Voor de mini-reünie op zaterdag 13 mei >>> zocht ik op zolder mijn oude agenda’s op en in diezelfde doos vond ik ook drie oude werkstukken uit de Mavo-periode.
Er was een groot groen schrift met op de voorkant in mijn puberhandschrift “Het ontstaan van mens en dier en hun verdere ontwikkeling.”

O ja. Was ook zo. Kwam ik op de Mavo, kreeg ik met biologie een uiteenzetting van de evolutie-theorie. Ik herinner me nóg de verwarring in mijn hoofd. Huh? Mens ontstaan uit de aap? Al die jaren op de basisschool had ik niets anders dan het scheppingsverhaal uit Genesis gehoord.
Met dit soort prangende vragen ging ik altijd gelijk naar mijn vader.
Tot mijn verbazing zei hij niet dat de biologie-leraar het bij het verkeerde eind had.
Hij zei: “Nou ja, d’r is natuurlijk gieniene bij west toen de wereld maakt is. Wie zal zeggen dat God d’r precies zes dagen over daon hef? Wat in de biebel stiet is het scheppingsverhaal zoals het volk Israël dat ooit op schrift stelt hef. D’r bint ok wel aandere scheppingsverhalen uut aandere culturen.”

De keuze voor dit onderwerp voor het werkstuk voor het vak biologie werd mij door mijn vader ingegeven. “Onderzoekt alle dingen en behoudt het goede” was een favoriete uitspraak van hem en hij leerde ons ook dat we zelf over dingen moesten nadenken. Niet maar klakkeloos aannemen wat anderen zeggen.
Door het terugvinden van het werkstuk was ik even weer het nieuwsgierige meisje van 14 dat altijd maar nieuwe vragen had. Mijn vader werd nooit moe van die vragen; hij gaf altijd antwoord. En als hij het niet wist zocht hij het op.

Vandaag is het vaderdag.
Wat hebben we in mijn puberteit veel geruzied en wat heb ik veel van hem geleerd.
Hoe ouder ik word, hoe meer ik me dat realiseer.
Hij is nog vaak in mijn gedachten en op het moment dat ik zo’n werkstuk tevoorschijn tover hoor ik zijn stem weer: “Onderzoekt alle dingen en behoudt het goede”.
En daarbij zelf nadenken.