Vanmiddag was de afscheidsplechtigheid van Ger Vrieling, het PKN-gemeentelid dat ik regelmatig opzocht in de Hullen.
In 2010 werd hij getroffen door een herseninfarct; vanaf toen was hij aan de rolstoel gekluisterd.
Wat ik van hem heb geleerd is dat lichamelijk herstel één kant van het verhaal is, maar dat het mentale herstel een kant is die vele malen moeilijker is.
Het ontmoeten van andere mensen, mensen die hij vroeger had gekend, vond hij in het begin moeilijk.
Het oppakken van sociale dingen was lastig. Hij worstelde met zijn emoties en dat vond hij verschrikkelijk.
Hij zat met een gezonde geest in een gehandicapt lichaam en had moeite met de manier waarop hij door sommige mensen werd benaderd ‘alsof ik niet goed bij mijn hoofd ben’.
Maar hij zette door. Ging naar gespreksavonden, koffiebijeenkomsten, kon in het weekend naar huis, ging wekelijks zwemmen met z’n zoon, en ging zelfs af en toe naar het theater.

Als ik hem opzocht gingen we in het begin meestal even weg: eindje wandelen of fietsen en ergens een terrasje pakken
Verder deden we vaak een spelletje Triominos.
Toen hij nog zelfstandig kon staan gingen we af en toe samen op de duofiets een stuk fietsen.
“Wat wil je?” vroeg ik hem eens toen ik wilde weten welke kant we op zouden fietsen.
“Het liefst zou ik zelf het stuur in handen hebben” was het onverwachte antwoord.
Daar hadden we destijds een heel gesprek over.
Dat hij het stuur over zijn hele leven uit handen had moeten geven en hoe moeilijk dat was.

Na Gerda’s overlijden heb ik hem nog twee keer bezocht.
“Mijn hoofd zit nog zo vol verdriet…” zei hij en dat straalde hij ook uit.
We deden nog wel een spelletje, maar bij hem was de concentratie er niet meer.

Als iemand wordt opgenomen in een instelling, dan voelt dat als ‘worden opgesloten’.
Wat dan helpt is dat de samenleving waar iemand deel van uitmaakte die persoon blijft bezoeken.
Ophalen.
Meenemen.
Samen dingen doen.
Ger’s gezin, familie, vrienden, buren en ook gemeenteleden bleven hem trouw bezoeken.
Het doet er toe; daardoor blijft iemand onderdeel van de maatschappij en hoort hij/zij er bij.
Ger heeft laten zien dat het echt niet meevalt om als minder valide door het leven te gaan, maar dat het de moeite loont om te revalideren en te rehabiliteren. De omgeving is daarbij ontzettend belangrijk

Hoe belangrijk bleek vorige week woensdag, een paar dagen voor zijn overlijden, toen hij al twee dagen op bed lag: hij wilde eigenlijk nog wel graag naar het koffiedrinken van de kerk.

Vanmiddag stond ik bij zijn graf en heb ik afscheid genomen van Gerrit Albert Vrieling.
Met respect en bewondering zal ik blijven terugdenken aan mijn vriendschap met deze doorzetter die mij zo veel heeft geleerd over acceptatie, veerkracht, trouw en doorzettingsvermogen.