Je verwacht zo’n blogtitel eigenlijk niet van mij eind november.
Het was ook geen Noordzeestrand-zand, het was Ronostrand-zand.
Na twee troosteloze, mistige dagen was het zondag mooi weer; Gerard en ik wilden even wandelen, maar in het Mensingebos is het wel heel erg druk de laatste tijd, vooral als het mooi weer is.
Ik stelde voor om naar het Ronostrand te fietsen en daar even te wandelen.

We konden niet rechtstreeks naar het strand: het meer was omheind en bij de kassa zat een poortje.
Dat hadden wij nog niet eerder gezien; een praatje met de eigenaar van de camping leerde dat dit het gevolg was van de coronamaatregelen.
Afgelopen zomer hadden ze het toegangsbeleid rond het meer behoorlijk aangepast: er werden (naast de campinggasten) maar 200 extra badgasten toegelaten, toegangskaarten konden alleen maar on-line worden gekocht en vol is vol. Het was de eigenaren heel goed bevallen. Het kaartje was wat duurder geworden, (kost nu € 10,=) maar verder waren er eigenlijk alleen maar voordelen.
Waar men anders altijd iedere dag uren bezig was om de rotzooi op te ruimen die mensen achterlieten, was er nu bijna geen zwerfafval meer geweest.
Er was geen geluidsoverlast meer geweest en er hoefde ook niet te worden opgetreden tegen groepen dronken jongeren die overlast veroorzaken.
Er was heel veel protest geweest tegen het nieuwe beleid, maar de campingeigenaren vinden het eigenlijk wel prima zo: het Ronostrand wordt niet meer overspoeld door honderden zwemmers; de horeca kan op deze manier weer gewoon gebruikt worden door de campinggasten.

We wandelden over de verlaten camping en liepen even langs het water.
Het was er heel stil; we zagen een dikke buizerd wegvliegen en er zat een specht tegen een boomstam aan.
Verder waren er heel veel kleine vogels; in deze tijd van het jaar hoor je ze niet, maar ze zijn er wel.
Via Steenbergen fietsten we terug naar huis. We kwamen over een fietspad waar we nog nooit langs waren gefietst en ontdekten ‘Camping & Chaletpark Ponda Rosa’ in de Zuursche Duinen.
Het zag er trouwens niet zo chique uit als de naam doet vermoeden. Even verderop ontwaarde ik zelfs een hunebed, maar dat bleek een ‘nepper’ te zijn.
Nou, wat weer een avontuur heee.

Ondertussen was het hartstikke koud en na Steenbergen fietsten we rechtstreeks naar Roden.
Op de terugweg kwamen we over de Brink in Roden, waar het heel lekker rook….we kochten een lekkere warme oliebol die we thuis opaten bij een glas hete Autumn Storm thee; het zand van het strand zat nog aan mijn schoenen.
Prima combi.
Kan best in november.