Maandag. Lijstje met klusjes op het aanrecht want er was veel dat moest na een heerlijk weekend.
De moestuin doet het ontzettend goed, dus de eerste bieten konden worden ingemaakt.
Was, opruimen, stofzuigen: business as usual op maandag.

De hele dag heb ik dan Radio 5 aan staan; na mijn broodje in de zon kon de was al weer van de lijn en worden opgevouwen. Na 13.00 uur zijn er bij de Tineke-show altijd ‘blij-makers’. Mensen mogen dan bellen en een liedje opgeven waar ze blij van worden.
Er belde een meneer die ’the Scottish soldier’ wilde horen van Andy Stewart uit 1961.

Ik ben gestopt met het vouwen van de was en maar even op de bank gaan zitten, want ik hield het niet droog.
Het was een lied dat mijn vader prachtig vond. Hij had het zelf ooit eens opgenomen van een Duits TV-programma, een uitvoering met een doedelzak erbij.
Het staat nog in mijn ‘zangmap’ met alle muziek die ik in de loop van de jaren heb verzameld; als 14-jarige kon ik het zingen en ik begeleidde mezelf daarbij op gitaar. Op verzoek van pa heb ik het regelmatig gezongen.

Maar het lied raakte in de vergetelheid. Als ik door mijn map met teksten blader komt het nog wel eens voorbij, maar sinds mijn vader overleed heb ik het niet meer gezongen.
Het kippenvel waar ik over schreef bij het monument voor de onbekende soldaat in Ottawa (zie blog 8 juli >>>) werd ook veroorzaakt doordat de doedelzakspeler de melodie van ’the Scottish soldier’ speelde.

Klik hier >>> voor een video van dit lied.

Deze muziek raakte vanmiddag alle gevoelige snaren die ik heb.
Mijn waarde van de dag.
Het doorbrak mijn ‘flow’ van alle klusjes die gedaan moesten worden.
Het was alsof mijn vader zei: “Gao ies eem zitten. Luuster ies wat een mooie muziek!”
Het duurde even voordat ik de flow weer te pakken had.
Eerst maar een blog geschreven.