Voor het boek schreef ik dit blog in de categorie ‘Geschiedenis’.

Begin juli 2020 reden Gerard en ik naar Anloo voor de wandeling ‘Strubben – Kniphorstbos/ wandelen in de prehistorie’.
Van de website van Staatsbosbeheer had ik een brochure met informatie over de wandeling gedownload. “Volg de paaltjes met de groene koppen” stond daarin, maar die konden we niet vinden; wel paaltjes met gele koppen. Als je goed keek (wat we later deden) bleek dat onder de gele kop een klein randje groen zat: ze waren overgeschilderd! Gele paaltjes dus.
Maar met ons en de gele paaltjes kwam het pas goed toen we de helft van de wandeling al gehad hadden.

Maar ook al liepen we niet precies de goede route, we zagen wel bijna alle prehistorische bijzonderheden.
Twee hunebedden maar liefst kwamen we tegen, hunebed D7 en D8; altijd bijzonder, maar als je een maand eerder net de mooie en complete hunebedden in de omgeving van Noord Sleen hebt gezien, zijn deze minder spectaculair. (Meer weten? Lees dan het blog ‘Kerk zonder priester‘ uit juni 2020).

de ‘galgenheuvel ‘.

Wel spectaculair vond ik de Galgenberg. Het is een grafheuvel die in de oudheid aan een belangrijke verkeersroute lag.  In de middeleeuwen zette men er een galg op, vandaar de naam van de heuvel. Bovenop de Galgenberg staat een zogenaamde ‘Markesteen’, die de voormalige grenzen aangeeft tussen Anloo, Schipborg en Zuidlaren.
Verder vonden we in het bos eeuwenoude karresporen. Over de Hondsrug liep een verkeersroute die terug gaat tot ver in de prehistorie en die leidde van Noord(Groningen) naar Zuid (Coevorden).  Ook in de middeleeuwen en daarna reisde men hierlangs richting Groningen.  Je ziet een patroon van golven en dalen, dat is ontstaan door het vele verkeer dat door dit gebied is getrokken.

Het gebied ligt midden in het Nationaal Park Drentsche Aa; het was een heerlijke wandeling van twee uur die geen moment verveelde. Wat was er veel te zien en te beleven!
Wat zeker nog het vermelden waard is zijn de strubben.

Strubben

De naam strubben komt van een bepaalde groei van oude eiken. Deze eiken werden eeuwenlang gekapt in dit gebied. Vanuit het wortelsysteem dat in de grond bleef zitten kwamen weer nieuwe takken omhoog die om de plek heengroeiden waar de vorige, gekapte eik had gestaan. Zo ontstond een cirkelvormig patroon van takken, die vervolgens weer uitgroeiden tot echte eiken, strubben dus. We zagen een paar mooie voorbeelden!

Wandelen in gebied waar al vijftig eeuwen mensen wonen; een bijzondere ervaring, vooral als je van geschiedenis houdt. Het is alsof je in een prehistorisch openluchtmuseum loopt. Meer weten? Hierbij een link naar de website ‘De Hondsrug / Unesco Global Geopark’ 

Meer lezen over het boek 1960 -2020?
Hierbij een link naar de verzamelpagina van deze blogreeks ‘Te boek ….. of niet te boek’.