ik niet alsmaar aan het vertellen ben over de dood en begrafenissen, want daar heeft niet iedereen altijd zin in….”

Carlijn vroeg of ik met haar even een rondje langs de stands wilde doen.
“Dan kan ik ondertussen gelijk een beetje netwerken.”
Zij heeft inmiddels al bekenden in die wereld.
Een leverancier van kisten bijvoorbeeld die haar herkent van die keer dat ze een kist kwam halen. Enthousiast wijst hij de kist aan: “Kijk, deze was het” en ze hebben het er vervolgens nog even over hoe blij de familie daar destijds mee was.
Een mevrouw van een natuurbegraafplaats waar zij al eens een uitvaart begeleidde.
De jonge uitvaartonderneemster die een VW-busje heeft omgetoverd tot de Rouw VW.
Geanimeerd stonden Carlijn en zij even later te praten over een inspiratieboekje dat Carlijn had gemaakt en waar de Rouw VW in werd genoemd.
Twee jonge vrouwen, die opvallen in de uitvaartwereld vanwege hun leeftijd.

Wat is er inmiddels veel mogelijk op het gebied van afscheid nemen, rouwen en herinneren.
In de Martinikerk zag ik nieuwe trends en ontwikkelingen in de uitvaartbranche.
Een kleine greep uit het assortiment:

  • Nieuwe vormen van uitvaartkisten: de gevlochten manden van de Wilgenstudio  (zie afbeelding rechts onder) of de unieke handgemaakte kisten van de Kistemakker
    Op de afbeelding links zie je op het deksel  van de tweede kist in de rij een heuse sjoelbak….
  • het Hospice Gasthuis in Groningen waar iedereen op zijn eigen manier zijn laatste levensfase kan doorbrengen. Carlijn is daar in het verleden vrijwilliger geweest.
  • Natuurbegraafplaatsen die al een tijdje bestaan, zoals De Velden in de kop van Drenthe, maar ook een nieuwe zoals Laude in Westerwolde (bij Sellingen).
  • Voor als je na de begrafenis een huis moet ontruimen: de Regelwichter. Zij helpen bij het opruimen van een huis, het uitzoeken van spullen tot de eindschoonmaak aan toe.
  • Rouwfotografen, audiovisuele bedrijven die een begrafenis kunnen filmen, kunstenaars die gedenkstenen en gedenkbeelden maken.
  • Een textielkunstenaar  die unieke handgemaakte wollen waden en opbaardekens maakt.

Zie je me lopen tijdens het rondje? Ik sta er bij en ik kijk er naar, af en toe met verwondering.
De echtgenoot van een kunstenares wilde mij al warm maken voor een mooi beeld op een graf.
Maar nee.
Ik had al een kaartje van een Natuurbegraafplaats in mijn jaszak.
Er over nadenken is goed. maar alvast uitzoeken?
Een brug te ver.

Reageren

5 november: De val van Stone.

Soms kan ik mij als een kind verheugen op iets leuks.
Donderdag was dat het geval: die avond zou ik het boek ‘De val van Stone’ uitlezen.
Woensdagavond wou ik dat eigenlijk al; toen was ik op pagina 626 , het boek heeft er 701.
De letters en zinnen dansten voor mijn ogen.
Hoe spannend het boek ook was en hoe graag ik ook wilde weten hoe het afliep: ik moest naar bed.

Het dikke boek had ik meegenomen uit Casa Grada in Westerbork.
Het stond daar in de boekenkast, achtergelaten door een bezoeker.
Ik pakte het uit de kast met de gedachte: “Wat is dit eigenlijk voor boek?” en na 1 bladzijde was ik er al in begonnen.
De schrijfstijl en het soort boek doet denken aan mijn favoriete schrijver Robert Goddard.
De auteur Iain Pears is kunsthistoricus en journalist en houdt van geschiedenis.

Het verhaal wordt verteld in omgekeerde volgorde. Het begint met het overlijden van Elizabeth, de weduwe van John Stone, in 1953 in Parijs.
Daarna stappen we in het verhaal in Londen in 1909, als Stone net is overleden; hij was  een rijke industrieel, scheepsbouwer en wapenhandelaar en hij is op raadselachtige wijze uit een raam gevallen. Zijn weduwe zit met het probleem dat een deel van de erfenis wordt toegewezen aan een kind van Stone dat hij nooit erkend heeft. Het echtpaar heeft zelf geen kinderen. Dit deel van het verhaal wordt verteld door Matthew Braddock, de journalist die Elizabeth in de arm heeft genomen om uit te zoeken wie en waar dat kind is. Verder wil ze weten hoe Stone om het leven is gekomen. Was het moord? Of zelfmoord? Of een ongeluk? Braddock doet nauwkeurig onderzoek naar het leven van John Stone onder het mom van het schrijven van een biografie over hem.
Hij komt erachter dat hij zich in een wespennest heeft gestoken. Hij wordt geconfronteerd met spionage, intriges, financiële malversaties en handel in wapens en oorlogsschepen.

Op pagina 289 begint het volgende deel, dat zich afspeelt in Parijs in 1890. Henry Cort, die als een van de eersten ter plaatste was bij de dood van Stone en mogelijk essentieel bewijs heeft achtergehouden of vernietigd, treedt hierin op de voorgrond. We horen meer over de afkomst van Elizabeth en hoe John Stone en zij elkaar hebben ontmoet: Elizabeth was namelijk een heel stuk jonger dan haar man.

Het laatste deel neemt je mee naar het Venetië van 1867. Nu komt John Stone aan het woord en horen we zijn levensverhaal.
In dit laatste deel kom je achter de waarheid van Stone’s dood, die in zijn leven vooral geld heeft verdiend door mensen te manipuleren en te bedriegen.
De uiteindelijke ontknoping lees je pas op bladzijde 698. Verbijsterd zat ik met het boek in mijn handen.
HÈ? HOE? O?!?
Toen ik het uit had heb ik nog weer stukjes teruggelezen.

Het was een ingewikkeld en geen gemakkelijk boek; de passages over de financiële verwikkelingen duurden me te lang.
Pears is goed, maar Goddard is in mijn optiek beter.
Maar wat heb ik er van genoten!

Reageren

Pagina 66 van 353

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén