een alternatief voor 'de waan van de dag'

Categorie: Alledag Pagina 96 van 263

19 juni: Honderd keer……

In ‘De Krant’ (een huis-aan-huisblad in de gemeente Noordenveld) van deze week was weer plaats ingeruimd voor de rubriek ‘Moi Noordenveld’; deze keer mocht ik het vullen.
Woon je niet in de buurt en wil je de inhoud toch even lezen?
Hierbij een link  2021.05.17 Meelij Jet   naar een pdf met de tekst van de column.

Het is een verhaal vanuit de periode dat mijn schoonmoeder nog in het Beurtschip zat.
Het is een samenvoeging van een tweetal blogs die ik in 2015 schreef over de gebeurtenissen in het verzorgingshuis aan de koffietafel met de andere bewoners van de afdeling.
Die blogs waren geschreven in het Nederlands, dus ik moest het eerst vertalen.
Dan kan het gebeuren dat je een woordje overslaat ……. het had ‘veurbij’ moeten zijn.

Honderd keer lees ik zo’n stukje na en honderd keer lees ik  er over heen.
Döt ok niks.
Er heeft nog niemand iets over gezegd……

Reageren

18 juni: “U bent er weer…”

Die time-out kwam wel  goed uit: met zulke warme dagen ben ik nooit op mijn best en ik vond het wel even lekker rustig.
Heel langzaam gaat de wereld weer open na alle coronabeperkingen.  Zwemmen en FysiYoLates doen we nog niet,  maar zingen met de cantorij heb ik al wel weer gedaan: met z’n zessen werkten we mee aan de PKN-viering van 13 juni. Onze cantor Karel wilde eigenlijk dat we alles één-stemmig zongen, maar daar waren we het niet mee eens.
Er was een lied dat we vierstemmig konden dromen “Wie in de schaduw Gods mag wonen” (melodie licht dat ons aanstoot in de morgen). Het vertrouwen moet kennelijk eerst weer worden opgebouwd: “Dat wil ik dan eerst even horen”.
Wat een sensatie om na zoveel  maanden weer vierstemmig te zingen! En Karel vond het ‘acceptabel’,  dus ook in de viering mocht het vierstemmig.

Dertig mensen mochten de kerkdienst bijwonen.  De mevrouw met wie ik na het inzingen even een praatje ging maken, zei: “Ik was hier veel te vroeg,  maar ik wilde zo graag wat mensen zien en spreken.”
Ik zag haar ontroering en het raakte me.
Wat hebben we ‘elkaar’ gemist.
Een knipoog, een praatje,  een handdruk of een arm om de schouder: samen kerk zijn is zoveel meer dan de preek op zondagmorgen.

Niet alleen kerkgang is weer mogelijk, ook naar het werk in Groningen en bezoekjes brengen aan anderen behoort weer tot de mogelijkheden.
Eerlijk gezegd: ik moet er nog aan wennen.
Het mondkapje, anderhalve meter afstand en geen lichamelijk contact: inmiddels ben ik daar zo aan gewend dat ik er amper meer bij nadenk.
Mensen die onverwacht dichtbij komen staan veroorzaken een kleine schrikreactie; verder ben ik eerder moe van de reuring die alles weer teweegbrengt.
En ja, dat heeft enerzijds natuurlijk te maken met mijn leeftijd, maar ik moet ook weer wennen aan het communiceren en meer bezigheden buitenshuis.

Met dit nieuwe blog komt er een eind aan mijn eerste time-out van 2021.
“U bent er weer!”
Dat roept de mevrouw van de fietsknooppunten-app altijd als we even van de route zijn afgeweken en daarna de knooppunten weer oppakken.
Ze is altijd blij als we er weer zijn.
Een paar mensen in mijn omgeving zijn ook blij dat ik er weer ben.
Hier en daar kreeg ik al voorzichtige aansporingen: “Wanneer begin je weer? Ik mis je dagelijkse ‘stukje’….”
Fijn om te horen; vanaf vandaag weer iedere dag artikel in dit digitale tijdschrift!

Reageren

15 juni: Gastblog Lianne – Yes!

Toch een blog vandaag!
Nicht Lianne Polling-Waninge is leerkracht op CBS De Hoeksteen in Roden en moeder van twee zoontjes van 6 en 4  jaar.
Ze neemt ons mee in de wereld van de schoolreisjes.

Yes, we mochten weer op schoolreisje!

Vorige week was het dan zover. Jongste zoon riep al een paar dagen van te voren: “Dit wordt mijn eerste schoolreis!’’. Wat was hij blij dat hij heen kon.
Het schoolreisje was niet ver weg gepland, het uitje ging naar Roderesch. Jongste is 5 jaar oud en kreeg een school t-shirt met logo erop aan.
De ouders brachten zelf de kinderen naar Roderesch en daar stonden de kleuterjuffen de kinderen al op te wachten.
De Zwerfsteen bood verschillende onderdelen aan en zo konden de kinderen in groepjes; dansen, klimmen en klauteren en een heus bootcamp parcour afleggen.
Dit schoolreisje werd pas compleet toen ze cake en ranja kregen en later bij de lunch patatjes met een waterijsje.

Ik mocht een paar kinderen, waaronder mijn eigen zoon ophalen en weer naar school brengen.
In de verte hoorde ik hem al roepen: “Mama kijk ik heb een lekker ijsje!”
En natuurlijk moest ik erbij komen zitten. Want wat was het een leuke dag. Allemaal kleutertjes om me heen met energievolle verhalen.

Een paar dagen later mocht oudste zoon op schoolreis. Hij was al eens vaker geweest en herinnerde zich dat nog wel. Maar dat betekende nu natuurlijk niet dat hij er niet klaar voor was. Want oudste is van het vragen stellen zodat hij weet wat er gaat komen. “Euhm mama, is het ver? Wat gaan we daar doen? Krijgen we daar ook patat? Kom je ook kijken?”

Zonder teveel te verklappen, ging hij die ochtend met zijn vader naar De Zwerfsteen. Papa zwaaide nog even op afstand en kon weer naar huis.
Door corona toch nog een paar regels, maar daar merkte je nog maar weinig van, éénmaal daar aangekomen.
Ze konden heerlijk in de buitenlucht spelen en na de ranja en cake begon het eerste onderdeel.
De kinderen van groep 3 en 4 werden in verschillende groepen verdeeld en deden; pijl en boogschieten, dansen en ook het uitdagende bootcamp parcours.
De foto’s s avonds op het ouderportaal spraken boekdelen. Allemaal vrolijke rode koppies en prachtig weer!

Ik herinner mij schoolreis van een paar jaar geleden. Toen werkte ik op een basisschool in Assen. Schoolreisjes gingen toen anders, luxer! We werden dan met een touringbus opgehaald en reden dan bijvoorbeeld naar attractiepark Slagharen of Walibi. Allemaal een stuk duurder en langer van huis.
Ik stond er even bij stil, want mijn kinderen werden zo blij van dit schoolreisje.

Zelf mocht ik met groep 5 mee op schoolreisje. Nu als leerkracht van deze gezellige groep.
Groep 5 mocht samen met groep 6 op de fiets naar De Zwerfsteen.
Dit lukte prima, in een lange colonne en gele hesjes her en der, reden we door Roden en Nieuw-Roden.

We kregen allereerst onze eigen plek aangewezen, daar konden we onze tassen neerleggen en drinken pakken als we dorst hadden. Na eerst even in de speeltuin te mogen spelen, werden we meegenomen om te gaan mountainbiken. We werden allemaal voorzien van een helm en een bidon. Wat een goede organisatie, want die fietshelmen moeten op maat gepakt worden en goed zitten. Toen iedereen een fiets had aangemeten gekregen, ging we op pad. En natuurlijk ging ik ook mee. Ik vond dit net zo leuk als de kinderen! We leerden verschillende houdingen en remtechnieken. Na een aantal oefenrondjes, werden we meegenomen om een parcours te rijden in het bos. Gelukkig had ik anti-mug/teek meegenomen. De kinderen riepen om beurten; ‘juf wilt u mij ook insmeren? ‘ Gelukkig had ik zon roller bij me en liep langs alle kinderen om benen en armen in te rollen. Wat een grappig gezicht moet dat zijn geweest. En die juf maar smeren. Enkele minuten later konden we weer door op de fiets.

Na een korte pauze waren we nieuwsgierig naar het volgende onderdeel.
We moesten naar de andere kant van het complex en daar zagen we een groter bootcamp gebied. Met allemaal grote houten hindernissen.
In groepjes van 7 moesten we over alle hindernissen heen klimmen en klauteren. Terwijl we dat deden, moest je samenwerken en een stuk touw en een korte balk meenemen over de hindernissen. Ik mocht als juf een groepje begeleiden. Het was fantastisch om te zien hoe gemotiveerd de kinderen waren en hoe ze om elkaar dachten. Soms moeilijk en angstig, maar ze sleepten elkaar er door heen. Omdat kinderen in groep 5 waarschijnlijk de jongste deelnemers waren voor dit onderdeel, besloot ik af en toe mee te helpen. Vooral wanneer ze weer naar beneden moesten klimmen van een hindernis. Ik kon dan mooi een been aanpakken en mijn schouder als stoeltje aanbieden. We deden het vooral samen! Het bracht een geweldig gevoel van overwinnen.

Net zoals we afgelopen jaar door moesten zetten na weer een paar weken thuisonderwijs en alle coronatesten die we met elkaar moesten ondergaan.
Nee het viel soms niet mee, er kon veel niet doorgaan afgelopen jaar. Maar dit schoolreisje pakt niemand ons meer af.

Terugkijkend op een week vol met schoolreisjes, besef ik dat wij niet veel nodig hebben om blij van te worden.
Het idee dat het schoolreisje door mocht gaan was al een cadeautje.
En éénmaal op locatie realiseerde ik mij dat we veel geleerd hebben en bovenal…….hoe erg we hebben genoten die dag!

Meer weten over ‘de Zwerfsteen’? Hierbij een link naar hun website.

Reageren

8 juni: Dat soort gedachten…..

Iedere dag staat er een nieuw blog op deze website; bijna tien maanden achtereen heb ik dagelijks iets gepost, ook tijdens de kerstvakantie.
Van 10 tm 15 augustus 2020 dateert mijn laatste reces.
Vanmorgen dacht ik: “Het is een drukke week en waar moet ik het op mijn blog over hebben?”
Als ik dat soort gedachten krijg moet ik een time out; zodra ik het gevoel heb dat het dagelijkse blog me op de nek gaat zitten moet ik even afstand nemen.

Zomaar een paar dagen niet bloggen is niet zo aardig voor mijn vaste lezers; die maken zich dan zorgen.
Een mens kan zomaar in het ziekenhuis belanden, niet waar?

Geen zorgen dus.
Ik ben even een paar dagen off-line: werken, huishouden en lekker in de zon zitten met een borduurwerkje.
En even weer een ‘buffertje blogs’ opbouwen.

Heb jij nog een verhaaltje liggen?
Wil je de leegte deze week een keer vullen?
You’re welcome!

Reageren

6 juni: Vrolijk en chaotisch.

Vanmorgen was er een bijzondere ‘Ik zie jou viering’ in Op de Helte.
Dit schreef voorganger Sijbrand van Dijk er van te voren over: “Het thema is: ik ga op reis en ik neem mee. Dit thema verbindt alle onderdelen. Dolly, Noach, de overstap uit de kindernevendienst, de uitslagen van de fietstocht en de dropping. Het wordt een vrolijke en waarschijnlijk ietwat chaotische ochtend.”

Vrolijk en chaotisch zijn geen woorden die gelijk in je brein opkomen als je denkt aan een kerkdienst en toch had Sijbrand groot gelijk.
Vanachter mijn computerscherm heb ik genoten van deze viering, die zo anders was dan anders en daardoor heel verfrissend en veelzeggend.
Bij het eerste onderdeel kon je thuis ook meedoen: een quiz! Leuk! Ik haakte onmiddellijk aan en noemde mezelf Aoltje.
Toen de deelnemers later werden benoemd wist Walter niet wie Aoltje was….. nou ja zeg. Aoltje van Geert natuurlijk!
Verder met de viering. Dit hele  weekend stond in het teken van gezellige activiteiten: een gezinsfietstocht op vrijdagavond en een spannende ‘Travel Quest’ op zaterdagavond.
Vanmorgen zagen we het weekend in foto’s voorbij komen.

Ronduit spectaculair was het afscheid van Dolly de Logeerduif; die werd samen met Janny de kerk ingereden in een antieke MG!
De opbrengst van haar logeeravonturen was meer dan € 1.300,= voor het ZWO-project ‘Straatkinderen in Oeganda’.
Er werd door de kindernevendienst ook afscheid genomen van de kinderen die dit jaar de overstap maken van de basisschool naar het middelbaar onderwijs; de kinderen werden naar voren geroepen en kregen een knapzak mee als aandenken.
Wat ik altijd erg kan waarderen zijn jongeren die iets doen in een viering: vanmorgen zong Daphne twee liederen en Alyke speelde twee stukken voor ons op haar viool.

De schriftlezing werd vanmorgen niet uit de bijbel voorgelezen, maar het verhaal van Noach werd verteld door Janny.
Daarna kreeg Sijbrand het woord voor de overdenking; hij had in zijn koffer drie basiselementen uit het verhaal van Noach meegenomen.
1. De ark. Daarvoor gebruikte hij zijn schoen. Met een beetje fantasie kon je daar wel een grote boot van maken, te meer omdat het maat 46 was.
De ark staat voor je basis: je leefomgeving, je ouders, je vrienden, de plek waar je je thuis voelt. Mensen kunnen ook als een ark voor je zijn, waarbij je je vertrouwd voelt en waar je kunt schuilen.
2. Een oude knuffelhaas, destijds nog gemaakt door Sijbrands oma. De haas stond voor alle dieren en al het groen op de aarde. Het verhaal van Noach wil ons vertellen dat we de aarde delen met alle dieren, bomen, bloemen en planten. Leef dus met de aarde en zorg er voor.
3. De regenboog, die ons wil zeggen “Er is hoop, het komt goed.” Misschien niet zoals je had gedacht of gehoopt, maar God zoekt altijd naar manieren om nieuwe wegen in te slaan met de mensen.

Wil je de MG van Gerard Smit mét Janny en Dolly de kerk in zien rijden?
Benieuwd welke kinderen een rugzakje meekregen en wat Annelies hen toewenste?
Wil je weten hoe de moeder van logeerduif Dolly er uitzag die haar aan het einde van de viering kwam ophalen?
Je kunt de hele viering terugzien op kerkomroep : 6 juni, Op de Helte, 09.30 uur.

Reageren

4 juni: Nederlands, maar dan anders (19)

Er is weer genoeg binnengekomen voor een nieuwe verzameling in deze serie.
Als eerste de reactie van Louisa op het vorige blog in deze serie:
“Gisteravond hoorde ik een mevrouw op tv zeggen over haar dochtertje dat nu al te zwaar was: “Ze zal altijd op haar hoede moeten letten.”

Van vriendin Gineke kreeg ik ook nog een reactie via de mail:
“Net je blog gelezen over de versprekingen. Hoor ik Twan Huijs aan Henk Krol vragen of Henk misschien te veel naar ‘Jan Hagel’ geluisterd heeft…
Jan Nagel natuurlijk 🙂 Het blijft lachen.

Onze dominees zijn natuurlijk regelmatig lang aan het woord, dan hoor je wel eens iets anders dan de bedoeling was.
Deze app kreeg ik van een gemeentelid na een zondagse viering: “Hoorde jij gisteren in de kerk ook dat er romgetroffel gevraagd werd inplaats van tromgeroffel?”

Een neefje moest eigenlijk huiswerk maken, maar in coronatijd viel het niet mee om hem aan het werk te krijgen.
Mijn schoonzusje: “En dan weet ik van te voren al hoe het gaat; hij heeft er geen zin in en zet de hakken in de sloot!”

Gerard voert op zijn werk een gesprek over samenwerking met een andere collega.
Die vindt dat ze elkaar niet in de weg moeten zitten en zegt: “We moeten elkaar niet in het zeewater zitten…”

Collega Jacquelien stuurde ook weer een geweldige bijdrage.
Zij had zitten kijken naar een kookprogramma en wat men daar bereidde zag er heel lekker uit.
Een van deelnemers merkte op “Ik krijg er nu al watertanden van!”

Tijdens onze fietstocht in Heerde zetten wij onze fietsen even weg bij een leegstaand gebouw.
Mocht je je afvragen waar het ‘Cosmedisch Centrum’ in Heerde tegenwoordig zit: ze zitten gevestigd……
(zie foto links).

Al eerder constateerde ik in een blog op deze website dat het Nederlands snel verandert.
Tegenwoordig communiceert men met afkortingen; soms duurt het maanden voor ik door heb wat het betekent.
LOL bijvoorbeeld staat voor Laugh Out Loud en YOLO betekent You Only Live Once.
Met WTF bedoelt men ‘Asjemenou’; de letters staan voor iets anders, maar dit is een keurig blog.
Tijdens het pinksterweekend ontstond er spontaan een nieuwe uitdrukking.
We hadden twee huisjes voor 4 personen en als we met z’n achten in één huisje waren hadden we te weinig borden enzo.
Dan werd er geappt: BYOB – Bring Your Own Bestek.

Jon spreekt inmiddels vloeiend Nederlands. Hij maakt zelfs grapjes met bestaande spreekwoorden.
De foto links kregen we vorig week met het volgende bijschrift: Als je naar buiten gaat – hou altijd een slak om de arm.

Hoor je een leuke verspreking. Of gooit iemand wat uitdrukkingen door elkaar? Meld het even.
Klik hier voor het blog Nederlands maar dan anders deel 18, van daaruit kun je doorlinken naar voorgaande blogs in deze serie.
Vergeet ook niet te kijken op het instagram-account Treintaal.
Daar las ik deze verspreking: ‘Het was een ‘ver-van-mijn-bed-droom’.
Als je het zo leest is het een prachtige woordspeling.

Reageren

3 juni: Sprookies in de Onlanden.

Het is eindelijk mooi weer ik kan weer op fietse hen Grunn’n.
Dat was een poosie wat lastig in verband met warkuren, beschikbare energie en ofstand, maor sinds veurige weke fiets ik weer regelmaotig deur de Onlanden.
Dan begun ik de dag met een dik half uur fietsen; dan vuul ik mij beveurrecht met zu’n mooie woonumgeving.

De grote dreugte is veurbij.
Dat stun veurige weke in de kraante en dat is ok goed te zien.
Veurig jaor was het best zörgelijk nao die twee hittegolven; de vennegies en plassen waren behoorlijk indreugd en d’r was veur de waterveugels maor weinig ruumte meer in ’t water.
A’j d’r nou langes fietst is het weer zoas een paar jaor leden: uutgestrekte watervlaktes en drassige, moerassige stukken d’r tussen in.
Dat is ok fijn veur de kikkers.
’s Mörgens vrog kwaakt ze je oren van de kop.
Ik stap wal ies eem van de fietse of um te kieken waor die beesten dan zit, maor dat hebt ze geliek deur: dan holt ze zöch stille.

In ien van de vievers hef een zwanenpaar heur nöst bouwt en gustermiddag zag ik moe Zwaan die met vier kuukens statig deur ’t water zwöm.
Op de afbeelding hiernaost bint ze te zien, maor daor he’j ’t ok met zegt, het was te ver weg.
“Vier lilluke eendties…” denk ik dan, want sprookies nimt een grote plek in in mien herinnerings.
Misschien dat ik daorum ok wal eem naor die kikkers gao kieken: stel dat daor nog een prins tussen zit…

Eem hiel wat aans:
Op de website van het Huus van de Taol wordt aandacht vraogt veur het underzuuk ‘Opvoeden in het Drents’ dat daon wordt deur Amber Tieck, studente an de Rijks Universiteit in Grunn’n.
Praot ie ok Drents? Wo’j dan de muite nemen um die vraogenlieste in te vullen? Hierbij een link naor die pagina.
Vanmörgen heb ik die vraogenlieste invuld. Confronterend. Wij hebt oonze wichter niet in het Drents opvoed, hadden wij wel doen moeten.
Nou bin ik beneid wat de resultaoten van dat underzuuk straks bint; zo gauw d’r wat over bekend wordt zal ik dat op dit digitale tiedschrift melden.

Reageren

2 juni: Blijf spelen.

Tijdens een weekend met onze kinderen zoals ik beschreef op 25 mei nemen we altijd een tas vol spelletjes mee.
Van wat wij hadden meegenomen deden we alleen Machiavelli en klaverjassen, alle andere spelletjes bleven in de doos.
Dat kwam omdat anderen ook spellen mee hadden genomen, die we nog niet kenden.
We begonnen met Splendor.
Hierbij moet je edelstenen en opdrachtkaarten met punten verzamelen en verhandelen.
In het eerste stadium van het spel heb je nog niet zoveel edelstenen en kun alleen de eenvoudigste opdrachtkaarten kopen, maar hoe langer je speelt, hoe meer edelstenen/punten je op voorraad hebt en hoe duurder de opdrachtkaarten zijn die je kunt kopen.
Ik moet altijd eerst één keer zo’n spel helemaal uitspelen om te zien hoe het werkt.
Waar moet je op letten, wat is niet slim en hoe bepalend is wat mijn medespelers doen?

Het tweede spel heette Dixit; een heel ander spel met een heel ander doel; dit was mijn favoriet van de drie spellen in dit blog.
Je speelt met kaarten met hele mooie, sprookjesachtige tekeningen erop die je op veel verschillende manieren kun interpreteren.
Op zich zijn er weinig spelregels, maar het is zaak om je goed in leven in de hersenspinsels van je medespelers.
Iedereen krijgt 6 kaarten waarop een mysterieuze tekening staat.
Om de beurt legt één speler één kaart uit zijn hand omgekeerd op tafel en omschrijft het plaatje dat er op staat met een woord of een zin.
Alle andere spelers zoeken dan uit hun eigen 6 kaarten een kaart die ze het beste bij die omschrijving vinden passen.
Dan worden alle kaarten geschud en omgedraaid. De vraag is nu: welke kaart heeft ‘de verteller’ op tafel gelegd?
Klein voorbeeldje: ik had een kaart met een poppenhuis erop. Daarbij noemde ik het woord ‘opa’. Niet iedereen in de groep weet dan dat mijn vader voor onze dochters een groot barbiepoppenhuis had gemaakt. Maar uit de 6 kaarten die vervolgens op tafel kwamen te liggen met de associatie ‘opa’ haalden de dames er feilloos het poppenhuis uit.

Het laatste spel dat we deden heette ‘Codenames’.
Ook een spel waarbij het aankomt op woorden en associëren.
Het is de bedoeling dat je als ‘Geheim agent’ aanwijzingen geeft aan je medespelers om alle ‘spionkaarten’ van je eigen kleur te ontdekken,
Deze omschrijving is wat kort door de bocht, maar neem van mij aan: het is erg spannend.
Ook hier komt het er op aan dat je rekening houdt met wat er in het hoofd van je teamgenoten omgaat.
Begrijpen zij wat jij bedoelt? En heb jij heel goed naar de plaatjes gekeken?
Of leggen ze jouw aanwijzing verkeerd uit en draaien ze de huurmoordenaar om…..dan ben je dood en heb je het spel verloren.

Spelen is een bezigheid die men niet ernstig genoeg kan nemen. (Jacques-Yves Cousteau)
Blijf spelen.

Reageren

1 juni: Nu nog?!? 3 – We moeten praten.

Vanmorgen had ik mijn derde afspraak in het orthodontietraject waar ik aan ben begonnen.
Na de schuifdeur liepen we niet zoals gebruikelijk rechts naar een behandelkamer, maar links naar een spreekkamer.
“Hé, heel andere setting!” merkte ik op: “Ja, we moeten praten!” zei tandarts Martijn.
Dan schiet ik al in de lach.
Zo’n zinnetje roept bij mij associaties op van een slecht huwelijk met een pijnlijk gesprek; maar dat was natuurlijk geenszins het geval.

Naar aanleiding van de scan had ik een behandelplan opgestuurd gekregen met een begroting van de verwachte kosten.
De hele behandeling met bitjes etc. zal ongeveer 60 weken in beslag nemen en wat we al verwacht hadden: het is duur.
Maar ik zie het als een investering in de toekomst van mijn gebit, dus ik ging akkoord met het behandelplan en de financiële consequenties.
“Waarom duurt het bij mij zo lang?” vroeg ik. Ergens had ik gelezen dat zo’n traject meestal zo’n maand of 5 á 6 in beslag neemt.
Het antwoord was simpel: “Omdat uw tanden zo verschrikkelijk scheef staan; dan duurt het lang voordat ze in de juiste positie zijn gekomen.”
Dat is dan ook maar weer duidelijk.

Op zijn computerscherm liet Martijn me zien hoe mijn gebit er nu uit ziet en hoe het er over ongeveer 60 weken uitziet.
Heel langzaam zie je het veranderen van ‘schots en scheef’ naar ‘mooi recht op een rij’.
Daarna haalde hij uit de kast een voorbeeld van zo’n binnenbeugel die ik op mijn gebit moet dragen: een doorzichtig, plastic bitje, dat je over je gebit heen klikt.
Voordeel van zo’n spreekkamer is, dat je zelf niet met je mond open ligt, zodat je eens een gewoon gesprek kunt voeren.
We kregen het over nieuwe technieken, over de digitale tandheelkunde en over het verschil tussen het omgaan met het gebit in de verschillende regio’s.
“In de randstad gelden heel andere normen dan hier bijvoorbeeld” vertelde hij. “Witter dan wit, rechter dan recht…dat speelt hier in het noorden toch wat minder.”

We gaan het doen.
De benodigde materialen worden besteld en als die binnen zijn wordt er een nieuwe afspraak gemaakt.
Daarna kom ik iedere maand terug voor een kleine evaluatie en krijg ik twee nieuwe beugels mee, die ik dan na twee weken zelf kan verwisselen.
Wordt vervolgd.

Benieuwd naar het hele orthodontietraject?
Hierbij een link naar deel 1, onderaan dat blog vind je een overzicht van alle gepubliceerde delen.

Reageren

31 mei: Overstekende ober.

Eindelijk mooi weer.
Gistermiddag zetten we de fietsen achter op de auto en vertrokken richting Schipborg voor een fietstocht van zo’n 30 kilometer door het stroomdal van de Drentse Aa.
Ook al is het Drenthe: ik was op sommige plekken nog nooit geweest.
Spijkerboor bijvoorbeeld. We kwamen het dorp in bij de brug over het riviertje de Hunze (ook nog nooit gespot). Een groepje puberjongens stond in zwembroek op de brug.  Af en toe waagde één van hen zich aan een sprong over de reling, wat natuurlijk gepaard ging met de nodige apenrots bombarie. We vonden een bankje aan de oever van het riviertje en genoten van het schouwspel.

Op een informatiebordje in Spijkerboor las ik dat het dorpje in de middeleeuwen  is ontstaan bij een doorwaadbare plaats in de Hunze.
Er kwam een herberg en in de loop van de eeuwen groeide er een dorpje omheen.

Onze fietstocht leidde ons vervolgens door Nieuw Annerveen en Annen.
We zagen de Hondsrug letterlijk liggen, we fietsten echt omhoog Annen in.
Daar zagen we een geheel nieuw verkeersbord : let op,  overstekende ober.  O? Dat bracht ons op een idee

Vijf minuten later zaten we onder de bomen in het zonnetje in Annen en bracht de overstekende ober ons thee en cappuccino.
Na dat terrasje  stapten we weer op de fiets en gebeurde er iets (voor mij) onvoorstelbaars: links naast de weg stond een hunebed, dat Gerard wél opmerkte en ik niet.
Had hij niks gezegd dat was ik gewoon doorgefietst!
Maar hij maakte mij er op attent, dus ik fietste even terug.
Het was hunebed D9; deze had ik nog nooit gezien, dus daar moet ik dan even omheen lopen.
Het was maar een half hunebed; toen professor van Giffen het vond waren de andere stenen in de loop van de tijd al gebruikt voor andere doeleinden.
Op de grond liet hij destijds cementen afdrukken plaatsen op de plekken waar die stenen oorspronkelijk hadden gestaan.

De fietstocht leidde ons nog door een stukje van het Kniphorstbos, waar we vorig zomer de pré-historische wandeling maakten (lees hierbij het blog van 23 januari j.l.), want ik herkende de ‘galgenheuvel’.
Tenslotte kwamen we weer uit bij Schipborg.
Wat een mooie fietstocht; heel divers en door een prachtige omgeving!

Het leek trouwens wel alsof de wereld na het koude weer en de coronaversoepelingen weer open was gegaan: zo druk als gistermiddag hebben wij het in Drenthe nog niet vaak meegemaakt…..

Reageren

Pagina 96 van 263

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén