De waarde van de dag

een alternatief voor 'de waan van de dag'

4 december: Petje (of mijter) af!

Sinds deze zomer worden er in de oude pastorie van de voormalig Gereformeerde kerk van Roden vluchtelingen gehuisvest. Vanuit onze PKN-gemeente is er een groep vrijwilligers actief die de groep begeleidt op velerlei gebied: koken, kleding,  huisraad, onderwijs, fietsen: er moet nogal wat gebeuren.  Er worden af en toe ook uitjes georganiseerd, zoals naar de dierentuin, een theatervoorstelling of een middag naar de stad.

Maar als je in Nederland bent moet je eigenlijk  ook kennismaken met Sinterklaas! De kinderen hadden de Goedheiligman op school al ontmoet,  maar de volwassenen en oudere kinderen nog niet,  dus werd de Sint met twee Pieten uitgenodigd voor een eerste kennismaking. Van te voren was er al druk geoefend : “Siiiiiinterklaasje kom maar binnen met je knecht”. De sfeer was zoals altijd rondom Sinterklaas: roezemoezerig en een beetje spannend; pianist Arjan begeleidde ons bij ons welkomstgezang.

Wat is grabbelen?

Er was eerst maar één Piet,  die wanhopig op zoek was naar zijn ‘vriendje’,  maar gelukkig,  Harm Holman was onderweg een dwalende Piet tegengekomen, die met gejuich door zijn maatje werd binnengehaald.
Renny Bron speelde weer even de rol van ‘juf voor de klas’.  Ze wees Sinterklaas zijn stoel,  heette hem en zijn Pieten van harte welkom en stelde de sint een aantal vragen omtrent zijn identiteit. Bij de vraag over zijn leeftijd moest hij toegeven dat hij al zo oud was dat hij dat niet meer wist…. Hij was wat verdrietig over de toestand van zijn boot en vroeg ons ‘Zie ginds komt de stoomboot’ te zingen: uit volle borst zongen we het eerste én het tweede couplet.

We zongen ook ‘dan grabbelen we als muizen!’
“Wat is grabbelen? Dat werd gelijk aanschouwelijk onderwijs: er was een grote jutezak van Sinterklaas waar iedereen met de ogen dicht een cadeautje uit mocht grabbelen.

En verder……. was het net zo’n Sinterklaasfeest als anders.
Met glunderende kinderkoppies die verguld waren met hun pakjes, met giechelende volwassenen die Sinterklaas bedankten, met warme chocolademelk met slagroom en speculaas c. q.  banketletter en maffe Pieten die ons dansjes leerden met ‘linkervoet – rechtervoet….’!

Wat is het toch ook een heerlijk feest.
Er was een Regenboog-Piet en een Roetveeg-Piet die samen met Sint het feest vierden met onze gasten, die genoten van wat er allemaal gebeurde.
Wat hebben onze gasten in die paar maanden veel geleerd!
We hoorden de kinderen enthousiast in het Nederlands zingen en tellen; Sinterklaas praatte Nederlands en er hoefde niets vertaald te worden.

De woorden ’t Is een vreemdeling zeker die verdwaald is zeker’ sloegen op de oude man uit Spanje.
Onze Syrische, Eritrese en Somalische gasten zijn in Nederland niet meer verdwaald, mede dankzij de fantastische vrijwillersgroep die aan het eind van feest allemaal met de Spaanse heilige, zijn Pieten en de vluchtelingen op de foto gingen.
Petje (of mijter) af!
(klik op de foto voor een vergroting)

Reageren

3 december: Yoga Nidra.

Vrijdagmiddag heb ik altijd een uur FysiYoLates bij Trijntje Hagenauw: een combinatie van yoga, pilates en fysiotherapie.
Iedere week doen we iets anders; vrijdagmiddag was het deel ‘ontspannen’ na de oefeningen wat langer dan anders, want Trijntje deed Yoga Nidra met ons.
Als je op internet zoekt met de term Yoga Nidra vind je allerlei sites waar informatie over deze vorm van ontspannen op staat.
Met een beschrijving van wat we hebben gedaan zal ik proberen om het uit te leggen.

Ik lig op mijn rug op het matje en doe mijn ogen dicht.
Het lijkt alsof je slaapt, maar je geest is nog wakker; ik zit in het schemergebied tussen slapen en wakker zijn.
Ondertussen hoor ik Trijntje praten.
In het begin ligt de aandacht bij de ademhaling en op een gegeven moment vraagt ze ons om diep in te ademen en op een uitademing alle zorgen los te laten.
Ze zegt zinnen als: “Ik blijf helder en alert” en geeft ons kleine opdrachten.
Ze gaat bijvoorbeeld met ons ons hele lichaam langs: concentreer je op je linkervoet, enkel, tenen….etc.”
Trijntje zegt een paar keer achter elkaar: “Ik leef rustig en kalm en mijn lichaam herstelt zich vanzelf”.
Vervolgens krijgen we de opdracht om achteruit te tellen vanaf 27, steeds op een uitademing één naar beneden.
Drie keer is dat de opdracht en drie keer kom ik niet bij 1.
Mijn gedachten dwalen af; ik blijf niet helder en alert.
Als ik me weer bedenk dat ik naar beneden moet tellen denk ik: waar was ik ook maar weer… lukraak begin ik weer bij een cijfer, maar na vier of vijf nummers soes ik al weer weg.
Trijntjes stem haalt me er steeds weer bij, maar als ik aan het eind van de oefening weer in het hier en nu wordt geroepen blijkt dat ik het laatste stukje heb gemist. Iemand had het over een ‘mooie kamer’ waar ze in kwam: ik heb geen kamer gezien.
Is niet erg. Het heeft wel geholpen, want mijn hoofd zat tjokvol met mail, Christmascarolkoor, flyer maken en weihnachtsmarkt. Wie moet ik nog bellen, wat moet ik nog regelen met de kerk…. het was na deze ontspanningsoefening helemaal weg. En het kwam niet weer terug toen ik weer thuis kwam; ik ging lekker naar de bibliotheek, maakte het eten klaar en na het eten ging ik naar een bijzonder Sinterklaasfeest. Blog volgt.

Uit mezelf zou ik niet naar Yoga Nidra gaan. Als ik de internetinformatie lees vind ik mezelf daar veel te nuchter voor; dat ik zo ‘leeg’ uit de sessie kom verbaast mijzelf.
Daarom ga ik al meer dan vier jaar op vrijdagmiddag naar Trijntje. Het houdt mijn lijf soepel en het helpt me door mijn eigen vooroordelen heen als het gaat om dit soort dingen.

Meer lezen over de avonturen bij Trijntje?
Hierbij een link naar het vorige blog over FysiYoLates >>>
Onderaan dat blog staat weer een link naar voorgaand verslag.

Reageren

2 december: Nu nog?!? -16 Kortere gesprekjes.

Tot maart 2022 was Rosalie de mondhygiëniste die halfjaarlijks mijn gebit onder handen nam.
Zij werd opgevolgd door Hazmat. Prachtige bruine ogen, maar een tikje hardhandiger in zijn behandeling dan Rosalie.
Maar ik val niet zomaar om, dus ook met Hazmat was ik tevreden, maar onze werktijden waren niet meer verenigbaar, dus werd ik doorgeschoven naar Sigrid.
Gistermiddag maakten we kennis: het lijkt er op dat vrouwen toch een beetje voorzichtiger zijn met hun ‘gefrot’, want vergeleken met de behandeling van Hazmat was dit wel weer fijn.
Als het tandsteen allemaal weg is en de ruimtes tussen de tanden zijn weer helemaal schoon, dan komt de finishing touch: het polijsten, het fijnste deel van de behandeling; dankjewel Sigrid!

Was het tandvlees in het begin van het beugeltraject erg ‘onrustig’ en moest ik om de drie maanden komen: nu zag het er weer goed uit en hoef ik van Sigrid pas in juni terug te komen.
Dan is het beugeltraject hopelijk afgelopen.

Vandaag stond ik al weer bij de tandarts op de stoep, deze keer voor de volgende stap in het beugeltraject.
De laatste keer in oktober schreef ik over setje 5 en 6, begin november kreeg ik de nummers 7 en 8 .
De recalcitrante hoektand geeft zich gewonnen en ‘schuift’ al mooi de goede kant op.
Martijn en ik kunnen het goed met elkaar vinden, maar de onderlinge gesprekken tijdens de maandelijkse controle worden steeds korter; ook nu stond ik maar zo weer buiten.
“Beste maar weer!”
“Fijne feestdagen!”
Vanmiddag kreeg ik setje 9 opgeklikt, setje 10 kreeg ik mee voor over twee en een halve week.
Nog 16 weken te gaan.

Benieuwd naar het hele orthodontietraject?
Hierbij een link naar deel 1, onderaan dat blog vind je een overzicht van alle gepubliceerde delen.

Reageren

1 december: De Eenhoorn.

“Daar is een oud tabaksfabriekje waar ze nog met de hand sigaren maken”.
Mijn broer had het over ‘de Eenhoorn’ in Kampen: op 26 november beloofde ik in het verhaal over de ‘Brus-dag‘ al dat ik er een blog over zou schrijven.
We werden in de sfeervolle winkel ontvangen door een jongeman die ons meenam naar ‘de Kennemerkamer’, waar hij zijn verhaal begon.
We gingen een reis maken door de wereld van tabak en sigaren.

Het is al prachtig om door het oude bedrijf te wandelen. Je loopt vanuit de winkel door een gang met oude, gebloemde tegels en vervolgens kom je in de tabaksfabriek ‘de Olifant’.
De voorkant van het museale pand ligt in de Oudestraat, waar je op twee plaatsen de winkel binnen kunt lopen en de achterkant bevindt zich aan de Voorstraat, waar vroeger het laden en lossen ook al plaats vond.
In de 19e eeuw was Kampen echt een ‘sigaren-stad’: er waren toen meer dan 110 sigarenfabrieken!
Eerst zagen we hoe de tabak vanuit verschillende landen in balen aankomt en we leerden het verschil tussen tabaksbladen die worden gebruikt voor het buitenste laagje van een sigaar en tabak die wordt vermalen voor binnen in de sigaar.
Bij het verwerken wordt allereerst de dikke nerf die midden in het blad zit er uitgehaald, net als wij doen bij het ‘stropen’ van de boerenkool.

De rondleiding duurde een uur en bracht ons langs verschillende opslagruimtes en werkplaatsen waar de traditionele machines stonden waarmee sigaren werden gemaakt.
Ondertussen genoot ik van het middeleeuwse gebouw:  oude muren, de verschillende vloeren (hout, plavuizen, stenen) en van de oude gebinten; het hele gebouw rook naar tabak.
Voor 1880 werden de sigaren in Kampen met de hand gemaakt; toen waren hele gezinnen bezig om op die manier geld te verdienen.
Ook daarover kregen we uitleg.

Tegenwoordig worden er in de Eenhoorn nog steeds sigaren gemaakt, maar men heeft zich daarnaast ook toegelegd op het branden van koffie en het maken van thee.
We sloten de rondleiding af met een bezoekje aan  de thee- & koffieschenkerij achter de winkel, waar we werden getrakteerd op een kopje Espresso (Henk) en een minipotje rooibosthee (ik).
Met Kamper pepernoten.
Hierbij een link naar ‘de Eenhoorn’.

Wil je een idee krijgen van wat we in Kampen hebben gezien?
Kijk dan de aflevering terug van ‘Hier zijn de Van Rossems’ in Kampen.

Reageren

30 november: Iets om te verbergen? Of juist niet?

Van zwemvriendin Ans kreeg ik het laatste boek te leen van Elizabeth George in de serie over Inspecteur Thomas Lynley: ‘Iets te verbergen’.
Toen ik het uit had vond ik dat de titel de lading van deze dikke pil volledig dekt.

Het hoofdonderwerp in dit boek is vrouwenbesnijdenis (Vrouwelijke Genitale Verminking). We maken kennis met een Nigeriaans gezin in Londen, waarbij de vader én de moeder hun dochtertje Simisola van 8 jaar deze gruwelijke ‘behandeling’  willen laten ondergaan.  Die dreiging hangt het hele boek boven de bladzijden. Lukt het de vader, die een Nigeriaanse ‘snijder’ heeft gevonden die het voor een schappelijk tarief wil doen? Of het lukt het de moeder, die een kliniek heeft gevonden waar de (dan veel duurdere)  ingreep onder verdoving en ‘medisch schoon’ plaatsvindt?
Of lukt het haar broer Tani  om zijn zusje voor de gruwelijke verminking te behoeden, door haar ergens anders onder te brengen?
In Engeland is het uitvoeren deze ingreep strafbaar, dus alle voorbereidingen daarvoor moeten in het grootste geheim plaatsvinden.

Een andere verhaallijn vertelt over de politierechercheur Teo van Nigeriaanse afkomst die zelf besneden en dichtgenaaid is, waarvan ze erg veel hinder ondervindt.
Zij is vastbesloten om de illegale praktijken, die in de Nigeriaanse cultuur nog gebruikelijk zijn, op te sporen om er zo een einde aan te maken.
Zij wekt te veel weerstand op en moet het met de dood bekopen.
Dan komt Inspecteur Lynley in beeld, met in zijn kielzog Barbara Havers en Winston Nkata.

Vond ik het vorige boek nog te langdradig en soms niet om door te komen (zie: ‘De twintigste Lynley‘), deze pakte me weer als vanouds.
Dat wil niet zeggen dat het allemaal even leuk is wat je leest.
Een brute vader die geweld en intimidatie niet schuwt, als een tiran regeert over het gezin en er daarnaast doodleuk nog een ander gezin op na houdt.
Een moeder die haar kind hetzelfde aan wil doen als wat haar zelf is overkomen, omdat het nu eenmaal zo hoort.
De verschrikkelijke gevolgen van VGV voor de vrouwen die het door hun ouders destijds is aangedaan.

Maar tussen alle narigheid door valt er ook weer genoeg te genieten.
Het is leuk om te lezen hoe het verder gaat met alle personages die we in de vorige twintig boeken in deze serie hebben leren kennen.
Vriendin van de familie Deborah St. James bijvoorbeeld speelt met haar man en haar vader ook een rol in dit boek.
Brengen haar foto’s de oplossing van de moord dichterbij?
En wordt het nou eens wat tussen Thomas Lynley en Deidre?
Lukt het Dorothea om Havers wat bij te schaven?
En van wie is die geheimzinnige bos bloemen waar Barbara zo van moet blozen?

In dit boek heeft bijna iedereen iets te verbergen: relaties, werkzaamheden, verdriet, er komt van alles aan bod.
Ook VGV wordt bijna altijd verborgen; in het openbaar wordt er bijna nooit over gesproken, er is een grote schaamte.
Toch is aandacht voor dit probleem de beste manier om VGV de wereld uit te krijgen.

Reageren

29 november: Vieren.

In 1993 begon onze toenmalige dominee Hotske Postma met de gespreksgroep ‘Jong Volwassenen’. 33 was ik toen en we hadden twee kinderen van 4 en 6. De gespreksgroep ging van start met ongeveer 10 leden en het was een schot in de roos. We kwamen één keer in de maand bij elkaar en bespraken allerlei onderwerpen die betrekking hadden op het geloofsleven, de kerk. Soms bereidden we een kerkdienst voor of deden we groepsgewijs mee aan een kerkelijke activiteit.

In de loop van jaren ontstond een vaste groep, we deelden lief en leed en werden ouder.
De naam paste op een gegeven moment niet meer goed bij ons. We hebben onszelf een tijdje ‘Jong belegen’ genoemd, maar er kwam een tijd dat het woord ‘jong’ er uit moest.
We heten sinds 2010 ‘Gespreksgroep ‘93′. Eén van de predikanten noemde ons ooit al eens schertsend ‘een gespreksgroep uit de vorige eeuw’. Ja hoor, ja.

Vorig jaar ben ik afgehaakt.
Er stonden vaak te veel dingen in mijn agenda en na corona wilde ik het anders gaan doen; maar omdat we elkaar al zo lang kennen en al zo lang met elkaar meeleven bleef ik wel lid van de app-groep.
Na de zomer was de gesprekgroep nog niet weer bij elkaar geweest.
Eén van onze groepsleden werd getroffen door kanker en moest een zwaar traject in en één van ons kreeg in augustus een zwaar verkeersongeluk waarbij hij ernstig gewond raakte; hij is net twee weken weer thuis uit het ziekenhuis.
In de appgroep kwamen berichten voorbij over ‘een keer weer afspreken nu er zoveel gebeurd is’ en ik vroeg of ik ook mocht komen op de 28e: maar natuurlijk!

Het onderwerp van de avond was: hoe is met iedereen.
Nog aan het werk? Hoe is het met de kinderen? Al opa en oma?
Maar natuurlijk ging het ook over wat sommigen was overkomen.
Hoe herstel je van zo’n zwaar ongeluk en hoe kom je door zo’n kankerbehandelingstraject? Wat doet het met jou en je gezin?
We hadden het niet alleen maar over de lichamelijke gevolgen, maar ook wat het mentaal met je doet.
Over de vragen die je jezelf stelt: waarom ik? Waarom ik niet?
Dat je leven helemaal stil staat en dat je niet kunt overzien hoe het over twee jaar met je zal zijn als de revalidatie helemaal achter de rug is.
Over hoe lief het is dat mensen kaartjes en bloemen sturen, maar dat je eigenlijk maar één ding wilt: dat alles weer GEWOON is.
En dat als alles weer gewoon is je daar te weinig bij stil staat.

Gisteravond hadden we gebak bij de koffie.
Volgens onze gastvrouw: “omdat we het leven moeten vieren”.
Wat fijn dat ik in die app-groep ben gebleven en dat we het leven in al zijn facetten even weer met elkaar hebben kunnen delen.

Reageren

28 november: De eerste zondag van Advent.

De eerste zondag van Advent valt dit jaar op 27 november. Dat is de vroegste datum waarop de 1e zondag van Advent gevierd wordt: dit jaar valt 1e kerstdag ook op een zondag.
Advent is de naam voor de aanloopperiode naar kerst. Het is afgeleid van het Latijnse woord ‘adventus’, dat ‘komst’ betekent.
In de kerk verandert de liturgische kleur in de adventsperiode van groen naar paars; op de afbeelding hiernaast kun je zien dat vanaf Pinksteren de kleur groen centraal stond. In kerken en huizen maken we advent symbolisch zichtbaar door een kaarsenstander of een adventskrans waarop vier kaarsen staan.
Op iedere zondag wordt een extra kaars aangestoken.

Wij proberen in de adventstijd iedere zondag naar de kerk te gaan, maar dat gaat dit jaar al niet lukken.
Gerard was nog niet helemaal klachtenvrij na corona, dus wij kozen er gistermorgen voor om de viering vanuit de Catharinakerk thuis te bekijken.
Het bracht ons weer terug bij de herinnering aan de advent-&kersttijd in 2020 en 2021, toen we als gemeente niet bij elkaar mochten komen.
Natuurlijk: we zijn blij dat we op deze manier toch de viering kunnen meebeleven, maar ik weet na zo’n zondagmorgen ook weer hoe vervelend het was.
Het blikkerige orgelspel, de gemeentezang die heel anders klinkt als je er niet midden tussen in zit, de sfeer die je heel anders beleeft met je haakwerkje op de bank en tenslotte het avondmaal, waar je naar kijkt, maar waar je niet fysiek aan deelneemt.
Maar het verhaal dat voorganger Sijbrand van Dijk ons vertelde kwam net zo goed binnen als anders: bij al het geschreeuw in deze wereld is het onze taak om niet terug te schreeuwen, maar doen wat we kunnen doen als tegenbeweging. Kijken naar wat er gebeurt, helpen, aandacht geven, luisteren, de rust bewaren en recht doen.
Volgende week hopen we weer gewoon in de kerk te kunnen zitten: dan zingen we met de cantorij!

Aan het eind van de week had ik voor ons thuis alvast een adventsbloemstuk gemaakt met vier kaarsen; gisteren staken we de eerste kaars aan.
Dit jaar kon ik eigenlijk geen gebruik maken van de hortensia’s; twee weken geleden vroor het voor het eerst en dan worden de bloemen van die struik bruin.
Achteraan de struiken tegen de heg aan vond ik drie kleine bollen waar nog een beetje kleur in zat, die heb ik toch nog kunnen gebruiken.
Wel kreeg ik van de achterbuurman (die van de karmozijnbessen) een tip: “Deze hulststruik gaan we uit de tuin halen, dus als je er nog iets af wilt plukken voor een bloemstuk ben je van harte welkom.”
Mooie, stevige takken, met behoorlijk veel besjes er nog aan: buitenkansje!
(klik op de afbeelding voor een vergroting)

Vind je het leuk om terug te kijken naar de Adventstukken van voorgaande jaren?
Geen bloemstuk is namelijk hetzelfde.
Andere schaal, andere vorm, andere kaarsen, ander groen: nog 8 ideeën om advent symbolisch zichtbaar te maken.
Hierbij de links naar de betreffende pagina’s:
2021>>>
2020>>>
2019>>>
2018>>>
2017 >>>
2016 >>>
2015 >>>
2014 >>>

Reageren

27 november: Ruhe im Zelt.

Het was ongewoon rustig dit weekend in huize Waninge.
In onze agenda stond bij zaterdag 26 november al een half jaar ‘Sinterklaasfeest’, maar omdat Gerard nog niet vrij was van coronaklachten moesten we dat afblazen. 
Verder konden we ook nergens heen want Gerard mag er nog niet uit, dus we bleven thuis en hadden niks. 
Raar. 
Geen boerenkoolstamppot voor 8 personen, geen full-house en geen slapers.
Het duurt altijd even voordat ik me daar bij heb neergelegd.
Natuurlijk: we hebben een nieuwe datum gepland en dan gaan we het alsnog vieren. 
Maar als je de hele week aan het dichten en inpakken bent geweest en je hebt je zitten verheugen op één van de leukste avonden van het jaar is het ineens vreemd leeg.

‘Ruhe im Zelt’ placht mijn vader dan te zeggen. 
Ik maakte een grote pan uiensoep en probeerde de heerlijke smaak van het Soep-zooitje van gisteren te benaderen. 
Verder zette ik een aantal blogs in de grondverf, maakte mijn mailbox leeg, speelde een half uur accordeon en at ter compensatie van het gemis van het Sinterklaasfeest te veel suikerbeesten en pepernoten. 
Het tweede zakje kikkers en muizen borg ik weg. 
Voor over twee weken…..




 

Reageren

26 november: Brus-dag.

In het Engels is er één woord voor ‘broers en zussen’: sibling.
Kinderen uit hetzelfde gezin.
In het Nederlands is voor dat begrip geen woord beschikbaar, maar van vaste lezer Willem hoorde ik de term ‘brussen’.
Die houden we er in: éėn keer per jaar trek ik een dag op met mijn broer, Brus-dag dus.
Vrijdag 25 november lag al een tijdje vast in onze agenda’s.
Toen ik hem vroeg of hij al iets in gedachten had kwam hij met de oude hanzestad Kampen; een stadswandeling en een bezoek aan de historische sigarenfabriek ‘de Eenhoorn’.
Hij regelde daar een rondleiding waar we om 14.00 u terecht konden.

Vlak voor we de auto wegzetten zag ik al ‘iets moois/iets ouds’ tussen de bomen door schemeren, dus toen het parkeerkaartje betaald was gingen we dat eerst opzoeken, nog vóór de koffie.
Het bleek de ‘Broederpoort’ te zijn, een stadspoort uit 1465.
Kampen was in de veertiende en vijftiende eeuw een belangrijke en machtige stad binnen het Hanzeverbond: “het Rotterdam van de Middeleeuwen”.
Maar toen moesten we ook nodig koffie.
In de oude binnenstad vonden we een tafeltje in Konditorei Smit, gevestigd in een Jugendstill-pand uit 1900.
En daar hadden ze ook nog hazelnootschuimgebak.

Na de koffie zochten we eerst de IJssel op; een brede rivier met een mooie haven waar ook een oude ‘koggewerf’ te vinden is.
We maakten een wandeling langs de rivier, bekeken de mooie, grote schepen die er lagen en daarna was het al weer tijd om te lunchen.
We bestelden allebei een ‘soep-zooitje’: een kom heerlijke, ouderwetse uiensoep met een plat broodje.
Aan ons bezoek aan het sigarenfabriekje wijd ik binnenkort een apart blog, dat kan er vandaag allemaal niet meer bij.

Er zijn in Kampen drie stadspoorten bewaard gebleven, dus die andere twee gingen we ook nog opzoeken: de Koornmarktpoort en de Cellebroederspoort.
Meer weten over deze prachtige restanten van de stadsmuur? Hierbij een link naar de website ‘Ditisleuk.nl‘ met foto’s, informatie en een YouTube-video.
We maakten nog een wandeling langs de gracht en namen nog een afzakkertje in een stadscafé waar we het 1-0 zagen worden.

Onze gezamenlijke liefde voor geschiedenis is de kapstok waaraan deze dag  wordt opgehangen,  maar onze onderlinge gesprekken vormen ook een essentieel onderdeel van deze dag.
Over het gezin dat wij vormden met onze ouders en over opa’s  en oma’s.
Over Hoogersmilde en de kerk van vroeger.
Onze eigen gezinnen en de kinderen.
Over voortschrijdend inzicht in de Zwarte Pieten discussie, over Matthijs van Nieuwkerk, woke,  Black Fryday. muziek…..
Je snapt wel: aan een dag hebben we amper genoeg.

Aan het eind van de dag gingen we samen uit eten bij Van der Valk in Emmeloord.
Dat etablissement was al helemaal aangekleed in kerstsfeer.
Vinden we allebei belachelijk vroeg.
“Wat ’n verstaand.’
Onder ‘brussen’ heb je aan een half woord genoeg.

Vorige ‘brus-dagen’:
2019: Catharijneconvent Utrecht
2020: niet ivm corona
2021: Gorssel en Zutphen

Reageren

25 november: Vrijwilliger.

Onze maatschappij drijft op vrijwilligers: bijna de helft van de Nederlanders van 15 jaar en ouder doet een vorm van vrijwilligerswerk.
Daarvoor geven mensen verschillende redenen aan: staat goed op je CV, het is gezond, je blijft actief en voelt je nuttig, je hebt sociale contacten en  vrijwilligerswerk is onmisbaar in onze samenleving. 
Ook ik doe wat kleine vrijwilligersklusjes; ik ben o.a. webmaster in de websitegroep van onze kerk.
Iedere week vul ik op de website van onze kerk de gegevens in van de dienst van a.s. zondag en hou die rubriek actueel: hierbij een link naar die pagina.
En ja…. zondag is het alweer 1e advent! 

Twee keer per jaar zie ik de andere vrijwilligers van het website-groepje; gistermorgen hadden we weer een vergadering.  
We doen ons best om ons aan de agenda te houden, maar we moeten ondertussen ook nog veel andere dingen bespreken, zoals daar zijn de coronaperikelen, de isolatie van onze huizen, al dan niet zonnepanelen, het nieuwe elektronische patiëntendossier van mijn werk en de tandarts die er meer was gestopt. 
Voorzitter Frits houdt ons bij de les. 

Collega Zwanny doet verder alles op het gebied van het bijhouden/actueel houden van de site; zij bracht een lastig onderwerp in.
Zij is het meest ‘ingewerkt’ in de achtergronden van onze website.
Zij weet hoe het allemaal werkt met de pagina’s, de menu’s, de linken en aan de website hangende mailboxen. 
“Het is nog goed te doen, maar het is heel veel. Ik realiseerde me laatst dat het lastig wordt om mijn kennis straks over te dragen aan iemand anders.”
Zwanny is vanaf het begin bij de website betrokken en is dus in die jaren in kennis en ervaring ‘meegegroeid’.
Ook Theo, de man die alles weet van Joomla, het systeem waarmee onze website is gebouwd, constateerde dat hij de enige is die dit werk kan doen binnen onze club. 
Ik vertel geen geheim als ik zeg dat de meesten van ons de zeventig gepasseerd zijn.: het wordt tijd dat wij rond gaan kijken naar jongere ‘webmasters’ die te zijner tijd het stokje van de mensen van het eerste uur gaan overnemen. 

Ben jij iemand of ken jij iemand die ons team zou kunnen versterken?
Welkom!
Als ik even voor mezelf spreek: dit vrijwilligerswerk past mij als een handschoen. Ik draag de kerk een warm hart toe en ik hou van ‘prutsen op de computer’.
Het meeste werk kan ik doen op momenten dat het mij het beste uitkomt en ondertussen leerde ik werken met Joomla.

Toen ik gistermorgen wegging waren de gesprekken kennelijk nog niet af: met de jas aan stonden we nog te praten.
Want ook dat hoort er bij: even horen hoe het met iedereen is.
En dan mag het ook best even over de tandarts en zonnepanelen gaan.
Vrijwilligerswerk is niet alleen maar ‘werk’.

Reageren

Pagina 64 van 353

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema door Anders Norén